Page 97 of 176

95
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Accu laden met een
acculader
F Start de auto met de hulpaccu en wacht enkele minuten.
F
Z
et het contact van uw auto aan en wacht
tot het lampje "Ready" gaat branden.
F
N
eem de kabels in de omgekeerde
volgorde los.
F
P
laats de afdekplaat van de accu terug en
draai de moer vast.
Als het verklikkerlampje "Ready" niet gaat
branden:
F
L
aat de kabels aangesloten.
F
Z
et het contact van uw auto in de stand
" LOCK ".
F
L
aad de tractiebatterij via de normale
laadprocedure op (raadpleeg de paragraaf
"Tractiebatterij opladen").
F
A
ls het laadstroomcontrolelampje op het
instrumentenpaneel constant brandt, kunt
u de kabels losnemen.
F
W
acht nog minstens één uur.
F
Z
et het contact van uw auto aan tot het
lampje "Ready" brandt.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als het probleem
blijft bestaan. F
V erwijder de afdekplaat van de accu.
Controleer of het elektrolyt niet
bevroren is.
Controleer het elektrolytniveau en vul
dit bij met gedestilleerd water indien
noodzakelijk (raadpleeg de paragraaf
"Niveaus controleren"). F
D
raai de moer 1 los en til de beugel op.
8
Praktische informatie
Page 98 of 176

96
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Laad de accu nooit bij zonder de
accukabels los te nemen en de accu uit
de ruimte onder de voorklep te halen.
Neem de accukabels niet los als het
verklikkerlampje "Ready" brandt en ook
niet als de tractiebatterij geladen wordt.
Vóór het losnemen van de
kabels
Wacht 2 minuten na het afzetten van
h et contact alvorens de accukabels los
te nemen. Accu's bevatten giftige stoffen zoals
lood en zwavelzuur en mogen nooit
bij het gewone afval gezet worden.
Lever oude accu's daarom altijd in bij
een erkend bedrijf dat accu's op een
milieuverantwoorde wijze afvoert.
F
N
eem de minkabel (–) van de accu los.
F
V
erwijder het afdekkapje 2
van de (+) klem.
F
D
raai de moer 3
los.
F
N
eem de pluskabel (+) van de accu los.
F
V
erwijder de accu.
F
L
aad de accu op volgens de instructies van
de fabrikant van de acculader.
F
P
laats de accu in de auto en sluit de kabels
aan, te beginnen met de pluskabel (+).
Na het aansluiten van de
kabels
Zet na het aansluiten van de kabels
het contact aan en wacht één minuut
voordat u start zodat de elektronische
systemen gereset kunnen worden.
Als er zich na deze handelingen toch
nog problemen voordoen, raadpleeg
dan het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Vergeet niet de radio zelf opnieuw
in te stellen, raadpleeg daarvoor het
desbetreffende hoofdstuk.
Controleer of de accupolen en de klemmen
schoon zijn. Als dat niet het geval is (witte of
groene aanslag, roest) maak dan de kabels los
en maak de polen en de klemmen goed schoon.
Praktische informatie
Page 99 of 176
97
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Deze set bevindt zich in het opbergvak aan de
rechterzijde onder de achterbank.
Om bij de set te komen moet u de zitting van de
achterbank verwijderen. De complete set bestaat uit een compressor
en een flacon met afdichtmiddel. Hiermee
kunt u de band tijdelijk repareren, zodat u de
dichtstbijzijnde garage kunt bereiken.
Met deze reparatieset kunnen de meeste lekke
banden worden gerepareerd, als het lek zich in
het loopvlak of de hiel van de band bevindt.
Bandenreparatieset
Toegang tot de set
Zitting van achterbank
verwijderen
F Trek de bediening A naar voren om de zitting los te trekken.
Metalen afdekplaat verwijderen
F Draai de vier vleugelmoeren los.
F V erwijder de metalen afdekplaat.
U kunt nu bij de reparatieset.
F
T
il de zitting aan de voorzijde op en kantel
deze omhoog.
8
Praktische informatie
Page 100 of 176

98
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
1. 12V-compressor met een manometer voor het meten en corrigeren van de
bandenspanning.
Samenstelling bandenreparatieset
2. Flacon met afdichtmiddel voor tijdelijke reparatie van de band.
3.
S
lang voor het injecteren van
afdichtmiddel.
4.
S
lang voor het aanzuigen van
afdichtmiddel, indien noodzakelijk.
5.
Z
akje met reserveventiel, een
ventieltrekker en een sticker met een
snelheidslimiet.
De sticker met de snelheidslimiet moet
op het stuur wiel worden geplakt om u
te herinneren aan het feit dat de band
tijdelijk is gerepareerd.
Rijd na het repareren met behulp van
de bandenreparatieset niet sneller dan
80
km/h.
Zitting van achterbank
terugplaatsen
F Breng de metalen afdekplaat weer op zijn plaats.
F
D
raai de vier vleugelmoeren vast.
F
S
teek de metalen haken in de rugleuning
van de achterbank.
F
K
antel de zitting omlaag en druk deze in de
vergrendeling.
Let er bij het terugplaatsen van de
zitting op dat de veiligheidsgordels niet
klem komen te zitten.
Praktische informatie
Page 101 of 176

