Page 9 of 78

1-3
1
VEILIGHEIDSINFORMATIE
bagage aan (alleen voor modellen
met instelbare vering) en controleer
de toestand en spanning van uw
banden.
• Bevestig nooit omvangrijke of zware
goederen aan het stuur, de voor-
vork of het voorwielspatbord. Der-
gelijke items kunnen een instabiel
weggedrag of een te trage reactie
op het stuur veroorzaken.
Deze machine is niet ontworpen
voor het trekken van een aanhanger
of bevestiging van een zijspan.
Originele Yamaha accessoires
De keuze van accessoires voor uw machine
vormt een belangrijke beslissing. Originele
Yamaha accessoires, die alleen verkrijg-
baar zijn bij de Yamaha dealer, zijn door
Yamaha ontwikkeld, getest en goedge-
keurd voor gebruik op uw machine.
Veel bedrijven die niet zijn gelieerd aan
Yamaha produceren onderdelen en acces-
soires of bieden aanpassingssets voor
Yamaha voertuigen. Yamaha kan niet alle
producten testen die deze bedrijven produ-
ceren. Om die reden kan Yamaha accessoi-
res die niet door Yamaha zijn verkocht of
wijzigingen die niet door zijn Yamaha zijn
aangeraden niet goedkeuren of aanbeve-
len, zelfs niet als deze zijn verkocht en geïn-stalleerd door een Yamaha dealer.
In de handel verkrijgbare onderdelen,
accessoires en aanpassingssets
Hoewel er producten verkrijgbaar zijn die
qua ontwerp en kwaliteit sterk lijken op ori-
ginele Yamaha accessoires, dient u te be-
seffen dat sommige in de handel
verkrijgbare accessoires of aanpassings-
sets niet geschikt zijn vanwege mogelijke
veiligheidsrisico’s voor uzelf of anderen. Het
monteren van in de handel verkrijgbare pro-
ducten of het verrichten van aanpassingen
die de ontwerp- of bedieningskenmerken
van uw machine wijzigen kan het risico op
ernstig letsel of overlijden van uzelf of ande-
ren vergroten. U bent verantwoordelijk voor
letsel dat voortvloeit uit wijzigingen aan de
machine.
Volg bij de montage van accessoires de on-
derstaande richtlijnen en die vermeld onder
het kopje “Beladen”.
Monteer nooit accessoires en vervoer
nooit bagage als deze een nadelige in-
vloed hebben op de prestaties van uw
scooter. Inspecteer het accessoire
zorgvuldig alvorens het te gebruiken
om te waarborgen dat het de
grondspeling of de hellinghoek op
geen enkele manier vermindert, de
veerweg, de stuuruitslag of de bedie-ning niet beperkt en geen lampen of
reflectors afdekt.
• Accessoires die aan of nabij het
stuur of de voorvork zijn gemon-
teerd zullen mogelijk instabiliteit ver-
oorzaken door een foutieve
gewichtsverdeling of door aerody-
namische effecten. Accessoires
aan het stuur of nabij de voorvork
moeten zo licht mogelijk zijn en tot
een minimum worden beperkt.
• Omvangrijke accessoires kunnen
door hun aerodynamisch effect van
invloed zijn op de rijstabiliteit van de
scooter. De scooter kan door rijwind
worden opgetild of bij zijwind insta-
biel worden. Zulke accessoires kun-
nen ook instabiliteit veroorzaken
terwijl u grote voertuigen inhaalt of
door deze wordt ingehaald.
• Sommige accessoires dwingen de
bestuurder om een andere dan de
normale zitpositie in te nemen. Zo’n
verkeerde zitpositie beperkt de be-
wegingsvrijheid van de bestuurder
en kan een comfortabele bediening
hinderen, zodat we dergelijke ac-
cessoires sterk afraden.
Wees voorzichtig bij het aanbrengen
van elektrische accessoires. Als elek-
trische accessoires de capaciteit van
1CB-F8199-D0.book 3 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分
Page 10 of 78

