qVoorgloei-indikatielampje
(SKYACTIV-D 2.2)í
Dit indikatielampje kan gaan branden
wanneer het contact op ON gezet wordt.
Het lampje gaat uit wanneer de
gloeibougies warm zijn. Als u nadat de
gloeibougies zijn opgewarmd het contact
gedurende langere tijd in de stand ON laat
staan zonder dat de motor draait, worden
de gloeibougies mogelijk opnieuw
opgewarmd en gaat het voorgloei-
indikatielampje branden.
qDieseldeeltjesfilterindikatie/
indikatielampje (SKYACTIV-D
2.2)
Type A
Wanneer“Roetophoping in roetfilter te
hoog”wordt aangegeven
De dieseldeeltjes (PM) kunnen niet
automatisch verwijderd worden en de
hoeveelheid verzamelde deeltjes (PM)
hebben een bepaalde hoeveelheid bereikt.
Rijd met een snelheid van 40 km/h of
meer gedurende ongeveer 10 tot 15
minuten om de PM te elimineren.Wanneer“Roetfilter inspectie contact
direct uw Mazda dealer”wordt
aangegeven
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur.
OPGELET
Als u met de auto blijft doorrijden
terwijl“Roetophoping in roetfilter te
hoog”op de display wordt aangegeven,
nemen de hoeveelheid deeltjes (PM) toe
en is het mogelijk dat de indikatie
verandert naar“Roetfilter inspectie
contact direct uw Mazda dealer”.Alsde
indikatie verandert naar“Roetfilter
inspectie contact direct uw Mazda
dealer”, de auto onmiddellijk door een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur laten
inspecteren. Als de auto niet
geïnspecteerd wordt en u met de auto
blijft doorrijden, bestaat de kans dat de
motor defect raakt.
OPMERKING
Wanneer“Roetfilter inspectie contact
direct uw Mazda dealer”wordt
aangegeven op de display, wordt het
motorvermogen beperkt om het
dieseldeeltjesfilter te beschermen.
Type B
Het waarschuwingslampje blijft
gedurende enkele seconden branden
wanneer het contact op ON gezet wordt.
4-70
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
Het indikatielampje van het
dieseldeeltjesfilter gaat branden wanneer
de dieseldeeltjes (PM) niet automatisch
verwijderd kunnen worden en de
hoeveelheid verzamelde dieseldeeltjes een
bepaalde hoeveelheid bereikt. Rijd met
een snelheid van 40 km/h of meer
gedurende ongeveer 10 tot 15 minuten om
de PM te elimineren.
Neem contact op met een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur als het
dieseldeeltjesfilter indikatielampje
knippert.
OPGELET
Als het dieseldeeltjesfilter
indikatielampje brandt en u als normaal
met de auto blijft doorrijden, zullen de
dieseldeeltjes toenemen en bestaat de
kans dat het indikatielampje begint te
knipperen. Laat de auto onmiddellijk
door een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur
inspecteren als het dieseldeeltjesfilter
indikatielampje begint te knipperen. Als
de auto niet geïnspecteerd wordt en u
met de auto blijft doorrijden, bestaat de
kans dat de motor defect raakt.
OPMERKING
Wanneer het dieseldeeltjesfilter
indikatielampje knippert, wordt het
motorvermogen beperkt om het
dieseldeeltjesfilter te beschermen.
qMoersleutelindikatie/indikatielampje
Type A
Wordt getoond wanneer het tijd is voor
een vooringestelde periodieke
onderhoudsbeurt. Laat onderhoud
uitvoeren overeenkomstig het bericht.
Type B (SKYACTIV-D 2.2)
Dit indikatielampje blijft gedurende
enkele seconden branden wanneer het
contact op ON gezet wordt.
Het brandstoffilter is voorzien van een
opvanginrichting voor bezinksel, welke er
voor zorgt dat het water van de brandstof
wordt gescheiden.
Indien er zich water in dit filter heeft
verzameld, zal het waarschuwingslampje
gaan branden.
