Rijd nooit met een bijna lege tank: een onregelmatige
brandstoftoevoer kan de katalysator schade
toebrengen.
BELANGRIJK Als de brandstofmeter op E wijst en
het lampje knippert, dan is er een storing in het
systeem. Neem in dat geval contact op met het Fiat
Servicenetwerk om het systeem te laten controleren.
KOELVLOEISTOFTEMPERATUURMETER
Het geeft de koelvloeistoftemperatuur aan en treedt
in werking wanneer de koelvloeistoftemperatuur
hoger is dan circa 50°C. Bij normaal gebruik kan de
wijzer op verschillende standen staan, afhankelijk van
de gebruikscondities.
C - Lage koelvloeistoftemperatuur.
H - Hoge koelvloeistoftemperatuur.
Lampje B fig. 14 gaat branden (en er verschijnt een
bericht op het multifunctionele display) wanneerde koelvloeistoftemperatuur te hoog is; zet in dat
geval onmiddellijk de motor uit en neem contact op
met het Fiat Servicenetwerk.
Als de wijzer van de
koelvloeistoftemperatuur in de rode zone
komt , zet dan onmiddellijk de motor uit
en neem contact op met het Fiat Servicenetwerk.
fig. 14F0T0806
18
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DIGITAAL DISPLAY
BEGINSCHERM
Op het standaardscherm fig. 15 kan de volgende
informatie worden weergegeven:
AKoplampstand (alleen bij ingeschakeld dimlicht).
BKilometerteller (weergave kilometer-/
mijltotaalteller).
CTijd.
DIndicatie START&STOP functie (voor bepaalde
uitvoeringen/markten, waar voorzien).
EGear Shift Indication (symbool versnelling) (voor
bepaalde uitvoeringen/markten, waar voorzien)
OpmerkingBij uitgenomen sleutel en ten minste
één geopend voorportier geeft het display gedurende
enige seconden de tijd en de totaalstand van het
aantal gereden kilometers of mijlen weer.BEDIENINGSKNOPPEN
Om het scherm en de keuzemogelijkheden
naar boven te doorlopen of de weergegeven
waarde te verhogen.
SET
Kort indrukken voor toegang tot het menu en/of
naar het volgende scherm te gaan of de keuze te
bevestigen. Lang indrukken om terug te keren naar
het beginscherm.
Om het scherm en de keuzemogelijkheden
naar beneden te doorlopen of de weergegeven
waarde te verlagen.
OPMERKING Met de knoppen
enkunnen
verschillende functies geactiveerd worden, afhankelijk
van de volgende omstandigheden:
fig. 15F0T0459fig. 16F0T0500
19
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Lichtsterkte interieur auto regelen
(Verlichting)
Deze functie is beschikbaar, bij ingeschakelde
dimlichten, voor de afstelling van de lichtsterkte van
het instrumentenpaneel, de knoppen en het display
van de autoradio.
Ga voor het afstellen van de lichtsterkte als volgt te
werk:
druk kort op de knop SET: op het display
verschijnt het opschrift ILLU;
druk op knopofom de lichtsterkte in te
stellen;
druk kort op de knop SETom terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt
om terug te gaan naar het standaardscherm
zonder op te slaan.
Instellen snelheidslimiet (SPEEd)
Met deze functie kan de snelheidslimiet van de auto
(km/h of mph) worden ingesteld. Als deze limiet
wordt overschreden, wordt de bestuurder
gewaarschuwd (zie hoofdstuk “Lampjes en
berichten”).
Ga voor het instellen van de snelheidslimiet als volgt
te werk:
- druk kort op de knopSET
: op het display
verschijnt het opschrift (SPEED) en de eerder
ingestelde eenheid (km/h) of (mph);
- druk op de knop
ofom de snelheidslimiet
in te schakelen (On) of uit te schakelen (Off );- als de functie ingeschakeld is, op
of
drukken om de gewenste snelheidslimiet te
selecteren en druk vervolgens opSET
om te
bevestigen;
OPMERKING De waarde kan worden ingesteld
tussen 30 en 200 km/h of tussen 20 en 125 mph,
afhankelijk van de ingestelde meeteenheid (zie de
paragraaf "Meeteenheid instellen Unit"). Elke keer als
u de knop
/indrukt, wordt de waarde 5
eenheden verhoogd of verlaagd. Als u de knop
/
ingedrukt houdt, lopen de cijfers automatisch
snel door of terug. Als u dicht bij de juiste waarde
bent, stelt u de exacte waarde in door de knop
telkens in te drukken en los te laten.
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
Ga als volgt te werk als u de instelling wilt annuleren:
- druk kort op de knopSET
om het display te
laten knipperen (On);
– druk op de knop
; op het display knippert
(Off );
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
22
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Klokje instellen (Hour)
Met deze functie kan het klokje worden ingesteld.
Ga voor het instellen als volgt te werk:
- druk kort op de knopSET
: "uren" gaat
knipperen op het display;
- druk op de knop
ofom de instelling uit te
voeren;
- druk kort op de knopSET
: "minuten" gaat
knipperen op het display;
- druk op de knop
ofom de instelling uit te
voeren;
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
Volumeregeling buzzer (bUZZ)
Deze functie wordt gebruikt om het volume in te
stellen van het geluidssignaal (zoemer) dat klinkt in
het geval van storings-/waarschuwingsmeldingen
en wanneer de knoppenSET
,en
worden ingedrukt.
Ga voor het instellen van het gewenste volume als
volgt te werk:
druk kort op de knopSET
: op het display
verschijnt het opschrift bUZZ;
- druk op de knop
ofom het gewenste
volume in te stellen (instelling mogelijk op 8 niveaus).- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
Meeteenheid (Unit) instellen
Met deze functie kan de meeteenheid worden
ingesteld.
Ga voor het instellen als volgt te werk:
- druk kort op de knopSET
: op het display
verschijnen het opschrift (Unit) en de eerder
ingestelde eenheid (km) of (mi);
- druk op de knop
ofom de gewenste
meeteenheid in te stellen.
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
In-/uitschakelen van de frontairbag aan
passagierszijde en de zij-airbag (sidebag) (Bag
Passagier) (indien aanwezig)
Met deze functie kan de passagiersairbag worden
in-/uitgeschakeld.
Ga als volgt te werk fig. 18:
- druk kort op de knopSET
en, nadat het
bericht BAG P OFF (voor het uitschakelen) of BAG P
On (voor het inschakelen) op het display is
verschenen door het indrukken van de knoppen
of, nogmaals opSETdrukken;
23
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
- er verschijnt een bevestigingsbericht op het display; - druk op de knoppenofom (YES) (om de
in-/uitschakeling te bevestigen) of (NO) (om de
in-/uitschakeling te annuleren);
- druk kort op de knopSET
: er verschijnt een
bevestigingsbericht van de gekozen instelling waarna
wordt teruggekeerd naar het menuscherm of, als
de knop ingedrukt gehouden wordt, wordt
teruggekeerd naar het standaardscherm zonder op te
slaan.
fig. 18F0T1027
24
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
Het voertuig kan uitgerust zijn met een
multifunctioneel display dat de bestuurder nuttige
informatie verschaft afhankelijk van de eerder
gemaakte instellingen.
STANDAARDSCHERM
Het standaardscherm toont de volgende informatie
fig. 19:
ADatum
BKilometerteller (afgelegde afstand in km of mijlen).
CKlok.
DBuitentemperatuur (voor bepaalde versies/
markten, waar voorzien) (voor Natural Power en
Comfort-Matic versies met
buitentemperatuursensor, is het display in het Trip
Menu, zie "Trip Computer").
EStand hoogteregeling koplampen (alleen bij
ingeschakeld dimlicht).
FAanduiding Start&Stop-functie (voor bepaalde
versies/markten).
GGear Shift Indicatie (voor bepaalde versies/
markten)
OpmerkingWanneer een portier wordt geopend,
wordt het display ingeschakeld en worden het tijdstip
en het aantal afgelegde kilometers of mijlen enkele
seconden weergegeven.
BEDIENINGSKNOPPEN
Om de schermpagina en de betreffende opties
naar beneden te doorlopen of om de
weergegeven waarde te verhogen.
fig. 19F0T0421fig. 20F0T0500
25
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Houd de knop SETingedrukt:
- om het setup-menu te verlaten als u zich in het
hoofdmenu bevindt;
- om het hoofdmenu te verlaten als u zich op een
ander punt van het menu bevindt (bijv.: op het niveau
van een submenu of op het niveau van instelling van
een optie van het hoofdmenu);
- om alleen de door de gebruiker reeds opgeslagen
(en door het indrukken van de knopSET
bevestigde) wijzigingen op te slaan.
De pagina setup-menu is tijdgestuurd. Wanneer het
menu wordt verlaten omdat de toegestane tijdsduur
is verstreken, worden alleen de reeds door de
gebruiker opgeslagen (en door het kort indrukken
van de knopSET
bevestigde wijzigingen)
opgeslagen.
Druk vanuit het standaardscherm kort op de knop
SET
om te beginnen met bladeren.
Druk op de knoppen
ofom het menu te
doorlopen.
OpmerkingTijdens het rijden is om
veiligheidsredenen alleen een beperkt menu (“Piep
Snelheid” instellen) toegankelijk. Breng het voertuig
tot stilstand om toegang te krijgen tot het volledige
menu.Regeling lichtsterkte interieurverlichting
Deze functie is beschikbaar met de dimlichten aan
om helderheid aan te passen van het
instrumentenpaneel, knoppen en radiodisplay.
Ga als volgt te werk om de lichtsterkte in te stellen:
druk kort op de SETknop om het eerder
ingestelde niveau op het display te laten knipperen;
druk op de toetsofom het gevraagde
helderheidsniveau te regelen;
druk kort op de knop SETom terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt
om terug te keren naar het standaardscherm
zonder op te slaan.
Snelheidslimiet (Piep snelheid)
Met deze functie kan de voertuigsnelheidslimiet
ingesteld worden (km/h of mph). Wanneer deze
limiet overschreden wordt, wordt de bestuurder
onmiddellijk gewaarschuwd (zie hoofdstuk “Lampjes
en berichten”).
Ga als volgt te werk om de snelheidslimiet in te
stellen:
- druk kort op de knopSET
, op het display
verschijnt het opschrift (Speed Beep);
- druk op de knop
ofom de snelheidslimiet
in (On) of uit (Off ) te schakelen;
- als de functie is ingeschakeld, druk dan op
of
om de gewenste snelheidslimiet te selecteren en
druk vervolgens opSET
om te bevestigen.
29
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
OpmerkingDeze waarde kan ingesteld worden
tussen 30 en 200 km/h of tussen 20 en 125 mph,
afhankelijk van de ingestelde eenheid. Zie de
paragraaf “Meeteenheid instellen (Meeteenheid)” die
hierna wordt beschreven. Met elke druk op de
knop
/wordt de waarde 5 eenheden
verhoogd of verlaagd. Houd de toets
/
ingedrukt om de waarde automatisch snel te
verhogen/verlagen. Wanneer de gewenste waarde
wordt bereikt, kan de instelling afgerond worden
door opnieuw kort op de knop te drukken.
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
Ga als volgt te werk om de instelling te annuleren:
- druk kort op de knopSET
om het display
te laten knipperen (On);
- druk op de knop
, op het display gaat (Off )
knipperen;
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
Trip B Aan/Uit (gegevens Trip B)
Met deze functie kan de weergave van Trip B
(dagteller) ingeschakeld (On) of uitgeschakeld (Off )
worden.
Zie voor meer informatie de paragraaf "Trip
computer".Ga als volgt te werk om deze functie in/uit te
schakelen:
druk kortstondig op deSET
knop om "On" of
"Off" op het display te doen knipperen in functie van
wat eerder is ingesteld;
Druk op de knop
ofom te kiezen;
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
De klok instellen (Tijd instellen)
Met deze functie kan de klok via twee submenu's
worden ingesteld: Tijd en Formaat.
Ga als volgt te werk om in te stellen:
- druk kort op de knopSET
en de twee
submenu's "Uur" en "Formaat" worden weergegeven;
- druk op de knop
ofom de submenu's te
selecteren;
- druk, na het submenu te hebben geselecteerd, kort
opSET
;
- wanneer "Uur" geselecteerd wordt, gaan door het
kort indrukken van de knopSET
de "uren"
op het display knipperen;
- druk op de knop
ofom in te stellen;
- druk kort op deSET
knop: "minuten" begint te
knipperen op het display;
- druk op de knop
ofom in te stellen;
30
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER