Kort en bondig13
1Elektrisch bediende ruiten ....36
2 Buitenspiegels ......................33
3 Cruise control .....................189
Snelheidsbegrenzer ............191
Adaptieve cruise control .....192
Frontaanrijdingswaar‐
schuwing ............................. 199
4 Zijdelingse luchtroosters .....168
5 Richtingaanwijzers,
lichtsignaal, dimlicht en
grootlicht, grootlichtassis‐
tentie ................................... 153
Omgevingsverlichting ......... 158
Parkeerlichten .....................155
Knoppen voor Driver
Information Center ..............125
6 Instrumenten ...................... 112
7 Stuurbedieningsknoppen ...105
8 Driver Information Center .... 1259Voorruitenwisser, wis-/
wasinstallatie voor,
koplampsproeiers, achter‐
ruitenwisser, wis-/
wasinstallatie achter ...........107
10 SPORT-modus ................... 186
Centrale vergrendeling .........25
Brandstofkeuzeschakelaar . 114
Alarmknipperlichten ...........153
Controlelamp airbag-
deactivering ........................ 118
Controlelamp
veiligheidsgordel
voorpassagier ....................118
Tour-modus ........................ 186
11 Info-Display ........................ 129
12 Status-led alarmsysteem .....31
13 Middelste luchtroosters ......168
14 Handschoenenkastje ...........63
15 Traction Control .................184
Elektronische
stabiliteitsregeling ...............185Parkeerhulp ........................ 206
Geavanceerde parkeerhulp 209
Lane Departure Warning ...219
Eco-knop voor Stop/Start-
systeem ............................... 173
Ontgrendelknop voor
motorkapdeksel ..................... 28
16 Verwarming en ventilatie ....160
17 AUX-ingang, USB-ingang,
SD Card-sleuf ....................... 12
18 Stekkerdoos ........................ 111
19 Schakelpook,
handgeschakelde
versnellingsbak ..................181
Automatische
versnellingsbak ..................177
20 Elektrische handrem ...........182
21 Contactslot met stuurslot ...171
22 Claxon ................................ 106
Bestuurdersairbag ...............54
23 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 235
Instrumenten en bedieningsorganen121
wanneer opschakelen onwille van
een zuinig verbruik wordt aanbevo‐
len.
Bij sommige versies verschijnt de in‐
geschakelde versnelling als pop-up
op het Driver Information Center.
Rijhulp EcoFlex 3 135.
Stuurbekrachtiging c brandt geel.
Gaat branden met verminderde
stuurbekrachtiging
De stuurbekrachtiging wordt vermin‐
derd door oververhitting van het sys‐
teem. De controlelamp gaat uit wan‐
neer het systeem is afgekoeld.
Stop-startsysteem 3 173.
Gaat branden met
uitgeschakelde
stuurbekrachtiging Storing in het stuurbekrachtigings‐
systeem. De hulp van een werkplaats
inroepen.Lane Departure Warning
) brandt groen of knippert geel.
Brandt groen Systeem wordt ingeschakeld en is
gebruiksklaar.
Knippert geel
Systeem herkent een onbedoelde
verandering van rijstrook.
Ultrasoonparkeerhulp r brandt geel.
Storing in het systeem
of
Storing door vervuilde of met sneeuw of ijs bedekte sensoren
of
Storingen door externe bronnen van
ultrasoon geluid. Als de storingsbron
wordt verwijderd, dan werkt het sys‐
teem weer normaal.
Oorzaak van de systeemstoring on‐
middellijk door een werkplaats laten
verhelpen.Ultrasoonparkeerhulp 3 206.
Elektronische
stabiliteitsregeling UIT
n brandt geel.
Het systeem wordt gedeactiveerd.
Elektronische
stabiliteitsregeling (ESC)
en Traction Control-
systeem
b brandt of knippert geel.
Brandt
Er zit een storing in het systeem. Ver‐
der rijden is mogelijk. De rijstabiliteit
kan echter afhankelijk van de staat
van het wegdek verslechteren.
Oorzaak van de storing onmiddellijk
door een werkplaats laten verhelpen.
