Page 97 of 164

695Onderhoud
• De motorfiets moet lood-
recht resp. op de midden-
standaard
OA staan, hierbij
op een stevige, vlakke
ondergrond letten.
• Het stuur in de rechtuitstand
plaatsen.
• Het koppelingsvloeistofpeil
op het reservoir controleren.
1Koppelingsvloeisto-
freservoir
2MIN-markeringHet koppelingsvloeistofpeil
mag niet onder de MIN-mar-
kering komen. Indien het vloei-
stofpeil onder de MIN-
markering daalt, moet het kop-
pelingssysteem zo snel moge-
lijk worden gecontroleerd.
Het dalen van het koppelings-
vloeistofpeil, ook boven de
MIN-markering, duidt op een
defect aan het koppelingssys-
teem.
• Defect zo snel mogelijk door
een specialist laten repare-
ren, bij voorkeur door een
BMW motorfietsdealer.
Bij slijtage van de koppe-
ling daalt het vloeistofpeil
in het reservoir.cOngeschikte vloeistoffen
kunnen tot schade aan
het koppelingssysteem leiden.
Er mogen geen vloeistoffen
worden bijgevuld.c
Het koppelingssysteem
is met een speciale
hydraulische vloeistof gevuld,
die niet meer hoeft te worden
vervangen.c
Page 98 of 164

Onderhoud696
WielenVoor elke bandenmaat zijn
bepaalde bandenmerken door
BMW Motorrad getest, als ver-
keersveilig beoordeeld en
goedgekeurd. Bij niet vrijge-
ven wielen en banden kan
BMW Motorrad de geschikt-
heid van het product niet
beoordelen en daarom niet
instaan voor de rijveiligheid.
Alleen wielen en banden
gebruiken die door
BMW Motorrad voor de betref-
fende motorfiets zijn vrijgege-
ven.
Uitvoerige informatie krijgt u bij
uw BMW motorfietsdealer of
via internet onder
www.bmw-motorrad.com/
maintenance.
Velgen controleren• Plaats de motorfiets op de
zijstandaard of de midden-
standaard
OA en let erop dat
de ondergrond stevig is.
• Velgen visueel op defecte
plaatsen controleren.
• Beschadigde velgen door
een specialist, bij voorkeur
een BMW motorfietsdealer,
laten controleren en zo
nodig laten vervangen.
Bandenprofieldiepte
controlerenEr geldt de in het betreffende
land wettelijk voorgeschreven
minimale profieldiepte.
Het rijgedrag van uw mo-
torfiets kan reeds vóór
het bereiken van de wettelijk
voorgeschreven minimale pro-
fieldiepte negatief veranderen. De banden reeds vóór het be-
reiken van de minimale profiel-
diepte laten vervangen.c
Op elke band staan slijta-
gemarkeringen die in het
hoofdprofiel zijn geïntegreerd.
Indien de slijtagemarkeringen
zichtbaar zijn, is de band volle-
dig versleten. De posities van
de slijtagemarkeringen zijn op
de zijkant van de band aange-
geven, bijv. door de letters TI,
TWI of door een pijl.c
• De bandenprofieldiepte
alleen in het hoofdprofiel met
de slijtagemarkeringen
meten.
Voorwiel uitbouwen
Een overzicht van de
toegepaste bouten vindt
u op (b 126).c
Page 99 of 164
697Onderhoud
Bij de volgende werk-
zaamheden kunnen on-
derdelen van de voorwielrem,
vooral het BMW Integral ABS,
worden beschadigd.
Erop letten dat geen onderde-
len van het remsysteem wor-
den beschadigd, vooral de
ABS-sensor met kabel en de
ABS-sensorring.c
Motorfietsen zonder
middenstandaard
OA
:
Om een veilige plaatsing van
de motorfiets tijdens de vol-
gende werkzaamheden te
garanderen:
• Motorfiets op de BMW
Motorrad achterwielsteun
plaatsen (
b 106).
• Verdere procedure zoals bij
motorfietsen met midden-
standaard. Motorfietsen met
middenstandaard
OA
:
• Motorfiets op de midden-
standaard
OA zetten.
•Bouten1 links en rechts
verwijderen.
• Voorwielspatbord naar voren
toe verwijderen.• Bevestigingsbouten2 van
de remklauwen links en
rechts verwijderen.
Page 100 of 164

Onderhoud698
• Remzuigers3 door
draaiende bewegingenA
tegen de remschijven4 iets
uit elkaar drukken.
In uitgebouwde toestand
kunnen de remblokken
zover uit elkaar worden ge-
drukt dat ze bij de montage
niet tegen de remschijf komen.
De remhendel bij uitgebouwde
remklauwen niet bedienen.c
• Het gedeelte van de velg
afplakken dat bij het verwij-
deren van de remklauwen
kan worden beschadigd.
• Remklauwen naar achteren
en naar buiten toe van de
remschijf trekken. Indien de motorfiets op
de middenstandaard
OA
staat: Als de motorfiets aan de
voorzijde te ver wordt opgetild,
komt de middenstandaard los
van de grond en kan de motor-
fiets opzij vallen.
Erop letten dat de midden-
standaard bij het optillen op de
bodem blijft staan.c
• Motorfiets met de BMW
Motorrad voorwielsteun
optillen (
b 105), tot het voor-
wiel vrij kan draaien.• Rechter asklembout 5 los-
draaien.
• Steekas6 verwijderen; hier-
bij het wiel ondersteunen.
Het losdraaien of verwij-
deren van de linker as-
klembout kan tot een storing
aan de ABS-sensor leiden.
Linker asklembout niet los-
draaien of verwijderen.c
BMW Motorrad biedt een
adapter aan om de
steekas te verwijderen. Deze
adapter kan in combinatie met
Page 101 of 164

699Onderhoud
een universele steek- of ring-
sleutel met sleutelwijdte 22
worden gebruikt. De adapter
met het BMW speciaal ge-
reedschap nummer 36 3 690 is
verkrijgbaar bij uw BMW
motorfietsdealer.c
• Voorwiel in de voorwielgelei-
ding op de grond zetten.
• Voorwiel naar voren rollen en
verwijderen.
Voorwiel inbouwen
Een overzicht van de toe-
gepaste verbindingsme-
thoden en de betreffende aan-
haalmomenten staan op
(
b 126).c
Boutverbindingen die
met een incorrect aanhaalmo-
ment zijn aangetrokken, kun-
nen loskomen of tot schade
aan de boutverbinding leiden.
De aanhaalmomenten beslist
bij een specialist, bij voorkeur
een BMW motorfietsdealer, la-
ten controleren.c
Bij de volgende werk-
zaamheden kunnen on-
derdelen van de voorwielrem,
vooral het BMW Integral ABS,
worden beschadigd.
Erop letten dat geen onderde-len van het remsysteem wor-
den beschadigd, vooral de
ABS-sensor met kabel en de
ABS-sensorring.c
Het voorwiel moet in
draairichting worden in-
gebouwd.
Op de draairichtingspijlen op
de band en op de velg letten.c
• Voorwiel in de voorwielgelei-
ding rollen.
Page 102 of 164
Onderhoud6100
• Voorwiel optillen, steekas 6
aanbrengen en met het
betreffende aanhaalmoment
vastzetten.
• Rechter asklembout 5 met
het betreffende aanhaalmo-
ment vastzetten.
• Voorwielsteun verwijderen.
• Remklauwen over de rem-
schijven schuiven.• Bevestigingsbouten 2 van
de remklauwen links en
rechts aanbrengen en met
het betreffende aanhaalmo-
ment vastzetten.
De kabel van de ABS-
sensor kan doorslijten als
deze tegen de remschijf aan
ligt.
Letten op een goede bevesti-
ging van de ABS-sensor
kabels.c• Spatbord aanbrengen en de
bevestigingsbouten1 met
het betreffende aanhaalmo-
ment vastzetten.
• Bescherming op de velg
verwijderen.
Om de remblokken weer tegen
de remschijf te laten aanlig-
gen, moet de voorwielrem
enkele malen worden bediend.
Zonder BMW Integral ABS:
Page 103 of 164

6101
Onderhoud
• Remhendel enkele malen
krachtig bedienen tot het
drukpunt voelbaar is.
Met BMW Integral ABS:
• Contact inschakelen.
• Zelfdiagnose afwachten
(b 57)
.
• Remhendel enkele malen
krachtig bedienen tot het
drukpunt voelbaar is.
Niet volledig tegen de
remschijven aanliggende
remblokken leiden tot een ver-
traagde remwerking.
Vóór het begin van de rit con-
troleren of de remmen zonder
vertraging werken.cAchterwiel uitbouwen
Een overzicht van de toe-
gepaste verbindingsme-
thoden staat op (
b 126).cMotorfietsen zonder
middenstandaard
OA
:
Om een veilige plaatsing van
de motorfiets tijdens de vol-
gende werkzaamheden te
garanderen:
• Motorfiets op de BMW
Motorrad achterwielsteun
plaatsen (
b 106).
• Verdere procedure zoals bij
motorfietsen met midden-
standaard.
Motorfietsen met
middenstandaard
OA
:• Motorfiets op de midden-
standaard
OA zetten.
•Bout1 van de uitlaatafdek-
king 2 verwijderen.
• Afdekking naar achteren
trekken.
•Slangklem 3 aan de uitlaat-
demper losmaken.
Het vet op de slangklem
niet verwijderen.c
Page 104 of 164
Onderhoud6102
•Bout4 van de uitlaatdem-
persteun aan de voetsteun
van de passagier
verwijderen.
• Uitlaatdemper naar buiten
draaien.
• De eerste versnelling
inschakelen.• Bevestigingsbouten5 van
het achterwiel verwijderen;
hierbij het wiel ondersteu-
nen.
• Bij gebruik van de BMW
Motorrad achterwielsteun:
Borgring verwijderen.• Achterwiel op de grond
zetten.
• Achterwiel naar achteren
wegrollen.
• Bij gebruik van de BMW
Motorrad achterwielsteun:
Borgring weer aanbrengen.