1-4
VEILIGHEIDSINFORMATIE
1
het elektrisch systeem van de scooter
te boven gaan, kan zich een gevaarlij-
ke elektrische storing voordoen waar-
door de verlichting of de motor uitvalt.
In de handel verkrijgbare banden en vel-
gen
De banden en velgen die bij uw scooter
werden geleverd zijn ontworpen om de mo-
gelijkheden van de machine te ondersteu-
nen en bieden de beste combinatie van
rijprestaties, remvermogen en comfort. An-
dere banden, velgen, maten of combinaties
zijn mogelijk niet geschikt. Zie pagina 8-5
voor bandenspecificaties en meer informa-
tie over het vervangen van uw banden.
De scooter vervoeren
Volg de onderstaande instructies als u de
motorfiets in een ander voertuig wilt vervoe-
ren.
Verwijder alle loszittende voorwerpen
van de motorfiets.
Zorg dat het voorwiel recht naar voren
wijst op de aanhanger of de laadvloer
en zet het wiel vast in een goot om be-
weging te voorkomen.
Zet de motorfiets vast met spanban-
den of andere geschikte banden aan
stevige delen van de motorfiets, zoals
het frame of de bovenste voorvork-klem (en niet aan, bijvoorbeeld, het
stuur, de richtingaanwijzers of onder-
delen die kunnen afbreken). Kies de
plaats voor de spanbanden zorgvuldig
om te voorkomen dat deze tijdens het
transport schuurplekken op de lak ver-
oorzaken.
Zorg indien mogelijk dat de vering iets
door de spanbanden wordt ingedrukt,
zodat de motorfiets tijdens het trans-
port niet overmatig kan stuiteren.
DAUT2030
Andere aandachtspunten voor
veilig rijden
Geef duidelijk richting aan wanneer u
een bocht neemt.
Op een nat wegdek kan remmen ui-
terst lastig zijn. Vermijd te hard rem-
men, de scooter zou kunnen slippen.
Bedien de remmen rustig wanneer u
op een nat wegdek wilt stoppen.
Minder snelheid bij het naderen van
een bocht of een afslag. Trek lang-
zaam op nadat u de bocht hebt geno-
men.
Wees voorzichtig bij het passeren van
geparkeerde auto’s. Een bestuurder
merkt u mogelijk niet op en kan het
portier openslaan in uw rijrichting.
Spoorwegovergangen, tramrails, ijze-
ren platen gebruikt in de wegenbouw
en putdeksels worden in natte toe-
stand zeer glad. Minder snelheid en
passeer ze voorzichtig. Houd de scoo-
ter recht, anders kan hij gaan schui-
ven.
De remvoering kan nat worden bij het
wassen van de scooter. Controleer de
remmen na het wassen van de scoo-
ter, voordat u gaat rijden.
Draag steeds een helm, handschoe-
nen, een lange broek (taps toelopend
1CB-F8199-D0.book 4 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分
Page 11 of 78

1-5
1
VEILIGHEIDSINFORMATIE
bij de enkel/omslag, om flapperen te
voorkomen), en een felgekleurd jack.
Vervoer op uw scooter niet te veel ba-
gage. Een overbeladen scooter is on-
stabiel.
DAU50823
Accu veilig opladen
Zorg dat u de accu niet oplaadt op lo-
caties die mogelijk blootstaan aan re-
gen of water. Dit kan een elektrische
schok of kortsluiting veroorzaken.
Zorg dat u de laadstekker alleen recht-
streeks in een geaard stopcontact met
aardlekschakelaar steekt om de accu
op te laden. Als het stopcontact niet
goed is geaard, kan dit een elektrische
schok of kortsluiting veroorzaken.
Als de machine is beschadigd vanwe-
ge kantelen of een ongeval, moet u de
laadstekker niet in een stopcontact
steken. Dit kan een elektrische schok
of kortsluiting veroorzaken. Laat de
machine zo snel mogelijk controleren
door een Yamaha-dealer.
Als de laadkabel of laadstekker is be-
schadigd, moet u deze niet in eenstopcontact steken. Dit kan een elektri-
sche schok of kortsluiting veroorza-
ken. Laat de machine zo snel mogelijk
controleren door een Yamaha-dealer.
1CB-F8199-D0.book 5 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分
Page 12 of 78
2-1
12
BESCHRIJVING
DAU10410
Aanzicht linkerzijde
12
54 73
6
1. Contactslot/stuurslot (pagina 4-1)
2. Zadelslot (pagina 4-11)
3. Handgreep (pagina 4-13)
4. Motorbehuizing
5. Stelmoer vrije slag achterremhendel (pagina 8-6)
6. Voetsteun
7. Stelmoer vrije slag voorremhendel (pagina 8-6)
1CB-F8199-D0.book 1 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分
Page 13 of 78
BESCHRIJVING
2-2
23
4
5
6
7
8
9
DAU10420
Aanzicht rechterzijde
13
4 2
5
1. Laadkabel (pagina 6-4)
2. Zadel (pagina 4-11)
3. Bagagehaak (pagina 4-13)
4. Voetsteun
5. Middenbok (pagina 8-9)
1CB-F8199-D0.book 2 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分
Page 14 of 78
BESCHRIJVING
2-3
12
3
4
5
6
7
8
9
DAU10430
Bedieningen en instrumenten
124
5
3
1. Achterremhendel (pagina 4-11)
2. Stuurschakelaars (pagina 4-10)
3. Multifunctioneel display (pagina 4-2)
4. Voorremhendel (pagina 4-11)
5. Snelheidsregelaar (pagina 8-4)
1CB-F8199-D0.book 3 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分
Page 15 of 78

3-1
234
5
6
7
8
9
FUNCTIES VAN DE EC-03
DAU50470
Kenmerken De EC-03 heeft de volgende kenmerken:
De voedingsbron is alleen elektrisch
en er hoeft geen brandstof worden bij-
gevuld of motorolie worden ververst.
Hoogpresterende motor met sterk ge-
reduceerd geluidsniveau en minder
trillingen zorgt voor een plezierige rit.
Het opladen van de machine vindt
plaats via een geaard stopcontact met
aardlekschakelaar.
DAU50322
Standaardmodus/powermodus U kunt het rijvermogen van de motor selec-
teren afhankelijk van rijomstandigheden,
wegomstandigheden, enzovoort.
De standaardmodus is geschikt voor nor-
maal rijden, terwijl de powermodus meer
comfort biedt bij het bergopwaarts rijden.
Modus wijzigen
Druk op knop 1 “POWER” om te schakelen
tussen de standaardmodus en de power-
modus.
Wanneer de powermodusindicator “PO-
WER” wordt weergegeven, staat de machi-
ne in de powermodus. Wanneer de
powermodusindicator “POWER” niet wordt
weergegeven, staat de machine in de stan-
daardmodus.
OPMERKINGDe modus die momenteel is ingeschakeld,
wordt opgeslagen in het geheugen, ook alsu de sleutel naar “OFF” draait.
Modus kiezen
Raadpleeg de onderstaande tabel en kies
de modus afhankelijk van de rijomstandig-
heden. In de standaardmodus wordt minder
accuvermogen verbruikt zodat u een grote-
re afstand kunt afleggen op een enkele la-
ding.1. Powermodusindicator “POWER”
1
1CB-F8199-D0.book 1 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分
Page 16 of 78

FUNCTIES VAN DE EC-03
3-2
1
23
4
5
6
7
8
9
: aanbevolen modus voor effectieve
werking
: minder effectieve werking dan power-
modus
: afgelegde afstand is korter dan stan-
daardmodus
DAU50332
Afgelegde afstand OPMERKINGDe afstand die u kunt afleggen op een en-
kele lading hangt af van de rij- en wegom-
standigheden.
Deze omstandigheden bestaan uit het aan-
tal keer starten en stoppen, de belasting
van de machine, steilte van hellingen, we-
gomstandigheden, windrichting en -snel-
heid, omgevingstemperatuur, laadstatus,
afgenomen accuprestaties en lage banden-spanning.
Afgelegde afstand op een enkele lading
De gegevens in het volgende diagram zijn
gemeten bij Yamaha Motor Co., Ltd. met
machines met een nieuwe accu, bij een om-
gevingstemperatuur en belasting van de
machine (totaal gewicht van rijder en baga-
ge) zoals vermeld, op een droog wegdek
zonder wind.
OPMERKINGDe maximale steilte waar de machine op
kan rijden, is een helling van circa 16% (on-geveer 9 graden).
De afstand die u kunt afleggen, wordt
Modus Power*
Standaard
Bergafwaarts
Omstandig-
heden
Wegrijden
Vlakke wegBergopwaarts
StandaardmodusPowermodus
Rijomstandigheden
Afgelegde afstand (km)
Rijden op vlakke
weg bij constante
snelheid van
30 km/u
(55 kg belasting
en 25˚C)
Stoppen en
starten op vlakke
weg
(75 kg belasting
en 25˚C)
Helling
Continu bergop-waarts met hellingvan 3.5%(2 graden)(75 kg belasting
en 25˚C)
Stoppen en
starten op vlakke
weg
(75 kg belasting
en 0˚C)
1CB-F8199-D0.book 2 ページ 2010年10月18日 月曜日 午後5時58分