KENNISMAKING MET DE AUTO
DASHBOARD
De aanwezigheid en de opstelling van de bedieningsorganen, de instrumenten en de controle-/
waarschuwingslampjes kunnen per uitvoering verschillen.
1. Uitstroomopening naar de zijruiten – 2. Verstelbaar en richtbaar luchtrooster – 3. Linker hendel: bediening buitenverlichting
– 4. Instrumentenpaneel en lampjes – 5. Rechter hendel: bediening ruitenwissers voor/achter en tripcomputer – 6. Autoradio
(voor bepaalde uitvoeringen/markten) – 7. Schakelaar waarschuwingsknipperlichten, achterruitverwarming, schakelaar voor
in-/uitschakeling ASR/Traction Plus (indien aanwezig), ontgrendelknop achterdeuren (indien aanwezig), schakelaar voor
uitschakeling Start&Stop systeem (indien aanwezig) – 8. Airbag passagierszijde (indien aanwezig) – 9. Opbergvak/
dashboardkastje (indien aanwezig) – 10. Verstelbare en richtbare luchtroosters – 11. Bedieningsknoppen voor
verwarming/ventilatie/airconditioning – 12. Opbergvak – 13. Contactslot – 14. Airbag bestuurderszijde – 15. Hendel
motorkapontgrendeling – 16. Schakelaarpaneel: mistlampen voor/mistlicht achter/koplampverstelling/display
fig. 1F0T0070
3
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
Het voertuig kan uitgerust zijn met een
multifunctioneel display dat de bestuurder nuttige
informatie verschaft afhankelijk van de eerder
gemaakte instellingen.
STANDAARDSCHERM
Het standaardscherm toont de volgende informatie
fig. 19:
ADatum
BKilometerteller (afgelegde afstand in km of mijlen).
CKlok.
DBuitentemperatuur (voor bepaalde versies/
markten, waar voorzien) (voor Natural Power en
Comfort-Matic versies met
buitentemperatuursensor, is het display in het Trip
Menu, zie "Trip Computer").
EStand hoogteregeling koplampen (alleen bij
ingeschakeld dimlicht).
FAanduiding Start&Stop-functie (voor bepaalde
versies/markten).
GGear Shift Indicatie (voor bepaalde versies/
markten)
OpmerkingWanneer een portier wordt geopend,
wordt het display ingeschakeld en worden het tijdstip
en het aantal afgelegde kilometers of mijlen enkele
seconden weergegeven.
BEDIENINGSKNOPPEN
Om de schermpagina en de betreffende opties
naar beneden te doorlopen of om de
weergegeven waarde te verhogen.
fig. 19F0T0421fig. 20F0T0500
25
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
OpmerkingDeze waarde kan ingesteld worden
tussen 30 en 200 km/h of tussen 20 en 125 mph,
afhankelijk van de ingestelde eenheid. Zie de
paragraaf “Meeteenheid instellen (Meeteenheid)” die
hierna wordt beschreven. Met elke druk op de
knop
/wordt de waarde 5 eenheden
verhoogd of verlaagd. Houd de toets
/
ingedrukt om de waarde automatisch snel te
verhogen/verlagen. Wanneer de gewenste waarde
wordt bereikt, kan de instelling afgerond worden
door opnieuw kort op de knop te drukken.
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
Ga als volgt te werk om de instelling te annuleren:
- druk kort op de knopSET
om het display
te laten knipperen (On);
- druk op de knop
, op het display gaat (Off )
knipperen;
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
Trip B Aan/Uit (gegevens Trip B)
Met deze functie kan de weergave van Trip B
(dagteller) ingeschakeld (On) of uitgeschakeld (Off )
worden.
Zie voor meer informatie de paragraaf "Trip
computer".Ga als volgt te werk om deze functie in/uit te
schakelen:
druk kortstondig op deSET
knop om "On" of
"Off" op het display te doen knipperen in functie van
wat eerder is ingesteld;
Druk op de knop
ofom te kiezen;
- druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het menuscherm of houd de knop ingedrukt om
terug te keren naar het standaardscherm zonder op
te slaan.
De klok instellen (Tijd instellen)
Met deze functie kan de klok via twee submenu's
worden ingesteld: Tijd en Formaat.
Ga als volgt te werk om in te stellen:
- druk kort op de knopSET
en de twee
submenu's "Uur" en "Formaat" worden weergegeven;
- druk op de knop
ofom de submenu's te
selecteren;
- druk, na het submenu te hebben geselecteerd, kort
opSET
;
- wanneer "Uur" geselecteerd wordt, gaan door het
kort indrukken van de knopSET
de "uren"
op het display knipperen;
- druk op de knop
ofom in te stellen;
- druk kort op deSET
knop: "minuten" begint te
knipperen op het display;
- druk op de knop
ofom in te stellen;
30
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Menu afsluiten
Met deze laatste functie wordt de cyclus van de in
het menuscherm vermelde instellingen afgesloten.
Druk kort op de knopSET
om terug te keren
naar het standaardscherm zonder op te slaan.
Druk op de knop
om terug te keren naar de
eerste menuoptie op het display (Piep snelheid).
TRIPCOMPUTER
Algemeen
Met de “Tripcomputer” kan, als de contactsleutel in
stand MAR staat, op het display informatie worden
weergegeven over de werking van de auto. Deze
functie bestaat uit “Trip A” en "Trip B" die
onafhankelijk van elkaar werken en betrekking
hebben op de hele rit van de auto. Beide functies
kunnen op nul worden gezet (reset - begin van
de nieuwe rit).
“Trip A” geeft informatie over:
Buitentemperatuur (voor Natural Power versies
uitgerust met temperatuursensor)
Actieradius
Afgelegde afstand
Gemiddeld verbruik
Huidig verbruik
Gemiddelde snelheid
Reistijd.
“Trip B”, alleen aanwezig op het multifunctionele
display, geeft informatie over:
Afgelegde afstand B
Gemiddeld brandstofverbruik B
Gemiddelde snelheid B
Reistijd B.
35
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
"Trip B" kan worden uitgeschakeld (zie de
paragraaf "inschakeling Trip B") De
gegevens "Autonomie" en "Huidig
verbruik" kunnen niet op nul worden gezet .
Weergegeven gegevens
Bereik (voor bepaalde versies/markten)
Deze waarde toont de afstand die de auto kan
afleggen voordat getankt moet worden, er vanuit
gaande dat de rijstijl niet verandert. Op de display
verschijnt de melding “----”als:
de actieradius kleiner is dan 50 km (of 30 mijl)
de auto langere tijd met draaiende motor stilstaat.
BELANGRIJK De waarde van de actieradius kan
door verschillende factoren worden beïnvloed: rijstijl
(zie de paragraaf “Rijstijl” in het hoofdstuk “Starten
en rijden”), type traject (snelwegen, stad, bergen
enz.), gebruiksomstandigheden van de auto
(vervoerde lading, bandenspanning enz.). Houd hier
bij het plannen van een reis rekening mee.
Afgelegde afstand
Geeft de afstand aan die de auto heeft afgelegd vanaf
het begin van een nieuwe rit.
Gemiddeld verbruik
Geeft globaal het gemiddelde brandstofverbruik aan
vanaf het begin van een nieuwe rit.Huidig verbruik
Geeft het brandstofverbruik weer. Deze waarde
wordt continu bijgewerkt. Als de auto stilstaat met
draaiende motor verschijnt het bericht “----” op
het display.
Gemiddelde snelheid
Geeft de gemiddelde snelheid weer op basis van de
totale tijd die is verstreken sinds het begin van de
reis.
Reistijd
Geeft de verstreken tijd aan vanaf het begin van een
nieuwe rit.
BELANGRIJK Als geen informatie beschikbaar is, dan
worden alle grootheden door de Tripcomputer
weergegeven als "----" in plaats van de waarde. Als de
normale werking wordt hervat, dan vindt ook het
tellen van de verschillende grootheden normaal
plaats, waarbij de voor de storing weergegeven
waarden niet worden gereset en niet een nieuwe rit
wordt begonnen.
Bedieningsknop TRIP
De TRIP knop bevindt zich aan het uiteinde van de
rechter hendel fig. 22. Wanneer de contactsleutel in
de stand MAR staat, kunnen met deze knop de
hiervoor beschreven waarden bekeken worden en
kunnen de gegevens worden gereset om een nieuwe
reis te beginnen:
36
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Remmen
(waarschuwingslampje
versleten remblokken)............ 160
Remvloeistof ............................... 213
Remvloeistofniveau (lampje ..... 150
Reservewiel ................................. 233
Richtingaanwijzers ...................... 57
– Controlelampje linker
richtingaanwijzer .................. 162
– Controlelampje rechter
richtingaanwijzer .................. 162
Richtingaanwijzers (lampen
vervangen) ................................. 180
Rijstijl ............................................ 146
Roetfilter (DPF).......................... 113
Rollend starten ........................... 165
Rubber slangen ........................... 219
Ruitbediening
– Elektrische ruitbediening
voor;......................................... 77
– Handmatige
ruitbediening voor ................ 78
Ruiten achter ............................... 72
Ruiten reinigen ............................ 59
Ruitensproeiers .......................... 220
Ruitenwisser................................. 59
Ruitenwissers .............................. 219Scheidingswanden ....................... 41
Setup-menu .................................. 20
Sleepoog bevestigen .................. 196
Sneeuwkettingen ........................ 149
Snel herstel bandenspanning
Fix&Go Automatic .................. 173
Snelheidsmeter ............................ 17
Speed block .................................. 99
Spiegels
– Binnenspiegel.......................... 46
– Buitenspiegels......................... 46
Start-/contactslot
– starten ..................................... 16
– stuurslot .................................. 16
Start&Stopsysteem .................... 102
Starten met een hulpaccu ........ 164
Starten van de motor ............... 140
Stopcontact achter ..................... 69
Stuurbekrachtigingsvloeistof ... 213
Stuurinrichting ............................ 232
Stuurslot ....................................... 16
Stuurwiel....................................... 45
Symbolen ...................................... 8
Tabel zekeringen in
zekeringenkast in interieur .... 194Tabel zekeringen in
zekeringenkast in
motorruimte ............................. 191
Tankdop brandstof..................... 111
Tanken .......................................... 251
Tanken van de auto ................... 110
Tips om de levensduur van
de accu te verlengen ............... 216
Toerenteller ................................. 17
Traction Plus-systeem................ 97
Transmissie .................................. 230
Trekken van aanhangers ........... 148
Trip Computer ............................ 35
Veiligheidsgordels
– Gebruik .................................. 114
Velgbescherming......................... 235
Velgen en banden ....................... 233
Versnellingsbak ........................... 144
Versnellingspook ........................ 144
Verwarming en ventilatie .......... 48
VIN-plaatje .................................. 226
Vloeistof voor
ruitensproeiers/
achterruitsproeier.................... 212
Vloeistoffen en
smeermiddelen ......................... 253
Vooraanspanners........................ 117
ALFABETISCH
REGISTER
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS