schuimstukken zijn verkrijgbaar voor een klein bedrag).
UNWIRED TECHNOLOGY IS NIET AANSPRAKE-
LIJK VOOR LETSEL OF SCHADE ALS GEVOLG VAN
HET GEBRUIK OF EEN STORING OF DEFECT VAN
HET PRODUCT, NOCH IS UNWIRED AANSPRAKE-
LIJK VOOR ENIGE ALGEMENE, BIJZONDERE, DI-
RECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, VOORTVLOEI-
ENDE, MORELE, STRAFRECHTELIJKE SCHADE OF
SCHADE VAN ENIGE ANDERE SOORT OF AARD.
In bepaalde landen en jurisdicties is uitsluiting van
aansprakelijkheid voor incidentele of gevolgschade mo-
gelijk niet toegestaan, waardoor de bovenstaande be-
perking mogelijk niet op u van toepassing is. Deze
garantie geeft u specifieke wettelijke rechten. Mogelijk
heeft u ook andere rechten, die per jurisdictie kunnen
verschillen.
Wat doet Unwired
®?Unwired
®
zal, naar keuze,
ieder product met gebreken repareren of vervangen.
United
®
behoudt zich het recht voor elk niet meer
leverbaar product te vervangen door een vergelijkbaar
model. DEZE GARANTIE IS DE ENIGE GARANTIE
VOOR DIT PRODUCT, BESCHRIJFT UW EXCLU-
SIEVE REMEDIE MET BETREKKING TOT DEFECTE
PRODUCTEN EN VERVANGT ALLE ANDERE GA-
RANTIES (UITDRUKKELIJK OF STILZWIJGEND),
INCLUSIEF IEDERE GARANTIE OF WAARBORG
TEN AANZIEN VAN DEUGDELIJKHEID OF GE-
SCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. Bediening beeldscherm
Videoweergave
Het videoscherm heeft twee verschillende werkings-
modi: een videomodus (voor videoweergave, zoals
dvd-video, Aux-video enz.) en een informatiemodus,
zoals getoond in afbeelding 113. Omdat het VES™ een
tweekanaals-schermsysteem is, wordt de informatie-
modus getoond in een gedeeld scherm-formaat. In
Informatiemodus, wordt de linkerkant van het scherm
Kanaal 1 genoemd, en de rechterkant van het scherm
Kanaal 2.
Alleen Kanaal 1 toont de videobeelden. In de videomo-
dus wordt het beeld op het volledige scherm getoond,
maar de functionaliteit van kanaal 2 is nog steeds
beschikbaar. Een balk aan de onderkant van het scherm
wordt kort over het videobeeld getoond (zie afbeel-
ding 112). Als het systeem zich in videomodus bevindt
en kanaal 2 op de afstandsbedieningsschakelaar wordt
gekozen, activeert de eerste druk op de regeltoets van
de afstandsbediening de balk die de status van kanaal 2
aangeeft. Als de banner nog zichtbaar is, zal elke vol-
gende druk op de toets van de afstandsbediening voor
kanaal 2 het gevraagde afstandsbedieningscommando
beginnen. (afb. 112)
In een systeem met twee schermen wordt de video
voor kanaal 1 getoond op het scherm van de eerste
stoel achterin en de video voor kanaal 2 wordt getoond
op het scherm van de tweede stoel achterin. De Infor-
matiemodus wordt op een gedeeld scherm getoond,
161
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
de linkerkant van het scherm (kanaal 1) toont de
status/modus van het scherm van de eerste stoel ach-
terin en de rechterkant van het scherm (kanaal 2)
toont de status/modus van het scherm van de tweede
stoel achterin.
Als kanaal 1 zich in een videomodus bevindt, wordt het
beeld getoond op het scherm van de eerste stoel
achterin als een beeld op het hele scherm. Een balk
wordt kort aan de onderkant van het scherm getoond
over het videobeeld heen en het toont elke verande-
ring in de status van kanaal 2.
