Page 17 of 193

SYMBOLEN
Sommige onderdelen van de auto zijn
voorzien van gekleurde plaatjes met
daarop symbolen die de
voorzorgsmaatregelen aangeven die in
acht genomen moeten worden
wanneer het betreffende onderdeel
wordt gebruikt. Onder de motorkap is
tevens een plaatje aangebracht, waarop
de betekenis van deze symbolen wordt
toegelicht.
ALFA ROMEO CODE
SYSTEEM
Dit is een elektronische startblokkering
die de beveiliging tegen
diefstalpogingen verbetert. Het systeem
wordt automatisch ingeschakeld
wanneer de contactsleutel wordt
verwijderd.
In elke sleutel zit een elektronisch
apparaatje dat het uitgezonden signaal,
afkomstig van een antenne die in het
contactslot is ingebouwd, kan
identificeren wanneer de motor gestart
wordt. Het signaal, dat elke keer dat de
auto wordt gestart wijzigt, is het
"wachtwoord" waarmee de
regeleenheid de sleutel herkent en het
starten van de motor vrijgeeft.
1)
Bewerking
Elke keer dat de motor wordt gestart
door de sleutel naar de stand MAR te
draaien, stuurt de regeleenheid van het
Alfa Romeo-codesysteem een
herkenningscode naar de
motorregeleenheid (PCM) om de
startblokkering uit te schakelen.
Deze code wordt alleen verzonden als
de regeleenheid van het Alfa Romeo
CODE systeem de door de sleutel
verstuurde code herkent.
Elke keer dat de contactsleutel naar de
stand STOP wordt gedraaid, schakelt
het Alfa Romeo-codesysteem de
functies van de motorregeleenheid uit.Onregelmatige werking
Als de code tijdens het starten niet
correct wordt herkend, gaat het digitale
waarschuwingslampje
op het
display branden.
Draai in dit geval de sleutel naar STOP
en vervolgens naar MAR; als de motor
geblokkeerd blijft, probeer dan
nogmaals met een van de andere
geleverde sleutels. Neem contact op
met een Speciaal Alfa Romeo
Servicepunt als de motor nog steeds
niet gestart kan worden.
Inschakeling van
waarschuwingslampje tijdens het
rijden
Als het digitale waarschuwingslampje
gaat branden, betekent dit dat het
systeem een zelfdiagnose uitvoert (bijv.
bij een spanningsval).
Als het digitale waarschuwingslampje
blijft branden, neem dan contact
op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
BELANGRIJK
1)De elektronische onderdelen in de
sleutels kunnen beschadigen als de sleutel
aan sterke schokken wordt blootgesteld.
Om een correcte werking van de inwendige
elektronische componenten te garanderen,
mag de sleutel nooit aan direct zonlicht
blootgesteld worden.
14
WEGWIJS IN UW AUTO
g
Page 18 of 193

DE SLEUTELS
SLEUTEL ZONDER
AFSTANDSBEDIENING
Werking
De metalen baard A fig. 5 activeert:
het contactslot;
de portiersloten.
SLEUTEL MET
AFSTANDSBEDIENING
Werking
(voor bepaalde versies/markten)
De metalen baard A fig. 6 activeert:
het contactslot;
de portiersloten.
Druk op knop B om de metalen baard
in/uit te klappen.
1)
Portierontgrendeling
Druk kort op knop
: ontgrendeling
van de portieren, tijdgestuurde
inschakeling binnenverlichting en
dubbel knipperen van de
richtingaanwijzers (voor bepaalde
versies/markten).
De portieren worden automatisch
ontgrendeld wanneer de afsluiter van
de brandstoftoevoer in werking treedt.
Als een van de portieren niet goed
gesloten is wanneer de portieren
vergrendeld worden, knippert de led
snel samen met de richtingaanwijzers.
Portiervergrendeling
Druk kort op knop
: vergrendeling
van de portieren, tijdgestuurde
uitschakeling binnenverlichting en
eenmaal knipperen van de
richtingaanwijzers (voor bepaalde
versies/markten).
Als een of meer portieren open zijn,
worden ze niet vergrendeld. Dit wordtaangegeven door het snel knipperen
van de richtingaanwijzers (voor
bepaalde versies/markten). De portieren
worden vergrendeld ook als de
achterklep open staat.
Wanneer een snelheid van meer dan
20 km/h wordt bereikt, worden de
portieren automatisch vergrendeld als
deze specifieke functie is ingesteld.
Wanneer de portieren van buiten de
auto worden vergrendeld (met de
afstandsbediening), gaat led A
fig. 7 enkele seconden branden en
daarna knipperen (bewakingsfunctie).
Wanneer de portieren van binnen de
auto worden vergrendeld (door te
drukken op de
knop op het
dashboard), blijft de led continu
branden.
5A0L0005
6A0L0006
7A0L0007
15
g
Page 19 of 193

EXTRA
AFSTANDSBEDIENINGEN
AANVRAGEN
Het systeem kan maximaal 8
afstandsbedieningen herkennen. Als
een nieuwe afstandsbediening nodig is,
ga dan naar een speciaal Alfa Romeo
Servicepunt en neem een
identiteitsbewijs en de
eigendomsdocumenten van de auto
mee.
BATTERIJ VAN DE
SLEUTEL MET
AFSTANDSBEDIENING
VERVANGEN
Proceduredruk op knop A fig. 8 en klap de
metalen baard B uit; draai de schroef C
naar
met een kleine
schroevendraaier;
trek de batterijhouder D naar buiten
en vervang de batterij E met
inachtneming van de juiste polariteit;
plaats de batterijhouder D weer in de
sleutel en draai schroef C naar
.
BELANGRIJK
1)Druk knop B alleen in wanneer de sleutel
ver genoeg van het lichaam (vooral de
ogen) en van voorwerpen die snel
beschadigen (bijvoorbeeld kleding) is
verwijderd. Laat de sleutel nooit onbewaakt
achter om te voorkomen dat iemand
(bijvoorbeeld een kind) per ongeluk op de
knop drukt.
BELANGRIJK
1)Gebruikte batterijen kunnen schadelijk
zijn voor het milieu als ze niet op de juiste
wijze als afval verwerkt worden. Ze moeten
overeenkomstig de wet in speciale bakken
gedeponeerd worden. Ze kunnen ook
ingeleverd worden bij het Alfa Romeo
Servicenetwerk dat voor hun verwerking zal
zorgen.
DIEFSTALALARM
(voor bepaalde versies/markten)
Bewerking
Het alarm treedt in de volgende
gevallen in werking:
ongeoorloofde opening van een van
de portieren of de achterklep
(omtrekbeveiliging);
ongeoorloofde bediening van het
contactslot (contactsleutel in de stand
MAR gedraaid);
bij het loskoppelen van de
accukabels;
beweging in de inzittendenruimte
(volumetrische beveiliging);
abnormale opheffing/kanteling van
het voertuig.
De inschakeling van het alarm wordt
aangegeven door een akoestisch en
een visueel signaal (het knipperen van
de richtingaanwijzers gedurende enkele
seconden). De inschakelwijzen van het
alarm kunnen variëren naargelang de
markt. Er is een maximum aantal cycli
voorzien voor de geluidssignalen en de
alarmknipperlichten. Wanneer het
maximum is bereikt, gaat het systeem
weer normaal werken.
BELANGRIJK De startblokkering wordt
gegarandeerd door de Alfa Romeo
CODE die deze functie automatisch
inschakelt wanneer de sleutel uit het
contactslot wordt genomen.
BELANGRIJK De werking van het
8A0L0008
16
WEGWIJS IN UW AUTO
g
1)
Page 20 of 193

