6–13
Onderhoud en verzorging
Periodieke onderhoudsbeurten
Onderhoudsfrequentie
Aantal maanden of kilometers,naargelang de situatie welke zich het eerst voordoet.
Maanden 6 12 18 24 30 36 42 48 54 60 66 72 78 84 90 96
×1000 km 10 20 30 40 50 60 70 80 90
100 110 120 130 140 150 160
Werking van stuurinrichting en
stuurstangen I I I I I I I I
Handgeschakelde
versnellingsbakolie R
Achterdifferentieelolie
*10*11
Transmissieolie *11
Voor- en achterwielophanging,
fuseekogels en axiale speling van
wiellager I I I I I I I I
Stofhoezen van aandrijfas I I I I
Uitlaatsysteem hitteschilden Elke 80.000 km inspecteren.
Bouten en moeren op chassis en
carrosserie T T T T T T T T
Toestand van carrosserie (op roest,
corrosie en perforatie) Jaarlijks inspecteren.
Cabineluchtfi lter (indien voorzien) R R R R R R R R
Banden (inclusief reservewiel)
(met afstelling van de
bandenspanning)
*12 I I I I I I I I I I I I I I I I
Onderling verwisselen van de
banden
*12 Elke 10.000 km onderling verwisselen.
Lekke band noodreparatieset
(indien voorzien)
*13 Jaarlijks inspecteren.
Tabelsymbolen:
I: Inspecteren: Inspecteren en reinigen, repareren, afstellen, bijvullen of indien nodig vernieuwen.
R: Vernieuwen
C: Reinigen
T: Vastdraaien
D: Aftappen
$ 9 @ &