Als kanaal 2 zich in een videomodus bevindt, wordt het
beeld getoond op het scherm van de tweede stoel
achterin als een beeld op het hele scherm. Een balk
wordt kort over het videobeeld heen aan de onderkant
van het scherm getoond en het toont elke verandering
in de status van kanaal 1.Een cd of dvd afspelen op het VES™
Het volgende gebeurt automatisch als een disk in de
radio wordt gestoken bij een systeem met één scherm
en in de dvd-speler met afstandsbediening bij een
systeem met twee schermen:
Als het beeldscherm open staat (het LCD-scherm is
zichtbaar), worden het scherm en de zender van de
draadloze hoofdtelefoon ingeschakeld. Als het video-
scherm gesloten is, moet de zender voor de draad-
loze hoofdtelefoon ingeschakeld worden door mid-
del van de aan/uit-knop op de afstandsbediening
(hoofdtelefoons ontvangen alleen audiosignalen als
de stroom naar de hoofdtelefoon is ingeschakeld).
Nadat de disk is geplaatst, wordt de inhoud ervan afgespeeld door de autoluidsprekers, de draadloze
hoofdtelefoons en de beeldschermen achterin.
Gedeelde modussen
Het VES™ en de radio kunnen met elkaar communi-
ceren. Daardoor kan het VES™ de radio ontvangen via
de hoofdtelefoons en kan de radio de audio van het
VES™ ontvangen via de autoluidsprekers. Als de radio
en het VES™ in dezelfde (gedeelde) modus staan, is
een VES™ pictogram zichtbaar op het weergaveven-
ster van de radio en zal het pictogram voor gedeelde
modus te zien zijn op het VES™ scherm. In de gedeelde
modus is dezelfde audiobron tegelijkertijd te horen in
de hoofdtelefoon en de autoluidsprekers.
Als de radiofuncties (FM, AM of SAT) zicht in de
gedeelde modus met VES™ bevinden, kan alleen de(afb. 112) Balk
162
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
radio de radiofuncties regelen. In dat geval kan VES™
de radiomodus delen, maar niet van zender veranderen
totdat de radiomodus veranderd is in een modus die
anders is dan de in VES™ gekozen radiomodus. Bij
deling heeft de radio voorrang boven VES™ of alle
radiomodi (FM, AM en SAT). Het VES™ kan de tuner
(AM/FM/MW/LW), SEEK, TUNE (zoeken, afstemmen)
omschakelen en vooraf ingestelde radiomodi terugroe-
pen zolang het systeem niet in de gedeelde modus
staat.
Wanneer de videomodus zich in gedeelde disk of
satellietvideomodus bevindt, hebben zowel de radio en
het VES™ controle over de videofuncties. VES™ kan
de volgende videomodi regelen:
1. CD: mogelijkheid vooruit te spoelen, terug te spoe-len en volgende/vorige nummer.
2. Cd-wisselaar (in radio): mogelijkheid disk verder/ terug en programmeren van alle vermelde cd-
bedieningsmogelijkheden (snel vooruit spoelen, te-
rugspoelen, nummer verder/terug).
VES™ kan zelfs de radio- of videomodi regelen wan-
neer de radio is uitgeschakeld. VES™ heeft toegang tot
de radio- of diskmodi door naar die modi te navigeren
op VES™ en een radio- of diskmodus te activeren.
Scherm Informatiemodus (afb. 113)
Als de informatiemodus actief is, wordt de huidige
modusinstelling voor beide geluidskanalen weergege-
ven. Behalve de met een getal aangegeven punten geeft de resterende informatie de huidige status van de bron
aan (bijv. frequentie, naam, nummer voorinstelling of
muzieknummer, muziektitel, naam artiest, albumtitel
enz.).
1. Modus kanaal 1 – Geeft de huidige bron voor kanaal
1 weer.
2. Kanaal 1 Alleen audio/Geluid uit — Audio: Het pictogram "Alleen audio" wordt niet gebruikt op
kanaal 1 in een systeem met slechts één scherm.
Mute (geluid uit): als het pictogram "Mute" ver-
schijnt, is het geluid voor kanaal 1 gedempt met
behulp van de MUTE-toets op de afstandsbediening.
3. Kanaal 2 Alleen audio/Geluid uit — Audio: Alleen in een systeem met slechts één scherm: Het picto-
gram "Alleen audio" wordt getoond op kanaal 2
wanneer kanaal 1 in de videomodus staat. Mute
(afb. 113)
Weergave videoscherm informatiemodus
163
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
(geluid uit): als het pictogram "Mute" verschijnt, is
het geluid voor kanaal 2 gedempt met behulp van de
MUTE-toets op de afstandsbediening.
4. Modus kanaal 2 – Geeft de huidige bron voor kanaal 2 weer.
5. Actie van knop ENTER kanaal 2 – Als de knop ENTER op de afstandsbediening wordt ingedrukt
terwijl de toets "INPUT FILE #" (bestandnummer
invoeren) te zien is op het scherm, toont het
scherm een numeriek toetsenbord waarmee u een
specifiek muzieknummer op gegevens-cd's en een
harde schijf kunt invoeren (zie het hoofdstuk "Menu
numeriek toetsenbord" van deze handleiding). An-
dere actie van knop ENTER – "INPUT TRK #" om
een specifiek muzieknummer op audio-cd's in te
voeren.
6. Afstandsbediening vergrendeld — Als het picto- gram verschijnt, is de werking van de afstandsbedie-
ning uitgeschakeld.
7. Klok — Toont de tijd.
8. Gedeelde status kanaal 1 – Als dit pictogram ver- schijnt, is het geluid voor kanaal 1 ook te horen op
de radio en door de luidsprekers van de auto.
Menu Selecteren modus (afb. 114)
De eerste druk op de MODE-toets toont het menu
Selecteren modus op het scherm (afbeelding 114). De
huidige modus is altijd de standaardkeuze. De modus
kan met behulp van de afstandsbediening worden ge-
wijzigd in kanaal/scherm 1 of kanaal/scherm 2. Met de navigatietoetsen (
▴,▾ ,▸ ,◂ ) van de afstandsbe-
diening navigeert u door de beschikbare modi en drukt
u vervolgens op de ENTER-toets van de afstandsbedie-
ning om de modus te selecteren. Er is ook een andere
manier om de modus te wijzigen: druk meermaals op
de MODE-toets tot de gewenste modus wordt aange-
geven en druk vervolgens op de ENTER-toets van de
afstandsbediening om de modus te selecteren.
Als in een systeem met één scherm een videomodus
(bijv. DVD-video, Aux-video etc.) actief is en kanaal/
scherm 1 wordt geselecteerd met de keuzeschakelaar
van de afstandsbediening, wordt het menu Selecteren
modus weergegeven wanneer de eerste keer op de
knop MODE van de afstandsbediening wordt gedrukt.
(afb. 114) Menu selecteren modus
164
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Menu met numeriek toetsenbord (afb. 115)
Als het weergavevenster voor hetzij kanaal 1 of kanaal
2 een directe actie-toets toont, activeert de ENTER-
toets van de afstandsbediening een menu met een
Numeriek toetsenbord (zoals te zien in afbeelding 115
"Kanaal 1"). In dit scherm kunt u eenvoudig een be-
paalde radiofrequentie, satellietzender of nummer in-
voeren. Het gewenste cijfer invoeren:
1. Druk op de navigatietoetsen (▴, ▾, ▸, ◂) van de
afstandsbediening naar het gewenste cijfer te stu-
ren.
2. Als het cijfer wordt gemarkeerd, drukt u op de ENTER-toets van de afstandsbediening om het cij-
fer te selecteren. Herhaal deze stappen tot u alle
cijfers heeft ingevoerd. 3. Om het laatste cijfer te wissen navigeert u naar de
toets Del (wistoets) en drukt u op de ENTER-toets
van de afstandsbediening.
4. Nadat alle cijfers zijn ingevoerd, navigeert u naar de toets Go en drukt u op de ENTER-toets van de
afstandsbediening.
Menu voor disks (afb. 116)
Bij het beluisteren van cd's of databestanden op cd
verschijnt er een lijst met alle commando's die betrek-
king hebben op het afspelen van de cd wanneer u op de
toets MENU van de afstandsbediening drukt. Met de
verschillende opties kunt u het scannen of in willekeu-
rige volgorde afspelen van de cd aan- of uitzetten.(afb. 115) Menu numeriek toetsenbord
(afb. 116) Diskmenu voor cd's
165
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Beeldinstellingen (afb. 117)
Wanneer u een videobron (dvd-video met disk in
afspeelmodus, Aux-video, enz.) bekijkt, activeert u het
menu Display Settings (Beeldinstellingen) door op de
toets SETUP van de afstandsbediening te drukken.
Deze instellingen bepalen de weergave van het beeld
op het scherm. De fabrieksinstellingen zijn bedoeld
voor optimale weergave,waardoor het onder normale
omstandigheden niet nodig is deze instellingen te wij-zigen.
Om de instellingen te wijzigen drukt u op de navigatie-
toetsen van de afstandsbediening (▴,▾ ) om een optie te
selecteren en drukt u vervolgens op de navigatietoet-
sen van de afstandsbediening ( ▸,◂ ) om de waarde van
de geselecteerde optie te wijzigen. Om alle standaard-
waarden van de instellingen te herstellen, kiest u de menuoptie Default Settings (Standaardinstellingen) en
drukt u op de ENTER-toets van de afstandsbediening.
De diskfuncties regelen de instellingen van de externe
dvd-speler (voor bepaalde uitvoeringen/markten) voor
de dvd die in de externe speler wordt bekeken.
Luisteren naar audio met gesloten scherm
Alleen luisteren naar het audiodeel van het kanaal, met
het scherm gesloten:
Stel het geluid in op de gewenste bron en het ge-
wenste kanaal.
Sluit het beeldscherm.
Om de huidige audiomodus te wijzigen drukt u op de toets MODUS van de afstandsbediening. Hierdoor
wordt automatisch de volgende beschikbare audio-
modus geselecteerd zonder het menu Mode Select
(Modus kiezen) te gebruiken.
Als het scherm weer wordt geopend, gaat het beeld- scherm automatisch aan en wordt het juiste scherm-
menu of medium weergegeven.
Als het scherm is gesloten en u geen geluid hoort,
controleer dan of hoofdtelefoon is ingeschakeld (het
lampje ON brandt) en de keuzeschakelaar van de
hoofdtelefoon op het gewenste kanaal staat. Wanneer
de hoofdtelefoon is ingeschakeld, druk dan op de aan/
uit-toets van de afstandsbediening om het geluid in te
schakelen. Indien u nog steeds niets hoort, controleer
dan of de batterijen in de hoofdtelefoons niet leeg zijn.(afb. 117) Weergave videoscherminstellingen
166
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Waarom verandert de modus van het scherm
automatisch?
Om de bediening van het VES™ zo eenvoudig mogelijk
te houden en de bestuurder zo weinig mogelijk af te
leiden, zijn er bepaalde momenten waarop het scherm
(de schermen) automatisch overschakelt (overschake-
len) naar de dvd-modus. Dit gebeurt wanneer:
er een disk in de dvd-speler (indien aanwezig) wordtgeplaatst
de knop PLAY op het front van de dvd-speler wordt ingedrukt nadat de stop- of pauze-toets is ingedrukt,
of bij
AM/FM-selectie via radio.
Indien de auto geen aparte dvd-speler heeft, schakelt
(schakelen) het scherm (de schermen) in de volgende
gevallen automatisch over naar de diskmodus van de
radio.
Een disk plaatsen in de radio-cd/dvd-speler
AM/FM-selectie via radio
AUX-aansluitingen
Voor elk beeldscherm is er een hulpingang (Aux-
aansluiting) die men kan gebruiken om meegebrachte
geluids- of beeldapparatuur op het VES™ aan te slui-
ten. Apparaten die op de Aux-ingangen kunnen wor-
den aangesloten, zijn bijv. draagbare muziekspelers,
videocamera's, videorecorders, spelcomputers en an-
dere apparaten met audio en/of video-uitgangen. De
Aux-aansluitingen bevinden zich normaal op de achter- kant van de middenconsole of in één van de zijpanelen
achter in de auto.
Als een extern apparaat op de AUX-
ingang wordt aangesloten, dient u re-
kening te houden met de standaard
kleurencode voor de aansluitingen
van VES™:
1. Video in (geel)
2. Linker audio in (wit)
3. Rechter audio in (rood)
Ingangen voor audio- en video-apparatuur
(AUX) gebruiken
Doe het scherm omlaag en druk vervolgens op de knop POWER van de afstandsbediening om het
scherm in te schakelen.
Steek de geluids- en/of video-uitgangen van het ex- terne apparaat met het volume op hard, in de ingang
voor randapparatuur (AUX) (let erop dat u de kleu-
rencodes correct gebruikt: video is geel, linker audio
is wit en rechter audio is rood). Navigeer vervolgens
naar de modus VES AUX1 of VES AUX2 in het
scherm Selecteren modus.
Om de AUX-modus te verlaten, gebruikt u de knop MODE op de afstandsbediening. (Raadpleeg de in-
structies in hoofdstuk "Menu Selecteren modus" van
deze handleiding.)
167UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
BEDIENING iPod®/USB/MP3 (voor
bepaalde uitvoeringen/markten)
Deze voorziening maakt het mogelijk een iPod
®
of
extern USB-apparaat aan te sluiten op de USB-poort.
iPod
®
regeling is compatibel met mini-, 4G-, foto-,
nano-, 5G-, iPod
®
en iPhone
®
apparaten. Sommige
versies van de iPod
®software zijn mogelijk niet volle-
dig compatibel met de iPod
®functies. Ga in dat geval
naar de website van Apple om de recentste software-
versies te downloaden.
Raadpleeg voor meer informatie de Uconnect Touch™ handleiding. ONDERHOUD VAN CD/DVD- SCHIJFJES
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om uw cd's
en dvd's in goede conditie te houden:
1. Houd de cd aan de rand vast en zorg dat u het
oppervlak niet aanraakt.
2. Als er vlekken op de cd zijn, moet u het oppervlak met een zachte doek schoonmaken en vegen van
het midden naar de richting van de rand.
3. Geen papier of plakband op de cd aanbrengen; krassen van de cd vermijden.
4. Gebruik geen oplosmiddelen, zoals benzine, terpen- tijn, schoonmaakmiddelen of antistatische sprays.
5. Bewaar de cd in de houder na het afspelen.
6. De cd niet aan direct zonlicht blootstellen.
7. De cd niet bewaren op een plaats waar het te heet kan worden.
OPMERKING: Als u op problemen stuit bij het
afspelen van een bepaalde disc, kan er sprake zijn van
een beschadiging (bijvoorbeeld krassen, gedeeltelijke
verwijdering van de reflecterende laag, een haar, vocht
of dauw op de disc). De disc kan echter ook te groot
zijn of een beveiligingscode hebben. Probeer eerst een
goede disc af te spelen, voordat u de cd-speler ter
reparatie aanbiedt.
168
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD