Page 57 of 88

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-23
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
5. Stel de spanning van de ketting als volgt bij als deze niet correct is.
DAU59641
Om de spanning van de aandrijfketting
af te stellen
Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u
de spanning van de aandrijfketting afstelt.1. Haal de motorfiets van de middenbok en klap de zijstandaard omlaag.
2. Draai de stelmoer voor de vrije rempe- daalslag, de bevestigingsmoer van de
remankerstang en de wielasmoer los. 3. Draai de borgmoer op de kettingspan-
ner aan beide uiteinden van de achter-
brug los.
4. Zet de motorfiets op de middenbok.
5. Draai de stelbout op beide uiteinden van de achterbrug in de richting (a)
om de aandrijfketting strakker te stel-
len. Stel de ketting losser door de
stelbout op beide uiteinden van de
achterbrug in de richting (b) te draai-
en en dan het achterwiel naar voren
te drukken. LET OP: Een onjuiste
kettingspanning le idt tot overbe-
lasting van de motor en andere es- sentiële onderdelen van de
machine en kan resulteren in over-
slaan of breken van de ketting.
Houd om dit te voorkomen de ket-
tingspanning binnen de gespecifi-
ceerde waarden.
[DCA10572]
OPMERKINGGebruik voor een goede wieluitlijning de uit-
lijnmerktekens aan beide zijden van de ach-
terbrug om zeker te zijn dat beidekettingspanners dezelfde positie hebben.
6. Haal de motorfiets van de middenbok en klap de zijstandaard omlaag.
7. Draai beide borgmoeren van de aan-
1. Spanning aandrijfketting
1
1. Stelmoer vrije slag rempedaal
2. Stelbout spanning aandrijfketting
3. Borgmoer kettingspanner
4. Wielasmoer
5. Bevestigingsmoer remankerstang
6. Remankerstang
6
1 2
3
4
5
1. Wielasmoer
2. Borgmoer kettingspanner
3. Stelbout spanning aandrijfketting
4. Uitlijnmerktekens
1
2
(a) (b)
3
4
2RD-9-D0.book 23 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分
Page 58 of 88

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-24
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
drijfkettingspanner vast en zet dan de
wielasmoer en de bevestigingsmoer
van de remankerstang vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment.
8. Stel de vrije slag van het rempedaal af. (Zie pagina 6-18.)WAARSCHUWING
DWA10661
Controleer de werking van het remlicht
na het afstellen van de vrije rempedaal-slag.
9. Zorg ervoor dat de kettingspanners in dezelfde stand staan, dat de spanning
van de aandrijfketting correct is en dat
de aandrijfketting soepel beweegt.
DAU23026
Aandrijfketting reinigen en
smerenDe aandrijfketting moet worden gereinigd
en gesmeerd volgens de intervalperioden
zoals voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema, anders zal
de ketting snel slijten, met name in vochtige
of stoffige gebieden. Onderhoud de ketting
als volgt.LET OP
DCA10584
De aandrijfketting moet worden ge-
smeerd nadat de motorfiets is gewassen
of ermee in de regen of in vochtige ge-bieden is gereden.
1. Reinig de aandrijfketting met petrole- um en een zacht borsteltje. LET OP:
Reinig de aandrijfketting niet met
stoomreinigers, hogedrukreinigers
of ongeschikte oplosmiddelen om
schade aan de O-ringen te voorko-
men.
[DCA11122]
2. Wrijf de aandrijfketting droog.
3. Smeer de aandrijfketting grondig met
speciale smering vo or o-ringkettingen.
LET OP: Breng geen motorolie of
andere smeermiddelen aan op de
aandrijfketting, deze kunnen stof-
fen bevatten die de O-ringen kun-
nen beschadigen.
[DCA11112] DAU23098
Kabels controleren en smerenDe werking van alle bedieningskabels en de
conditie van alle kabels moet voorafgaand
aan elke rit worden gecontroleerd en de ka-
bel en kabeleinden moeten indien nodig
worden gesmeerd. Vraag een Yamaha
dealer een kabel te controleren of te vervan-
gen wanneer deze is beschadigd of niet
soepel beweegt.
WAARSCHUWING!
Schade aan de buitenbehuizing van ka-
bels kan leiden tot interne roestvorming
en storing veroorzaken met de beweging
van kabels. Vervang beschadigde ka-
bels zo snel mogelijk om onveilige om-
standigheden te voorkomen.
[DWA10712]
Aanhaalmomenten: Borgmoer kettingspanner:16 Nm (1.6 m·kgf, 12 ft·lbf)
Wielasmoer:
129 Nm (12.9 m·kgf, 92 ft·lbf)
Bevestigingsmoer remankerstang: 19 Nm (1.9 m·kgf, 14 ft·lbf)
Aanbevolen smeermiddel: Yamaha-kabelsmeermiddel of een
ander geschikt kabelsmeermiddel
2RD-9-D0.book 24 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分
Page 59 of 88

