Inhoudsopgave
Afbeeldingenindex
Aanzichten van interieur, exterieur en identificatie van de onderdelen van uw
Mazda.1
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Belangrijke informatie over de veiligheidsuitrusting, zoals zittingen,
veiligheidsgordelsysteem, kinderzitjes en SRS airbags.2
Alvorens te gaan rijden
Gebruik van diverse voorzieningen, zoals sleutels, portieren, spiegels en
ruiten.3
Tijdens het rijden
Informatie betreffende veilig rijden en stoppen4
Interieurvoorzieningen
Gebruik van de diverse uitrustingsonderdelen voor rijcomfort, zoals
klimaatregeling en audio-installatie.5
Onderhoud en verzorging
Hoe u uw Mazda in topconditie kunt houden.6
Als er zich een probleem voordoet
Nuttige informatie over wat u kunt doen als er zich een probleem voordoet
met de auto.7
Informatie voor de eigenaar
Belangrijke consumenteninformatie zoals garanties en aanvullende apparatuur8
Technische gegevens
Technische informatie over uw Mazda.9
Index10
Interieuruitrusting (Aanzicht B)
Audiobedieningsschakelaars .......................................................................... pagina 5-60
SRS airbags .................................................................................................... pagina 2-47
Kruissnelheidsregelaarschakelaars ............................................................... pagina 4-137
Navigatiesysteem (indien voorzien) ............................... Zie de afzonderlijke handleiding
Audio-installatie ............................................................................................. pagina 5-14
Waarschuwingsknipperlichtschakelaar ......................................................... pagina 4-116
Klimaatregelsysteem ........................................................................................ pagina 5-2
Handschoenenkast ........................................................................................ pagina 5-122
Achterruitverwarmingsschakelaar ................................................................. pagina 4-114
Stekkerbus voor accessoires ......................................................................... pagina 5-118
Handgeschakelde versnellingsbakhendel ....................................................... pagina 4-77
Keuzehendel automatische transmissie .......................................................... pagina 4-80
Handrem ....................................................................................................... pagina 4-118
Stoelverwarmingschakelaars ............................................................................ pagina 2-7
Ontgrendelhendel ........................................................................................... pagina 3-34
Motorkapontgrendelknop ............................................................................... pagina 6-21
Afbeeldingenindex
Overzicht van het interieur (Model met links stuur)
1-3De uitrusting en de montagepositie is al naargelang het model verschillend
Interieuruitrusting (Aanzicht B)
Handschoenenkast ........................................................................................ pagina 5-122
SRS airbags .................................................................................................... pagina 2-47
Navigatiesysteem (indien voorzien) ............................... Zie de afzonderlijke handleiding
Audio-installatie ............................................................................................. pagina 5-14
Waarschuwingsknipperlichtschakelaar ......................................................... pagina 4-116
Klimaatregelsysteem ........................................................................................ pagina 5-2
Audiobedieningsschakelaars .......................................................................... pagina 5-60
Kruissnelheidsregelaarschakelaars ............................................................... pagina 4-137
Motorkapontgrendelknop ............................................................................... pagina 6-21
Ontgrendelhendel ........................................................................................... pagina 3-34
Achterruitverwarmingsschakelaar ................................................................. pagina 4-114
Handrem ....................................................................................................... pagina 4-118
Handgeschakelde versnellingsbakhendel ....................................................... pagina 4-77
Keuzehendel automatische transmissie .......................................................... pagina 4-80
Stekkerbus voor accessoires ......................................................................... pagina 5-118
Stoelverwarmingschakelaars ............................................................................ pagina 2-7
1-6
Afbeeldingenindex
De uitrusting en de montagepositie is al naargelang het model verschillend
Overzicht van het interieur (Model met rechts stuur)
qLDWS waarschuwing
Als het systeem bepaalt dat de auto op het
punt staat de rijstrook te verlaten terwijl
het systeem in werking is, klinkt de
LDWS waarschuwing en gaat het LDWS
indikatielampje (groen) knipperen.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-41.