diefstalalarm kan per land verschillen.
Inschakelen
Richt, bij gesloten portieren en
achterklep en met de sleutel in de stand
STOP of verwijderd, de sleutel met
afstandsbediening op het voertuig druk
op de toets
en laat de toets los.
Bij bepaalde versies/markten laat het
systeem een geluidssignaal horen en
wordt de portiervergrendeling
ingeschakeld.
De inschakeling van het alarm wordt
voorafgegaan door een zelfdiagnose die
ongeveer 30 seconden duurt:
gedurende deze tijd knippert de led op
het dashboard met een frequentie van
ongeveer een keer per seconde.
Na de zelfdiagnose gaat de led op een
lagere frequentie knipperen (een keer
per ongeveer 3 seconden).
Als na inschakeling van het alarm een
tweede geluidssignaal weerklinkt en/of
de led op het dashboard gaat branden,
wacht dan ongeveer 4 seconden en zet
het alarm uit door te drukken op de
toets
, controleer of de portieren en
de achterklep goed gesloten zijn en
schakel het systeem weer in door op de
toets
te drukken.
Als het alarm, ook als de portieren en
achterklep goed gesloten zijn, een
geluidssignaal laat horen, dan is er in dit
geval sprake van een systeemstoring,
neem contact op met een speciaal Alfa
Romeo Servicepunt.
Uitschakelen
Druk op toets.
De volgende dingen gebeuren (bij
bepaalde versies/markten):
de richtingaanwijzers knipperen twee
keer kort;
de portieren worden ontgrendeld.
BELANGRIJK Als het centrale
portiersvergrendelingssysteem
uitgeschakeld wordt met de metalen
baard van de sleutel, wordt het alarm
niet uitgeschakeld.
BELANGRIJK Indien het alarm
onbedoeld wordt ingeschakeld, of om
in ieder geval de akoestische en visuele
cyclus te onderbreken wanneer deze
geactiveerd is, is het mogelijk om op de
toets
te drukken of de contactsleutel
gedurende minstens 5 seconden naar
MAR te draaien, daarna wordt het
systeem uitgeschakeld.
Uitschakelen
Om het diefstalalarm volledig buiten
werking te stellen (bijv. als het voertuig
lang niet wordt gebruikt), het voertuig
afsluiten door de metalen baard van de
sleutel in het slot om te draaien.
BELANGRIJK Wanneer de batterijen
van de sleutel met afstandsbediening
leeg zijn, of als er een storing in het
alarmsysteem is vastgesteld, dan kan
het systeem buiten werking worden
gesteld door de sleutel in het
contactslot te steken en hem in de
stand MAR te draaien.
Volumetrische
beveiliging/
hellingshoekdetectie
Om de juiste werking van de beveiliging
te garanderen, de zijruiten volledig
sluiten.
Om de volumetrische beveiliging uit te
schakelen, de contactsleutel twee keer
achter elkaar van STOP naar MAR
draaien, schakel daarna het alarm
binnen 15 seconden in, door op de
toets
op de afstandsbediening te
drukken. Wanneer de functie is
uitgeschakeld, wordt dit aangegeven
door het, gedurende enkele seconden,
knipperen van de led op het dashboard.
Om de volumetrische beveiliging uit te
schakelen, de contactsleutel twee keer
achter elkaar van STOP naar MAR
draaien, schakel daarna het alarm
binnen 15 seconden in, door op de
toets
op de afstandsbediening te
drukken.
Wanneer de functie is uitgeschakeld,
wordt dit aangegeven door het,
gedurende enkele seconden, knipperen
van de led op het dashboard.
Elke uitschakeling van de volumetrische
beveiliging/hellingshoekdetectie moet
worden herhaald elke keer als het
instrumentenpaneel wordt
uitgeschakeld.
17
g
Page 21 of 193

CONTACTSLOT
Werking
De sleutel kan naar 3 standen worden
gedraaid fig. 9:
STOP: motor uit, sleutel kan
verwijderd worden; stuurkolom is
vergrendeld. Sommige elektrische
apparaten (bijv. autoradio, centrale
portiervergrendeling, alarm enz.)
kunnen blijven werken
MAR: rijstand. Alle elektrische
apparaten/systemen kunnen werken;
AVV: motor starten.
Het contactslot is voorzien van een
beveiliging: als de motor bij de eerste
poging niet aanslaat, moet de sleutel
teruggedraaid worden naar de stand
STOP om opnieuw te kunnen starten.
STUURSLOT
Inschakelen
Wanneer de sleutel op STOP staat, de
sleutel verwijderen en het stuurwiel
verdraaien tot het vergrendelt.
Uitschakelen
Draai het stuur enigszins en draai de
contactsleutel naar de stand MAR.
4) 5)
BELANGRIJK
2)Als er geknoeid is aan het contactslot
(bijv. een poging tot diefstal), dan moet
men deze laten controleren bij het Alfa
Romeo Servicenetwerk alvorens weer te
gaan rijden.
3)Neem de sleutel altijd mee als het
voertuig wordt verlaten, om te voorkomen
dat iemand onverhoeds gebruik van de
bedieningselementen maakt. Vergeet niet
de elektrische parkeerrem in te schakelen.
Laat kinderen nooit zonder toezicht in de
auto achter.
4)After-market werkzaamheden waarbij
wijzigingen van de stuurinrichting of de
stuurkolom betrokken zijn (bijv. bij montage
van een alarmsysteem) zijn ten strengste
verboden. Dergelijke werkzaamheden
kunnen de prestaties van het systeem en
de garantie in gevaar brengen en het kan
ook ernstige veiligheidsproblemen
veroorzaken of erin resulteren dat de auto
niet meer aan de typegoedkeuring voldoet.5)Verwijder de mechanische sleutel nooit
terwijl het voertuig rijdt. Het stuurwiel zal
automatisch vergrendeld worden zodra
eraan gedraaid wordt. Dit geldt ook voor
auto's die gesleept worden.
9A0L0010
18
WEGWIJS IN UW AUTO
g
2) 3)
Page 22 of 193

STOELEN
INSTELLINGEN
Verstellen in lengterichting
(voor bepaalde versies/markten)
Trek hendel A fig. 10 omhoog en schuif
de stoel naar voren of naar achteren: in
de rijstand moeten de armen op de
rand van het stuurwiel rusten.
6) 7)
Advies van Alfa Romeo: de stoel moet
zodanig worden ingesteld dat de
volledige voetzool op het rempedaal
rust wanneer dit volledig is ingetrapt;
tegelijkertijd moet uw rechterbeen
enigszins gebogen zijn. Op die manier
kan de bestuurder, in een noodgeval,
voldoende kracht leveren om geschikte
druk op het rempedaal uit te oefenen.
Bovendien beperkt dit het risico op
beenletsel in geval van een aanrijding.Verstelling rugleuning
(voor bepaalde versies/markten)
Trek hendel B fig. 11 omhoog en stel
tegelijkertijd de hoek van de rugleuning
in.
Vanwege de speciale sportconfiguratie
van de auto, kan de rugleuning in 3
standen worden gezet.
6) 8)2)
Advies van Alfa Romeo: de rugleuning
moet de bestuurder geschikte steun en
zijwaartse inperking in bochten bieden.
Om de juiste steun te garanderen, moet
de rugleuning zodanig worden afgesteld
dat hij bijna verticaal staat en het
volledige bovenlichaam ondersteunt.
Verstelling in de hoogte
(voor bepaalde versies/markten)
Om de ideale rijstand te verkrijgen, kan
ook de hoogte van de stoelen worden
versteld. Voor deze verstelling is gebruikvan werkplaatsapparatuur nodig: neem
contact op met een speciaal Alfa
Romeo Servicepunt.
Advies van Alfa Romeo: de stoel moet
in de laagst mogelijke stand worden
afgesteld, om optimale waarneming en
bewustzijn van de beweging van het
voertuig tijdens het rijden te verkrijgen.
Voor de hoogte van de stoel moet altijd
rekening worden gehouden met het
postuur van de bestuurder: het
optimale bewustzijn dat verkregen kan
worden door een lage rijstand mag het
zicht naar buiten vanuit het voertuig
nooit in gevaar brengen. Indien
noodzakelijk, wordt geadviseerd eerst
de hoogte van de stoel in te stellen,
voordat men zich concentreert, in de
volgende volgorde, op verstelling in de
lengte, verstelling van de hoek van de
rugleuning en tenslotte verstelling van
de stand van het stuurwiel.
BELANGRIJK
6)Voer de aanpassingen alleen uit
wanneer de auto stilstaat.
7)Controleer na het loslaten van de hendel
of de stoel goed geblokkeerd is door te
proberen hem naar voren en naar achteren
te schuiven. Als de stoel niet goed op zijn
plaats is vergrendeld zou dat kunnen leiden
tot plotselinge verplaatsing van de stoel
waardoor de bestuurder de controle over
het voertuig verliest.
10A0L0011
11A0L0117
19
g
Page 23 of 193
8)Voor optimale bescherming moet de
rugleuning rechtop gezet worden, moet
men goed tegen de rugleuning aanzitten en
moet de gordel goed aansluiten op de
borst en het bekken.
BELANGRIJK
2)De bekleding van uw voertuig is
ontworpen om bestand te zijn tegen slijtage
bij normaal gebruik van het voertuig. Er
moeten wel enkele voorzorgsmaatregelen
getroffen worden. Vermijd excessief
schuren tegen kledingaccessoires zoals
metalen gespen en klittenband die, als ze
veel druk uitoefenen in een klein gebied,
zouden kunnen afbreken, met beschadiging
van de bekleding als gevolg.
20
WEGWIJS IN UW AUTO
g
Page 24 of 193

STUURWIEL
Verstellen
Het stuurwiel kan in axiale en verticale
richting versteld worden.
Laat voor het verstellen hendel A
fig. 12 los, door deze naar voren te
duwen (stand 1). Trek, nadat de
instelling gemaakt is, hendel A naar het
stuur (stand 2) om hem te vergrendelen.
9) 10)
12A0L0012
21
g
Advies van Alfa Romeo: het stuurwiel
kan het best na instelling in de lengte
van de stoel en instelling van de hoek
van de rugleuning ingesteld worden.
Om te controleren of de stand van het
stuurwiel correct is, moet de linkerarm
volledig gestrekt worden, zodat het
hoogste punt van de rand van het
stuurwiel met de pols aangeraakt kan
worden (zonder het stuurwiel vast te
pakken). Tegelijkertijd moeten de
schouders van de bestuurder stevig
tegen de rugleuning zijn gedrukt. In
deze stand moet er, wanneer u de rand
van het stuurwiel vastpakt in de stand
"9:15" (d.w.z. met de handen als de
wijzers van de klok om 15 minuten over
9, alsof het stuurwiel de voorzijde van
een klok is) een hoek van 90 graden zijn
tussen uw boven- en onderarm. Dit
maakt maximale controle over het
stuurwiel mogelijk en zorgt ervoor dat
het gebruikt wordt als een
precisie-instrument en niet als een
handgreep tijdens het nemen van
bochten. Dit is ook de meest
ergonomisch correcte rijstand, die
minimale vermoeidheid tijdens het rijden
mogelijk maakt.