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-25
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
DAU23115
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabelDe werking van de gasgreep hoort vooraf-
gaand aan elke rit te worden gecontroleerd.
Daarnaast moet de kabel door een Yamaha
dealer worden gesmeerd volgens de inter-
valperioden vermeld in het periodieke on-
derhoudsschema.
De gaskabel is voorzien van een rubber af-
dekking. Zorg ervoor dat de afdekking ste-
vig is aangebracht. Zelfs als de afdekking
correct is aangebracht, is de kabel niet vol-
ledig beschermd tegen binnendringend wa-
ter. Let er daarom op dat er geen water
direct op de afdekking of kabel komt bij het
wassen van de machine. Als de kabel of de
afdekking vies wordt, wrijf deze dan schoon
met een vochtige doek.
DAU23144
Rem- en koppelingshendels
controleren en smerenDe werking van de rem- en de koppelings-
hendel moet voorafgaand aan elke rit wor-
den gecontroleerd en de
hendelscharnierpunten moeten indien no-
dig worden gesmeerd.
Remhendel Koppelingshendel
Aanbevolen smeermiddelen:
Remhendel:Siliconenvet
Koppelingshendel:
Lithiumvet
2RD-9-D0.book 25 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分
Page 60 of 88
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-26
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU23184
Rempedaal controleren en
smerenDe werking van het re mpedaal moet vooraf-
gaand aan elke rit worden gecontroleerd en
het pedaalscharnierpunt moet indien nodig
worden gesmeerd.
DAU23215
Middenbok en zijstandaard
controleren en smerenDe werking van de middenbok en de zij-
standaard moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de scharnierpun-
ten en de metaal-op-metaal contactvlakken
moeten indien nodig worden gesmeerd.
WAARSCHUWING
DWA10742
Als de middenbok of de zijstandaard niet
soepel omhoog en omlaag beweegt,
vraag dan een Yamaha dealer deze te
controleren of te re pareren. Een slecht
functionerende middenbok of zijstan-
daard kan het wegdek raken en u aflei-
den, waardoor u de controle over demachine kunt verliezen.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet
2RD-9-D0.book 26 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分
Page 61 of 88

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-27
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
DAUM1653
Achterbrugscharnierpunten
smerenDe achterbrugsch arnierpunten moeten
worden gesmeerd door een Yamaha dealer
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
DAU51951
Voorvork controlerenDe conditie en de werking van de voorvork
moeten als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden vermeld in het pe-
riodieke smeer- en onderhoudsschema.
Om de conditie te controleren
Controleer de voorvork op schade en over-
matige olielekkage.
Om de werking te controleren
1. Zet de machine op een vlakke on- dergrond en houd deze rechtop.
WAARSCHUWING! Ondersteun
de machine zorgvuldig om omval-
len en mogelijk letsel te voorko-
men.
[DWA10752]
2. Bekrachtig de voorrem en druk hetstuur een paar keer stevig naar bene-
den om te controleren of de voorvork
soepel in- en uitveert.
LET OP
DCA10591
Als schade wordt gevonden of de voor-
vork niet soepel beweegt, vraag dan een
Yamaha dealer te repareren of te contro-leren.
Aanbevolen smeermiddel: Lithiumvet
2RD-9-D0.book 27 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分
Page 62 of 88

