Page 241 of 339

Verzorging van de auto239
Accu van de auto alleen bij uitgescha‐
kelde ontsteking aansluiten en los‐
koppelen.
Ontlaadbeveiliging accu 3 158.
Accu vervangen Let op
Elke afwijking van de in dit hoofdstuk gegeven instructies kan leiden tot
een tijdelijke uitschakeling van het
stop- startsysteem.
Let er bij het vervangen van de accu
op dat er bij de pluspool geen lucht‐
roosters open zijn. Als er in dit gebied een uitstroomkanaal open is, moet dit met een afdekkap worden afgeslotenen moet de ventilatie bij de minpool
worden geopend.
Uitsluitend accu's gebruiken waarbij
de zekeringenkast boven de accu kan
worden gemonteerd.
Zorg bij auto's met een Stop/Start-
systeem dat de AGM-accu (Absorp‐
tive Glass Mat) weer wordt vervangen
door een AGM-accu.
U kunt een AGM-accu herkennen aan
het label op de accu. Wij bevelen het
gebruik aan van een originele Opel accu.
Let op
Als u een andere AGM-accu ge‐
bruikt dan de originele Opel accu is
het mogelijk dat het Stop/Start-sys‐
teem slechter presteert.
Het wordt geadviseerd de accu door
een werkplaats te laten vervangen.
Stop/Start-systeem 3 173.
Accu opladen9 Waarschuwing
Bij auto's met een stop-startsys‐
teem moet u ervoor zorgen dat het oplaadvermogen geen 14,6 volt
overschrijdt wanneer u een accu-
oplader gebruikt. Anders kan de
accu beschadigd raken.
Starthulp gebruiken 3 287.
Waarschuwingssticker
Page 242 of 339

240Verzorging van de auto
Betekenis van de symbolen:■ Geen vonken, open vuur en niet ro‐
ken.
■ Altijd een veiligheidsbril dragen. Explosieve gassen kunnen aanlei‐
ding geven tot blindheid of letsel.
■ Houd de accu buiten het bereik van
kinderen.
■ De accu bevat zwavelzuur dat blindheid of ernstige brandwondenkan veroorzaken.
■ Zie de gebruikershandleiding voor meer informatie.
■ Er kan explosief gas aanwezig zijn in de buurt van de accu.Dieselbrandstofsysteem
ontluchten
Indien de tank is leeggereden, moet
het dieselbrandstofsysteem worden
ontlucht. Schakel het contact drie‐
maal in gedurende 15 seconden per keer. Motor vervolgens maximaal
40 seconden starten. Herhaal deze
procedure na minstens 5 seconden.
Als de motor niet aanslaat, moet u de
hulp van een werkplaats inroepen.
Wisserblad vervangenTil de ruitenwisserarm op tot hij om‐
hoog blijft staan, druk op de knop om
het wisserblad los te maken en ver‐
wijder het.
Maak het ruitenwisserblad in een
lichte hoek vast aan de ruitenwisser‐
arm en druk het in tot het vastklikt.
Breng de ruitenwisserarm voorzichtig naar omlaag.
Wisserblad achterruit
Til de ruitenwisser op. Maak het wis‐
serblad los zoals getoond in de illu‐
stratie en verwijder het.
Page 243 of 339
Verzorging van de auto241
Maak het ruitenwisserblad in een
lichte hoek vast aan de ruitenwisser‐
arm en druk het in tot het vastklikt.
Breng de ruitenwisserarm voorzichtig
naar omlaag.Gloeilamp vervangen
Zet het contact uit en schakel de des‐
betreffende schakelaar uit of sluit de
portieren.
Houd een nieuwe gloeilamp alleen
vast aan de fitting! Raak het glas van
de gloeilamp niet aan met blote han‐
den.
Gebruik bij vervanging altijd hetzelfde type gloeilamp.
Vervang de gloeilampen van de kop‐
lampen vanuit de motorruimte.
Lampcontrole Schakel het contact in na het vervan‐
gen van een lamp en bedien en con‐
troleer de lichten.Halogeenkoplampen
5-deurs hatchback, 4-deurs
notchback, Sports tourer
Halogeenkoplampen met aparte
gloeilampen voor dimlicht en groot‐
licht.
Dimlicht (1) buitenste gloeilamp.
Grootlicht (2) binnenste gloeilamp.
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht (3) .
Page 244 of 339
242Verzorging van de auto
Dimlicht (1)
1.Draai de kap (1) naar links en ver‐
wijder.
2. De lamphouder naar links los‐ draaien. Lamphouder met gloei‐
lamp uit het reflectorhuis nemen.
3. Maak de gloeilamp los van de lamphouder en vervang de lamp.
4. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen van
het reflectorhuis vallen. Rechtsom
vastdraaien.
5. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Grootlicht (2)
1.Draai de kap (2) naar links en ver‐
wijder.
2. De lamphouder naar links los‐ draaien. Lamphouder met gloei‐
lamp uit het reflectorhuis nemen.
3. Maak de gloeilamp los van de lamphouder en vervang de lamp.
4. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen van
het reflectorhuis vallen. Rechtsom vastdraaien.
5. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Page 245 of 339
Verzorging van de auto243
Zijmarkeringslichten/dagrijlicht (3)
1.Draai de kap (3) naar links en ver‐
wijder. Gebruik een schroeven‐
draaier om de kap te draaien.
2. Duw de borglippen bij elkaar en trek de lamphouder uit de reflec‐
tor.
3. Verwijder de gloeilamp uit de lamphouder en vervang de lamp.
4. Plaats de lamphouder in de re‐ flector. Breng de kap aan en draai
deze rechtsom.
3-deurs hatchback
Bi-halogeenkoplamp (1) met één
lamp voor dim- en grootlicht.
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht (2) .
Page 246 of 339
244Verzorging van de auto
Dimlicht/grootlicht (1)
1.Draai de kap (1) naar links en ver‐
wijder.
2. De lamphouder naar links los‐ draaien. Lamphouder met gloei‐
lamp uit het reflectorhuis nemen.
3. Klik de lamphouder los van de stekker door op de borgnok te
drukken.
4. Vervang de lamp en klik de lamp‐
fitting vast aan de stekker.
5. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen vanhet reflectorhuis vallen. Rechtsom
vastdraaien.
6. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht (2)
1. Lampfitting (2) linksom los‐draaien. Lampfitting met lamp uit
het reflectorhuis nemen.
Page 247 of 339
Verzorging van de auto245
2. Haal de lamp uit de fitting doordeze eruit te trekken.
3. Plaats een nieuwe lamp in de fit‐ ting.
4. Draai de lampfitting rechtsom in de reflector vast.
Adaptief rijlicht (AFL)9 Gevaar
Het adaptieve rijlicht (AFL) is uit‐
gerust met Xenonkoplampen.
Xenonkoplampen werken onder
een extreem hoog voltage. Niet
aanraken. Lampen door een werk‐
plaats laten vervangen.
Zijmarkeringslicht/dagrijlichten zijn
uitgevoerd met led's en kunnen niet
worden vervangen.
Lampen voor afslagverlichting zijn
vervangbaar.
Afslagverlichting
1. Draai de kap naar links en verwij‐ der deze.
2. De lamphouder naar links los‐draaien. Lamphouder met gloei‐
lamp uit het reflectorhuis nemen.
3. Trek de lamp uit de stekker.
4. Vervang de lamp en klik de lamp‐
fitting vast aan de stekker.
5. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen vanhet reflectorhuis vallen. Rechtsom
vastdraaien.
6. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Page 248 of 339
246Verzorging van de autoMistlampen
5-deurs hatchback, 4-deurs
notchback, Sports tourer
1. Maak beide doppen bij de gemar‐
keerde zone met een schroeven‐
draaier los.
2. Schroef beide schroeven los en haal de richtingaanwijzer com‐
pleet van de bumper.
3. Schroef drie schroeven los en haal de mistlamp compleet van de
bumper.
4. Draai de lampfitting naar links en verwijder deze uit het reflector‐
huis.
5. Klik de lampfitting los van de stek‐
ker door op de borgnok te druk‐
ken.
6. Steek de lampfitting weer in de re‐
flector, draai de fitting rechtsom
en sluit de stekker aan.
7. Bevestig de mistlamp compleet in
de bumper en bevestig deze met
drie schroeven.