Doe het volgende om de begeleiding te
activeren:
1. Druk op de sprekentoets.
2.Prompt:“Gereed.”
3.Zeg:[Geluidssignaal]“Handleiding”
4.Prompt:“Handleiding”
5.Zeg:[Geluidssignaal]“XXXXX...
(Begeleidingsitem)”
6. Volg de prompts voor het verkrijgen
van de juiste gesproken begeleiding.
Opdrachten die tijdens
spraakherkenning steeds gebruikt
kunnen worden
“Help”,“Terug”,“Annuleer”,“Display
uit/Display aan”zijn opdrachten die
tijdens spraakherkenning steeds gebruikt
kunnen worden.
Gebruik van de helpfunctie
De helpfunctie informeert de gebruiker
over alle beschikbare spraakopdrachten
onder de huidige omstandigheden.
1.Zeg:[Geluidssignaal]“Help”
2. Volg de prompts voor het verkrijgen
van de juiste gesproken begeleiding.
Terug naar vorige bedieningsmodus
Deze opdracht is om vanuit de
spraakherkenningsmodus terug te keren
naar de vorige bedieningsmodus.
Zeg: [Geluidssignaal]“Terug”
Annuleren
Het Bluetooth
®handsfree systeem gaat
wanneer het systeem geactiveerd is over
naar de standby-stand als de volgende
bediening wordt uitgevoerd.
Zeg: [Geluidssignaal]“Annuleer”Display uit/Display aan
De display van de audio-installatie kan
uit-/ingeschakeld worden door middel van
spraakherkenning.
Zeg:[Geluidssignaal]“Display uit”(of
“Display aan”)
Let op de volgende punten om
vermindering van de spraakherkenning
en spraakkwaliteit te voorkomen:
lHet handsfree systeem kan
spraakherkenning niet uitvoeren
wanneer de gesproken begeleiding in
werking is of een pieptoon wordt
gegeven. Wacht totdat de gesproken
begeleiding of de pieptoon is beëindigd
alvorens uw opdrachten uit te spreken.
lDialecten of een andere bewoording
dan de handsfree oproepen kunnen niet
door de spraakherkenning worden
herkend. Spreek in de bewoording
zoals voorgeschreven door de
spraakopdrachten.
lHet is niet nodig recht voor de
microfoon te gaan zitten of er naar toe
over te leunen. Spreek de
spraakopdrachten uit en houd daarbij
een veilige rijpositie aan.
lSpreek niet te langzaam of te luid.
lSpreek duidelijk, zonder te pauzeren
tussen woorden en getallen.
lSluit de ramen en/of het schuifdak om
harde geluiden van buiten de auto te
verminderen. Zet tijdens het gebruik
van Bluetooth
®handsfree de
luchtstroom van het
klimaatregelsysteem in een lagere
stand.
lZorg er voor dat de luchtroosters de
luchtstroom niet omhoog naar de
microfoon richten.
5-90
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
GRACENOTE GEEFT GEEN GARANTIES, NOCH UITDRUKKELIJK NOCH
IMPLICIET, MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE
GARANTIES VOOR HANDELSDOELEINDEN, GESCHIKTHEID VOOR EEN
BEPAALD DOEL, TITELS EN HET ONTBREKEN VAN INBREUK OP BESTAANDE
RECHTEN. GRACENOTE GEEFT GEEN GARANTIES TEN AANZIEN VAN DE
RESULTATEN DIE U VERKRIJGT DOOR HET GEBRUIK VAN DE GRACENOTE-
SOFTWARE OF EEN GRACENOTE-SERVER. IN GEEN GEVAL ZAL GRACENOTE
AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR GEVOLGSCHADE OF INCIDENTELE SCHADE OF
MISGELOPEN WINST OF OMZETVERLIES VAN WELKE AARD DAN OOK.
© 2000 tot heden. Gracenote, Inc.
Bijwerken van de database
De Gracenote media database kan bijgewerkt worden met behulp van een USB apparaat.
1. Sluit een USB apparaat aan die de software bevat voor het bijwerken van Gracenote.
2. Raak de
schermtoets aan.
3. Raak de
schermtoets aan.
4. Raak de
schermtoets aan om de display te scrollen.
Wanneer de display gescrold wordt tot aan het eind van de verklaring, wordt de
schermtoets getoond.
5. Raak de
schermtoets aan. Het bijwerken wordt opgestart.
6. Raak de
schermtoets aan.
OPMERKING
Tijdens het bijwerken van de database het contact niet uitzetten en het USB apparaat niet
losmaken. Anders kunnen gegevens verloren gaan.
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
5-105
Bluetooth® audio
Bluetooth®specificatie van toepassing
Ver. 2,0 of hoger
Responsprofiel
lA2DP (Advanced Audio Distribution
Profile) Ver. 1.0/1.2
lAVRCP (Audio/Video Remote Control
Profile) Ver. 1.0/1.3/1.4
A2DP is een profiel dat enkel audio naar
de Bluetooth
®eenheid verzendt. Als uw
Bluetooth®audioapparatuur enkel
correspondeert met A2DP, maar niet met
AVRCP, kunt u deze niet bedienen met
het bedieningspaneel van de audio-
installatie van de auto. In dit geval kan de
Bluetooth
®audioapparatuur gebruikt
worden door bediening van het apparaat
zelf, op dezelfde manier als wanneer
draagbare audioapparatuur zonder
Bluetooth
®communicatiefunctie
aangesloten wordt op de AUX
aansluiting.
Functie A2DPA2DP·AVRCP
Ve r.
1.0Ve r.
1.3Ve r.
1.4
Weergave―XXX
Pauze―XXX
Bestand (Spoor)
vooruit/terug―XXX
Terugspoelen――XX
Snelvooruitspoelen――XX
Tekstdisplay――XX
Map
omhoog/omlaag―――X
Herhalen―――X
Shuffle―――X
Scan―――X
X: Beschikbaar
―: Niet beschikbaar
OPMERKING
lZie om te controleren of uw
Bluetooth®audioapparatuur Ver. 1.0,
1.3 of 1.4 is, de
gebruikershandleiding van uw
Bluetooth
®audioapparatuur.
lHet batterijverbruik van Bluetooth®
audioapparatuur is hoger wanneer
deze via Bluetooth®is aangesloten.
lAls een gangbare mobiele telefoon
USB wordt aangesloten tijdens
muziekweergave via een Bluetooth
®
verbinding, wordt de Bluetooth®
verbinding verbroken. Om deze
reden is muziekweergave via een
Bluetooth
®verbinding en
muziekweergave via een USB
verbinding niet tegelijkertijd
mogelijk.
lHet is mogelijk dat het systeem
afhankelijk van de Bluetooth®
audioapparatuur niet normaal werkt.
5-106
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
qGebruik van de Bluetooth®
audio-installatie
Overschakelen naar de Bluetooth®
audiomodus
Schakel over naar de Bluetooth
®
audiomodus voor het bedienen van de
audioapparatuur met behulp van het
bedieningspaneel van de audio-installatie
voor het beluisteren van muziek of
spraakaudio welke is opgenomen op
Bluetooth
®audioapparatuur. Alle
Bluetooth®audioapparatuur dient
geprogrammeerd te worden in de
Bluetooth
®eenheid van de auto alvorens
deze kan worden gebruikt.
Zie Gereed maken van Bluetooth® op
pagina 5-86.
1. Zet het contact op ACC of ON.
2. Schakel de Bluetooth
®audioapparatuur
in.
Zorg er voor dat het“
”symbool
getoond wordt op de display van de
audio-installatie.
OPMERKING
Bij bepaalde Bluetooth®
audioapparatuur duurt het enige tijd
voordat het“
”symbool op de display
van de audio-installatie wordt getoond.
3. Druk op de audiotoets (
) en raak
vervolgens de
schermtab aan om
over te schakelen naar de Bluetooth®
audiomodus en start de weergave.
OPMERKING
lAls de Bluetooth®audioapparatuur
niet met de weergave begint, op de
schermtoets drukken.
lAls de modus overgeschakeld wordt
van Bluetooth®audio naar een
andere modus (radiomodus), stopt de
audioweergave van de Bluetooth
®
audioapparatuur.
Weergave
1. Schakel de modus over naar
Bluetooth
®audiomodus om te luisteren
naar Bluetooth®audioapparatuur via
het luidsprekersysteem van de auto.
(Zie“Overschakelen naar de
Bluetooth
®audiomodus”)
2. Druk voor het stopzetten van de
weergave op de
schermtoets.
3. Druk nogmaals op de toets om de
weergave te hervatten.
Selecteren van een bestand (spoor)
Selecteert het volgende bestand (spoor)
Druk kort op de spoor omhoog toets (
)
of raak de
schermtoets aan.
Selecteert het begin van het huidige
bestand (spoor)
Druk kort op de spoor omlaag toets (
)
of raak de
schermtoets aan.
Snelvooruitspoelen/Terugspoelen
(AVRCP Ver. 1.3 of hoger)
Snelvooruitspoelen
Houd de snelvooruitspoeltoets (
)
ingedrukt of blijf de
schermtoets
aanraken.
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
5-107
Terugspoelen
Houd de terugspoeltoets (
) ingedrukt
of blijf de
schermtoets aanraken.
Mapzoeken (alleen AVRCP Ver. 1.4)
Raak voor het veranderen naar de vorige
map de
schermtoets aan of raak de
schermtoets aan om door te gaan
naar de volgende map.
Muziek scan (alleen AVRCP Ver. 1.4)
Deze functie scant de titels in een map die
op dat moment wordt afgespeeld en speelt
10 seconden van elk nummer af om u te
helpen het nummer te vinden dat u wilt
beluisteren.
1. Raak de
schermtoets tijdens
weergave aan om 10 seconden van
achtereenvolgens alle sporen af te
spelen, te beginnen vanaf het volgende
muziekstuk.
2. Raak de
schermtoets
nogmaals aan tijdens weergave van het
muziekstuk dat u wilt beluisteren en ga
verder met de weergave vanaf dat punt.
Herhaalde weergave (alleen AVRCP
Ver. 1.4)
Spoor herhalen
Raak de
schermtoets tijdens
weergave aan om het muziekstuk bij
herhaling weer te geven.“
”wordt
tijdens weergave getoond.
Raak de
schermtoets terwijl“”
wordt getoond tweemaal aan om te
annuleren.
Map herhalen
Raak de
schermtoets tweemaal
aan om de muziekstukken in de map bij
herhaling weer te geven.“
”wordt
tijdens weergave getoond.Raak de
schermtoets terwijl
“
”wordt getoond aan om te annuleren.
Shuffleweergave (alleen AVRCP Ver.
1.4)
Mapshuffle
Raak de
schermtoets tijdens
weergave aan om de muziekstukken in de
mapshuffle weer te geven.“
”wordt
tijdens weergave getoond.
Raak de
schermtoets terwijl“”
wordt getoond tweemaal aan om te
annuleren.
Apparatuurshuffle
Raak de
schermtoets tijdens
weergave tweemaal aan om de
muziekstukken in de apparatuurshuffle
weer te geven.“
”wordt tijdens
weergave getoond.
Raak de
schermtoets terwijl“”
wordt getoond aan om te annuleren.
Display scrollen
Raak de
schermtoets aan de
rechterzijde van de titel aan als de gehele
titel niet in een keer getoond kan worden.
Raak wanneer het laatste teken is getoond
de
schermtoets aan om het eerste
teken van de titel te tonen.