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-28
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU45512
Stuursysteem controlerenLosse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuursy-
steem moet als volgt worden gecontroleerd
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema. 1. Zet de machine op de middenbok. WAARSCHUWING! Ondersteun de
machine zorgvuldig om omvallen
en mogelijk letsel te voorko-
men.
[DWA10752]
2. Houd de voorvorkpoten aan het onder-
ste uiteinde beet en probeer ze naar
voren en achteren te bewegen. Als
speling wordt gevoeld, vraag dan een
Yamaha dealer het stuursysteem te in-
specteren of repareren.
DAU23292
Controleren van wiellagersDe voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperio-
den voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
DAU40447
AccuDe accu bevindt zich onder het zadel. (Zie
pagina 3-11.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden bij-
gevuld. Er moet echter wel worden gecon-
troleerd of de accustekker stevig is
aangesloten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is giftig en gevaarlijk om-
dat het zwavelzuur bevat, een stof
die ernstige brandwonden veroor-
zaakt. Vermijd contact met de huid,
ogen of kleding en bescherm uw
ogen altijd bij werkzaamheden nabij
1. Accu
1
2RD-9-D0.book 28 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分
Page 63 of 88

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-29
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
accu’s. Voer als volgt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloedig met water.
INWENDIG: Drink grote hoeveel- heden water of melk en roep di-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel gedurende 15 mi- nuten met water en roep direct
medische hulp in.
Accu’s produceren het explosieve
waterstofgas. Houd daarom von-
ken, open vuur, sigaretten e.d. uit
de buurt van de accu en zorg voor
voldoende ventilatie bij acculaden
in een afgesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
LET OP
DCA16522
Voor het opladen van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu is een speci-
ale acculader (met constante spanning) vereist. Bij gebruik van een conventione-
le acculader raakt de accu beschadigd.
Om de accu op te bergen
1. Verwijder de accu als het voertuig langer dan een maand niet wordt ge-
bruikt, laad hem volledig bij en zet
dan weg op een koele en droge plek.
LET OP: Als u de accu verwijdert.
draait u eerst de sleutel naar “OFF”
en haalt u daarna de stekker
los.
[DCA16323]
2. Als de accu langer dan twee maanden wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan indien
nodig steeds volledig bij.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te installeren. LET OP: Als u de accu in-
stalleert, draait u eerst de sleutel
naar “OFF” en sluit u daarna de
stekker aan.
[DCA16931]
LET OP
DCA16531
Houd de accu steeds opgeladen. Stallen
van een ontladen accu kan leiden totpermanente accuschade.
DAU59441
Zekeringen vervangenDe hoofdzekering bevindt zich in de accus-
tekker. (Zie pagina 6-28.)
Vervang de hoofdzekering als volgt als
deze is doorgebrand. 1. Draai de contactsle utel naar “OFF” en
schakel alle elektr ische circuits uit.
2. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-11.)
3. Verwijder de accu door de accuriem te verwijderen.1. Aansluitkast accukabel
2. Hoofdzekering
3. Reservehoofdzekering
3
1
2
2RD-9-D0.book 29 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分
Page 64 of 88

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-30
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
4. Maak de accustekker los.
5. Verwijder de doorgebrande zekering en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Gebruik geen
zekeringen met een hogere ampera- ge dan aanbevolen om ernstige
schade aan het elektrische systeem
en mogelijk brand te voorko-
men.
[DWA15132]
6. Sluit de accustekker aan.
7. Plaats de accu door de accuriem aan
te brengen.
8. Breng het zadel aan.
9. Draai de sleutel naar “ON”.
10. Als de zekering direct opnieuw door- brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
Het zekeringenkastje met de zekeringen
voor afzonderlijke circuits bevindt zich on-
der het zadel. (Zie pagina 3-11.)
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit uit.
2. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-11.)
3. Verwijder de doorgebrande zekering en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven am pèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Gebruik geen
zekeringen met een hogere ampera-
ge dan aanbevolen om ernstige
schade aan het elektrische systeem
1. Accu
2. Accuriem
1. Aansluitkast accukabel
12
1
Voorgeschreven zekering: 30.0 A1. Zekeringenkastje
1
1. Koplampzekering
2. Zekering signaleringssysteem
3. Zekering ontstekingssysteem
4. Backup-zekering
5. Zekering brandstofinjectiesysteem
6. Zekering parkeerlichten
7. Reservezekering
12
3 4
5
7
6
2RD-9-D0.book 30 ページ 2013年12月3日 火曜日 午後2時30分