Page 1 of 88
HANDLEIDING
Lees deze handleiding aandachtig
door voordat u deze machine
gaat gebruiken.
5D8-F819D-D1
YP125E
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 1
Page 2 of 88
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken. Deze handleiding dient bij de
machine te blijven als deze wordt verkocht.
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 2
Page 3 of 88

DAU10112
Welkom in de wereld van Yamaha!
Als eigenaar van de YP125E profiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van
het ontwerpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft
verworven.
Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw
YP125E. De Gebruikershandleiding geeft instructies voor de bediening, inspectie en het onderhoud van de scooter, en
beschrijft hoe u uzelf en anderen kunt beschermen tegen persoonlijk letsel of schade.
De vele tips in deze handleiding helpen u bovendien om uw scooter in optimale conditie te houden. Als er ten slotte
toch nog vragen zijn, aarzel dan niet en neem contact op met de Yamaha dealer.
Het Yamaha team wenst u veilig en plezierig rijden toe. En vergeet niet, veiligheid voor alles!
Yamaha werkt voortdurend aan verbeteringen ten aanzien van productontwerp en kwaliteit. Om deze reden kan soms
sprake zijn van kleine tegenstrijdigheden tussen uw machine en de beschrijving ervan in deze handleiding, ook al bevat
de handleiding de meest recente productinformatie ten tijde van publicatie. Als u vragen hebt over deze handleiding,
neem dan contact op met uw Yamaha dealer.
DWA12411
s s
WAARSCHUWING
Lees deze handleiding aandachtig helemaal door voordat u deze scooter gaat gebruiken.
INLEIDING
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 3
Page 4 of 88
DAU10132
Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen:
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risi-
co’s op persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om
mogelijk letsel of overlijden te voorkomen.
Een WAARSCHUWING duidt een gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden,
kan resulteren in ernstig letsel of overlijden.
De aanduiding LET OP staat bij speciale voorzorgen die moeten worden genomen
om schade aan de machine of andere eigendommen te voorkomen.
De aanduiding OPMERKING staat bij belangrijke informatie die procedures kan verge-
makkelijken of verhelderen.
OPMERKING
LET OP
WAARSCHUWING
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 4
Page 5 of 88
DAUS1172
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
YP125E
HANDLEIDING
©2008 door YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
1e uitgave, Augustus 2008
Alle rechten voorbehouden.
Elke vorm van herdruk
of onbevoegd gebruik
zonder schriftelijke toestemming van
YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
is uitdrukkelijk verboden.
Gedrukt in Neederland.
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 5
Page 6 of 88

VEILIGHEIDSINFORMATIE................1-1
Andere aandachtspunten voor
veilig rijden ....................................1-5
BESCHRIJVING..................................2-1
Aanzicht linkerzijde ...........................2-1
Aanzicht rechterzijde ........................2-2
Bedieningen en instrumenten ...........2-3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN
EN BEDIENINGEN..............................3-1
Contactslot/stuurslot ........................3-1
Controle- en
waarschuwingslampjes .................3-2
Controlelampjes
richtingaanwijzers ..........................3-2
Controlelampje grootlicht ................3-2
Olieverversingsindicator ...................3-2
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur ..............3-2
Snelheidsmeterunit ...........................3-3
Brandstof- en
accuspanningsmeter .....................3-4
Klok ...................................................3-5
Antidiefstal-alarmsysteem (optie) .....3-5
Stuurschakelaars ..............................3-6
Dimlichtschakelaar ..........................3-6
Richtingaanwijzerschakelaar ...........3-6
Claxonschakelaar ............................3-6
Startknop .........................................3-6
Schakelaar alarmverlichting .............3-6Voorremhendel ..................................3-7
Achterremhendel ..............................3-7
Tankdop ............................................3-7
Brandstof ..........................................3-8
Tankbeluchtingsslang/
overloopslang ..............................3-10
Uitlaatkatalysator ............................3-10
Zadel ...............................................3-11
Opbergcompartiment .....................3-11
Opbergcompartiment .....................3-12
Afstellen van de
schokdemperunits .......................3-13
Zijstandaard ....................................3-14
Startspersysteem ............................3-14
VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES
VOOR HET RIJDEN............................4-1
Controlelijst voor gebruik..................4-2
GEBRUIK EN BELANGRIJKE
RIJ-INFORMATIE................................5-1
Starten van de motor........................5-1
Wegrijden ..........................................5-2
Sneller en langzamer rijden ..............5-2
Remmen ...........................................5-3
Tips voor een zuinig
brandstofverbruik ..........................5-3
Inrijperiode ........................................5-4
Parkeren............................................5-4PERIODIEK ONDERHOUD EN
AFSTELLINGEN..................................6-1
Boordgereedschapsset.....................6-2
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema.......................6-3
Panelen verwijderen en
aanbrengen ...................................6-7
Controleren van de bougie ...............6-8
Motorolie ...........................................6-9
Eindoverbrengingsolie ....................6-11
Koelvloeistof ...................................6-12
Luchtfilter en luchtfilterelementen
in v-snaarbehuizing reinigen .......6-13
Afstellen van de carburateur ..........6-15
Speling van de gaskabel afstellen ..6-15
Klepspeling .....................................6-16
Banden ...........................................6-16
Gietwielen .......................................6-18
Vrije slag voor- en
achterremhendel .........................6-18
Controleren van voor- en
achterremblokken........................6-19
Controleren van
remvloeistofniveau ......................6-19
Remvloeistof verversen ..................6-20
Kabels controleren en smeren ........6-21
Smeren van voor- en
achterremhendels ........................6-21
Middenbok en zijstandaard
controleren en smeren ................6-22
INHOUDSOPGAVE
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 6
Page 7 of 88

Voorvork controleren ......................6-22
Stuursysteem controleren...............6-23
Controleren van wiellagers .............6-24
Accu ................................................6-24
Zekeringen vervangen ....................6-26
Koplampgloeilamp vervangen ........6-26
Gloeilamp in voorste
richtingaanwijzer vervangen ........6-28
Vervangen van een gloeilamp voor
achterlicht/remlicht of van een
gloeilamp voor achterste
richtingaanwijzer..........................6-29
Gloeilamp in kentekenverlichting
vervangen ....................................6-30
Parkeerlichtgloeilamp vervangen....6-31
Problemen oplossen .......................6-32
Storingzoekschema’s......................6-33
VERZORGING EN STALLING
VAN DE SCOOTER.............................7-1
Matkleur, let op .................................7-1
Verzorging .........................................7-1
Stalling ..............................................7-4
SPECIFICATIES...................................8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE...............9-1
Identificatienummers ........................9-1
Sleutelnummer ..................................9-1
Voertuigidentificatienummer .............9-1
Modelinformatiesticker .....................9-2
INHOUDSOPGAVE
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 7
Page 8 of 88

DAU10263
Wees een verantwoordelijke
eigenaar
Als eigenaar van de machine bent u
verantwoordelijk voor de veilige en
juiste bediening ervan.
Scooters zijn tweewielige voertuigen.
Voor een veilig gebruik zijn de toepas-
sing van de juiste rijtechnieken en de
ervaring van de bestuurder van
belang. Elke bestuurder moet bekend
zijn met de volgende vereisten alvo-
rens met deze scooter te gaan rijden.
Hij of zij moet:
●Door een competente informatie-
bron grondig zijn ingelicht over
alle aspecten van scooterrijden.
●Zich houden aan de waarschu-
wingen en onderhoudseisen
zoals vermeld in deze Gebrui-
kershandleiding.
●Grondig getraind zijn in veilige en
correcte rijtechnieken.
●Gebruikmaken van professionele
technische service, zoals aange-
geven in deze Gebruikershandlei-
ding en/of wanneer de mechanis-
che condities dit vereisen.Veilig rijden
Voer vóór elke rit de controles voor
het rijden uit om u ervan te verzekeren
dat de machine in veilige staat verke-
ert. Onvoldoende inspectie of onder-
houd van de machine vergroot het
risico op ongeval of schade. Zie pagi-
na 4-1 voor een lijst met controles
voor het rijden.
●Deze scooter is gebouwd voor
het vervoer van de bestuurder
plus een passagier.
●Het niet opmerken en herkennen
van scooters door andere weg-
gebruikers vormt de belangrijkste
oorzaak van auto-/scooteronge-
vallen. Vaak worden ongevallen
veroorzaakt doordat een auto-
bestuurder de scooter niet heeft
gezien. Zorg dat u opvalt, dat
blijkt het meest effectief om het
risico op een dergelijk type onge-
val te verminderen.
Dus:
• Draag een jack in felle kleuren.
• Wees extra voorzichtig bij het
naderen en passeren van krui-
singen, daar doen ongelukkenmet scooters zich namelijk het
meest voor.
• Ga daar rijden waar andere
weggebruikers u kunnen zien.
Ga niet rijden in de dode zicht-
hoek van een andere wegge-
bruiker.
●Bij veel ongevallen zijn onervaren
bestuurders betrokken. Vaak
waren bij een ongeval betrokken
bestuurders zelfs niet in het bezit
van een geldig rijbewijs.
• Zorg dat u bekwaam bent om
te rijden en leen uw scooter
alleen uit aan ervaren scoote-
rrijders.
• Weet wat u wel en niet aan-
kunt. Door rekening te houden
met uw beperkingen helpt u
ongelukken voorkomen.
• We raden aan om het scoote-
rrijden te oefenen op plekken
waar geen verkeer is, totdat u
grondig bekend bent met de
scooter en zijn bediening.
●Ongelukken worden vaak veroor-
zaakt door een fout van de scoo-
terbestuurder. Veel bestuurders
houden bij het ingaan van een
1
VEILIGHEIDSINFORMATIE
1-1
5D8-F819D-D1.QXD 7/8/08 17:26 Página 8