Instrumenten en bedieningsorganen133
Nr.Boordinformatie26Richtingaanwijzer linksachter
defect27Richtingaanwijzer rechtsvoor
defect28Richtingaanwijzer rechtsachter
defect29Controleer remlicht aanhanger30Controleer achteruitrijlicht
aanhanger31Controleer linker richtingaan‐
wijzer aanhanger32Controleer rechter richtingaan‐
wijzer aanhanger33Controleer mistachterlicht
aanhanger34Controleer achterlicht
aanhanger35Vervang batterij in handzender48Reinig blindehoekdetectiesys‐
teem49Lane Departure Warning werkt
nietNr.Boordinformatie53Draai tankdop vast54Water in dieselbrandstoffilter55De roetfilter is vol 3 17656Ongelijke bandenspanning op
vooras57Ongelijke bandenspanning op
achteras58Banden zonder TPMS-
sensoren herkend59Open en sluit portierruit
bestuurder60Open en sluit portierruit voor‐
passagier61Open en sluit portierruit links‐
achter62Open en sluit portierruit rechts‐
achter65Poging tot diefstal66Service diefstalalarmsysteem67Service stuurslot68Service stuurbekrachtigingNr.Boordinformatie69Service wielophanging70Service niveauregeling71Service achteras74Service AFL75Service airconditioning76Service blindehoekdetectiesys‐
teem77Service Lane Departure
Warning79Vul motorolie bij81Service versnellingsbak82Vervang motorolie binnenkort83Service adaptieve cruise
control84Motorvermogen verminderd89Onderhoud spoedig94Schakel in parkeerstand
voordat u de auto verlaat95Service airbag128Motorkap open
Rijden en bediening219
Wanneer de pagina wordt getoond,
moet u Uit selecteren om de popup-
functie uit te schakelen. Schakel de
functie weer in door te kiezen voor
Aan . Bij inschakeling van het contact
is de pop-upfunctie gedeactiveerd.
Het pop-upvenster wordt
ca. 8 seconden lang weergegeven op het Driver Information Centre.
Storing
De verkeersbordherkenning werkt
eventueel niet goed wanneer:
■ de voorruit ter hoogte van de front‐ camera niet schoon is
■ verkeersborden geheel of gedeel‐ telijk bedekt zijn of lastig waar‐neembaar zijn
■ de omgevingsomstandigheden on‐ gunstig zijn, bijv. harde regen,
sneeuw, direct zonlicht of schadu‐
wen. In dat geval verschijnt Geen
verkeersbordherk. door het weer op het display■ de verkeersborden incorrect ge‐ monteerd of beschadigd zijn
■ verkeersborden niet voldoen aan het Verdrag van Wenen inzake de
verkeerstekens (Wiener Überein‐
kommen über Straßenverkehrszei‐
chen)Voorzichtig
Het systeem is bedoeld om de be‐ stuurder binnen een vast snel‐
heidsbereik te helpen bij de waar‐
neming van bepaalde verkeers‐
borden. Negeer geen verkeers‐
borden die het systeem niet weer‐
geeft.
Het systeem herkent geen andere
verkeersborden dan de conventi‐
onele versies die een maximum‐
snelheid aangeven of beëindigen.
Laat u door dit speciale systeem
niet verleiden tot een roekeloze rij‐ stijl.
Pas uw snelheid altijd aan de staat
van het wegdek aan.
De hulpsystemen ontnemen de
bestuurder niet zijn verantwoorde‐ lijkheid voor het besturen van de
auto.
Lane Departure Warning
Het Lane Departure Warning-sys‐
teem houdt via een frontcamera de
belijning in het oog van de rijstrook
waarin u rijdt. Het systeem detecteert veranderingen van rijstrook en waar‐
schuwt u met visuele en akoestische
signalen wanneer u onbedoeld van
rijstrook verandert.
De criteria voor een onbedoelde ver‐
andering van rijstrook zijn:
■ geen bediening van de richtingaan‐
wijzers
■ geen bediening van het rempedaal ■ geen bediening van het gaspedaal of snelheidsverhoging
■ geen actieve stuurbeweging
Wanneer de bestuurder actief is,
waarschuwt het systeem niet.
220Rijden en bediening
Activering
U activeert het Lane Departure War‐
ning System door de knop ) in te
drukken. De brandende led in de
knop geeft aan dat het systeem is in‐ geschakeld. Wanneer de controle‐
lamp ) in de instrumentengroep
groen brandt, is het systeem klaar
voor gebruik.
Het systeem werkt alleen bij snelhe‐
den hoger dan 56 km/u en wanneer wegbelijning aanwezig is.
Wanneer het systeem een onbe‐
doelde verandering van rijstrook her‐
kent, dan wordt de controlelamp )
geel en knippert deze. Tegelijkertijd
hoort u een geluidssignaal.
Deactivering
Schakel het systeem uit met de
knop ), de led in de knop dooft.
Bij snelheden lager dan 56 km/u
werkt het systeem niet.
Storing
Het Lane Departure Warning-sys‐
teem werkt mogelijkerwijs niet goed
wanneer:
■ de voorruit niet schoon is
■ de omgevingsomstandigheden on‐ gunstig zijn, zoals zware regenval,
sneeuw, direct zonlicht of schadu‐
wen.
Het systeem kan niet werken als het
geen rijstrookmarkering waarneemt.
Verzorging van de auto267
Nr.Stroomkring1–2Aanhangeraansluiting3Parkeerhulp4–5–6–7Elektrisch verstelbare stoel8–9–10–11Aanhangermodule, aanhanger‐
aansluiting12Aanhangermodule13Aanhangeraansluiting14Achterbank, elektrisch neerklap‐ baar15–16Binnenspiegel, achteruitkijkca‐
mera17StekkerdoosNr.Stroomkring18–19Stuurwielverwarming20Zonnedak21Verwarmde voorstoelen22–23–24–25–26–27–28–29–30–31Versterker, subwoofer32Actief dempingssysteem, Lane
Departure Warning
Bij de montage moet u de afdekplaat
in de rubberen ringen drukken tot ze
volledig vastzit.
334
Gordels......................................... 50
Gordelverklikker ......................... 118
Gordijnairbagsysteem .................. 56
Graphic-Info-Display, Color-Info-Display ...................129
Grootlicht ........................... 123, 147
Grootlichtassistentie ...........123, 147
H
Halogeenkoplampen .................241
Handbediende ruiten ...................36
Handgeschakelde versnellingsbak ......................181
Handmatige dimfunctie ................35
Handmatige modus ...................179
Handrem ............................. 181, 182
Handschoenenkastje ...................63
Handzender ................................. 23
Hellingrem ................................. 184
Hoofdsteunen .............................. 41
Hoofdsteunverstelling ....................9
Hulpverwarming.......................... 168
I Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 59
Indicatie afstand tot voorligger ...203
Info-Displays ............................... 125
In hoogte verstelbare afdekking achterin ..................................... 93Inhouden ................................... 318
Inklapbare spiegels .....................34
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 157
Instrumentengroep ....................112
Instrumentenverlichting .............261
Interactief rijsysteem................... 186
Interieurverlichting ..............155, 261
ISOFIX- kinderveiligheidssystemen ........62
K Katalysator ................................. 177Kentekenverlichting ...................260
Keuzehendel ............................. 178
Kilometerteller ............................ 113
Kindersloten ................................. 28
Kinderveiligheids-systemen ..........58
Klimaatregeling ............................ 18
Klimaatregelsystemen ................160
Klok............................................. 110
Koelvloeistof .............................. 236
Koelvloeistof en antivries ............295
Koelvloeistoftemperatuurmeter . 114
Koplampinstelling in het buitenland .............................. 149
Koplampverstelling ....................148L
Laadsysteem ............................. 119
Lane Departure Warning ....121, 219
Leeslampen ............................... 157
Lekke band ................................. 279
Lichtschakelaar .......................... 146
Lichtsignaal ................................ 148
Luchtinlaat ................................. 169
Luchtroosters .............................. 168
M Meters......................................... 112
Mistachterlicht ............................ 124
Mistachterlichten ........................ 154
Mistlamp .................................... 124
Mistlampen ................................ 246
Mistlampen voor ........................154
Motorgegevens .......................... 302
Motor-ID...................................... 298
Motorkap .................................... 235
Motorolie .................... 235, 295, 299
Motoroliedruk ............................. 122
Motor starten ............................. 171
Motorvermogen verminderd .......123
N Nieuwe auto inrijden ..................171
Niveau sproeiervloeistof te laag 124