Page 57 of 140

7
55 Veiligheid
Schakel voor de veiligheid van uw kind
de airbag aan passagierszijde altijd uitals u een kinderzitje met de rug in derijrichting op de voorstoel plaatst. Anderskan een kind bij het afgaan van de airbaglevensgevaarlijk gewond raken. )Zet het contact uit , steek de sleutel in deschakelaar voor uitschakelen van de airbagaan passagierszijde 1, draai deze in de stand "OFF"en verwijder de sleutel zonder de stand van de schakelaar te veranderen.
In de stand "OFF"werkt de airbag aanpassagierszijde bij een eventuele aanrijding niet.
Als u het kinderzitje "met de rug in de
rijrichting" hebt ver wijderd, zet dan deschakelaar weer in de stand "ON"om deairbag opnieuw in te schakelen en zo de
veili
gheid van uw passagier te garanderen. Het verklikkerlamp
je op het
instrumentenpaneel brandt zolang de
airbag is uitgeschakeld.
Als het waarschuwin
gslampjeknippert, duidt dit op een storing in
ten minste één van deze airbags.
Raadpleeg het PEUGEOT- net wer k of een gekwalificeerde werkplaats om hetsysteem te laten controleren. De kans bestaat
dat de airbags bij een ernstige aanrijding niet
worden geactiveerd.
Uitschakeling (controle)
Storing airbags
*
Volgens uitvoering.
Zijairbags * en
window-airbags *
De zijairbags zijn aan de zijde van de por tieren in de rugleuningen van de voorstoelenaangebracht.
De zijairbags worden aan de desbetreffendezijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse aanrijding binnen de impactzone opzij B,loodrecht op de lengteas van de auto en vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van deauto, die zich op een horizontale ondergrondmoet bevinden. De zijairbag wordt opgeblazen
tussen de inzittende vóór en het desbetreffende
portierpaneel. De kans op borstletsel bij de
voorpassagiers wordt daardoor verminderd.
De window-airbags zijn aangebracht in de hemelbekleding.
De window-airba
g wordt opgeblazen tussen de
inzittende vóór of achter en de ruiten. De kansop hoofdletsel wordt daardoor verminderd.
Bij een lichte aanrijding of bij het over de kop
slaan, kan het zijn dat de airbag niet wordtgeactiveerd. Bij een aanrijding van achterenof een frontale aanrijding wordt de airbag nietgeactiveerd.
Uitschakelen airbag aan
passagierszijde
Page 58 of 140

56Veiligheid
Airbags vóór
Houd het stuur wiel niet aan de spaken vast enlaat uw handen niet op het stuur wielkussenrusten.
Laat aan passagierszijde uw voeten niet op het
dashboard rusten.
Tracht roken in de auto zoveel mogelijk te
vermijden. Als de airbag wordt opgeblazen,kunnen brandende sigaretten of een pijpbrandwonden of ander letsel veroorzaken.
Verwijder het stuur wiel nooit, maak geen gaten
in de stuur wielbekleding en sla er niet op.
Hoofdairbags
Bevestig nooit iets op de stijlen of op de hemelbekleding, dit zou bij het afgaan van dehoofdairbags kunnen leiden tot hoofdletsel.
Het activeren van de airbags gaat gepaard met
wat onschadeli
jke rook en een knal, als gevolgvan de activering van de pyrotechnische lading
die in het systeem is geïntegreerd.
De rook is niet schadelijk, maar kan irriterendzijn voor personen die hier gevoelig voor
zijn. De knal die bij de ontsteking wordt
geproduceerd, kan het gehoor gedurende een
kor te periode eni
gszins verminderen.
Zelfs als alle bovenstaande voorschriften
worden nageleefd, blijft de kans bestaan
op letsel en lichte brandwonden aan het
hoofd, de borst of de armen als de airbagwordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk
zeer snel opgeblazen (binnen ongeveer 30 milliseconden) en loopt vervolgens evensnel leeg, waarbij de warme gassen via de
daarvoor bestemde openingen naar buitenstromen.
De airbags werken slechts eenmaal. Als er een
tweede aanrijding plaatsvindt (tijdens hetzelfde
of een volgend ongeval), werken de airbags niet meer.
Zijairbags
Bedek de stoelen alleen met goedgekeurdestoelhoezen. Deze belemmeren het activeren
van de zijairbags niet. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Bevesti
g nooit iets aan de rugleuning van de
stoelen, dit zou bi
j het afgaan van de airbagskunnen leiden tot ver wondingen aan armen of
middel.
Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneelzitten.
Houd u aan de volgendeveiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags:Draag altijd een correct afgestelde veiligheidsgordel. Maak er een gewoonte van om normaalrechtop in de voorstoelen te zitten.Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbag en de inzittenden (kinderen,huisdieren, objecten...). Dit kan de goede werking van de airbag belemmeren en/of de inzittende bij hetopblazen van de airbag ver wonden.Werkzaamheden aan de airbagsystemen moeten door hetPEUGEOT- net wer k of door een gekwalificeerde werkplaats wordenuitgevoerd. Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren.
Page 59 of 140

8
57 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Kinderzitje op de passagiersstoel voor
*
De regels voor het ver voeren van kinderenzijn per land verschillend. Informeer hiervoor
naar de wetgeving in uw land.
Algemene informatie met
betrekking tot kinderzitjes
Hoewel PEUGEOT bij het ontwerp vanuw auto veel aandacht heeft besteed aan
veiligheidsvoorzieningen voor uw kinderen, is hun
veiligheid natuurlijk ook afhankelijk van uzelf.
"Met de rug in de rijrichting"
PEUGEOT beveelt u aan
kinderen op deachterzitplaatsenvan uw auto te vervoeren:
- met de rug in de rijrichtingtot 2 jaar,
- met het
gezicht in de rijrichting
vanaf
2 jaar.
"Met het gezicht in de rijrichting"
Middelste stand
Volg voor een optimale veiligheid de volgende adviezen op:- conform de Europese wetgeving dienen kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner dan 1,50 m in gehomologeerde, aan het lichaamsgewichtaangepaste kinderzitjesop metveiligheidsgordels of ISOFIX-bevestigingen uitgeruste plaatsen te worden vervoerd *
, -de veiligste plaats voor het ver voeren van een kind is volgensde statistieken een plaats op deachterbank van uw auto,-kinderen tot 9 kg moeten zowel voor- als achterin met de rug inde rijrichting worden vervoerd.
Wanneer een kinderzitje voor hetver voeren met de rug in de rijrichtingop de passagiersstoel voorwordtrgeplaatst, moet de airbag aan passagierszijde zijn uitgeschakeld.Gebeurt dit niet, dan kan het kindbij het afgaan van de airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Wanneer een kinderzitje met het gezicht in de rijrichting op de passagiersstoel voor
wordt geplaatst, moet de stoel in de middelste
stand van de voor-/achterwaartse verstelling
worden gezet met de rugleuning rechtop en
mag de airbag aan passagierszijde niet worden
uitgeschakeld.
Page 60 of 140
58Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Airbag aan passagierszijde OFF
Raadpleeg de voorschriften op de sticker diezich aan beide zijden van de zonneklep aan
passagierszijde bevindt:
Schakel voor de veiligheid van uw kind de airbag aan passagierszijde altijd uitals u een kinderzitje met de rug in de rijrichting op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaanvan de airbag levensgevaarlijk gewondraken.
Page 61 of 140
8
59 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Door PEUGEOT aanbevolen kinderzitjes
PEUGEOT lever t een complete reeks kinderzitjes met ar tikelnummer die met een driepuntsveiligheidsgordelkunnen worden vastgemaakt:
Groep 0+: vanaf de geboor te tot 13 kgGroep 1, 2 en 3: van 9 tot 36 kg
L1 "RÖMER Baby-Safe Plus" Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst.
L2"KIDDY Comfor t Pro" Voor het ver voer van jonge kinderen (van 9 tot 18 kg) is het gebruik van de beschermband verplicht.
Groep 2 en 3: van 15 tot 36 kg
L3 "RECARO Start"
L4"KLIPPAN Optima"Vanaf 6 jaar (ongeveer 22 kg): gebruik alleen de
zitverhoging.
L5
"RÖMER KIDFIX"Kan aan de ISOFIX-verankeringen van de auto worden bevestigd.Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.
Page 62 of 140

60Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Plaatsing van kinderzitjes met behulp van de autogordel
Conform de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden weer met betrekking tot het bevestigen met een autogordel van een universeelgehomologeerd kinderzitje, gerangschikt naar gewicht van het kind en de plaats in de auto.
a : Groep 0: vanaf de geboor te tot 10 kg. Het plaatsen van reiswiegen en autobedjes op de passagiersstoel voorin is niet toegestaan.b: raadpleeg de huidige wetgeving in uw land alvorens een kinderzitje op deze plaats te bevestigen.
U
: zitplaats geschikt voor de bevestiging met een autogordel van een goedgekeurd, universeel kinderzitje, zowel met de "rug in de rijrichting" als methet "gezicht in de rijrichting".L
: alleen de vermelde en door PEUGEOT aanbevolen kinderzitjes kunnen op de desbetreffende plaats worden bevestigd (volgens land van
bestemming).X: zitplaats die niet geschikt is voor het bevestigen van een kinderzitje voor de à l’installation d’un siège enfant du groupe de poids indiqué.
Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie
Plaats
Minder dan 13 kg
(Groep 0 (a ) en 0+)Tot ong. 1 jaar
Van 9 tot 18 kg
(Groep 1)
Van 1 tot ong. 3 jaar
Van 15 tot 25 kg
(Groep 2)Van 3 tot ong. 6 jaar
Van 22 tot 36 kg
(Groep 3)Van 6 tot ong. 10 jaar
Passagiersstoel vóór (b ) L1XL3, L4L3, L4
AchterzitplaatsenUUUU
Page 63 of 140

8
61 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Kinderen jonger dan 10 jaar mogen nietmet het gezicht in de rijrichting op de passagiersstoel voor worden vervoerd,behalve als de achterzitplaatsen al bezet zijn door andere kinderen of als de achterbank niet bruikbaar, neergeklapt of ver wijderd is. Schakel de airbag aan passagierszijde * uit zodra een kinderzitje met de rug in de rijrichting op de voorstoel wordt geplaatst.Het kind kan anders bij het afgaan van deairbag levensgevaarlijk gewond raken.
Laat uit veiligheidsoverwegingen:
- geen kinderen zonder toezicht achter ineen auto,
- nooit een kind of een dier in een auto achter wanneer alle ruiten gesloten zijnen de auto in de zon staat,
- de sleutels nooit binnen bereik van dekinderen in de auto achter.
Plaats zonneschermen om uw jonge kinderen tegen de zon te beschermen.
Plaatsen van een zitverhoging
Het bovenste gedeelte van deveiligheidsgordel moet over de schouder vanhet kind liggen zonder de hals te raken. Controleer of de heupgordel goed over de
bovenbenen van het kind ligt. PEUGEOT beveelt aan een zitverhoging metrugleuning te gebruiken voorzien van eengordelgeleider ter hoogte van de schouder.
*
Volgens land van bestemming.
Adviezen voor
kinderzitjes
De onjuiste bevestiging van een kinderzitje brengt de veiligheid van het kind in gevaar in geval van een botsing. Zorg er voor dat de veiligheidsgordelof het tuigje van het kinderzitje, zelfsbij korte ritten, wordt vastgemaaktwaarbij de speling
ten opzichte van hetlichaam van het kind zoveel mogelijkmoet worden beperkt.Controleer bij het plaatsen van eenkinderzitje dat gebruik maakt van de veiligheidsgordel of deze goed tegen het kinderzitje aangetrokken is en of het zitje stevig vastzit op de stoel van uw auto. Zorg er voor een optimale bevestiging van het kinderzitje "met het gezicht in de rijrichting" voor dat de rugleuningvan het zitje tegen de rugleuning van
de stoel van de auto aandrukt en dat dehoofdsteun geen belemmering vormt.
Als de hoofdsteun verwijderd moet worden, berg deze dan zorgvuldig op om te voorkomen dat de hoofdsteundoor de auto vliegt bij krachtig afremmen.
Page 64 of 140

62Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
ISOFIX-bevestigingen
bevestigingsringen: De ISOFIX-bevestigingen zorgen voor een
veilige, degelijke en snelle montage van het
kinderzitje in uw auto.
De ISOFIX-kinderzitjesbeschikken over
twee sloten die eenvoudig aan de onderste
bevestigingsringen A kunnen worden
verankerd.
Sommige kinderzitjes zijn bovendien voorzien
van een bovenste bevestigingsriem diekan worden vastgemaakt aan de bovenste
bevestigingsring B.
Zet om de bovenste bevestigingsriem vast te maken de hoofdsteun van de zitplaats omhoogen steek de haak tussen de hoofdsteun en
de rugleuning door. Bevestig de haak aan de
bovenste bevestigingsring B en trek de riemaan.
- twee onderste bevestigingsringen A
, die zich
tussen de rugleuning en de zitting van de zitplaats bevinden, aangegeven door een sticker,
*
Volgens uitvoering.
-
één bovenste bevestigingsring Bvoor
de bevestiging van de bovenste riem, de
TOP TETHER
-bevestiging, aangegeven op het frame van de rugleuning van deachterbank.
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje kan het kind bij een aanrijding ernstig letsel oplopen.
Raadpleeg het overzicht voor debevestiging van ISOFIX-kinderzitjes in uw auto, waarin staat vermeldwelke kinderzitjes voor uw auto zijn gehomologeerd. Uw auto voldoet aan de nieuwe ISOFIX-
normen
.De hieronder aangegeven zitplaatsen * zijn
uitgerust met de voorgeschreven ISOFIX-bevestigingen: