REMSYSTEEM
Om altijd optimale remprestaties te waarborgen, moe-
ten alle onderdelen van het remsysteem regelmatig
worden gecontroleerd. Raadpleeg het hoofdstuk "On-
derhoudsschema" voor de juiste onderhouds-
intervallen.
WAARSCHUWING!
Rijden met uw voet op het rempedaal is
g
evaarlijk en kan leiden tot ongevallen.
Rijden met uw voet op het rempedaal veroor-
zaakt abnormaal hoge remtemperaturen, ver-
hoogt de slijtage van de remvoering en kan leiden
tot schade aan het remsysteem. U beschikt dan in
noodgevallen niet over het volledige remvermo-
gen.Laat het onderhoud van uw auto over
aan een FIAT-dealer. Voor routine-
onderhoud en klein onderhoud dat u zelf
wilt uitvoeren, raden wij u aan om het juiste
gereedschap, originele reserveonderdelen van
FIAT en de vereiste vloeistoffen te gebruiken.Voer
geen onderhoud uit als u geen ervaring hebt . Hoofdremcilinder – controle van
remvloeistofpeil
Controleer onmiddellijk het vloeistofpeil in de hoofd-
remcilinder als het waarschuwingslampje van het rem-
systeem gaat branden.
Controleer het vloeistofpeil telkens wanneer u werk-
zaamheden onder de motorkap uitvoert.
Maak de bovenzijde van de hoofdremcilinder schoon
voordat u de dop verwijdert. Vul indien nodig vloeistof
bij tot aan het vereiste merkteken op het remoliereser-
voir.
Overvullen van remvloeistof moet worden voorko-
men, omdat de vloeistof dan naar het remsysteem kan
weglekken.
Het vloeistofpeil daalt naarmate de remblokken slijten.
Controleer het remvloeistofpeil wanneer de remblok-
ken worden vervangen. Een laag vloeistofpeil kan ech-
ter ook worden veroorzaakt door lekkage en controle
kan noodzakelijk zijn.
Gebruik uitsluitend door de fabrikant aanbevolen rem-
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
335
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
WAARSCHUWING!
G
ebruik uitsluitend door de fabrikant
aanbevolen remvloeistof. Raadpleeg
"Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onder-
delen" in "Technische gegevens" voor meer infor-
matie. Gebruik van de verkeerde remvloeistof
kan ernstige schade veroorzaken aan uw remsys-
teem en/of de werking ervan nadelig beïnvloe-
den. Het juiste type remvloeistof wordt ook ver-
meld op het reservoir van de originele
hoofdremcilinder.
Om vervuiling te voorkomen door materiaal of
vocht van buitenaf, dient u uitsluitend nieuwe
remvloeistof te gebruiken, of remvloeistof uit een
hermetisch afgesloten reservoir. Zorg ervoor dat
de dop van het reservoir van de hoofdremcilinder
altijd is vastgedraaid. Remvloeistof in een open
reservoir neemt vocht op uit de lucht , waardoor
de remvloeistof een lager kookpunt krijgt . De
remvloeistof kan hierdoor gaan koken tijdens
stevig of langdurig remmen, waardoor de kans
bestaat dat de remmen plotseling niet meer wer-
ken. Dit kan leiden tot een ongeval.
(Vervolgd)(Vervolgd)
Het bijvullen van het vloeistofreservoir met te
veel remvloeistof kan leiden tot het morsen van
vloeistof op hete motoronderdelen, waardoor de
remvloeistof vlam kan vatten. Remvloeistof kan
ook schade toebrengen aan gelakte oppervlak-
ken en vinyl. Let er daarom op dat er geen
remvloeistof op deze oppervlakken terecht
komt .
Zorg dat er geen vloeistof op basis van aardolie
in de remvloeistof terechtkomt . De afdichtingen
van het remsysteem kunnen hierdoor worden
aangetast , waardoor de remmen hun werking
gedeeltelijk of geheel kunnen verliezen. Dit kan
leiden tot een ongeval.
AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK (voor
bepaalde uitvoeringen/landen)
Keuze van smeermiddel
Voor optimale prestaties en levensduur van de versnel-
lingsbak is het belangrijk dat u de correcte transmissie-
vloeistof gebruikt. Gebruik alleen de door de fabrikant
aanbevolen transmissievloeistof. Raadpleeg "Vloeistof-
fen, smeermiddelen en originele onderdelen" in "Tech-
nische gegevens" voor meer informatie. Het is belang-
rijk dat de transmissievloeistof continu het vereiste peil
heeft en dat u de aanbevolen vloeistof gebruikt. Er
336
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
mogen geen chemicaliën door de versnellingsbak wor-
den gespoeld; uitsluitend het goedgekeurde smeermid-
del mag worden gebruikt.
Speciale additieven
De fabrikant raadt het gebruik van speciale additieven
in de transmissievloeistof ten zeerste af. Automatische
transmissievloeistof (ATF) is een geavanceerd en hoog-
waardig product waarvan de prestaties door additieven
nadelig kunnen worden beïnvloed. Daarom raden we u
aan geen additieven aan de transmissievloeistof toe te
voegen. De enige uitzondering op deze regel vormt het
toevoegen van speciale kleurstof om lekkage op te
sporen. Gebruik geen vloeibare afdichtmiddelen, aan-
gezien deze juist schade aan afdichtingen kunnen toe-
brengen.
Spoel de versnellingsbak niet met chemi-
caliën, omdat deze de versnellingsbak
kunnen beschadigen. Dergelijke schade
wordt niet gedekt door de standaardgarantie van
een nieuwe auto.
Vloeistofpeil controleren - Zestraps
automatische transmissie
De vloeistof is in de fabriek op het juiste peil gebracht
en vereist onder normale gebruiksomstandigheden
geen aanpassingen. Het is niet nodig om het vloeistof-
peil regelmatig te controleren, en om die reden is geen peilstok aanwezig. Uw erkende dealer kan het vloei-
stofpeil in uw automatische transmissie controleren
met behulp van een speciale peilstok. Als u merkt dat
er sprake is van vloeistoflekkage of een defect in de
versnellingsbak, neemt u onmiddellijk contact op met
een erkende dealer om het transmissievloeistofpeil te
laten controleren. Als het voertuig wordt gebruikt met
een verkeerd vloeistofpeil, kan ernstige schade aan de
automatische versnellingsbak worden toegebracht.
Laat het onderhoud van uw auto over
aan een FIAT-dealer. Voor routine-
onderhoud en klein onderhoud dat u zelf
wilt uitvoeren, raden wij u aan om het juiste
gereedschap, originele reserveonderdelen van
FIAT en de vereiste vloeistoffen te gebruiken.Voer
geen onderhoud uit als u geen ervaring hebt .
Vloeistof verversen en filter vervangen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
Ververs de vloeistof en vervang het filter ook als de
versnellingsbak om welke reden dan ook wordt gede-
monteerd.
337
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK
(voor bepaalde uitvoeringen/landen)
Vloeistofpeil controleren
Inspecteer de handgeschakelde versnellingsbak op lek-
kage iedere keer wanneer de olie wordt ververst.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Controleer het vloeistofpeil door de vuldop te verwij-
deren. Het vloeistofniveau moet liggen tussen de on-
derkant van de vulopening tot maximaal 4,7 mm daar-
onder.
Keuze van smeermiddel
Gebruik alleen transmissievloeistof goedgekeurd door
de fabrikant. Geen andere stoffen toevoegen (behalve
kleurstoffen om lekken op te sporen). Raadpleeg
"Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onderdelen"
in "Technische gegevens" voor meer informatie.
Verversingsinterval vloeistoffen
Ververs de vloeistof van de handgeschakelde versnel-
lingsbak volgens de intervallen die staan vermeld in het
"Onderhoudsschema" in deze handleiding.ACHTERDIFFERENTIEEL (RDA) – ALLEEN
UITVOERINGEN MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
Vloeistofpeil controleren
Controleer de unit visueel na iedere olieverversing op
lekkage. Indien u lekkage ziet, controleer dan het vloei-
stofniveau door de vuldop te verwijderen. Het vloei-
stofniveau moet gehandhaafd worden tussen de bodem
van de vulopening tot 4 mm onder de vulopening.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Verversingsinterval vloeistoffen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
VERDEELBAK (PTU) – ALLEEN
UITVOERINGEN MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
338
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Vloeistofpeil controleren
Controleer de unit visueel na iedere olieverversing op
lekkage. Indien u lekkage ziet, controleer dan het vloei-
stofniveau door de vuldop te verwijderen. Het vloei-
stofniveau moet gehandhaafd worden tussen de bodem
van de vulopening tot 4 mm onder de vulopening.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Verversingsinterval vloeistoffen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
VERZORGING VAN DE AUTO EN
BESCHERMING TEGEN ROEST
Carrosserie en lak beschermen tegen roest
De aandacht die aan de carrosserie moet worden
besteed is sterk afhankelijk van de weersinvloeden en
het gebruik van de auto. Strooizout in de winter en
chemische producten die in andere seizoenen op bo-
men en in wegbermen gespoten worden, hebben een
sterk corrosieve invloed op de carrosserie. Buiten
parkeren en blootstelling aan schadelijke stoffen in de
atmosfeer en op de wegen, extreem warm of koud
weer en andere extreme omstandigheden kunnen de
lak, de sierlijsten en de beschermende laag aan de
onderzijde van de auto aantasten.De onderstaande onderhoudsadviezen helpen om de
carrosserie van uw auto gedurende lange tijd in opti-
male conditie te houden.
Oorzaken van corrosie
Corrosie ontstaat als de lak en beschermende coatings
op uw auto zijn aangetast of loslaten.
De meest voorkomende oorzaken zijn:
Strooizout, vuil en achterblijven van vocht.
Steenslag.
Insectenresten, boomvocht en teer.
Zilte lucht in kuststreken.
Zure regen en industriële vervuiling.
Wassen
Was uw auto regelmatig. Was uw auto altijd in de
schaduw en gebruik een milde autoshampoo. Spoel
de auto zorgvuldig af met schoon water.
Gebruiker een hoogwaardige was voor de bescher- ming van uw lakwerk. Zorg dat u geen krassen maakt
op de lak.
Gebruik geen schurende producten en polijstmidde- len die de glans of de dikte van de laklaag kunnen
aantasten.
339
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Gebruik nooit schurende of sterke reini-
gingsmiddelen zoals staalwol of schuur-
poeder. Deze veroorzaken krassen op het
metaal en de lak.
Speciale verzorging
Spuit de onderzijde van de auto regelmatig schoon (minstens één keer per maand) wanneer u op bepe-
kelde of stoffige wegen of in kuststreken rijdt.
Houd de afvoergaatjes aan de onderzijde van de portieren, de schermen en de laadruimte schoon en
open.
Als u steenslag of krassen in de lak bespeurt, werk dergelijke plekken dan meteen bij. Voor de kosten
van dergelijke reparaties is de eigenaar van de auto
verantwoordelijk.
Wanneer de auto door bijvoorbeeld een ongeval schade heeft opgelopen aan de lak en de bescher-
mende coating, moet u deze zo spoedig mogelijk
laten repareren. Voor de kosten van dergelijke repa-
raties is de eigenaar van de auto verantwoordelijk.
Wanneer u speciale ladingen met chemicaliën, kunst- mest, zout, enz., vervoert, let dan goed op of alles
goed is verpakt en afgesloten.
Wanneer u vaak op grindwegen rijdt, raden wij u aan spatlappen bij ieder wiel te laten aanbrengen. Gebruik Touch Up Paint of een gelijkwaardig product
om krassen zo snel mogelijk bij te werken. Uw
erkende dealer heeft de lakstift die overeenkomt bij
uw lakkleur.
Verzorging van velgen en wieldoppen
Alle wielen en wieldoppen moeten regelmatig worden
gereinigd met milde zeep en water om corrosie tegen
te gaan. Dit geldt vooral wanneer een coating van
aluminium of chroom is aangebracht. Gebruik een
niet-schurend en zuurvrij reinigingsmiddel om hard-
nekkige modder en/of overvloedige remstof te verwij-
deren. Gebruik geen schuursponsen, staalwol, een
harde borstel of metaalpoets. Gebruik geen ovenreini-
ger. Maak geen gebruik van automatische wasstraten
waarin bijtende reinigingsproducten of harde borstels
worden gebruikt. Deze kunnen de beschermende coa-
ting van de velgen beschadigen.
Reinigingsprocedure voor vlekwerende stof
(voor bepaalde uitvoeringen/landen)
Vlekwerende stoelen kunnen op de volgende wijze
worden gereinigd:
Verwijder de vlek zo goed mogelijk door te deppen met een schone, droge doek.
Dep de rest van de vlek vervolgens met een schone, vochtige doek.
340
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Bij hardnekkige vlekken brengt u een milde zeepop-lossing aan op een schone, vochtige doek en verwij-
dert u de vlek. Verwijder zeepresten met een andere
vochtige doek.
Verwijder vetvlekken met een multifunctioneel schoonmaakmiddel of een gelijkwaardig middel en
een schone, vochtige doek. Verwijder zeepresten
met een andere vochtige doek.
Gebruik geen bijtende oplosmiddelen of enige an- dere vorm van bescherming op vlekwerende produc-
ten.
Verzorging van het interieur
Dashboardbekleding
De dashboardbekleding heeft een speciale antireflec-
tielaag, zodat er geen hinderlijke weerspiegelingen in de
voorruit ontstaan. Gebruik geen beschermproducten
of andere middelen die een hinderlijke weerspiegeling
veroorzaken. Gebruik zeepsop en warm water om de
antireflectielaag te herstellen.
Reiniging van interieurbekleding
Gebruik een vochtige doek voor het reinigen van de
interieurbekleding. Gebruik geen bijtende reinigings-
producten. Reiniging van lederen interieurbekleding
De kwaliteit van lederen bekleding blijft het best be-
houden door deze te reinigen met een zachte, vochtige
doek. Stofdeeltjes of vuil kunnen een schurend effect
hebben en de lederen bekleding beschadigen. Verwij-
der deze daarom direct met een vochtige doek. Hard-
nekkige vervuiling kunt u gemakkelijk verwijderen met
een zachte doek. Voorkom dat lederen bekleding
wordt doordrenkt met welke vloeistof dan ook. Reinig
uw lederen bekleding nooit met polish, olie, reinigings-
vloeistoffen, oplosmiddelen, afwasmiddelen of schoon-
maakmiddelen op ammoniakbasis. Het gebruik van spe-
ciale onderhoudsmiddelen voor leder is niet vereist om
de originele kwaliteit te behouden.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit vluchtige oplosmiddelen
om
te reinigen. Dergelijke stoffen zijn
vaak brandbaar en kunnen bij gebruik in afgeslo-
ten ruimten ademhalingsproblemen veroorza-
ken.
Koplampen reinigen
Uw auto is uitgerust met kunststof koplamplenzen die
lichter en minder gevoelig voor steenslag zijn dan
glazen koplamplenzen.
Kunststof is minder krasbestendig dan glas. Ga daarom
anders te werk bij het reinigen van de koplamplens. 341
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Om krassen tot een minimum te beperken en de
lichtopbrengst maximaal te houden, mogen de kop-
lamplenzen niet met een droge doek worden schoon-
gemaakt. Verwijder vuil met een milde zeepoplossing
en spoel goed na.
Gebruik nooit schurende reinigingsmiddelen, oplos-
middelen, staalwol of andere bijtende stoffen om de
lenzen te reinigen.
Ruitoppervlakken
Alle ruiten behoren regelmatig met een normale glas-
reiniger te worden gereinigd. Gebruik nooit schurende
reinigingsmiddelen. Wees voorzichtig bij het schoon-
maken van de binnenkant van de achterruit als deze
voorzien is van een elektrische ontdooi-inrichting. Ge-
bruik geen schrapers of andere scherpe voorwerpen
die de elementen kunnen beschadigen.
Wanneer u de binnenspiegel schoonmaakt, moet u
reinigingsmiddel op de gebruikte doek spuiten. Spuit de
reinigingsvloeistof niet rechtstreeks op de spiegel.
Kunststoflenzen van instrumentengroep
reinigen
De lenzen voor de instrumenten in deze auto zijn
gemaakt van doorzichtige kunststof. Wees bij het rei-
nigen van deze lenzen extra voorzichtig om krassen te
voorkomen.1. Reinig met een zachte bevochtigde doek. Eventueel
kan een zachte zeepoplossing worden gebruikt,
maar gebruik in geen geval reinigingsalcohol of bij-
tende of schurende reinigingsmiddelen. Verwijder
de zeep met een schone, vochtige doek.
2. Drogen met een zachte doek.
Verzorging van autogordels
Bleek of verf de gordels nooit en reinig ze niet met
chemische oplosmiddelen of schurende reinigingsmid-
delen. De gordelband kan hierdoor worden aangetast.
Ook zonnestraling kan de stof aantasten.
Als u de gordels moet reinigen, gebruik dan een lauw
sopje van zachte zeep. Verwijder de gordels hiertoe
niet uit de auto. Drogen met een zachte doek.
Laat de gordels vervangen wanneer ze rafels of slijt-
plekken vertonen of wanneer de gespsluitingen niet
goed functioneren.
SCHOONMAKEN VAN DE BEKERHOUDERS
Maak ze schoon met een vochtige doek of handdoek en
een zacht schoonmaakmiddel.
342
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD