Radio data systeem (RDS)
OPMERKING
Het radio data systeem (RDS) werkt
niet als dit zich buiten het servicegebied
van het systeem bevindt.
Alternatieve frequentie (AF)
AF functioneert voor de FM zenders.
Druk op de audioregelknop en kies de AF
modus om deze in te schakelen en“AF”
wordt getoond. Als de radio-ontvangst
van de huidige zender zwakker wordt,
schakelt het systeem automatisch over
naar een andere zender.
Wanneer u verder naar een regionaal
programma wilt luisteren, op de
audioregelknop drukken en kies de REG
modus om deze in te schakelen.“REG
ON”wordt op de display getoond. Druk
voor het annuleren op de audioregelknop
en kies de REG modus om deze uit te
schakelen.“REG OFF”wordt op de
display getoond.
Verkeersinformatie (TA)
Als u op de verkeersinformatietoets (
)
drukt, zal de installatie naar de TA modus
overschakelen en wordt“TA”getoond.
Als in de TA modus een TA uitzending
wordt ontvangen, krijgt de TA uitzending
voorrang, ook wanneer andere functies
(FM, CD, USB, iPod of AUX) gebruikt
worden en wordt“Traffic Info”getoond.
Druk tijdens een TA uitzending op de
verkeersinformatietoets (
)omde
uitzending te beëindigen en naar de
voorheen ingestelde modus terug te keren.Instellen van het volume van de TA
uitzending:
1. Houd de verkeersinformatietoets (
)
gedurende ongeveer 2 seconden
ingedrukt om“TA VOL”te tonen.
2. Draai terwijl“TA VOL”wordt getoond
de aan/uit/volumeknop voor het
afstellen van het volume.
Programmatype informatie (PTY)
Bepaalde FM zenders zenden
programmatype codes uit. Met behulp van
deze code kunnen alternatieve zenders die
dezelfde programmatype codes uitzenden
snel opgespoord worden.
Druk in de FM modus op de
programmatype informatietoets (
,).
De programmatype code en“PTY”wordt
tijdens ontvangst getoond. Als er geen
programmatype code is, wordt“None”
getoond.
(Kiezen van een programmatype:)
1. Druk op de programmatype
informatietoets (
,) wanneer de
programmatype code wordt getoond.
2. Druk op een van de volgende toetsen:
lDruk op de voorgeprogrammeerde
zendervoorkeuzetoets (1 tot 6).
lDruk op de programmatype
informatietoets (
,).
lDraai de audioregelknop.
(Opsporen van programmatype
informatie:)
1. Druk op de programmatype
informatietoets (
,) wanneer de
programmatype code wordt getoond.
5-36
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
2. Druk op de programmatype
informatietoets (
,) totdat de
pieptoon klinkt.
De installatie begint met het opsporen
van uitzendingen en zal als er geen
worden gevonden“Nothing”tonen en
vervolgens terugkeren naar de
voorheen ingestelde golfband.
(Opslaan van programmatypen onder
de zendervoorkeuzetoetsen:)
1. Druk op de programmatype
informatietoets (
,) wanneer de
programmatype code wordt getoond.
2. Druk op de programmatype
informatietoets (
,) of draai de
audioregelknop en selecteer het
programmatype.
3. Houd terwijl het programmatype op de
display wordt aangegeven een
zendervoorkeuzetoets gedurende
ongeveer 2 seconden ingedrukt.
Ingelaste uitzendingen
Als een ingelaste uitzending wordt
ontvangen, krijgt de ingelaste uitzending
voorrang, ook wanneer andere functies
(FM, CD, USB, iPod of AUX) gebruikt
worden en wordt“Alarm!”getoond.
Wanneer de ingelaste uitzending eindigt,
zal het systeem naar de voorheen
ingestelde functie terugkeren.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-37
(Map herhalen)
Druk tweemaal op de herhaaltoets (1)
tijdens weergave om de weergave van het
huidige muziekstuk in de map te herhalen.
“FOLDER RPT”wordt tijdens weergave
getoond.
Druk voor annuleren op de herhaaltoets
(1) terwijl“FOLDER RPT”wordt
getoond.
Willekeurige weergave
Tijdens muziek CD weergave
Druk op de willekeurige weergavetoets
(2) tijdens weergave om de sporen op de
CD in willekeurige volgorde weer te
geven.“DISC RDM”wordt tijdens
weergave getoond.
