Page 169 of 404

9
Rijden
167
Wanneer de auto stilstaat en u bij draaiende of
afgezette motor de parkeerrem wilt aantrekken,
trekt
u aan de hendel A
.
De aangetrokken toestand van de parkeerrem
wordt aangegeven door:
- het branden van het
verklikkerlampje parkeerrem
en het controlelampje P
op de
hendel A
,
- de melding "Parkeerrem
aangetrokken".
Wanneer u het bestuurdersportier opent bij
draaiende motor ter wijl de parkeerrem niet is
aangetrokken, klinkt er een geluidssignaal en
verschijnt er een melding op het display (behalve
bij auto's met automatische transmissie, als de
selectiehendel in de stand P
(Park) staat).
Handmatig vrijzetten
Om bij aangezet contact of draaiende motor
de parkeerrem vrij te zetten, trapt
u het
rempedaal
of het gaspedaal in, trekt
u aan de
hendel A
en laat
u deze ver volgens weer los
.
De vrijgezette toestand van de parkeerrem
wordt aangegeven door:
- het doven van het
verklikkerlampje parkeerrem
en het controlelampje P
op de
hendel A
,
- de melding "Parkeerrem
vrijgezet".
Als u aan de hendel A
trekt zonder
het rempedaal in te trappen wordt
de parkeerrem niet vrijgezet en
gaat een lampje branden op het
instrumentenpaneel.
Handmatig aantrekken
Extra stevig aantrekken
U kunt, indien nodig, de parkeerrem extra
stevig aantrekken
. Dit gebeurt door de
hendel A langer te bedienen
, tot de melding
"Parkeerrem aangetrokken" op het display
verschijnt en er een geluidsignaal klinkt.
Het extra stevig aantrekken van de
parkeerrem is noodzakelijk in de volgende
omstandigheden:
- wanneer een caravan of aanhanger aan
de auto is gekoppeld en de automatische
bediening is geactiveerd ter wijl u de
parkeerrem handmatig bedient,
- wanneer de hellingcondities vermoedelijk
zullen variëren ter wijl de auto stilstaat
(bijvoorbeeld wanneer de auto ver voerd
wordt op een boot of trailer, of bij slepen).
Controleer voordat u de auto verlaat of
het verklikkerlampje van de parkeerrem
op het instrumentenpaneel constant
brandt.
In het geval van een aangekoppelde
aanhanger, wanneer de auto beladen is
of op een steile helling staat, dient u de
parkeerrem extra stevig aan te trekken,
bij het parkeren de voor wielen naar de
stoeprand te sturen en een versnelling
in te schakelen.
Na het extra stevig aantrekken van de
parkeerrem duurt het langer voordat de
parkeerrem weer is vrijgezet.
Page 170 of 404

Rijden
168
Automatisch aantrekken,
motor afgezet
Wanneer de auto stilstaat en u de motor
afzet, wordt de parkeerrem automatisch
aangetrokken
.
De aangetrokken toestand van de parkeerrem
wordt aangegeven door:
- het branden van het
verklikkerlampje parkeerrem
en het controlelampje P
op de
hendel A
,
- de melding "Parkeerrem
aangetrokken".
Automatisch vrijzetten
De elektrische parkeerrem wordt automatisch
geleidelijk vrijgezet bij het wegrijden
:
)
Handgeschakelde versnellingsbak:
houd het koppelingspedaal geheel
ingetrapt en schakel de 1
e versnelling of de
achteruitversnelling in. Trap ver volgens het
gaspedaal in ter wijl u het koppelingspedaal
laat opkomen.
)
Elektronisch gestuurde
versnellingsbak:
zet de selectiehendel in
de stand A
, M
of R
en geef gas.
)
Automatische transmissie:
zet de
selectiehendel in de stand D
, M
of R
en
geef gas,
- het doven van het
verklikkerlampje parkeerrem
en het controlelampje P
op de
hendel A
,
- de melding "Parkeerrem
vrijgezet". Het aantrekken of vrijzetten van de elektrische
parkeerrem gaat gepaard met een geluid.
De vrijgezette toestand van de parkeerrem
wordt aangegeven door:
Parkeerrem aantrekken,
bij draaiende motor
Wanneer de auto stilstaat met draaiende motor,
dient u de auto beslist tegen wegrollen te
beveiligen door de parkeerrem handmatig
aan
te trekken. Tr e k
daarvoor aan de hendel A
.
- het branden van het
verklikkerlampje parkeerrem
en het controlelampje P
op de
hendel A
,
- de melding "parkeerrem
aangetrokken".
Wanneer u het bestuurdersportier opent om
uit te stappen ter wijl de parkeerrem niet is
aangetrokken, klinkt er een geluidssignaal
en verschijnt er een melding op het display
(behalve bij auto's met automatische
transmissie, als de selectiehendel in de stand P
(Park) staat).
Sticker op portierpaneel
Geef, wanneer de auto stilstaat met
draaiende motor, niet onnodig gas,
omdat u dan het risico loopt dat de
parkeerrem wordt vrijgezet.
Controleer voordat u de auto verlaat of
het verklikkerlampje parkeerrem op het
instrumentenpaneel constant brandt.
Laat kinderen nooit alleen in de auto
wanneer het contact is aangezet:
ze zouden de parkeerrem kunnen
vrijzetten.
In het geval van een aangekoppelde
aanhanger, wanneer de auto beladen
is of op een steile helling staat, dient u
bij het parkeren de voor wielen naar de
stoeprand te sturen en een versnelling
in te schakelen.
De aangetrokken toestand van de parkeerrem
wordt aangegeven door:
Page 171 of 404

9
Rijden
169
Noodremfunctie
Wanneer het rempedaal niet werkt of bij
uitzonderlijke situaties (onwel worden van de
bestuurder, ...), kan de auto worden gestopt
door aan de hendel A
te trekken en deze vast
te houden.
De dynamische stabiliteitscontrole (CDS) zorgt
er voor dat de auto stabiel blijft wanneer de
noodremfunctie actief is.
In geval van een storing aan het systeem
van de noodremfunctie verschijnt een van de
volgende meldingen:
- "Parkeerrem defect".
- "Bediening parkeerrem defect".
Bij een defect aan de CDS,
aangegeven door het branden
van dit verklikkerlampje, kan de
stabiliteit bij het remmen niet
worden gegarandeerd.
In dat geval moet de bestuurder er zelf
voor zorgen dat de auto stabiel blijft door
afwisselend aan de hendel A
te trekken en
deze weer los te laten. Controleer voordat u de auto verlaat of
het verklikkerlampje van de parkeerrem
op het instrumentenpaneel constant
brandt.
De noodremfunctie mag uitsluitend in
uitzonderlijke gevallen worden gebruikt.
Bijzondere
omstandigheden
In bepaalde situaties (starten van de
motor...) bepaalt de parkeerrem zelf zijn
aantrekkracht. Dit is normaal.
Wilt u de auto enkele centimeters
verplaatsen zonder de motor te starten,
trap dan met aangezet contact het
rempedaal in en zet de parkeerrem
vrij door eerst aan de hendel A
te
trekken
en deze ver volgens los te
laten
. De vrijgezette toestand van de
parkeerrem wordt aangegeven door
het doven van het controlelampje op de
hendel A
in combinatie met de melding
"Parkeerrem vrijgezet".
Wanneer de parkeerrem is
aangetrokken
en u deze vanwege een
defect of accupech niet kunt vrijzetten,
kunt u gebruik maken van de functie
voor de noodontgrendeling van de
parkeerrem.
Page 172 of 404

Rijden
170
Hill holder
Werking
Als de auto bergopwaar ts stilstaat, wordt
deze even op zijn plaats gehouden wanneer
u het rempedaal loslaat:
- als bij de handgeschakelde versnellingsbak
de eerste versnelling of de neutraalstand is
ingeschakeld,
- als bij de elektronisch gestuurde
versnellingsbak de stand A
of M
is
ingeschakeld,
- als bij de automatische transmissie de
stand D
of M
is ingeschakeld.
Als de auto bergafwaar ts stilstaat en de
achteruitversnelling ingeschakeld is, wordt
de auto even op zijn plaats gehouden
wanneer u het rempedaal loslaat.
Storing
Bij een storing in de hill holder gaan deze
verklikkerlampjes branden. Raadpleeg het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om het systeem te laten
controleren. Dit systeem houdt bij het wegrijden op een
helling uw auto ongeveer 2 seconden op
zijn plaats. In die tijd kunt u uw voet van het
rempedaal naar het gaspedaal verplaatsen.
Deze functie is alleen actief:
- als de auto volledig stilstaat met het
rempedaal ingedrukt,
- bij bepaalde hellingcondities,
- als het bestuurdersportier is gesloten.
De hill holder kan niet worden uitgeschakeld.
Verlaat de auto niet in de korte periode
dat u de hill holder gebruikt.
Als u de auto moet verlaten ter wijl de
motor draait, trek de parkeerrem dan
handmatig aan en controleer of het
verklikkerlampje van de parkeerrem en
het lampje P
op de hendel (elektrische
parkeerrem) permanent branden.
Page 173 of 404

9
Rijden
171
Storingen
Als het storingslampje van de elektrisch bediende handrem gaat branden in combinatie met een of meer verklikkerlampjes uit de onderstaande tabel, zet de auto dan
op een veilige plaats stil (vlakke ondergrond, met ingeschakelde versnelling) en raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Situaties
Gevolgen
Weergave van de melding " Storing handrem
"
en de volgende verklikkerlampjes:
- De automatische bediening is uitgeschakeld.
- De Hill Holder is niet beschikbaar.
- De elektrisch bediende handrem kan alleen handmatig worden bediend.
Weergave van de melding " Storing handrem
"
en de volgende verklikkerlampjes:
- De elektrisch bediende handrem kan alleen worden vrijgezet door het rempedaal in te trappen
en de hendel los te laten.
- De Hill Holder is niet beschikbaar.
- De automatische bediening en het handmatig aantrekken van de handrem
blijven mogelijk.
Weergave van de melding " Storing handrem
"
en de volgende verklikkerlampjes:
- De automatische bediening is uitgeschakeld.
- De Hill Holder is niet beschikbaar.
Om de elektrisch bediende handrem aan te trekken:
)
Parkeer de auto en zet het contact uit.
)
Trek de hendel ten minste 5 seconden uit tot de handrem is aangetrokken.
)
Zet het contact aan en controleer of de verklikkerlampjes van de elektrisch bediende
handrem gaan branden.
Het aantrekken van de handrem duurt langer dan normaal.
Om de elektrisch bediende handrem vrij te zetten:
)
Zet het contact aan.
)
Trek aan de hendel, houd deze ongeveer 3 seconden uitgetrokken en laat de hendel weer los.
Als het verklikkerlampje van de elektrisch bediende handrem knippert of als de verklikkerlampjes
niet gaan branden als het contact wordt aangezet, werken deze procedures niet. Parkeer de auto
op een vlakke ondergrond en laat het systeem controleren door het PEUGEOT-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats. en/of
knipperen
Page 174 of 404
Rijden
172
Situaties
Gevolgen
Weergave van de melding " Storing
handrem - automatische stand geactiveerd
"
en de volgende verklikkerlampjes:
- Alleen de functies automatisch aantrekken bij het afzetten van de motor en automatisch
vrijzetten bij het wegrijden zijn beschikbaar.
- Het handmatig aantrekken/vrijzetten van de elektrisch bediende handrem is niet mogelijk en
de dynamische noodremfunctie is niet beschikbaar.
en/of
knipperen
Storing accu
- Als het verklikkerlampje laden accu gaat branden, moet u de auto direct stoppen (rekening
houdend met het overige verkeer) en tegen wegrollen beveiligen (plaats indien nodig de twee
wielblokken onder de wielen).
- Trek de elektrisch bediende handrem aan alvorens de motor af te zetten.
Page 175 of 404
9
Rijden
173
Systeem dat bepaalde informatie op een
doorzichtig scherm projecteert, in het directe
gezichtsveld van de bestuurder zodat deze zijn
ogen niet van de weg hoeft af te wenden.
Dit systeem werkt bij draaiende motor en de
instellingen worden opgeslagen bij het afzetten
van het contact.
Head-up display
1.
Inschakelen/uitschakelen head-up display.
2.
Regeling lichtsterkte.
3.
Hoogteverstelling weergave.
Door één van de schakelaars in te drukken
wordt het projectiescherm uitgeklapt. Als het head-up display is ingeschakeld, geeft
het de volgende informatie weer:
A.
De snelheid van uw auto.
B.
De informatie van de snelheidsregelaar/-
begrenzer.
Tuimelschakelaars
Informatie op het head-up
display
C. De informatie van de "Distance alert"
(volgens uitvoering).
Page 176 of 404