Als dit gebeurt, dient u zo spoedig
mogelijk een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur te
raadplegen.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-71
qBezinkselwaarschuwingsindikatie
(SKYACTIV-D 2.2) (Type A
instrumentengroep)
Het brandstoffilter is voorzien van een
opvanginrichting voor bezinksel, welke er
voor zorgt dat het water van de brandstof
wordt gescheiden. Indien er zich water in
dit filter heeft verzameld, zal de
waarschuwingsindikatie gaan branden.
Als dit gebeurt, dient u zo spoedig
mogelijk een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur te
raadplegen.
qWaarschuwingsindikatie voor
lage omgevingstemperatuurí
Gaat branden wanneer de
omgevingstemperatuur laag is.
Rijd uiterst voorzichtig omdat de weg
mogelijk glad is.
qTCS/DSC indikatielampje
Dit indikatielampje blijft gedurende
enkele seconden branden wanneer het
contact op ON gezet wordt. Als het TCS
of DSC systeem in werking is, gaat het
indikatielampje knipperen.
Als het lampje blijft branden, is er
mogelijk een defect in het TCS, DSC of
het rembekrachtigingsysteem en bestaat
de kans dat deze niet correct functioneren.
Breng uw auto naar een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur.
OPMERKING
lAfgezien van het knipperen van het
indikatielampje, is een licht
“afremmend”geluid van de motor
hoorbaar. Dit geeft aan dat het TCS/
DSC systeem juist werkt.
lOp gladde oppervlakken zoals verse
sneeuw, zal het onmogelijk zijn een
hoog toerental te bereiken wanneer
het TCS systeem is ingeschakeld.
4-72
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
qTCS OFF indikatielampje
Dit indikatielampje blijft gedurende
enkele seconden branden wanneer het
contact op ON gezet wordt.
Dit lampje gaat ook branden wanneer op
de TCS OFF schakelaar wordt gedrukt en
het TCS systeem wordt uitgeschakeld.
Zie de TCS OFF schakelaar op pagina
4-132.
Als het lampje blijft branden wanneer het
TCS systeem niet is uitgeschakeld, uw
auto naar een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur
brengen. Er is mogelijk een defect in het
DSC systeem.
qAFS OFF indikatielampjeí
Wanneer het lampje brandt
Dit indikatielampje gaat kortstondig
branden wanneer het contact op ON gezet
wordt en gaat vervolgens uit.
Door het indrukken van de AFS OFF
schakelaar wordt de AFS functie
geannuleerd en gaat het indikatielampje
branden.
Wanneer het lampje knippert
Het indikatielampje knippert continu als
er een defect in het systeem is. Raadpleeg
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur.
OPMERKING
lOok als het AFS systeem als gevolg
van een defect buiten bedrijf is, kan
de normale koplampfunctie alsnog
gebruikt worden.
lAls er een storing is in de
automatische koplamprichtfunctie,
gaat het indikatielampje knipperen.
qIndikatielampje voor lage
motorkoelvloeistoftemperatuur
(Blauw)
Het lampje brandt continu wanneer de
motorkoelvloeistoftemperatuur laag is en
gaat uit nadat de motor warmgedraaid is.
Als het indikatielampje voor lage
motorkoelvloeistoftemperatuur blijft
branden nadat de motor voldoende is
opgewarmd, bestaat de kans dat de
temperatuursensor defect is. Raadpleeg
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-73íBepaalde modellen.
qSchakelstandindikatielampjeí
Dit geeft de gekozen schakelstand aan.
Versnellingspositie-indikatielampje
In de handbediende overschakelfunctie
gaat de“M”van het
schakelstandindikatielampje branden en
wordt het nummer van de gekozen
versnelling getoond.
qGrootlichtindikatielampje
Dit lampje geeft een van beide volgende
functies aan:
lHet grootlicht van de koplampen is
ingeschakeld.
lDe richtingaanwijzerhendel staat in de
lichtsignaal-stand.
qRichtingaanwijzers/
Waarschuwingsknipperlichten
indikatielampjes
Bij het inschakelen van de
richtingaanwijzerlampen, gaat het linker
of rechter
richtingaanwijzerindikatielampje
knipperen om aan te geven welke
richtingaanwijzerlamp ingeschakeld is
(pagina 4-107).
Bij het inschakelen van de
waarschuwingsknipperlichtengaan beide
richtingaanwijzerindikatielampjes
knipperen (pagina 4-116).