Druk voor annuleren op de willekeurige
weergavetoets (2) terwijl“DISC RDM”
wordt getoond.
Tijdens MP3/WMA/AAC CD weergave
(Map willekeurig)
Druk op de willekeurige weergavetoets
(2) tijdens weergave om de sporen in de
map in willekeurige volgorde weer te
geven.“FOLDER RDM”wordt tijdens
weergave getoond.
Druk voor annuleren tweemaal op de
willekeurige weergavetoets (2) terwijl
“FOLDER RDM”wordt getoond.
(CD willekeurig)
Druk tweemaal op de willekeurige
weergavetoets (2) tijdens weergave om de
muziekstukken op de CD in willekeurige
volgorde weer te geven.“DISC RDM”
wordt tijdens weergave getoond.
Druk voor annuleren op de willekeurige
weergavetoets (2) terwijl“DISC RDM”
wordt getoond.
Overschakelen van de display
Bij bestanden waarvoor een bestandsnaam
en overige informatie is ingevoerd,
schakelt de display over tussen de
aanduiding van de bestandsnaam en de
overige informatie telkens wanneer de
teksttoets (
) tijdens het afspelen
wordt ingedrukt.
Muziek CD (met mogelijkheid van CD-
TEXT)
Spoornaam
Albumnaam
Artiestnaam Spoornummer/Verstreken tijd
5-40
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
MP3/WMA/AAC CD
Bestandsnaam
Mapnaam
Albumnaam
Muziekstuknaam
Artiestnaam Mapnummer/Bestandsnummer Bestandsnummer/Verstreken tijd
OPMERKING
lDe informatie die zichtbaar is op de
display is enkel CD informatie (zoals
artiestnaam, muziekstuktitel) die op
de CD is opgenomen.
lBepaalde tekens kunnen op deze
installatie niet getoond worden. Niet-
toonbare tekens worden aangegeven
door een sterretje (
).
Display scrollen
Enkel 9 lettertekens (bestandsnaam) of 13
lettertekens (behalve bestandsnaam)
kunnen tegelijkertijd worden getoond.
Houd voor het tonen van de rest van de
lettertekens van een lange titel de
teksttoets (
) ingedrukt. De display
toont de volgende 13 lettertekens. Houd
de teksttoets (
) nogmaals ingedrukt
nadat de laatste 13 lettertekens getoond
zijn om terug te keren naar het begin van
de titel.
OPMERKING
Het aantal tekens dat getoond kan
worden is beperkt.
Foutmeldingendisplay
Als“CHECK CD”wordt getoond,
betekent dit dat er een probleem is met de
CD. Controleer de CD op beschadiging,
vuil of vlekken en steek deze vervolgens
correct opnieuw naar binnen. Als de
foutmelding weer verschijnt, het apparaat
naar een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur
brengen voor reparatie.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-41
qGebruik van de ingang voor extra
apparatuur/USB poortí
Audio kan weergegeven worden via de
autoluidsprekers door in de handel
verkrijgbare draagbare audioapparatuur
aan te sluiten op de ingang voor extra
apparatuur.
Gebruik een in de handel verkrijgbare,
impedantievrije (3,5
) stereo
ministekkerkabel. Neem contact op met
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur voor
bijzonderheden.
Ook kan audio weergegeven worden via
de audio-installatie van de auto door een
USB apparaat of een iPod op de USB
poort aan te sluiten.
Zie AUX/USB/iPod modus op pagina
5-63.
qFoutaanduidingen
Als u een foutaanduiding op de display
ziet, de oorzaak in de tabel opzoeken. Als
u de foutaanduiding niet kunt wissen, de
auto naar een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur
brengen.
AanduidingOorzaak Oplossing
CHECK CD
Compact
disc is
onderstebo-
ven
ingestoken.Steek de CD op de juiste
manier in. Als de
foutaanduiding steeds
opnieuw verschijnt,
contact opnemen met een
deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële
Mazda reparateur.
Compact
disc is
defect.Steek een andere CD op
de juiste manier in. Als
de foutaanduiding steeds
opnieuw verschijnt,
contact opnemen met een
deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële
Mazda reparateur.
5-42
Interieurvoorzieningen
íBepaalde modellen.
