Page 1 of 80
49D-F8199-D0
CS50 / CS50M / CS50Z
HANDLEIDING
Lees deze handleiding aandachtig
door voordat u deze machine
gaat gebruiken.
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 1
Page 2 of 80
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken. Deze handleiding dient
bij de machine te blijven als deze wordt verkocht.
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 2
Page 3 of 80

DAU10112
Welkom in de wereld van Yamaha!
Als eigenaar van de
CS50 / CS50M / CS50Zprofiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied
van het ontwerpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verwor-
ven.
Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw
CS50 /
CS50M / CS50Z
. De Gebruikershandleiding geeft instructies voor de bediening, inspectie en het onderhoud van de scooter, en
beschrijft hoe u uzelf en anderen kunt beschermen tegen persoonlijk letsel of schade.
De vele tips in deze handleiding helpen u bovendien om uw scooter in optimale conditie te houden. Als er ten slotte toch nog vra-
gen zijn, aarzel dan niet en neem contact op met de Yamaha dealer.
Het Yamaha team wenst u veilig en plezierig rijden toe. En vergeet niet, veiligheid voor alles!
Yamaha werkt voortdurend aan verbeteringen ten aanzien van productontwerp en kwaliteit. Om deze reden kan soms sprake zijn van
kleine tegenstrijdigheden tussen uw machine en de beschrijving ervan in deze handleiding, ook al bevat de handleiding de meest
recente productinformatie ten tijde van publicatie. Als u vragen hebt over deze handleiding, neem dan contact op met uw Yamaha
dealer.
DWA12411
sWAARSCHUWING
Lees deze handleiding aandachtig helemaal door voordat u deze scooter gaat gebruiken.
INLEIDING
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 3
Page 4 of 80
DAU10132
Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen:
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op
persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of
overlijden te voorkomen.
Een WAARSCHUWING duidt een gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, kan
resulteren in ernstig letsel of overlijden.
De aanduiding LET OP staat bij speciale voorzorgen die moeten worden genomen om scha-
de aan de machine of andere eigendommen te voorkomen.
De aanduiding OPMERKING staat bij belangrijke informatie die procedures kan vergemakkelijken
of verhelderen.
OPMERKING
LET OP
WAARSCHUWING
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 4
Page 5 of 80
DAUS1172
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
CS50 / CS50M / CS50Z
HANDLEIDING
©2008 door YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
1e uitgave, Augustus 2008
Alle rechten voorbehouden.
Elke vorm van herdruk
of onbevoegd gebruik
zonder schriftelijke toestemming van
YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
is uitdrukkelijk verboden.
Gedrukt in Spanje.
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 5
Page 6 of 80

VEILIGHEIDSINFORMATIE ................1-1
Andere aandachtspunten voor veilig
rijden ..............................................1-4
BESCHRIJVING ..................................2-1
Aanzicht linkerzijde ...........................2-1
Aanzicht rechterzijde ........................2-3
Bedieningen en instrumenten ...........2-5
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN
EN BEDIENINGEN ..............................3-1
Contactslot/stuurslot ........................3-1
Controle- en
waarschuwingslampjes .................3-2
Controlelampjes richtingaanwijzers .3-2
Controlelampje grootlicht ................3-2
Waarschuwingslampje olieniveau ....3-3
Snelheidsmeter .................................3-3
Multifunctioneel display ....................3-4
Stuurschakelaars ..............................3-6
Dimlichtschakelaar ..........................3-6
Richtingaanwijzerschakelaar ...........3-6
Claxonschakelaar ............................3-6
Startknop .........................................3-6
Voorremhendel ..................................3-6
Achterremhendel ..............................3-7
Tankdop en dop van het oliereservoir
voor 2-takt injectiesmering............3-7
Brandstof ..........................................3-8
Uitlaatkatalysator ..............................3-9
2-takt injectiesmering .....................3-10Kickstarter.......................................3-10
Rijderzadel ......................................3-11
Opbergcompartiment .....................3-11
Schokdemperunit afstellen .............3-12
Bagagehaak ....................................3-13
VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES
VOOR HET RIJDEN ............................4-1
Controlelijst voor gebruik..................4-2
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-
INFORMATIE .......................................5-1
Starten van een koude motor ...........5-1
Wegrijden ..........................................5-2
Sneller en langzamer rijden ..............5-2
Remmen ...........................................5-3
Tips voor een zuinig
brandstofverbruik ..........................5-3
Inrijperiode ........................................5-4
Parkeren............................................5-4
PERIODIEK ONDERHOUD EN
AFSTELLINGEN ..................................6-1
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema.......................6-2
Verwijderen en aanbrengen van de
stroomlijn- en framepanelen .........6-6
Bougie controleren ...........................6-7
Eindoverbrengingsolie ......................6-8
Koelvloeistof .....................................6-9
Luchtfilterelement ...........................6-10Afstellen van de carburateur ..........6-11
Speling van de gaskabel afstellen ..6-11
Banden ...........................................6-12
Gietwielen .......................................6-13
Vrije slag van voorremhendel
controleren ..................................6-14
Vrije slag van achterremhendel
afstellen .......................................6-14
Controleren van voorremblokken en
achterremschoenen.....................6-15
Controleren van
remvloeistofniveau ......................6-16
Remvloeistof verversen ..................6-17
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabel .................6-17
Smeren van voor- en
achterremhendels ........................6-17
Middenbok controleren en
smeren .........................................6-18
Voorvork controleren ......................6-19
Stuursysteem controleren...............6-19
Controleren van wiellagers .............6-20
Accu ................................................6-20
Zekering vervangen ........................6-21
Vervangen van de koplampgloeilamp
of gloeilamp van de voorste
richtingaanwijzer..........................6-22
INHOUDSOPGAVE
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 6
Page 7 of 80
Vervangen van gloeilamp voor
remlicht/achterlicht of van gloeilamp
voor achterste richtingaanwijzer .6-24
Gloeilamp in kentekenverlichting
vervangen ....................................6-25
Parkeerlichtgloeilamp vervangen....6-25
Problemen oplossen .......................6-26
Storingzoekschema’s......................6-27
VERZORGING EN STALLING VAN
DE SCOOTER .....................................7-1
Matkleur, let op .................................7-1
Verzorging .........................................7-1
Stalling ..............................................7-3
SPECIFICATIES...................................8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE ...............9-1
Identificatienummers ........................9-1
Sleutelnummer ..................................9-1
Voertuigidentificatienummer .............9-1
Modelinformatiesticker .....................9-2
INHOUDSOPGAVE
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 7
Page 8 of 80

DAUT1012
Wees een verantwoordelijke eigenaar
Als eigenaar van de machine bent u
verantwoordelijk voor de veilige en juiste
bediening ervan.
Scooters zijn tweewielige voertuigen.
Voor een veilig gebruik zijn de toepassing
van de juiste rijtechnieken en de ervaring
van de bestuurder van belang. Elke bes-
tuurder moet bekend zijn met de volgende
vereisten alvorens met deze scooter te
gaan rijden.
Hij of zij moet:
Door een competente informatiebron
grondig zijn ingelicht over alle aspec-
ten van scooterrijden.
Zich houden aan de waarschuwin-
gen en onderhoudseisen zoals ver-
meld in deze Gebruikershandleiding.
Grondig getraind zijn in veilige en
correcte rijtechnieken.
Gebruikmaken van professionele
technische service, zoals aangege-
ven in deze Gebruikershandleiding
en/of wanneer de mechanische con-
dities dit vereisen.
Veilig rijden
Voer vóór elke rit de controles voor het rij-
den uit om u ervan te verzekeren dat de
machine in veilige staat verkeert. Onvol-
doende inspectie of onderhoud van demachine vergroot het risico op ongeval of
schade. Zie pagina 4-1 voor een lijst met
controles voor het rijden.
Deze scooter is gebouwd voor het
vervoer van de bestuurder plus een
passagier.
OPMERKING
Hoewel deze scooter is gebouwd voor het
vervoeren van de bestuurder en een pas-
sagier, dient u altijd de lokale wet- en
regelgeving na te leven.
Het niet opmerken en herkennen van
scooters door andere weggebruikers
vormt de belangrijkste oorzaak van
auto-/scooterongevallen. Vaak wor-
den ongevallen veroorzaakt doordat
een autobestuurder de scooter niet
heeft gezien. Zorg dat u opvalt, dat
blijkt het meest effectief om het risico
op een dergelijk type ongeval te ver-
minderen.
Dus:
• Draag een jack in felle kleuren.
• Wees extra voorzichtig bij het
naderen en passeren van kruisin-
gen, daar doen ongelukken met
scooters zich namelijk het meest
voor.
• Ga daar rijden waar andere weg-
gebruikers u kunnen zien. Ga nietrijden in de dode zichthoek van
een andere weggebruiker.
Bij veel ongevallen zijn onervaren
bestuurders betrokken. Vaak waren
bij een ongeval betrokken bestuur-
ders zelfs niet in het bezit van een
geldig rijbewijs.
• Zorg dat u bekwaam bent om te
rijden en leen uw scooter alleen uit
aan ervaren scooterrijders.
• Weet wat u wel en niet aankunt.
Door rekening te houden met uw
beperkingen helpt u ongelukken
voorkomen.
• We raden aan om het scooterrij-
den te oefenen op plekken waar
geen verkeer is, totdat u grondig
bekend bent met de scooter en
zijn bediening.
Ongelukken worden vaak veroorza-
akt door een fout van de scooterbes-
tuurder. Veel bestuurders houden bij
het ingaan van een bocht een te
hoge rijsnelheid aan of gaan onvol-
doende schuinliggen voor de rijsnel-
heid, waardoor ze wijd uit de bocht
komen.
• Neem altijd de maximumsnelheid
in acht en rijd nooit sneller dan de
wegcondities en het verkeer toes-
taan.
1
VEILIGHEIDSINFORMATIE
1-1
49D-F8199-D0 12/1/09 06:57 Página 8