Als een indikatielampje blijft branden
(knippert niet) of als dit abnormaal
knippert, bestaat de kans dat de gloeilamp
van een van de richtingaanwijzers is
doorgebrand. Raadpleeg een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur.
4-74
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
qBeveiligingssysteemindikatielampje
Dit indikatielampje begint elke twee
seconden te knipperen wanneer het
contact vanuit ON op OFF wordt gezet en
het start-blokkeersysteem in staat van
paraatheid is gebracht.
Het lampje stopt met knipperen wanneer
het contact met behulp van de correcte
sleutel op ON gezet wordt.
Op dat moment wordt het start-
blokkeersysteem buiten werking gesteld
en zal het lampje gedurende ongeveer drie
seconden gaan branden en vervolgens
uitgaan.
Als de motor niet met de correcte sleutel
gestart kan worden en het
beveiligingssysteemindikatielampje blijft
branden of knipperen, is er mogelijk een
defect in het systeem. Raadpleeg een
officiële Mazda reparateur.
qHoofdindikatielampje van
kruissnelheidsregelaar (Oranje)/
Indikatielampje voor ingestelde
kruissnelheid (Groen)
í
Dit indikatielampje heeft twee kleuren.
Hoofdindikatielampje van
kruissnelheidsregelaar (Oranje)
Dit indikatielampje gaat oranje branden
wanneer op de ON schakelaar wordt
gedrukt en de kruissnelheidsregelaar
geactiveerd wordt.
Indikatielampje voor ingestelde
kruissnelheid (Groen)
Het indikatielampje licht groen op
wanneer een kruissnelheid is ingesteld.
qVerlichting-aan indikatielampje
Dit indikatielampje gaat branden wanneer
de buitenverlichting en de
instrumentenpaneelverlichting
ingeschakeld zijn.
Het lampje blijft knipperen als er een
defect in het verlichtingssysteem is.
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur.
qIndikatielampje voor mistvoorlichtí
Dit lampje gaat branden wanneer de
voormistlichten ingeschakeld worden.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-75íBepaalde modellen.
qIndikatielampje voor
mistachterlichtí
Dit lampje gaat branden wanneer het
achtermistlicht ingeschakeld wordt.
4-76
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
qDisplayaanduiding
Bij auto's met een type A
instrumentengroep, de toestand van de
auto controleren of de auto door een
deskundige reparateur laten inspecteren,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur, overeenkomstig de indikatie.
qWaarschuwingslampje
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-41.
qSchakelstanden
lHet schakelstandindikatielampje in de
instrumentengroep gaat branden.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes
op pagina 4-41.
lOm de startmotor in te schakelen dient
de keuzehendel in de stand P of N te
staan.
P (parkeren)
In stand P is de transmissie geblokkeerd
waardoor wordt voorkomen dat de
voorwielen kunnen draaien.
WAARSCHUWING
Zet de keuzehendel altijd in stand P en
trek de handrem aan:
Het is gevaarlijk wanneer u enkel de
keuzehendel in stand P zet om de auto
geparkeerd te houden zonder de
handrem te gebruiken. Als stand P
ontgrendeld raakt, kan de auto gaan
rollen hetgeen tot ongelukken kan
leiden.
OPGELET
lDe transmissie kan beschadigd raken
wanneer u de stand P (parkeren), N
(neutraal) of R (achteruit) inschakelt
terwijl de auto in beweging is.
lOverschakelen in een van de vooruit
versnellingen of in de achteruit
wanneer de motor sneller draait dan
stationair, kan beschadiging van de
transmissie tot gevolg hebben.
R (achteruit)
In stand R kan er met de auto uitsluitend
achteruit gereden worden. Breng de auto
altijd eerst volledig tot stilstand, alvorens
naar of vanuit stand R (achteruit) over te
schakelen, behalve onder buitengewone
omstandigheden zoals beschreven onder
“Op eigen kracht lostrekken van de auto”
(pagina 3-63).
N (neutraal)
De wielen en de transmissie zijn in deze
stand niet geblokkeerd. Als de handrem of
de voetrem niet wordt gebruikt, kan de
auto zelfs op een geringe helling
gemakkelijk gaan rollen.
Tijdens het rijden
Transmissie
4-81