Page 209 of 774

207
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Automatisch
schakelprogramma
Zet de selectiehendel nooit in de
stand N als de auto rijdt.
Zet de selectiehendel nooit in de
stand
P of R als de auto niet volledig
stilstaat.
Kruipfunctie (rijden
zonder gasgeven)
Dankzij deze functie verloopt het rijden op lage
snelheid soepeler (inparkeren, filerijden, ...).
Als de motor draait, de parkeerrem is vrijgezet
en de stand D , M of R is geselecteerd, zet de
auto zich langzaam in beweging zodra u
het rempedaal loslaat (zelfs zonder dat u het
gaspedaal bedient).
Verlaat om veiligheidsredenen
(kinderen in de auto) de auto nooit bij
draaiende motor.
De versnellingsbak werkt dan in de auto-
adaptieve stand, zonder dat u zelf hoeft
te schakelen. De versnellingsbak kiest
voortdurend de meest geschikte versnelling,
afhankelijk van de rijstijl, het profiel van de weg
en de belading van de auto.
Voor een maximale acceleratie
zonder de stand van de
selectiehendel te wijzigen, moet
het gaspedaal volledig worden
ingetrapt (kickdown). De versnellingsbak
schakelt automatisch terug of handhaaft de
ingeschakelde versnelling totdat de motor het
maximumtoerental bereikt.
Bij het remmen schakelt de versnellingsbak
automatisch terug om sterker op de motor af te
remmen.
Om de veiligheid te verbeteren schakelt de
versnellingbak niet naar een hogere versnelling
als u het gaspedaal plotseling loslaat. F
S
electeer de stand D om
automatisch te laten schakelen
tussen de zes versnellingen.
U kunt tijdelijk het schakelen van de
transmissie overnemen met de flippers " +"
en " -" aan de stuurkolom. Als het
motortoerental het toelaat, kunt u op deze
manier op- of terugschakelen.
Met deze functie kunt u anticiperen op
bepaalde rijsituaties, zoals het inhalen van een
voorligger of het naderen van een bocht.
Als de flippers enige tijd niet meer zijn
gebruikt, gaat de transmissie weer over op de
automatische stand.
Handmatig schakelen
6
Rijden
Page 210 of 774

208
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Bij handmatig schakelen is het niet
noodzakelijk om bij het schakelen het
gaspedaal los te laten.
F
Zet de selectiehendel in de stand D en
druk op de toets M om sequentieel te
schakelen in de zes versnellingen.
Op het instrumentenpaneel verschijnt de
aanduiding M en verschijnen achtereenvolgens
de ingeschakelde versnellingen.
F U kunt op elk moment terugkeren naar automatisch
schakelen door nogmaals op de
toets M te drukken.
Het schakelen naar een andere
versnelling kan alleen als de snelheid
van de auto en het toerental van de
motor dit toestaan.
Handmatig schakelen
Als het motortoerental te laag of te hoog is,
knippert de geselecteerde versnelling enkele
seconden en vervolgens wordt de werkelijk
ingeschakelde versnelling weergegeven.
Als de auto stopt of langzaam rijdt, kiest de
automatische transmissie automatisch de
stand M1.
In een steile en/of lange afdaling is het
om de remmen te ontzien raadzaam
om af te remmen op de motor (schakel
terug of blijf in een lage versnelling
rijden).
Voortdurend remmen kan leiden tot
oververhitting van de remmen waardoor
het remsysteem beschadigd of buiten
werking kan raken.
Rem alleen als dit noodzakelijk is om
snelheid te minderen of te stoppen.
Het lampje van de toets gaat branden.
F
B
edien de flipper " +" of " -" aan de
stuurkolom. Het lampje van de toets gaat dan weer uit.
Op wegen met steile hellingen
(bijvoorbeeld een bergweg) is het
raadzaam handmatig te schakelen.
Het automatische schakelprogramma
werkt onder zulke omstandigheden niet
optimaal en biedt geen mogelijkheid om
op de motor af te remmen.
Onjuiste waarde bij handmatige
bediening
Dit symbool verschijnt als een
versnelling niet goed is ingeschakeld
(de selectiehendel bevindt zich
tussen twee standen in).
F
Z
et de selectiehendel "goed" in de
gewenste stand.
Rijden
Page 211 of 774

209
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Bij aangezet contact wordt een
melding op het display van het
instrumentenpaneel weergegeven die
duidt op een storing in de transmissie.
Storing
In dit geval werkt de transmissie met een
noodprogramma en blijft de 3e versnelling
ingeschakeld. U kunt dan een hevige schok
waarnemen bij het selecteren van R vanuit
de stand P, of R vanuit de stand N . Dit is niet
gevaarlijk voor de transmissie.
Rijd niet harder dan 100 km/h (afhankelijk van
de geldende snelheidslimiet).
Laat het systeem controleren door het
CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats. De automatische transmissie kan
beschadigd raken:
-
a
ls u het gaspedaal en het
rempedaal gelijktijdig intrapt
(bedien deze pedalen uitsluitend
met uw rechtervoet),
-
a
ls u, indien de accu geen stroom
levert, de selectiehendel vanuit
de stand P geforceerd naar een
andere stand schakelt.
Zet, om het brandstofverbruik tijdens
langdurig stilstaan met draaiende motor
(file...) te beperken, de selectiehendel in
de stand N en trek de parkeerrem aan.
Parkeren van de auto
U kunt bij het selecteren van de stand P
een zwaar punt voelen.
Als de selectiehendel niet in de stand P
staat, klinkt bij het openen van het
bestuurdersportier of na ongeveer
45 seconden een geluidssignaal en
verschijnt een melding op het display.
F
Z
et de selectiehendel in de stand P;
het geluidssignaal stopt en de
melding verdwijnt.
Selecteer voordat u de motor afzet de stand P
en trek vervolgens de parkeerrem aan om de
auto te blokkeren.
Controleer voordat u uitstapt altijd of de
selectiehendel in de stand P staat. Wanneer de auto zwaar beladen is en u
deze op een steile helling parkeert, houd
dan het rempedaal ingetrapt
, selecteer
de stand P , trek de parkeerrem aan en
laat vervolgens het rempedaal weer los.
6
Rijden
Page 212 of 774

210
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Elektronisch gestuurde versnellingsbak
R. Achteruit.
F D raai de selectiehendel in deze stand.
N.
N
eutraalstand.
F
H
oud het rempedaal ingetrapt en draai de
selectiehendel in deze stand om te kunnen
starten.
A.
A
utomatische bediening.
F
D
raai de selectiehendel in deze stand.
M.
H
andmatige bediening om sequentieel te
schakelen.
F
D
raai de selectiehendel in deze stand en
schakel vervolgens met behulp van de
flippers aan de stuurkolom.
Selectiehendel
F Trek de rechter flipper " +" naar u toe om op
te schakelen.
F
T
rek de linker flipper " -" naar u toe om terug
te schakelen.
Flippers aan de stuurkolomBij deze elektronisch gestuurde versnellingsbak
kunt u kiezen tussen het comfort van de
automatische bediening en handmatig
schakelen.
Deze transmissie heeft twee
gebruiksmogelijkheden:
-
a
utomatische bediening, waarbij het op-
en terugschakelen volledig automatisch
wordt geregeld, zonder dat de bestuurder
iets hoeft te doen,
-
h
andmatige bediening, waarbij de
bestuurder zelf sequentieel kan schakelen
met de flippers aan het stuur wiel.
Tijdens de automatische bediening kunt u op
elk gewenst moment tijdelijk zelf schakelen.
Het is niet mogelijk om de neutraalstand
of de achteruitversnelling met behulp
van de flippers te selecteren.
Bij het bedienen van de selectiehendel
is het om veiligheidsredenen raadzaam
om het rempedaal ingetrapt te houden.
Rijden
Page 213 of 774

211
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Automatisch
schakelprogramma
F Selecteer bij draaiende motor de stand A om het automatische schakelprogramma in
te schakelen.
De versnellingsbak werkt automatisch,
zonder dat u zelf hoeft te schakelen. De
versnellingsbak kiest voortdurend de meest
geschikte versnelling, afhankelijk van de
volgende parameters:
-
rijstijl.
-
p
rofiel van de weg.Op het instrumentenpaneel worden de
aanduiding
AUTO en de ingeschakelde
versnelling weergegeven.
Trap om krachtig te accelereren
(bijvoorbeeld voor een
inhaalmanoeuvre) het gaspedaal met
kracht in, tot voorbij het zware punt.
Weergave op het instrumentenpaneel
Wanneer u de stand van de selectiehendel
verandert, verschijnt het desbetreffende
pictogram op het instrumentenpaneel.
Starten van de auto
Als op het instrumentenpaneel
het pictogram Voet op
het rempedaal brandt
in combinatie met een
geluidssignaal en de melding " Voet op
rempedaal", houd het rempedaal dan
steviger ingetrapt.
R.
R
everse (achteruitversnelling)
N.
N
eutral (neutraalstand)
AUTO of A.
A
utomatische bediening
M.
M
anual (handmatige bediening)
1 - 6.
In
geschakelde versnelling
-
O
ngeldige waarde
Als de motor niet kan worden gestar t:
Als de aanduiding N op het display knippert
in combinatie met een geluidssignaal en een
melding, verplaats de selectiehendel dan naar de
stand A en zet hem vervolgens in de stand N .
F Selecteer de automatische bediening
(stand A ), de handmatige bediening
(stand
M) of de achteruitversnelling
(stand
R).
F
Z
et de parkeerrem vrij.
F
L
aat het rempedaal geleidelijk los, de auto
zet zich direct in beweging. Op het display van het
instrumentenpaneel verschijnt de
aanduiding N
.
F
S
electeer de stand N
.
F
H
oud het rempedaal ingetrapt.
F
S
tart de motor.
6
Rijden
Page 214 of 774

212
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Zelf schakelen (tijdelijk)
U kunt tijdelijk zelf schakelen met de
flippers "+ " en " -". Als het motortoerental het
toestaat, wordt de gevraagde versnelling
ingeschakeld.
Met deze functie kunt u anticiperen op
bepaalde rijsituaties, zoals het inhalen van een
auto of een bocht in de weg.
Als de flippers enige tijd niet meer gebruikt
worden, gaat de versnellingsbak weer over op
de automatische stand.
Handmatig schakelen
De aanduiding AUTO verdwijnt en de ingeschakelde
versnellingen worden achtereenvolgens op het
instrumentenpaneel weergegeven.
F Selecteer bij draaiende motor de stand M om handmatig te schakelen.
Het schakelen naar een andere
versnelling kan alleen als de snelheid
van de auto en het toerental van de
motor dit toestaan, anders wordt er
tijdelijk overgegaan op de automatische
bediening.
F
B
edien de flipper " +" of " -" aan de stuurkolom. Het is niet noodzakelijk om bij het
schakelen het gaspedaal los te laten.
Bij het remmen of het verminderen van
de snelheid schakelt de versnellingsbak
automatisch terug, zodat de juiste
versnelling is geselecteerd op het
moment dat u het gaspedaal weer
intrapt.
Bij krachtig accelereren wordt de
hoogste versnelling niet ingeschakeld
als de bestuurder de flippers achter het
stuur niet bedient.
Selecteer de neutraalstand N nooit
tijdens het rijden.
Zet de selectiehendel alleen in de
stand R (achteruit) als de auto volledig
stilstaat en het rempedaal is ingetrapt.
Rijden
Page 215 of 774

213
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Als de aanduiding A of AUTO bij het aanzetten
van het contact gaat knipperen, in combinatie
met een geluidssignaal en een melding, duidt
dit op een storing in de versnellingsbak.
Storing
Laat dit zo snel mogelijk controleren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Stilzetten van de auto
Voordat u de motor afzet, kunt u:
- d e selectiehendel in de stand N zetten om
de neutraalstand te selecteren,
of
-
e
en versnelling ingeschakeld laten. In dat
geval kan de auto niet worden verplaatst.
Trek in beide gevallen altijd de parkeerrem aan
om de auto volledig stil te zetten.
Als op lage snelheid de
achteruitversnelling wordt ingeschakeld,
knippert het lampje N en wordt
automatisch de neutraalstand
ingeschakeld. Houd het rempedaal
ingetrapt en zet de selectiehendel in de
stand N en vervolgens weer in de stand R
om de achteruitversnelling in te schakelen. Selecteer wanneer u de auto met
draaiende motor stilzet altijd de
neutraalstand N
.
Controleer voordat u werkzaamheden
onder de motorkap uitvoert altijd of de
selectiehendel in de neutraalstand
N
staat en de parkeerrem is
aangetrokken. Houd bij het starten van de motor altijd
het rempedaal ingetrapt.
Trek bij het parkeren de parkeerrem
altijd aan om de auto volledig te
blokkeren.
Selecteer de achteruitversnelling (stand R
)
uitsluitend als de auto volledig stilstaat en de
voet op het rempedaal wordt gehouden.
Achteruitversnelling
F Selecteer de stand R .
Bij het inschakelen van de achteruitversnelling
klinkt een geluidssignaal.
6
Rijden
Page 216 of 774

214
Spacetourer-VP_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Stop & StartOvergang naar de
STOP- stand
Bij auto's met een handgeschakelde
versnellingsbak: wanneer de
wagensnelheid lager is dan 20 km/h of de
auto stilstaat (afhankelijk van de motor),
gaat het verklikkerlampje "ECO" op het
instrumentenpaneel branden en wordt de motor
automatisch afgezet als de versnellingsbak
in de neutraalstand wordt gezet en het
koppelingspedaal wordt losgelaten. Het systeem werkt de eerste
10
seconden na het inschakelen van de
achteruitversnelling niet.
Tijdens de werking van het Stop &
Start-systeem blijven alle andere
componenten zoals de remmen
en de stuurbekrachtiging normaal
functioneren.
Nadat de auto tot stilstand is gekomen,
kan het een ogenblik duren voordat de
motor wordt afgezet. Als uw auto is uitgerust met
het Stop & Start-systeem,
registreert een teller hoelang de
STOP-stand tijdens een traject is geactiveerd.
De teller wordt elke keer als u het contact
aanzet weer op nul gezet.
Stop & Start-teller
Het Stop & Start-systeem zet de motor
tijdelijk af (STOP-stand) als u stopt (bij rood
licht, opstoppingen enz.). De motor wordt
automatisch gestart (START-stand) als u weer
weg wilt rijden. Het starten gebeurt direct, snel
en stil.
Het Stop & Start-systeem is per fect afgestemd
op stadsgebruik en zorgt voor een lager
brandstofverbruik, minder uitstoot van
schadelijke stoffen en een aangename rust in
het interieur tijdens het wachten.
Bij auto's met een automatische
transmissie: wanneer de auto stilstaat,
gaat het verklikkerlampje "ECO" op het
instrumentenpaneel branden en wordt de motor
automatisch afgezet als u het rempedaal intrapt
of de selectiehendel in de stand N zet.
Bij auto's met een elektronisch gestuurde
versnellingsbak : wanneer de wagensnelheid
lager is dan 8 km/h, gaat het verklikkerlampje
"ECO" op het instrumentenpaneel branden en
wordt de motor automatisch afgezet als het
rempedaal wordt ingetrapt of de selectiehendel
in de stand N wordt gezet. (minuten/seconden of uren/minuten)
Tank nooit als de motor door het Stop
&
Start-systeem in de STOP-stand
is gezet. Zet in dat geval altijd het
contact
af.
Rijden