WERKING MET AANHANGER
De werking van de sensoren wordt automatisch
uitgeschakeld zodra de elektrische stekker van de
aanhanger in het stopcontact van de trekhaak
van de auto wordt gestoken. De sensoren worden
automatisch ingeschakeld zodra de stekker van de
aanhangerkabel verwijderd wordt.
BELANGRIJK Als de trekhaak gemonteerd moet
blijven, ook als er geen aanhanger is, wordt
geadviseerd zich tot het Lancia Servicenetwerk te
wenden om het systeem te laten bijwerken,
aangezien de trekhaak door de middelste sensoren
als een obstakel gedetecteerd kan worden.
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN
Let tijdens parkeermanoeuvres in bijzondere mate
op obstakels die zich boven of onder de sensoren
kunnen bevinden.
Onder bepaalde omstandigheden kunnen
voorwerpen voor of achter de auto niet
gedetecteerd worden en kunnen zo schade aan de
auto veroorzaken of zelf beschadigd raken.
De volgende omstandigheden kunnen de werking
van de parkeersensoren beïnvloeden:
❒Verminderde gevoeligheid van de sensoren en
afname van de prestaties van het systeem
kunnen te wijten zijn aan de aanwezigheid van
ijs, sneeuw, modder, dikke verf op de sensoren.❒De sensoren kunnen een onbestaand voorwerp
(echogeluid) wegens mechanische geluiden
detecteren, bijvoorbeeld tijdens het wassen van
de auto, in geval van regen, sterke wind, hagel.
❒De door de sensoren verzonden signalen kunnen
ook gewijzigd worden door ultrasoonsystemen
(bijv. pneumatisch remsysteem of pneumatische
hamers) in de buurt van de auto.
❒De prestaties van het parkeerhulpsysteem
kunnen ook beïnvloed worden door de positie
van de sensoren. Als bijvoorbeeld de geometrie
gewijzigd wordt (door slijtage van de
schokdempers, wielophanging) of de banden
verwisseld worden, de auto te veel beladen is, of
speciale afstellingen worden uitgevoerd die de
auto lager zetten.
❒De detectie van obstakels in het hoge gedeelte
van de auto kan niet gegarandeerd zijn,
aangezien het systeem obstakels detecteert die
de auto in het lage gedeelte kunnen raken.
109WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
BELANGRIJK
De veiligheidsgordel midden achterin
is van een servicegesp voorzienfig.
92. Gebruik de veiligheidsgordel niet zonder
vastgemaakte servicegesp. In dat geval is
bestaat er bij een ongeval een hoog risico op
letsel of dood. Controleer altijd, alvorens
de riem te gebruiken, of de servicegesp
correct bevestigd is.
S.B.R. SYSTEEM (Seat Belt Reminder)Dit systeem bestaat uit een waarschuwingszoemer
die samen met het
knipperende lampje op het
instrumentenpaneel de bestuurder en de passagier
voorin waarschuwt wanneer hun veiligheidsgordel
niet is omgelegd.
Bij sommige versies is ook een paneel met een
waarschuwingszoemer en knipperende lampjes
(ter vervanging voor het lampje op het
instrumentenpaneel) boven de achteruitkijkspiegel
voorzien fig. 93 dat de passagiers voorin en
achterin waarschuwt wanneer hun
veiligheidsgordel niet is omgelegd.
Voor het permanent uitschakelen van dit systeem,
neem contact op met het Lancia Servicenetwerk.
Het SBR-systeem kan alleen via het Setup menu
van het display opnieuw worden ingeschakeld (zie
de paragraaf “Ken uw auto”).
De lampjes kunnen rood of groen en werken als
volgt:
❒1 = linker voorstoel (toestand bestuurder voor
versies met stuur links);
❒2 = links op de achterbank (passagier);
❒3 = rechts op de achterbank (passagier);
❒4 = rechter voorstoel (toestand passagier voor
versies met stuur links).
fig. 92
L0F0260
118WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
GORDELSPANNERSDe veiligheidsgordels voor zijn voorzien van
gordelspanners die bij een heftige frontale botsing
de gordel enige centimeters aantrekt. Op die
manier worden de inzittenden veel beter op hun
plaats gehouden en wordt de voorwaartse
beweging ingeperkt. Wanneer de gordelspanners
hebben gewerkt; rolt de gordel niet meer op.
De auto is ook uitgerust met een tweede
gordelspanner (nabij de dorpellijst). Wanneer die
wordt ingeschakeld, wordt de metalen kabel
verkort. Tijdens de werking van de gordelspanner
kan er een wat rook ontsnappen. Deze rook is
niet schadelijk en duidt niet op brandgevaar.
BELANGRIJK Voor een maximale bescherming
vanwege de gordelspanners moet de
veiligheidsgordel zo worden omgelegd dat hij goed
op borst en bekken aansluit.
De gordelspanner behoeft geen onderhoud of
smering: elke verandering van de oorspronkelijke
conditie zal de werking ervan benadelen. Als de
gordelspanner door extreme natuurlijke
gebeurtenissen (bijv. overstromingen, vloedgolven
enz.) met water en modder in contact is geweest,
dan moet hij worden vervangen.
BELANGRIJK
De gordelspanner is voor éénmalig
gebruik bestemd. Na gebruik dient
men zich te wenden tot het Lancia
Servicenetwerk om de gordelspanners te
laten vervangen. De geldigheid van het
systeem is aangegeven op een plaatje dat
zich op de metalen portierrand bevindt.
Laat het systeem door het Lancia
Servicenetwerk vervangen voordat deze
termijn is verstreken.Werkzaamheden waarbij stoten,
trillingen of plaatselijke verhittingen
(maximum 100°C gedurende ten
hoogste 6 uur) vrijkomen, kunnen de
gordelspanners beschadigen of doen
activeren. Onder deze omstandigheden
behoren niet trillingen die voortgebracht
worden door een slecht wegdek of door
contact met kleine obstakels zoals
trottoirbanden. Wendt u zich hiervoor steeds
tot het Lancia Servicenetwerk
KRACHTBEGRENZERS
Voor een nog betere bescherming van de
inzittenden bij een ongeval, zijn de
oprolautomaten van de gordels voor voorzien van
een krachtbegrenzer die bij een frontale aanrijding
de piekbelasting op de borst en schouders
beperken.
121WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN VOOR HET
GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS
De bestuurder moet zich aan alle plaatselijke
wettelijke voorschriften met betrekking tot de
verplichting en de manier waarop de gordel wordt
gebruikt houden en moet ook de inzittenden
deze voorschriften doen naleven. Leg de
veiligheidsgordel altijd om alvorens weg te rijden.
Ook zwangere vrouwen moeten de
veiligheidsgordel omleggen: voor zwangere
vrouwen en het ongeboren kind wordt het risico
op verwondingen bij een ongeval fors ingeperkt als
de gordel wordt gedragen. Natuurlijk moeten
zwangere vrouwen wel het onderste deel van de
gordel lager omleggen, zodat de gordel over het
bekken en onder de buik komt (zie fig. 94).
BELANGRIJK
Voor een maximale veiligheid moet
de rugleuning rechtop gezet worden,
moet men goed tegen de rugleuning
aanzitten en moet de gordel goed aansluiten
op de borst en het bekken. Draag altijd
veiligheidsgordels, zowel voor- als achterin!
Rijden zonder veiligheidsgordels doet bij
ongeval het risico op ernstige verwondingen
toenemen en kan zelfs de dood tot gevolg
hebben.
BELANGRIJK
Het is ten strengste verboden
onderdelen van de veiligheidsgordel
of gordelspanner te demonteren of aan te
passen. Werkzaamheden aan deze
onderdelen moeten worden uitgevoerd door
gekwalificeerd en erkend personeel. Wendt
u altijd tot het Lancia Servicenetwerk.
fig. 94
L0F0010
122WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Als de airbag geactiveerd wordt, ontsnapt een
kleine hoeveelheid poeder: dit poeder is niet
schadelijk en duidt niet op het begin van een
brand. Dit poeder kan echter de huid en ogen
irriteren: was ze in dit geval met neutrale zeep en
water.
De controle, reparatie en vervanging van de
airbags moeten door het Lancia Servicenetwerk
worden uitgevoerd.
Als de auto wordt gesloopt, moet men het
airbagsysteem onwerkzaam laten maken door het
Lancia Servicenetwerk.
Gordelspanners en airbags worden op
verschillende manieren geactiveerd, afhankelijk
van het type botsing. Als een of meerdere van deze
voorzieningen niet in werking treden, dan duidt
dat niet op een storing in het systeem.
BELANGRIJK
Als bij het draaien van de
contactsleutel naar de stand MAR, het
lampje
niet gaat branden of tijdens het
rijden blijft branden, dan is er mogelijk een
storing in de veiligheidssystemen. In dat
geval kunnen de airbags of gordelspanners
niet geactiveerd worden bij een botsing of, in
een zeer beperkt aantal gevallen, per
ongeluk geactiveerd worden. Laat het
systeem controleren door het Lancia
Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
BELANGRIJK
Voor bepaalde versies/markten gaat
bij een storing van het
waarschuwingslampje, hetwaarschuwingslampje branden en wordt
de explosieve lading van de passagiersairbag
uitgeschakeld.
BELANGRIJK
Bedek bij auto's met zijairbags de
rugleuning van de voorstoelen niet
met extra hoezen.
BELANGRIJK
Reis niet met voorwerpen op schoot
of voor de borst en houd niets in
de mond (pijp, pen, etc.). Dit kan ernstig
letsel veroorzaken als de airbag in werking
treedt.
137WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
BELANGRIJK
De vervaldata van de explosieve
lading en de klokveer staan vermeld
op een specifiek etiket in het
dashboardkastje. Neem contact op met het
Lancia Servicenetwerk om ze te laten
vervangen wanneer de vervaldatum nadert.
BELANGRIJK
Laat bij diefstal of poging tot diefstal,
vandalisme of overstromingen het
airbagsysteem door het Lancia
Servicenetwerk controleren.
BELANGRIJK
Als de contactsleutel in stand MAR
staat of wanneer de motor is uitgezet,
kunnen de airbags ook geactiveerd worden
als de auto door een andere auto wordt
aangereden. Om die reden mogen kinderen
nooit op de voorstoel worden geplaatst,
ook als de auto stilstaat. Als de sleutel echter
in de stand STOP staat, wordt bij een
ongeval geen enkel veiligheidssysteem
(airbag of gordelspanners) geactiveerd. In
dat geval duidt de niet-activering niet op een
storing van het systeem.
BELANGRIJK
Wanneer de contactsleutel naar de
stand MAR wordt gedraaid, gaat het
waarschuwingslampje
(bij actieve
frontairbag aan passagierszijde) enkele
seconden branden, om eraan te herinneren
dat de passagiersairbag bij een botsing
geactiveerd wordt. Hierna moet het lampje
doven.
BELANGRIJK
Het
waarschuwingslampje
knippert om te wijzen op
een
storing van het lampje. In dit geval worden
de explosieve ladingen van de
passagiersairbag gedeactiveerd (voor
bepaalde versies/markten).
BELANGRIJK
De activeringsdrempel van de airbag
is hoger dan die van de
gordelspanners. Bij aanrijdingen die tussen
deze twee drempelwaarden liggen, treden
alleen de gordelspanners in werking.
138WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
STARTEN EN RIJDEN
DE MOTOR STARTENSTARTPROCEDURE VOOR
BENZINEVERSIES
Ga als volgt te werk:
❒trek de handrem aan en zet de versnellingsbak
in de vrijstand;
❒trap het koppelingspedaal volledig in zonder het
gaspedaal aan te raken;
❒draai de contactsleutel naar AVV en laat deze
los zodra de motor start.
Als de motor niet bij de eerste poging start, draai
dan de contactsleutel naar de stand STOP
alvorens de procedure te herhalen.
Als, met de contactsleutel in de stand MAR, het
waarschuwingslampje
op het
instrumentenpaneel samen met het
waarschuwingslampjeblijft branden, draai
dan de sleutel naar STOP en weer terug naar
MAR; als het waarschuwingslampje blijft branden,
probeer dan met de andere sleutels die bij de
auto zijn geleverd.
Neem contact op met het Lancia Servicenetwerk
als de motor nog steeds niet gestart kan worden.
Laat de contactsleutel nooit in de MAR stand
bij afgezette motor.STARTPROCEDURE VOOR DIESELVERSIES
Ga als volgt te werk:
❒trek de handrem aan en zet de versnellingsbak
in de vrijstand;
❒draai de contactsleutel naar MAR: de
waarschuwingslampjes
en
op het
instrumentenpaneel gaan branden;
❒wacht tot de waarschuwingslampjes
en
doven;
❒trap het koppelingspedaal volledig in zonder het
gaspedaal aan te raken;
❒draai de contactsleutel naar AVV zodra het
waarschuwingslampje
dooft. Als te lang
wordt gewacht, is het werk van de
voorgloeibougies tevergeefs. Laat de sleutel los
zodra de motor start.
BELANGRIJK Bij koude motor moet het
gaspedaal volledig zijn opgekomen wanneer de
contactsleutel naar de stand AVV wordt gedraaid.
Als de motor niet bij de eerste poging start, draai
dan de contactsleutel naar de stand STOP
alvorens de procedure te herhalen.
140WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Als, met de contactsleutel in de stand MAR, het
waarschuwingslampje
blijft branden, draai dan
de sleutel naar STOP en weer terug naar MAR;
als het waarschuwingslampje blijft branden,
probeer dan met de andere sleutels die bij de auto
zijn geleverd.
Neem contact op met het Lancia Servicenetwerk
als de motor nog steeds niet gestart kan worden.
Als het waarschuwingslampje
na
het starten of na langdurig
"aanzwengelen" 60 seconden knippert,
duidt dit op een defect van de gloeibougies.
Als de motor start kan de auto zoals
gewoonlijk gebruikt worden, maar moet zo
snel mogelijk contact worden opgenomen met
het Lancia Servicenetwerk.
BELANGRIJK
Het is gevaarlijk om de motor in
afgesloten ruimten te laten draaien.
De motor verbruikt zuurstof en produceert
kooldioxide, koolmonoxide en andere giftige
gassen.
BELANGRIJK
Onthoud dat de rembekrachtiging en
de elektrische stuurbekrachtiging
niet werken zolang de motor niet is gestart;
om die reden is meer kracht benodigd voor
de bediening van het rempedaal en het
stuur.Wij adviseren om gedurende de
beginperiode niet de maximale
prestaties van de auto te eisen (bijv.
snel accelereren, lange afstanden op
topsnelheid, krachtig remmen etc.).Laat de contactsleutel nooit in de stand
MAR staan als de motor is afgezet,
zodat de accu niet onnodig wordt
ontladen.
141WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER