Page 281 of 646
280
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
Wanneer de TRC en VSC+ in werking zijn
Als er een kans op slip is, of de
voorwielen beginnen te slippen,
gaat het controlelampje Traction
Control knipperen om aan te
geven dat de TRC en VSC+ in
werking zijn.
Uitschakelen van TRC en/of VSC+Als u met uw auto vast komt te zitten in verse sneeuw of modder,
kunnen de TRC en de VSC+ het aandrijfvermogen van de motor naar
de wielen beperken. In dat geval kan het nodig zijn om het systeem
uit te schakelen, zodat u de auto vrij kunt maken door te “schomme-
len”.
■ Uitschakelen van TRC
Druk kort op de toets om de TRC
uit te schakelen.
Er verschijnt een melding op het
multi-informatiedisplay.
Druk nogmaals op de toets om
het systeem weer in te schakelen.
Page 282 of 646

281
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
■
Uitschakelen van TRC en VSC+
Houd de toets meer dan 3
seconden ingedrukt, terwijl de
auto stilstaat, om de TRC en de
VSC+ uit te schakelen.
Er verschijnt een melding op het
multi-informatiedisplay en het
controlelampje VSC OFF gaat
branden.
Druk nogmaals op de toets om
het systeem weer in te schakelen.
■Automatisch opnieuw inschakelen van de TRC en de VSC+
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Als u het contact UIT zet nadat de TRC- en VSC+-systemen zijn uitge-
schakeld, worden de systemen automatisch opnieuw ingeschakeld.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Als u het contact UIT zet nadat de TRC- en VSC+-systemen zijn uitge-
schakeld, worden de systemen automatisch opnieuw ingeschakeld.
■ Automatisch inschakelen van Traction Control
Als alleen de Traction Control wordt uitgeschakeld, zal deze weer worden
ingeschakeld zodra de voertuigsnelheid toeneemt.
■ Automatisch opnieuw inschakelen van de TRC en de VSC+
Als de systemen TRC en VSC+ zijn uitgeschakeld, zullen deze niet worden
ingeschakeld, zelfs niet wanneer de voertuigsnelheid toeneemt.
Page 283 of 646

282
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
■
Bijgeluiden en trillingen die veroorzaakt worden door ABS, BA, TRC en
VSC+
● Tijdens het starten of kort nadat de auto begint te rijden kan in de motor-
ruimte een geluid worden gehoord. Dit duidt niet op een storing in een
van deze systemen.
● De volgende verschijnselen kunnen zich voordoen als bovenstaande
systemen in werking zijn. Geen van deze verschijnselen duidt op een
storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurin-
richting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektro- motor hoorbaar zijn.
• Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblok- keersysteem geactiveerd is.
• Het rempedaal kan iets verder naar beneden bewegen als het antiblok- keersysteem geactiveerd is.
■ Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan het geluid van een elektromotor
(zoemend geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
■ Beperkte bekrachtiging door EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het EPS-systeem wordt gereduceerd om
het systeem tegen oververhitting te beschermen als er gedurende langere
tijd veel stuurbewegingen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de besturing
zwaar aanvoelen. Probeer als dat het geval is minder frequent te sturen of
breng de auto tot stilstand en zet de motor UIT. Het EPS-systeem moet na
ongeveer 10 minuten weer normaal werken.
Page 284 of 646

283
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
WAARSCHUWING
De volgende omstandigheden kunnen leiden tot een ongeval waarbij ernstig
letsel kan ontstaan.
■
Het antiblokkeersysteem werkt niet effectief als
● De maximale grip van de banden overschreden wordt (bijvoorbeeld ver-
sleten banden op een weg die bedekt is met sneeuw).
● Er sprake is van aquaplaning bij het rijden met een hoge snelheid op een
nat of glad wegdek.
■ De remweg met ABS in werking kan langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg van de auto te verkorten. Houd
altijd voldoende afstand tot uw voorligger, met name in de volgende geval-
len:
● Als wordt gereden op wegen met grind, zand en dergelijke, of op
besneeuwde wegen
● Als wordt gereden met sneeuwkettingen
● Als wordt gereden op slechte wegen
● Als wordt gereden over wegen met diepe gaten of andere grote oneffen-
heden
■ De Traction Control werkt niet effectief als
Het insturen van de juiste richting en het overbrengen van de aandrijfkracht
op de weg niet onder alle omstandigheden gerealiseerd kunnen worden,
zelfs niet als de TRC in werking is.
Rijd niet met de auto onder omsta ndigheden waarbij de stabiliteit en de aan-
drijfkracht verloren kunnen gaan.
■ Wanneer de VSC+ geactiveerd is
Het controlelampje Traction Control knippert. Rijd altijd voorzichtig. Roeke-
loos rijgedrag kan leiden tot ongevallen. Wees bijzonder voorzichtig als het
controlelampje knippert.
■ Wanneer de TRC en VSC+ uitgeschakeld zijn
Wees zeer voorzichtig en pas uw snelheid aan de conditie van het wegdek
aan. Schakel de TRC en de VSC+ alleen in geval van nood uit, aangezien
deze systemen zorgen voor de voertuigstabiliteit en het aandrijfvermogen.
Page 285 of 646
284
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
WAARSCHUWING
■
Vervangen van banden
Controleer of alle banden dezelfde maat hebben, van hetzelfde merk zijn en
hetzelfde profiel en draagvermogen hebben. Controleer ook of alle banden
de voorgeschreven spanning hebben.
De ABS- en VSC+-systemen werken ni et goed als er verschillende banden
onder de auto gemonteerd zijn.
Neem contact op met een Toyota-dealer of erkende reparateur voor meer
informatie over het vervangen van de wielen of banden.
■ Omgaan met banden en wielophanging
Probleem met de banden of wijzigingen aan de wielophanging hebben een
negatief effect op de ondersteunende systemen en kunnen een storing ver-
oorzaken.
Page 286 of 646

285
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
Hill Start Assist Control
■Voorwaarden voor werking Hi ll Start Assist Control
● De Hill Start Assist Control werkt onder de volgende omstandigheden:
• De selectiehendel in een andere stand dan P (Multidrive CVT of auto-
matische transmissie) staat.
• De parkeerrem niet is geactiveerd.
• Het gaspedaal wordt niet ingetrapt.
● De Hill Start Assist Control werkt niet wanneer het controlelampje van de
Traction Control brandt.
■ Hill Start Assist Control
● Wanneer de Hill Start Assist Control in werking is, blijven de remmen
automatisch geactiveerd nadat de bestuurder het rempedaal heeft losge-
laten. De remlichten en het derde remlicht gaan branden.
● De Hill Start Assist Control werkt gedurende ongeveer 2 seconden nadat
het rempedaal is losgelaten.
● Als het controlelampje Traction Control niet gaat knipperen en de zoemer
niet klinkt wanneer het rempedaal volledig wordt ingetrapt, verminder
dan licht de druk op het rempedaal (laat de auto niet achteruitrollen) en
trap het vervolgens weer stevig in. Controleer als het systeem nog
steeds niet werkt of aan de hierboven beschreven voorwaarden is vol-
daan.
De Hill Start Assist Cont rol voorkomt dat de auto achteruit rolt bij het
wegrijden op een talud of gladde helling.
Schakel de Hill Start Assist
Control in door het rempedaal
helemaal in te trappen wan-
neer de auto volledig stilstaat.
Er klinkt eenmaal een zoemer
om aan te geven dat het sys-
teem is ingeschakeld. Ook
gaat het controlelampje Trac-
tion Control knipperen.
Page 287 of 646

286
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
■
Zoemer Hill Start Assist Control
● Wanneer de Hill Start Assist Control wordt geactiveerd, klinkt de zoemer
eenmaal.
● In de volgende situaties wordt de Hill Start Assist Control uitgeschakeld
en klinkt de zoemer tweemaal.
• Er wordt binnen ongeveer 2 seconden nadat het rempedaal is losgela-
ten niet weggereden.
• De selectiehendel wordt in stand P gezet (Multidrive CVT of automati- sche transmissie).
• De parkeerrem is geactiveerd.
• Het rempedaal wordt weer ingetrapt.
■ Als het controlelampje Traction Control gaat branden
Dit kan duiden op een storing in het systeem. Neem contact op met een
Toyota-dealer of erkende reparateur.
WAARSCHUWING
■Hill Start Assist Control
● Vertrouw niet uitsluitend op de Hill Start Assist Control. De Hill Start Assist
Control werkt niet altijd effectief op zeer steile hellingen en op met ijs
bedekte wegen.
● In tegenstelling tot de parkeerrem is de Hill Start Assist Control niet
bedoeld om de auto gedurende langere tijd op zijn plaats te houden.
Gebruik de Hill Start Assist Control niet om de auto op een helling gedu-
rende langere tijd op zijn plaats te houden omdat dat kan leiden tot een
ongeval.
Page 288 of 646
287
2
Tijdens het rijden
VERSO(BMW)_WE_OM64558E
2-5. Rijinformatie
Lading en bagage
WAARSCHUWING
■Zaken die niet in de bagageruimte vervoerd mogen worden
De volgende zaken kunnen brand veroorzaken als ze in de bagageruimte
vervoerd worden.
● Jerrycans met benzine
● Spuitbussen
Lees onderstaande informatie over voorzorgsmaatregelen, laadver-
mogen en belading zorgvuldig door.
● Vervoer lading en bagage indien mogelijk altijd in de bagage-
ruimte.
● Zorg ervoor dat de bagage stevig vastligt.
● Let erop dat de auto in balans blijft door zware lading niet aan
één kant te leggen. Leg zware v oorwerpen zo ver mogelijk naar
voren.
● Neem geen onnodige bagage mee. Dit helpt u brandstof te
besparen.
■ Imperiaal (indien aanwezig)
Roofrail
Dwarsstangen
Gebruik minimaal 2 originele
Toyota-dwarsstangen (of ge-
lijkwaardig) om de roofrail als
imperiaal te kunnen gebruiken.
Volg de gebruiksaanwijzing en
voorzorgsmaatregelen van de
fabrikant bij het plaatsen van
de dwarsstangen.