Audio-installatie
Audioset (Type C/Type D)í
OPGELET
Oefen geen druk uit op het scherm en druk er niet met puntige voorwerpen tegen.
Anders bestaat de kans op beschadiging van het scherm.
Type D (RDS compatibel)
Met navigatietoets
Zonder navigatietoets Type C (RDS* niet-compatibel)
* Radio data systeem
De illustratie geeft een typisch
voorbeeld.
Aan/uit/Volume/Display/Geluidsregelaars ..................................................... pagina 5-44
Bediening van de radio (Type C) .................................................................... pagina 5-48
Bediening van de radio (Type D) ................................................................... pagina 5-50
Bediening van de compact disc (CD) speler ................................................... pagina 5-54
Gebruik van de ingang voor extra apparatuur/USB poort .............................. pagina 5-58
Foutaanduidingen ........................................................................................... pagina 5-58
Instellen .......................................................................................................... pagina 5-58
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-43íBepaalde modellen.
qAan/uit/Volume/Display/Geluidsregelaars
AudioregelknopAudiotoets
Telefoontoets
Navigatietoets
Aan/uit/volumeknop
Insteltoets
De afbeelding toont als voorbeeld de type C eenheid.Bepaalde modellen.
Installatie AAN/UIT
Zet het contact op ACC of ON.
Druk op de aan/uit/volumeknop om de
audio-installatie in te schakelen. Druk
nogmaals op de aan/uit/volumeknop om
de audio-installatie uit te schakelen.
Afstelling van het volume
Draai de aan/uit/volumeknop om het
volume af te stellen.
Draai de aan/uit/volumeknop rechtsom
om het volume te verhogen en linksom
om het volume te verlagen.
Displayinstelling
Druk op de insteltoets (
) voor het
weergeven van het displayinstelscherm.
Raak de
schermtab aan om het
item te selecteren dat u wilt wijzigen.
Helderheidafstelling
: Helderheid verhogen
: Helderheid verlagen
Contrastafstelling
: Hoger contrast
: Lager contrastKleurtintafstelling
*1
: Benadrukken van de groene
kleurtinten
: Benadrukken van de rode
kleurtinten
*1 Afstelling kan enkel worden
uitgevoerd in de
achteruitrijcameramodus.
Kleurafstelling
*1
: Kleur dieper maken
: Kleur afzwakken
*1 Afstelling kan enkel worden
uitgevoerd in de
achteruitrijcameramodus.
Dag/nacht scherm instellen
*1
Het dag- of nachtscherm kan geselecteerd
worden ook als de koplampen branden of
uit zijn (wanneer bij avond een helder
scherm gewenst is of overdag een donker
scherm gewenst is).
: Dagscherm instellen
: Nachtscherm instellen
5-44
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
: Schakelt het scherm automatisch
over al naargelang de conditie van de
koplampverlichting
*1 De instelling kan niet worden gemaakt
in de achteruitrijcameramodus.
Display UIT
De display kan uitgeschakeld worden.
Raak de
schermtoets aan om de
display uit te schakelen.
De display kan als volgt weer terug
ingeschakeld worden:
lDruk op de audiotoets () voor
het weergeven van het audioscherm.
lDruk op de navigatietoets () voor
het weergeven van het navigatiescherm
(Met navigatiesysteem).
lDruk op de telefoontoets ()
voor het weergeven van het Bluetooth®
telefoonscherm.
lDruk op de insteltoets () voor
het weergeven van het
telefooninstelscherm.
lDruk op de audioregelknop voor het
weergeven van het geluidinstelscherm.
lSchakel over naar de stand R om over
te gaan naar de
achteruitrijcameramodus.
Schakel over naar een andere stand dan
R om terug te keren naar de display uit
toestand.
OPMERKING
lHet parkeersensorscherm wordt
tijdelijk weergegeven wanneer de
parkeersensor geactiveerd wordt.
Zie Parkeersensorsysteem op pagina
4-180.
lHet scherm kan ook met behulp van
de spraakherkenning uitgeschakeld
worden.
Zie Spraakherkenning op pagina
5-89.
Displayinstelling terugstellen
Alle scherminstelwaarden kunnen
teruggesteld worden op hun
begininstellingen.
1. Raak de
schermtoets aan.
2. Raak de
schermtoets aan.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-45