OPMERKING
Reinig veiligheidsgordels zorgvuldig
als deze vuil zijn geworden. Wanneer
deze niet worden schoongemaakt,
zullen deze later moeilijker te reinigen
zijn en kan dit het soepel oprollen van
de veiligheidsgordel nadelig
beïnvloeden.
qOnderhoud van kunststof bekleding
Verwijder stof en vuil van de kunststof
bekleding met behulp van een borstel of
stofzuiger.
Verwijder vlekken van kunststof
bekleding met behulp van een
schoonmaakmiddel voor lederen en
kunststof bekleding.
qOnderhoud van bekleding
1. Reinig het verontreinigde gedeelte door
dit licht te deppen met een zachte doek
die is gedompeld in een oplossing van
een zacht reinigingsmiddel (ongeveer
5%) en water.
2. Veeg het resterende reinigingsmiddel
weg met behulp van een doek die is
gedompeld in schoon water en goed is
uitgewrongen.
qOnderhoud van lederen bekledingí
1. Verwijder stof en zand met behulp van
een stofzuiger.
2. Veeg het verontreinigde gedeelte af met
een zachte doek en een geschikt,
speciaal reinigingsmiddel of een zachte
doek die gedompeld is in een oplossing
van een zacht schoonmaakmiddel
(ongeveer 5%) en water.3. Veeg het resterende reinigingsmiddel
weg met behulp van een doek die is
gedompeld in schoon water en goed is
uitgewrongen.
4. Neem het vocht op met een droge,
zachte doek en laat het leer verder
drogen op een goed geventileerde
plaats buiten direct zonlicht. Als het
leder bijvoorbeeld door regen nat is
geworden, het vocht opnemen en zo
spoedig mogelijk laten drogen.
OPMERKING
lEcht leer is een natuurlijk materiaal
en daarom is het oppervlak ervan
niet gelijkmatig en kan dit
natuurlijke schrammen, krassen en
plooien bevatten.
lOm het materiaal zo lang mogelijk in
goede conditie te houden wordt
regelmatig onderhoud, ongeveer
tweemaal per jaar, aanbevolen.
lAls de lederen bekleding met het
onderstaande in aanraking is
gekomen, deze onmiddellijk
reinigen.
Wanneer dit niet onmiddellijk wordt
schoongemaakt, kan dit vroegtijdige
slijtage, schimmelvorming of
vlekken veroorzaken.
lZand of vuillVet of olie, zoals handcrèmelAlcohol, zoals in cosmetica of
haarverzorgingsproducten
lAls de lederen bekleding nat wordt,
het vocht onmiddellijk met een droge
doek opnemen. Vocht dat op het leer
achterblijft kan veroudering zoals
verharding en krimp veroorzaken.
Onderhoud en verzorging
Verzorging van het uiterlijk
6-85íBepaalde modellen.
OPMERKING
lBlootstelling aan direct zonlicht
gedurende lange perioden kan
veroudering en krimp veroorzaken.
Wanneer de auto gedurende lange
tijd in direct zonlicht geparkeerd
staat, het interieur afdekken met
behulp van zonneschermen.
lLaat geen kunststof producten
gedurende langere tijd op de lederen
bekleding achter. Deze kunnen de
kwaliteit en de kleur van het leder
nadelig beïnvloeden. Als de
cabinetemperatuur erg hoog oploopt,
kan het plastic zacht worden en aan
het echt leer gaan kleven.
qOnderhoud van plastic onderdelen
OPGELET
Gebruik geen polijstmiddelen.
Afhankelijk van de bestanddelen van
het product, kunnen deze verkleuring,
vlekken, barsten of afschilfering van de
laklaag veroorzaken.
qOnderhoud van de bovenkant
van het instrumentenpaneel
(zachte bekleding)
Voor de bovenkant van het zachte
stootkussen is buitengewoon zacht
materiaal gebruikt. Als de zachte
bekleding met een droge doek hard wordt
afgewreven, bestaat de kans dat het
oppervlak beschadigd wordt en dat er
witte krassen ontstaan.
1. Reinig het verontreinigde gedeelte met
een zachte doek die gedompeld is in
een oplossing van een zacht
schoonmaakmiddel (ongeveer 5%) en
water.
2. Veeg het resterende reinigingsmiddel
weg met behulp van een doek die is
gedompeld in schoon water en goed is
uitgewrongen.
qOnderhoud van het paneel
Als een paneel verontreinigd is geraakt,
dit afvegen met een zachte doek die is
gedompeld in schoon water en goed is
uitgewrongen.
Volg onderstaande procedure als bepaalde
delen verdere reiniging behoeven:
1. Reinig het verontreinigde gedeelte met
een zachte doek die gedompeld is in
een oplossing van een zacht
schoonmaakmiddel (ongeveer 5%) en
water.
2. Veeg het resterende reinigingsmiddel
weg met behulp van een doek die is
gedompeld in schoon water en goed is
uitgewrongen.
6-86
Onderhoud en verzorging
Verzorging van het uiterlijk
Parkeren in noodgevallen
Dewaarschuwingsknipperlichtendienen
steeds te worden gebruikt wanneer u de
auto in een noodgeval op de rijbaan of
langs de kant van de weg tot stilstand
brengt.
De
waarschuwingsknipperlichtendienen als
waarschuwing voor de overige
weggebruikers om bijzondere
voorzichtigheid in acht te nemen bij het
benaderen of passeren van uw auto.
Druk de
waarschuwingsknipperlichtschakelaar in
en alle richtingaanwijzerlampen zullen
gaan knipperen. De
waarschuwingsknipperlichtindikatielampjesin
de instrumentengroep gaan tegelijkertijd
knipperen.
OPMERKING
lDe richtingaanwijzers kunnen niet
gebruikt worden wanneer de
waarschuwingsknipperlichtenzijn
ingeschakeld.
lControleer de plaatselijk geldende
bepalingen betreffende het gebruik
van de
waarschuwingsknipperlichtenbij
het slepen van de auto om na te gaan
of er geen inbreuk wordt gedaan op
de wettelijke bepalingen.
7-2
Als er zich een probleem voordoet
Parkeren in noodgevallen
qKrikí
Verwijderen van de krik
1. Open de kofferruimteplank.
2. Zet de kofferruimteplank vast door de
haak vast te maken aan de hoofdsteun.
Zonder afdekking bagageruimte
Met afdekking bagageruimte
3. Verwijder de krik.
Vastzetten van de krik
Voer de procedure voor het verwijderen in
omgekeerde volgorde uit.
Onderhoudspunt
lHoud de krik steeds schoon.
lZorg ervoor dat de bewegende delen
vrij blijven van vuil of roest.
lZorg ervoor dat de schroefdraad
voldoende gesmeerd is.
qReservewielí
Uw Mazda is uitgerust met een
noodreservewiel.
Het noodreservewiel is lichter en kleiner
dan een conventionele band en is
uitsluitend bedoeld voor gebruik in
noodgevallen en dient uitsluitend
gedurende ZEER korte perioden gebruikt
te worden. Noodreservewielen mogen
NOOIT voor lange ritten of gedurende
langere perioden gebruikt worden.
7-6
Als er zich een probleem voordoet
íBepaalde modellen.
Lekke band
Lekke band
noodreparatieset
í
De lekke band noodreparatieset die bij uw
Mazda wordt geleverd is voor een
tijdelijke reparatie van een licht
beschadigde lekke band welke
veroorzaakt is door het rijden over
spijkers of soortgelijke scherpe
voorwerpen op het wegdek.
Voer de noodreparatie van de lekke band
uit zonder de spijker of soortgelijke
scherpe voorwerp dat de lekke band heeft
veroorzaakt te verwijderen.
OPMERKING
Uw auto is niet uitgerust met een
reservewiel. Gebruik in het geval van
een lekke band de lekke band
noodreparatieset om de band tijdelijk te
repareren. Raadpleeg tijdens het
uitvoeren van de reparatie de instructies
die bij de lekke band noodreparatieset
worden geleverd. Wanneer een lekke
band tijdelijk is gerepareerd met behulp
van de lekke band noodreparatieset, de
band zo spoedig mogelijk door een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur laten
repareren of vernieuwen.
qBetreffende de lekke band
noodreparatieset
De lekke band noodreparatieset bevat de
volgende onderdelen.
BandreparatievloeistofInspuitslang
Compressor
Ventielafsluitergereedschap
Reserveventielafsluiter
SnelheidsbeperkingstickerInstrukties
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
7-9íBepaalde modellen.
WAARSCHUWING
Houd kinderen buiten het bereik van
de bandreparatievloeistof:
Inslikken van bandreparatievloeistof is
gevaarlijk. In het geval
bandreparatievloeistof per ongeluk
wordt ingeslikt, onmiddellijk grote
hoeveelheden water drinken en
medische hulp inroepen.
Houd kinderen buiten het bereik van
de bandreparatievloeistof:
Bandreparatievloeistof welke in
aanraking komt met de ogen en de
huid is gevaarlijk. Als
bandreparatievloeistof in de ogen
terechtkomt of met de huid in
aanraking komt, dit onmiddellijk met
grote hoeveelheden water afspoelen en
medische hulp inroepen.