5-108
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
qInformatiedisplay van
Bluetooth® audioapparatuur
Als een Bluetooth®audioapparaat wordt
aangesloten, wordt de volgende
informatie op de display getoond.
AVRCP
Ver. lager
dan 1.3AVRCP
Ver. 1.3AVRCP
Ver. 1,4 of
hoger
ApparatuurnaamXXX
Resterende
batterijlading
van apparatuur―XX
Titel―XX
Artiestnaam―XX
Albumnaam―XX
Bestandsnummer―XX
Weegavetijd―XX
Mapnummer――X
OPMERKING
Het is mogelijk dat afhankelijk van de
apparatuur bepaalde informatie niet
wordt getoond en als de informatie niet
kan worden getoond, wordt“Geen
nummertitel”aangegeven.
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
5-109
Wanneer waarschuwings-/
indikatielampjes branden/
knipperen
qAls het hoofdwaarschuwingslampje
gaat branden
Type A
Wordt getoond wanneer melding van de
systeemdefecten vereist is.
Controleer het bericht dat wordt
aangegeven op de display en raadpleeg
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur.
(Displayvoorbeeld)
Wordt als volgt getoond:
Indikatie op display en
hoofdwaarschuwingslampje in
instrumentengroep branden
tegelijkertijd
Dit duidt op een defect in het
voertuigsysteem. Controleer het bericht
dat wordt aangegeven op de display en
raadpleeg een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur.
Zie voor bijzonderheden de verklaringen
voor de waarschuwings-/indikatielampjes
in het hoofdstuk waarschuwings-/
indikatielampjes, welke overeenkomen
met het symbool in het bovenste gedeelte
van de display. Als er geen bericht wordt
aangegeven op de display, op de INFO
schakelaar drukken om het
“Waarschuwing”scherm te tonen.
Type B
Het lampje gaat in de volgende gevallen
continu branden. Raadpleeg een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur.
lEr is een defect in het
accubeheersysteem.
lEr is een defect in de remschakelaar.
(SKYACTIV-D 2.2)
lEr is een defect in de hydraulische
regeling van de motor.
lEr is een defect in de distributieketting
van de motor.
lEr is een defect in de voorverwarming.
7-36
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
qAls het waarschuwingslampje voor
systeem van airbag/voorspanners
van voorste veiligheidsgordels gaat
branden of knipperen
Een defect in het systeem wordt
aangeduid als het waarschuwingslampje
constant knippert, constant brandt of
helemaal niet brandt wanneer het contact
op ON gezet wordt. Bij elk van deze
gevallen dient u zo spoedig mogelijk een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur te raadplegen.
Het systeem zal dan wellicht in het geval
van een aanrijding niet in werking treden.
WAARSCHUWING
Sleutel nooit zelf aan de airbag/
voorspannersystemen en laat altijd
alle onderhoud en reparatie door een
deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur
uitvoeren:
Het zelf uitvoeren van onderhoud of
sleutelen aan de systemen is
gevaarlijk. De kans bestaat dat een
airbag/voorspanner onvoorzien
geactiveerd of buiten werking gesteld
wordt.
qAls het waarschuwingslampje van
het
bandenspanningcontrolesysteem
gaat knipperen
Als het bandenspanningcontrolesysteem
defect is, gaat het waarschuwingslampje
voor de bandenspanning gedurende
ongeveer 1 minuut knipperen wanneer het
contact op ON gezet wordt en vervolgens
continu branden. Laat uw auto zo spoedig
mogelijk door een deskundige reparateur,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur controleren.
qAls de KEY indikatie/
waarschuwingslampje (rood)
wordt aangegeven
í
Type A
“Sleutelloos- systeem inspectie vereist”
wordt op de display getoond
Dit bericht wordt getoond als er een
probleem is met de geavanceerde
afstandbediende portiervergrendeling &
startdrukknopsysteem.
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur.
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
7-45íBepaalde modellen.