Page 17 of 138
Instrumentenpaneel
1Snelheidsaanduiding
2Controlelampen (20)
3Toerenteller
4Bediening klok (29)
5Klok
6Bediening van de kilome-terteller (30)
7Kilometerteller
2
15
zOverzichten
Page 18 of 138
Stuurhendel, links
1Lichtsignaal
2Grootlicht (31)
3Claxon
4Knipperlichtschakelaar(31)
2
16
zOverzichten
Page 19 of 138
Stuurhendel, rechts
1Noodstopschakelaar(32)
2Handvatverwarming(33)
3Startknop (44)
2
17
zOverzichten
Page 20 of 138
Stuurarmatuur midden
1Bediening van het ABS(33)
2Waarschuwingsknipper-lichtinstallatie (31)
2
18
zOverzichten
Page 21 of 138
Aanduidingen
Aanduidingen
Aanduidingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Standaard waarschuwingen . . . . . . . . . 20
ABS-waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . 23
3
19
zAanduidingen
Page 22 of 138
Aanduidingen
Controlelampen
1Richtingaanwijzers
2Grootlicht
3Stationair
Standaard
waarschuwingen
Weergave
Waarschuwingen worden door dewaarschuwingslampen1weerge-geven.
Een overzicht van de mogelijkewaarschuwingen vindt u op devolgende pagina.
3
20
zAanduidingen
Page 23 of 138
Waarschuwingsindicatieoverzicht
Waarschuwingslamp Aanduidingen op het
display
Betekenis
BrandtBenzinereserve bereikt (22)
BrandtMotoroliedruk te laag (22)
BrandtKoelvloeistoftemperatuur te hoog.(22)
3
21
zAanduidingen
Page 24 of 138

Benzinereserve bereikt
Waarschuwingslamp benzi-nereserve brandt.
Benzinegebrek kan tot eenoverslaande verbranding enhet onverwacht afslaan van demotor leiden. Een overslaandeverbranding kan de katalysatorbeschadigen, het onverwacht af-slaan van de motor kan ongeval-len veroorzaken.
De benzinetank niet leegrijden.
Mogelijke oorzaak:
In de benzinetank bevindt tenhoogste nog de reservevoorraadbenzine.
Reservehoeveelheid
Circa 4 l
Tanken (49).
Motoroliedruk te laag
Waarschuwingslamp motor-oliedruk brandt.
De druk in het smeeroliecircuit iste laag. Als de waarschuwings-lamp gaat branden direct stop-pen en de motor uitzetten.
De waarschuwing onvol-doende motoroliedruk heeftniet de functie van een oliepeil-controle. Het correcte motorolie-peil kan alleen via de oliepeilstaafworden gecontroleerd.
Mogelijke oorzaak:
Te laag motoroliepeil.
Motoroliepeil controleren(66).
Bij een te laag oliepeil:
Motorolie bijvullen (68).
Mogelijke oorzaak:
Bij correct motoroliepeil:
Rijden met onvoldoendemotoroliedruk kan tot mo-torschade leiden.
Niet verder rijden.
Storingen zo snel mogelijk dooreen specialist laten verhelpen,bij voorkeur een BMW Motor-rad dealer.
Koelvloeistoftemperatuur
te hoog.
Waarschuwingslamp koel-vloeistoftemperatuur brandt.
Verder rijden met een over-verhitte motor kan schadeaan de motor veroorzaken.
Beslist de hieronder vermeldepunten in acht nemen.
Mogelijke oorzaak:
Koelvloeistofpeil te laag
Koelvloeistofpeil controleren(72).
Als het koelvloeistofpeil te laag is:
3
22
zAanduidingen