!
i
97
ZICHT
BOCHTVERLICHTING
Als het dimlicht of grootlicht is inge-
schakeld, zorgt deze functie ervoor dat
de lichtbundels de wegberm beter ver-
lichten in bochten.
Deze functie, die uitsluitend in combinatie
met xenonlampen wordt geleverd, wordt
i n g e s c h a k e l d b i j e e n s n e l h e i d v a n a f o n g e -
veer 20 km/h en zorgt voor een aanzien-
l i j k e v e r b e t e r i n g v a n h e t z i c h t i n b o c h t e n .
met bochtverlichting
zonder bochtverlichting Configuratie
Storing
Deze functie kan worden
geactiveerd of gedeacti-
v e e r d v i a h e t c o n fi g u r a t i e -
menu van het multifunctio-
nele display.
In het geval van een storing
knippert dit pictogram op het
display in combinatie met een
melding op het multifunctionele
display.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk.
AUTOMATISCHE VERSTELLING VAN DE KOPLAMPEN MET XENONVERLICHTING
Raak de xenonlampen niet aan.
Raadpleeg het PEUGEOT-net-
werk.
Om verblinding van andere weggebrui-
kers te voorkomen corrigeert dit sy-
s t e e m b i j s t i l s t a a n d e a u t o a u t o m a t i s c h
de hoogte van de lichtbundel van de
x e n o n l a m p e n , a f h a n k e l i j k v a n d e b e l a -
ding van de auto.
In het geval van een storing ver-
s c h i j n t d i t p i c t o g r a m e n / o f h e t
pictogram service op het instru-
mentenpaneel, in combinatie
met een geluidssignaal en een melding
op het multifunctionele display.
Het systeem zet in dat geval de koplam-
pen in de lage stand. A l s d e a u t o s t i l s t a a t , s t a p v o e t s r i j d t
of in de achteruitversnelling staat,
is deze functie uitgeschakeld.
D e s t a t u s v a n d e f u n c t i e b l i j f t n a
het afzetten van het contact in het
geheugen opgeslagen.
98
ZICHT
RUITENWISSERSCHAKELAAR
Met behulp van de ruitenwisserscha-
kelaar kunt u de ruitenwissers voor en
achter inschakelen om regen en vuil
van de ruit te wissen.
De ruitenwissers voor en achter zor-
gen voor een optimaal zicht voor de
bestuurder, ongeacht de weersomstan-
digheden. Handmatige functies
De ruitenwisserschakelaar bestaat uit
de hendel
A en de ring B .
Uitvoering met intervalstand
Uitvoering met automatische ruitenwissers hoge snelheid (hevige
neerslag),
normale snelheid (matige
regenval),
interval (wissnelheid aangepast
aan de wagensnelheid),
automatisch, vervolgens
één keer wissen (zie vol-
g e n d e b l a d z i j d e ) .
uit,
één keer wissen (duw de
hendel omlaag),
Instellen
A f h a n k e l i j k v a n d e u i t v o e r i n g z i j n d e
volgende automatische functies van de
r u i t e n w i s s e r s m o g e l i j k :
- automatische werking van de ruiten-
wissers vóór,
- automatisch inschakelen van de rui- t e n w i s s e r a c h t e r b i j h e t i n s c h a k e l e n
van de achteruitversnelling. Ruitenwissers vóór
A. selecteer de wissnelheid met de
hendel:
of