Page 129 of 228

124)Controleer alvorens de motorkap te
openen of de motor is afgezet en of de
contactsleutel in de stand STOP staat. Volg
de instructies op die zijn aangegeven op het
plaatje op de voorste traverse. Wij adviseren
om de contactsleutel te verwijderen als er
zich nog inzittenden in het voertuig bevinden.
Alle inzittenden moeten uit het voertuig
stappen nadat de contactsleutel is
uitgenomen of naar de STOP-stand is
gedraaid. Controleer bij het tanken of de
motor is afgezet (en of de contactsleutel in
de stand STOP staat).AFSLUITER VAN DE
BRANDSTOFTOEVOER
Werking
Deze grijpt bij een botsing in en
veroorzaakt het volgende:
de afsluiting van de brandstoftoevoer
waarna de motor afslaat;
automatische ontgrendeling van de
portieren;
automatische inschakeling van de
interieurverlichting.
Wanneer het systeem in werking treedt,
verschijnt er een bericht op het display.
Controleer het voertuig zorgvuldig op
brandstoflekkage, bijvoorbeeld in de
motorruimte, onder het voertuig of in de
buurt van de tank.
125)
Draai na een botsing de contactsleutel
naar STOP om te voorkomen dat de accu
leegloopt.
Ga als volgt te werk om de correcte
werking van de auto te herstellen:
draai de contactsleutel naar de stand
MAR;
schakel de richtingaanwijzer rechts in;
schakel de richtingaanwijzer rechts uit;
schakel de richtingaanwijzer links in;
schakel de richtingaanwijzer links uit;
schakel de richtingaanwijzer rechts in;
schakel de richtingaanwijzer rechts uit;
schakel de richtingaanwijzer links in;
schakel de richtingaanwijzer links uit;
contactsleutel op de stand OFF
gedraaid;
draai de contactsleutel naar de stand
MAR.
BELANGRIJK
125)Als na een botsing een brandstoflucht
wordt geroken of brandstoflekkage wordt
geconstateerd, dan mag het systeem niet
opnieuw ingeschakeld worden om brand te
voorkomen.
127
Page 130 of 228
TCT - SLEUTEL VERWIJDEREN
De contactsleutel kan alleen verwijderd
worden als de pook in stand P (parkeren)
staat.
Als de accu leeg is en de contactsleutel is
ingebracht, is de sleutel in het
contactslot geblokkeerd.
Ga als volgt te werk om de sleutel
handmatig te verwijderen:
trek de handrem aan;
dashboardzekeringen (om te
verwijderen, breng uw hand in de
behuizing 1 fig. 103en breng klep
2 omlaag);
met de meegeleverde Allen sleutel (zie
fig. 104) schroef de bovenste schroeven
2 fig. 105los en zet deksel 1 vast;
Ontgrendel hendel 1 fig. 106voor
stuurwielverstelling;
trek het stuurwiel naar u toe totdat
deze zich aan het einde van de reispositie
bevindt, vergrendel hem dan met hendel
1;
gebruik de Allen sleutel om de twee
onderste schroeven 1 fig. 107los te
draaien en zet het deksel vast;
verwijder het profiel 1 fig. 108voor
het bovenste deksel;
103A0K0527C
104A0K0713C
105A0K0711C
106A0K0710C
107A0K0732C
128
NOODGEVALLEN
Page 131 of 228
verwijder het profiel 1 fig. 109links
voor het deksel;
verwijder het onderste deksel 1
fig. 110door de klemmen fig. 111van het
bovenste deksel los te maken;
trek lipje 1 fig. 112omlaag met één
hand en verwijder met de andere hand de
sleutel, door deze naar buiten te trekken;
zodra de sleutel verwijderd is de
stuurkolombekleding, het linkerpaneel
voor de klep van de zekeringendoos van
het dashboard opnieuw plaatsen, en
ervoor zorgen dat ze op hun plaats
vastzitten.
40)
BELANGRIJK
40)Het wordt geadviseerd contact op te
nemen met het Alfa Romeo Servicenetwerk
om deze hermontageprocedure te laten
uitvoeren. Indien u zelfstandig te werk wilt
gaan, dient u vooral op te letten op de juiste
bevestiging van de borgklemmen. Anders
kan een verkeerde bevestiging van de
onderste en bovenste afdekking lawaai
veroorzaken.
108A0K0733C
109A0K0734C
110A0K0735AC
111A0K0735BC
112A0K1207C
129
Page 132 of 228