Zie
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) waarschuwingsgeluid op pagina
7-55.
Op de display van de type A
instrumentengroep wordt de richting
aangegeven waarin het systeem bepaald
heeft dat de auto van de rijstrook afwijkt.
Draai het stuurwiel op adequate wijze en
rijd naar het midden van de rijstrook.
Indikatie op display
OPMERKING
lAls het LDWS waarschuwingsgeluid
op trilling is ingesteld klinkt het
geluid vanuit de autoluidspreker aan
de zijde waar het systeem bepaald
heeft dat de auto van de rijstrook
afwijkt.
lHet LDWS waarschuwingsgeluid is
niet hoorbaar vanuit de luidspreker
wanneer een audiofunctie zoals het
handsfree systeem of de
spraakherkenning gebruikt wordt.
lDe kans bestaat dat het LDWS
waarschuwingsgeluid niet hoorbaar
is afhankelijk van de
omgevingscondities zoals geluiden
van buiten.
lHet tijdstip van de waarschuwing
waarop het systeem bepaalt dat de
auto van zijn rijstrook afwijkt kan
veranderd worden.
Zie Gebruikersinstellingen op pagina
9-13.
qVooruitrijcamera (FSC)
lDe LDWS camera die zich bij de
achteruitkijkspiegel bevindt, werkt ook
als de vooruitrijcamera (FSC) voor het
koplampregelsysteem (HBC).
Tijdens het rijden
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
4-159
qGebruik van het parkeerhulpsensorsysteem
De schakelaar kan geactiveerd worden wanneer het contact op ON staat, de keuzehendel in
een andere stand dan achteruit (R) staat en de rijsnelheid ongeveer 10 km/h of minder is.
Wanneer de parkeersensorschakelaar wordt ingedrukt, wordt een pieptoon gegeven, wordt
de hindernisdetectieaanduiding
íop het audioscherm getoond en gaat het indikatielampje
in de schakelaar branden.
Indikatielampje
OPMERKING
Als het systeem geannuleerd wordt, zal de werking ervan niet automatisch hersteld
worden wanneer de rijsnelheid tot 10 km/h of minder is afgenomen.
Voorwaarde voor sensordetectie
Het systeem kan gebruikt worden wanneer het contact op ON staat en de
parkeerhulpsensorschakelaar ingeschakeld is.
Het systeem zal vervolgens functioneren wanneer de keuzehendel in de achteruit (R) gezet
wordt.
De sensoren kunnen hindernissen opsporen onder de volgende omstandigheden:
Sensor Conditie
Voorste sensorDe keuzehendel staat in een stand behalve achteruit (R) en de rijsnelheid is ongeveer
10 km/h of minder.
Voorste hoeksensor De rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of minder.
Achterste sensor De keuzehendel staat in de achteruit (R).
Achterste hoeksensorDe keuzehendel staat in de achteruit (R) en de rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of
minder.
Het systeem wordt onder de volgende omstandigheden uitgeschakeld:
lDe parkeersensorschakelaar wordt ingedrukt terwijl de parkeersensor in werking is.
lDe rijsnelheid is 10 km/h of hoger.
Tijdens het rijden
Parkeersensorsysteem
4-183íBepaalde modellen.
5Interieurvoorzieningen
Gebruik van de diverse uitrustingsonderdelen voor rijcomfort, zoals
klimaatregeling en audio-installatie.