OPMERKING
lDe bandreparatievloeistof kan niet
opnieuw worden gebruikt. Nieuwe
bandreparatievloeistof is verkrijgbaar
bij een officiële Mazda dealer.
OPMERKING
lDe lekke band noodreparatieset kan
niet worden gebruikt in de volgende
gevallen.
Raadpleeg een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur.
lDe periode van effectief gebruik
van de bandreparatievloeistof is
verstreken. (De periode van
effectief gebruik wordt
aangegeven op het etiket van de
fles.)
lDe scheur of het gat is groter dan
ongeveer 4 mm.
lDe schade heeft zich voorgedaan
op een ander gedeelte van de band
dan het loopvlak.
lEr is met nagenoeg geen
resterende lucht in de band met de
auto gereden.
lDe band is van de velg losgeraakt.lDe velgrand is beschadigd.lDe band heeft twee of meer gaten.
qGebruik van de lekke band
noodreparatieset
1. Parkeer op een vlakke ondergrond op
een veilige plaats buiten het verkeer en
trek de handrem aan.
2. Schakel bij een automatische
transmissie in stand P (parkeren) of bij
een handgeschakelde versnellingsbak
in stand R (achteruit) of 1 en zet de
motor stop.
3. Schakel de
waarschuwingsknipperlichten
in.
7-10
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
4. Laat de passagiers uitstappen, neem de
bagage uit de auto en verwijder de
lekke band noodreparatieset.
5. De fles met bandreparatievloeistof
goed schudden.
OPGELET
Als de fles wordt geschud nadat de
inspuitslang er op is geschroefd, bestaat
de kans dat er bandreparatievloeistof
door de inspuitslang naar buiten spuit.
Wanneer bandreparatievloeistof met
kleding of andere voorwerpen in
aanraking komt, is het wellicht
onmogelijk deze te verwijderen. De fles
schudden alvorens de inspuitslang er op
te schroeven.
OPMERKING
De bandreparatievloeistof kan gebruikt
worden bij buitentemperaturen tot
_
30 °C.
Bij extreme lage temperaturen (0 °C of
lager) kan de bandreparatievloeistof
gemakkelijk hard worden en kan het
inspuiten van de vloeistof bemoeilijkt
worden. Warm de vloeistof binnen in de
auto op alvorens met het inspuiten te
beginnen.
6. Verwijder de dop van de fles. Schroef
de inspuitslang op de fles terwijl u de
binnenste dop van de fles op zijn plaats
laat zitten en breek de binnenste dop
open.
Inspuitslang
Fles
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
7-11
14. Steek de stekker van de compressor
in de stekkerbus voor accessoires in
het interieur en zet het contact op
ACC (pagina 5-165).
Middenconsole
Compressor
Stekker van compressor
OPGELET
lControleer alvorens de stekker van
de compressor uit de elektrische
insteekbus te verwijderen of de aan/
uit schakelaar van de compressor
uitgeschakeld is.
lDe compressor kan met behulp van
de druktoets schakelaar in- en
uitgeschakeld worden.
15. Zet de compressorschakelaar aan en
pomp de band voorzichtig op tot de
correcte bandenspanning is
verkregen.
WAARSCHUWING
Gebruik de compressor nooit boven
300 kPa (3,1 kgf/cm2, 3 bar, 43,5 psi):
Het gebruik van de compressor boven
300 kPa (3,1 kgf/cm
2, 3 bar, 43,5 psi)
is gevaarlijk. Als de bandenspanning
hoger wordt dan 300 kPa (3,1 kgf/cm
2,
3 bar, 43,5 psi) wordt er hete lucht
vanuit de achterzijde van de
compressor geblazen waardoor u
brandwonden kunt oplopen.
OPMERKING
lControleer voor de correcte
bandenspanning het
bandenspanningslabel (frame van het
bestuurdersportier).
lGebruik de compressor niet langer
dan 10 minuten, aangezien de
compressor beschadigd kan worden
wanneer deze gedurende langere
perioden gebruikt wordt.
lAls de band niet kan worden
opgepompt, is reparatie van de band
wellicht niet mogelijk. Als de band
binnen een periode van 10 minuten
niet op de correcte bandenspanning
gebracht kan worden, heeft de band
een meer uitgebreide beschadiging
opgelopen. In dit geval kan de lekke
band noodreparatieset niet worden
gebruikt om de band te repareren.
Raadpleeg een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur.
lAls de bandenspanning van de band
te hoog is opgelopen, de schroefdop
boven op de compressor losdraaien
en enige hoeveelheid lucht aflaten.
7-14
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band