SLEPEN VAN DE AUTO
Het bij de auto geleverde sleepoog
bevindt zich in de gereedschapshouder in
de bagageruimte.
MONTAGE VAN HET SLEEPOOG
126) 127) 128)
Slepen vanaf de voorkant
Haal dop 1 uit zijn zitting met een
schroevendraaier of soortgelijk
gereedschap in de onderste sleuf. Zorg
ervoor de verf niet te beschadigen. Neem
het sleepoog 2 uit zijn zitting in de
gereedschapshouder en draai het stevig
op de schroefdraadpen (fig. 113 ).Slepen vanaf de achterkant
Andere versies dan "VELOCE" en zonder
"Pack sport": haal dop 1 uit zijn zitting
met een schroevendraaier of soortgelijk
gereedschap in de bovenste sleuf. Zorg
ervoor de verf niet te beschadigen. Neem
het sleepoog 2 uit zijn zitting in de
gereedschapshouder en draai het stevig
op de schroefdraadpen (fig. 114 ).
"VELOCE" versies of versies met "Pack
sport": koppel plug 1 los door op de
bovenkant te drukken, neem sleepoog
2 uit zijn behuizing in de
gereedschapshouder en schroef deze
volledig schroefdraadpen (fig. 114 ).
BELANGRIJK
126)Bij versies met sleutel zonder
afstandsbediening, moet deze, alvorens het
voertuig te slepen, naar MAR en vervolgens
naar STOP worden gedraaid, zonder de
sleutel uit het contactslot te nemen. Als de
sleutel uit het contactslot wordt genomen,
wordt automatisch het stuurslot
ingeschakeld waardoor het voertuig niet kan
worden bestuurd. Controleer ook of de
versnellingsbak in de vrijstand staat (bij
versies uitgerust met automatische
versnellingsbak controleren of de pook in de
N-stand staat). Voor versies met
elektronische sleutel, moet de
contactsleutel op MAR en vervolgens op
STOP worden gezet, zonder het portier te
openen.
127)Onthoud dat tijdens het slepen de
rembekrachtiging en de elektrische
stuurbekrachtiging niet werken. Om die
reden is meer kracht benodigd voor de
bediening van het rempedaal en het stuur.
Gebruik voor het slepen geen soepele kabels
en vermijd bruuske bewegingen. Zorg tijdens
het slepen dat er geen onderdelen door de
sleepverbinding kunnen worden beschadigd.
Neem bij het slepen in elk geval de wettelijke
voorschriften in acht van het land waarin
wordt gereden en pas uw rijgedrag aan.
Start de motor niet wanneer de auto wordt
gesleept. Maak voor de montage van het
sleepoog de schroefdraad zorgvuldig
schoon. Controleer of het sleepoog volledig
op de schroefdraadpen is gedraaid alvorens
de auto te slepen.
113A0K0623C114A0K0898C
130
NOODGEVALLEN
Page 133 of 228
128)Gebruik de sleepogen voor en achter
alleen voor noodgevallen op de weg. Het is
toegestaan de auto over korte afstanden te
slepen m.b.v. geschikte middelen conform de
wegenverkeerswetgeving (starre stang), om
de auto over de weg te verplaatsen om hem
gebruiksklaar te maken voor het slepen of
voor transport met takelwagen. Sleepogen
MOGEN NIET worden gebruikt om
voertuigen off-road (onverharde wegen) te
slepen of waar hindernissen zijn en/of voor
het slepen met kabels of andere niet-starre
hulpmiddelen. In overeenstemming met
bovengenoemde voorwaarden, moeten er
voor het slepen twee voertuigen worden
gebruikt (een slepend en een gesleept
voertuig), die zich beide zo veel mogelijk op
één lijn bevinden.
131
Page 134 of 228
132
Deze pagina is opzettelijk blanco gelaten
Page 135 of 228
Dankzij correct onderhoud kunnen de prestaties van de auto,
evenals beperkte bedrijfskosten en het behoud van de efficiëntie
van de veiligheidssystemen gedurende langere tijd gegarandeerd
worden.
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe.
ONDERHOUD EN ZORG
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD..................134
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA...........135
PERIODIEKE CONTROLES........................142
ZWAAR GEBRUIK VAN DE AUTO....................142
NIVEAUS CONTROLEREN........................143
ACCU OPLADEN ..............................148
LUCHTFILTER/POLLENFILTER/DIESELFILTER...........150
SPROEIERS.................................150
KOPLAMPSPROEIERS..........................150
ACCU.....................................151
HET VOERTUIG OPKRIKKEN.......................152
CARROSSERIE...............................153
INTERIEUR.................................154
Page 136 of 228

GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD
Juist onderhoud is essentieel voor een
lange levensduur van het voertuig onder
optimale omstandigheden.
Daarom heeft Alfa Romeo een reeks
controles en onderhoudsbeurten
opgesteld die op vaste
afstandsintervallen uitgevoerd moeten
worden en, voor bepaalde
versies/markten, op vaste
tijdsintervallen, zoals beschreven in het
Geprogrammeerd Onderhoudsschema.
Ongeacht het bovenstaande, is het altijd
noodzakelijk de aanwijzingen in het
Geprogrammeerd Onderhoudsschema
zorgvuldig op te volgen (bijv. regelmatige
controle van de vloeistofniveaus,
bandenspanning, enz.).
Geprogrammeerde Onderhoudsbeurten
worden door alle werkplaatsen van het
Alfa Romeo Servicenetwerk uitgevoerd
op basis van de vaste intervallen in tijd of
kilometers/mijlen. Eventuele reparaties
die nodig blijken tijdens het uitvoeren van
de diverse inspecties en controles van
het geprogrammeerd onderhoud, mogen
uitsluitend worden uitgevoerd na
uitdrukkelijke toestemming van de
eigenaar.Als het voertuig dikwijls gebruikt wordt
voor het trekken van aanhangers, dan
moet een korter interval tussen de
onderhoudsbeurten worden
aangehouden.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
De onderhoudsbeurten van het
Geprogrammeerde Onderhoud zijn door
de fabrikant voorgeschreven. Het niet
uitvoeren ervan kan het vervallen van de
garantie tot gevolg hebben.
Het is raadzaam het Alfa Romeo
Servicenetwerk onmiddellijk te
informeren over eventuele kleine
defecten en niet te wachten tot de
volgende servicebeurt.
134
ONDERHOUD EN ZORG