Klimaatregelsysteem ..................................................................... 5-2
Bedieningstips ........................................................................... 5-2
Bediening van de luchtroosters ................................................. 5-3
Handbediend type ..................................................................... 5-5
Volautomatisch type .................................................................. 5-9
Audio-installatie .......................................................................... 5-14
Antenne ................................................................................... 5-14
Bedieningstips voor audio-installatie ...................................... 5-14
Audioset (Type A/Type B)
í................................................... 5-29
Audioset (Type C/Type D)í................................................... 5-43
Gebruik van de audiobedieningsschakelaar ............................ 5-60
Gebruik van de commanderschakelaar
í................................. 5-62
AUX/USB/iPod modusí........................................................ 5-63
Bluetooth® .................................................................................. 5-84
Bluetooth®
í........................................................................... 5-84
Bluetooth® handsfree ............................................................. 5-91
Bluetooth® audio .................................................................. 5-106
Oplossen van problemen ....................................................... 5-110
Interieuruitrusting .................................................................... 5-114
Zonnekleppen ........................................................................ 5-114
Interieurverlichting ................................................................ 5-114
Klok ...................................................................................... 5-117
Stekkerbussen voor accessoires ............................................ 5-118
Bekerhouder .......................................................................... 5-120
Fleshouder ............................................................................. 5-121
Opbergvakken ....................................................................... 5-122
Uitneembare asbak
í............................................................. 5-125
5-1íBepaalde modellen.
Antenne
qType Aí
De antenne is in het ruitglas ingebouwd.
OPGELET
Gebruik voor het reinigen van de
binnenzijde van een ruit met een
antenne een zachte doek bevochtigd
met lauw water en veeg de
antennedraden voorzichtig af.
Het gebruik van ruitreinigingsmiddelen
kan beschadiging van de antenne
veroorzaken.
qType B
Antenne
Bedieningstips voor audio-
installatie
WAARSCHUWING
Stel de audio-installatie enkel af
wanneer de auto stilstaat:
Stel de bedieningstoetsen van de
audio-installatie niet tijdens het rijden
af. Afstellen van de audio-installatie
tijdens het rijden is gevaarlijk,
aangezien u hierdoor van de besturing
van de auto kan worden afgeleid,
waardoor een ernstig ongeluk kan
ontstaan.
Ook al zijn de
audiobedieningsschakelaars op het
stuurwiel aanwezig, is het de
bedoeling dat u leert de schakelaars te
bedienen zonder er naar te kijken,
zodat u tijdens het rijden uw maximale
aandacht op de weg kunt houden.
OPGELET
Stel voor veilig rijden het audiovolume
af op een niveau waarbij de geluiden
van buiten de auto voor u goed
hoorbaar blijven, zoals bijvoorbeeld
autoclaxons en vooral sirenes van
hulpverleningsvoertuigen.
5-14
Interieurvoorzieningen
íBepaalde modellen.
Audio-installatie
OPMERKING
lOm te voorkomen dat de accu
uitgeput raakt, de audio-installatie
niet gedurende langere tijd aan laten
staan terwijl de motor niet draait.
lAls een mobiele telefoon of een CB
radio in of bij de auto wordt
gebruikt, kan dit tot gevolg hebben
dat de audio-installatie storing te
horen geeft, dit duidt er echter niet
op dat de installatie defect is.
Geen vloeistof op de audio-installatie
morsen.
Geen andere voorwerpen dan CD's naar
binnen in de gleuf steken.
qRadio-ontvangst
AM karakteristieken
AM signalen buigen rondom obstakels als
gebouwen en bergen en worden door de
ionosfeer weerkaatst.
Dit is de reden waarom deze signalen
langere afstanden kunnen overbruggen
dan FM signalen.
Echter dit kan ook tot gevolg hebben dat
twee zenders tegelijk op dezelfde
frequentie ontvangen worden.
Zender 2 Zender 1Ionosfeer
FM karakteristieken
Het bereik van een FM zender strekt zich
gewoonlijk uit over een afstand van
ongeveer 40―50 km vanaf de bron.
Aangezien voor FM stereo-uitzendingen
een extra codering nodig is om het geluid
in twee kanalen te splitsen, is het bereik
ervan zelfs nog korter dan dat van mono
(niet-stereo) FM uitzendingen.
FM zender
40—50 km
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-15