2022 BMW M8 Instructieboekjes (in Dutch)

Keuzehendelstand
N
inschakelen
OPMERKING
Bij
het
uitschakelen
van
de
rijden-stand-by wordt
keuzehendelstand
P
automatisch
ingejschakeld.
Er
bestaat
gevaar
voor
schade.
Rijjden-stand-by
in
wasstraten
niet
uitschakelen.
1.Met
ingetrapt
rempedaal
de
rijden-stand-by
inschakelen.2.Eventueel
de
parkeerrem
lossen.3.Evt.
Automatic
Hold
deactiveren.
Automatic
Hold,
zie
pagina
153.4.Rempedaal
intrappen.5.Keuzehendelstand
N
inschakelen.6.Rijden-stand-by
uitschakelen.
De
gereedheid
blijft
op
deze
manier
ingej
schakeld
en
een
Check-Control-melding
wordt
weergegeven.
De
auto
kan
vrij
rollen.
De
keuzehendelstand
P
wordt
na
ca.
35
minuten
automatisch
ingeschakeld.
Bij
een
defect
kan
de
keuzehendelstand
mogelijk
niet
gewijzigd
worden.
Eventueel
de
parkeervergrendeling
elektronisch ontgrendelen.
Kickdown
Met
kickdown
wordt
in
Drive-modus
het
maxij male
aandrijfvermogen
bereikt.
Het
rijpedaal
over
de
weerstand
tot
op
de
volgasj
stand
drukken.
Drive-modus
D/S Principe
In
de
Drive-modus
worden
alle
vooruitversnellinj gen
automatisch
gewisseld.
Drive-modus
activeren
De
keuzehendel
uit
de
middenstand
naar
D/S
duwen.
De
Drive-modus
is
geactiveerd.
Op
het
instruj
mentenpaneel
wordt
de
ingeschakelde
versnelj
ling
samen
met
een
D
weergegeven,
bijv.
1
D.
Drive-modus
deactiveren
De
keuzehendel
uit
de
Drive-modus
naar
D/S
duwen.
De
sequentiële
modus
wordt
actief.
Op
het
instrumentenpaneel
wordt
de
ingeschaj
kelde
versnelling
weergegeven,
bijv.
1.
Sequenti

Sequenti

'xOpschakelen:
rechter
schakelpaddle
naar
vojren
drukken.'xTerugschakelen:
linker
schakelpaddle
naar
voren
drukken.
Weergave
op
keuzehendel
In
sommige
situaties
kan
de
feitelijke
ingevoerde
versnellingspositie
van
de
keuzehendelstand
afj
wijken.
De
indicator
in
de
keuzehendel
knippert.
In
deze
gevallen
op
de
op
de
indicator
in
het
inj
strumentenpaneel
letten.
Weergaven
in
het
instrumentenpaneel
Drive-modus
'xIngeschakelde
versnelling
saj
men
met
een
D,
pijl
1.'xGekozen
drivelogic-proj
gramma,
pijl
2.
Sequenti

ProgrammaProj
gram
maDrive-modusSequenti

4.Start-/stopknop
en
keuzehendel
loslaten.5.Rem
loslaten
zodra
de
startmotor
stopt.6.De
auto
uit
de
gevarenzone
manoeuvrerenen
vervolgens
tegen
wegrollen
beveiligen.
Meer
informatie:
Aan-/wegslepen,
zie
pagina
390.
Launch
Control
Principe Launch
Control
maakt
bij
droge
omgevingsomj
standigheden
een
optimale
acceleratie
op
stroef wegdek
mogelijk.
Algemeen
Het
gebruik
van
Launch
Control
leidt
tot
vroegtijj dige
slijtage
van
onderdelen,
omdat
deze
functie
een
zeer
hoge
belasting
voor
de
auto
vormt.
Launch
Control
niet
tijdens
het
inrijden
gebruij ken.
Bij
het
wegrijden
met
Launch
Control
niet
sturen. Meer
informatie:
Inrijden,
zie
pagina
334.
Voorwaarden
voor
een
correcte
werking
Launch
Control
is
beschikbaar
als
de
motor
op
bedrijfstemperatuur
is.
De
motor
is
na
een
ononj
derbroken
rit
van
minstens
10
kilometer
op
bej drijfstemperatuur.
Wegrijden
met
Launch
Control
1.Rijden-stand-by
inschakelen.2.Dynamische
stabiliteitsregeling
deactiveren.
Dynamische
stabiliteitsregeling
DSC,
zie
paj gina
250.3.Sequentiële
modus
met
versnelling
1
en
drij
velogic-programma
S3
selecteren.4.Met
de
linkervoet
krachtig
het
rempedaal
inj trappen.5.Rijpedaal
tot
voorbij
de
weerstand
van
de
volgasstand
intrappen
en
ingetrapt
houden,
kickdown.
Op
het
instrumentenpaneel
verschijnt
een vlagsymbool.
Het
rijpedaal
in
deze
stand
houden.6.Het
wegrijtoerental
wordt
geregeld.
Binnen 3
seconden
de
rem
loslaten.
De
auto
accelej
reert.
Er
wordt
automatisch
naar
een
hogere
verj
snelling
geschakeld,
zo
lang
het
vlagsymbool
weergegeven
en
het
rijpedaal
niet
losgelaten
wordt.
Opnieuw
gebruiken
binnen
een
rit
Nadat
Launch
Control
werd
gebruikt,
moet
ereerst
een
bepaalde
afstand
worden
gereden
voordat
Launch
Control
opnieuw
kan
worden
gej
bruikt.
Launch
Control
stelt
zich
bij
het
opnieuw gebruiken
op
de
omgevingsomstandigheden
in.
Na
het
gebruik
van
Launch
Control
Ter
ondersteuning
van
de
rijstabiliteit
de
dynamijsche
stabiliteitsregeling
DSC
zo
spoedig
mogej lijk
weer
inschakelen.
Grenzen
van
het
systeem Een
geoefende
bestuurder
kan
in
de
modusDSC
OFF
mogelijk
betere
acceleratiewaardenrealiseren.
M
Motordynamiekcontrole
Principe De
M
motordynamiekcontrole
be

Algemeen
Het
systeem
zorgt
voor
verschillende
reactiegej
dragingen
van
de
motor:ProgrammaReactieEFFICIENTEfficiënt,
comfortabel.
Gemij
nimaliseerd
verbruik.
Ideaal
voor
bijvoorbeeld
stadsverkeer
of
in
de
sneeuw.SPORTSportief,
dynamisch.SPORT
PLUSSpontaan,
direct.
Maximale
dynamiek.
De
programma's
SPORT
en
SPORT
PLUS
veranderen
de
geluidskenmerken
van
het
uitlaatj systeem.
Het
geluid
wordt
sportief
emotioneel.
Programma
selecteren Met
toetsen
De
toets
indrukken
en
het
gewenste
programma
op
het
Control
Display
sej
lecteren.
Via
iDrive
Het
gewenste
programma
kan
voor
de
toetsen
M1
of
M2
worden
geconfigureerd.
1.CAR2.

M
menu3.M1
configureren
of
M2
configureren4.

Motor5.Gewenst
programma
selecteren.
De
instelling
wordt
bij
een
actieve
M1-
of
M2-
configuratie
onmiddellijk
overgenomen.
Om
de
gewenste
configuratie
met
de
geselecj teerde
instellingen
te
activeren,
de
overeenkomjstige
toets
op
het
stuur
indrukken:
'x'x
Weergave
in
het
instrumentenpaneel
Bij
een
geactiveerde
weergave
van
dewidget
op
het
instrumentenpaneel
voor
M
Setup
wordt
het
geselecteerde
proj
gramma
weergegeven.
Meer
informatie:
Widgets
op
het
instrumentenpaneel,
zie
paj gina
170.
Sound
Control
Principe
Sound
Control
verandert
de
geluidseigenschapj
pen
van
het
uitlaatsysteem.
Algemeen Met
ingeschakelde
Sound
Control
is
het
geluid
van
het
uitlaatsysteem
sportief
emotioneel.
Als
Sound
Control
is
uitgeschakeld,
wordt
het
geluid
op
comfort
gericht.
Tijdens
de
motor-warmdraaifase
heeft
Sound
Control
geen
invloed
op
het
geluid
van
het
uitj laatsysteem.
Meer
informatie:
High-performance
motor,
zie
pagina
332.
Seite
166BEDIENINGRijden166
Online
Edition
for
Part
no.
01405A37B59
-
VI/21