99
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Reparatiemethode
1. Afdichting van het lek
F Zet het contact af.
F V ink op de sticker aan welke band
gerepareerd moet worden en plak de
sticker op het stuur zodat u er steeds aan
herinnerd wordt, dat u de band slechts
tijdelijk kunt gebruiken.
F
S
chud de flacon goed, ver wijder de dop en
draai de slang voor het injecteren van het
afdichtmiddel op de flacon. F
V
er wijder de dop van het ventiel van de
lekke band.
F D raai het ventiel los en ver wijder het met
behulp van de ventieltrekker; bewaar het
ventiel op een schone plek.
F
S
luit de slang voor het injecteren van het
afdichtmiddel aan op de ventielschacht van
de lekke band. F
K
nijp de flacon (ondersteboven) een paar
keer stevig in om al het afdichtmiddel in
de lekke band te spuiten.
F
M
aak de slang los.
F
S
teek het ventiel in de schacht en draai het
met de ventieltrekker vast.
Let op: dit product is schadelijk (ethyleenglycol, colofonium...) bij inname en irriterend voor
de ogen.
Houd het middel buiten het bereik van kinderen.
De uiterste gebruiksdatum van het afdichtmiddel is op de flacon aangegeven.
Gooi de flacon na gebruik niet weg, maar lever deze in bij het PEUGEOT-netwerk of een
officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om een nieuwe flacon met afdichtmiddel te kopen bij het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Ver wijder het voor werp dat de lekkage
heeft veroorzaakt niet uit de band.
8
Praktische informatie
Page 102 of 176

100
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
2. Op spanning brengen
F Controleer of de schakelaar A van de compressor op " OFF" staat.
F
R
ol de slang B van de compressor
helemaal af. F
S
luit de slang aan op het ventiel van de
gerepareerde band.
F
S
luit de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting in de auto (contact in de
stand "ON" of "ACC").
F
S
chakel de compressor in door de
schakelaar A in de stand "ON" te zetten.
F
B
reng de band met behulp van de
compressor op de voorgeschreven
spanning zoals die is aangegeven op de
bandenspanningssticker in de opening van
het bestuurdersportier.
A
ls de band spanning blijft verliezen, is
het lek niet goed gedicht; neem contact
op met het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u verder te
helpen.
F
M
aak de compressor los en berg de
reparatieset op.
F
G
a direct rijden maar rijd niet harder dan
80
km/h en niet verder dan 200 km.Maak zo snel mogelijk een afspraak
met het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Vertel de technicus dat u gebruik hebt
gemaakt van de bandenreparatieset. Na
controle kan de technicus u vertellen of
de band gerepareerd kan worden of dat
deze vervangen moet worden. Als na vijf tot zeven minuten de
gewenste bandenspanning niet is
bereikt, is de band niet te repareren
met de bandenreparatieset; raadpleeg
het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u verder
te helpen.
Praktische informatie
Page 103 of 176

101
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Wiel verwisselen
Noodzakelijk gereedschap
- Een krik: hiermee kan de auto worden opgekrikt.
-
E
en wielsleutel: hiermee kunnen de
wielbouten worden losgedraaid.
-
E
en slinger: hiermee kan de krik
uitgedraaid worden.
Dit gereedschap wordt niet bij de auto
meegeleverd.Stilzetten van de auto
Zet de auto op een plaats waar het
verkeer niet gehinderd wordt en zorg
ervoor dat de auto op een horizontale,
stabiele en stroeve ondergrond staat.
Trek de handrem aan, zet het contact af
en zet de selectiehendel in stand P om
de wielen te blokkeren.
Plaats indien nodig een wielblok onder
het wiel kruislings tegenover het te
verwisselen wiel.
Controleer of de inzittenden de auto
hebben verlaten en zich op een veilige
plaats bevinden.
Ga nooit onder een auto liggen die
alleen op de krik steunt; gebruik een
bok.
Wiel met wieldop
Demonteren , ver wijder eerst de
wieldop door deze met behulp van de
wielsleutel bij de ventielopening los te
wippen en vervolgens los te trekken.
Monteren , plaats de wieldop, begin bij
de ventielopening en druk de wieldop
rondom met de hand vast.
8
Praktische informatie
Page 104 of 176
102
Ion_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
F Draai de krik uit tot de kop het gebruikte steunpunt A of B raakt; de kop van de krik moet goed in het middelste gedeelte van het steunpunt A of B steken.
F
K
rik de auto op tot er voldoende ruimte tussen het wiel en de grond is.
F
D
raai de wielbouten met de wielsleutel los.
F
P
laats het voetstuk van de krik op de
grond, recht onder één van de twee
steunpunten aan de voorzijde A of
achterzijde B . Gebruik het steunpunt dat
zich het dichtste bij het te ver wisselen wiel
bevindt.
Demonteren van het wiel
Praktische informatie