Programma
selecterenMet
toetsen
De
toets
indrukken
om
Sound
Control
te
activeren
of
te
deactiveren.
LED
brandt
als
Sound
Control
is
ingeschakeld.
Via
iDrive Het
gewenste
programma
kan
voor
de
toetsenM1
of
M2
worden
geconfigureerd.
1.CAR2.

M
menu3.M1
configureren
of
M2
configureren4.

Sound
Control5.Gewenst
programma
selecteren.
De
instelling
wordt
bij
een
actieve
M1-
of
M2-
configuratie
onmiddellijk
overgenomen.
Om
de
gewenste
configuratie
met
de
geselecj teerde
instellingen
te
activeren,
de
overeenkomjstige
toets
op
het
stuur
indrukken:
'x'xSeite
167RijdenBEDIENING167
Online
Edition
for
Part
no.
01405A37B59
-
VI/21

WeergavenUitrusting
van
de
auto
In
dit
hoofdstuk
worden
alle
standaard,
landspejcifieke
en
speciale
uitrustingen
beschreven
die
inde
modelserie
aangeboden
worden.
Daarom
worden
er
ook
uitrustingen
en
functies
beschrej ven
die
niet
in
een
voertuig
beschikbaar
zijn,
bijv.omwille
van
de
geselecteerde
speciale
opties
of
landuitvoering.
Dat
geldt
ook
voor
veiligheidsrelej vante
functies
en
systemen.
Bij
gebruik
van
deze
functies
en
systemen
moeten
de
geldende
wetj
ten
en
voorschriften
worden
nageleefd.
Instrumentenpaneel
Algemeen
De
weergaven
op
het
instrumentenpaneel
kunj
nen
gedeeltelijk
van
de
afbeeldingen
in
deze
handleiding
afwijken.
Overzicht
1Brandstofmeter\_ 178
Actieradius\_ 1792Snelheidsmeter3Centraal
weergavebereik\_ 168
Aanduiding
van
de
navigatie4Naargelang
de
uitrusting:
Driver
Attention
Caj
mera5Toerenteller\_ 178Keuzelijsten\_184
Widgets\_ 170
Dagteller,
zie
ritgegevens\_ 185
M
Steptronic
Sport
transmissie:
versnellingsj
indicator
met
Drivelogic\_ 1796Motorolietemperatuur\_1787Buitentemperatuur\_1788Check-Control\_1719Speed
Limit
Assist\_ 267
Speed
Limit
Info\_ 181
Tijd\_ 70
Centraal
weergavebereik
Afhankelijk
van
de
uitrusting
en
de
instelling
wordt
in
het
centrale
weergavebereik
van
het
inj
strumentenpaneel
het
volgende
weergegeven:
'xWeergaven
met
betrekking
tot
de
navigatie,
zoals
kaartaanzicht
of
bij
een
actieve
routebej geleiding
een
routevoorbeeld
met
navigatie-
instructies.'xWeergaven
met
betrekking
tot
de
servicebej hoefte.'xAssisted
Driving
View.
In
een
geanimeerdeauto-omgeving
wordt
informatie
over
de
rijj
hulpsystemen
weergegeven.
Sommige
weergaven
in
het
centrale
weergavej bereik
kunnen
individueel
worden
geconfiguj
reerd.
Afhankelijk
van
de
uitrusting
en
landuitvoering kunnen
de
weergaves
verschillen.
Seite
168BEDIENINGWeergaven168
Online
Edition
for
Part
no.
01405A37B59
-
VI/21