Page 1 of 56
5RW-F819D-D3
CS50Z
CS50
INSTRUCTIEBOEKJE
5RW-F8199-D3.qxd 14/09/2005 17:35 Página 1
Page 2 of 56
5RW-F8199-D3.qxd 08/09/2005 18:11 Página 2
Page 3 of 56
DAU10110
Welkom in de wereld van Yamaha rijders!
Als eigenaar van de CS50Z/CS50 profiteert u van Yamaha’s ervaring en technische kennis in het ontwerpen en fabrice-
ren van producten van topkwaliteit, waarmee Yamaha haar verdiende reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven.
Neem rustig de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, zodat u plezier zult hebben van alle functies van uw
CS50Z/CS50. Deze gebruikershandleiding geeft instructies over bediening, inspectie en onderhoud van de scooter, ter-
wijl ook wordt beschreven hoe u uzelf en anderen persoonlijk letsel en schade kunt besparen.
De vele tips in deze handleiding helpen u bovendien om uw scooter in optimale conditie te houden. Als er tenslotte toch
nog vragen zijn, aarzel dan niet en neem contact op met de Yamaha dealer.
Het Yamaha team wenst u veilig en plezierig rijden toe. En vergeet niet, veiligheid voor alles!
INLEIDING
5RW-F8199-D3.qxd 08/09/2005 18:11 Página 3
Page 4 of 56

DAU34110
Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen:
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
LET OP De aanduiding LET OP geeft aan dat er speciale voorzorgsmaatregelen moeten
worden getroffen om schade aan de scooter te voorkomen.
OPMERKING:De aanduiding OPMERKING staat bij belangrijke informatie die procedures kan verge-
makkelijken of verhelderen.
OPMERKING:
Deze handleiding moet worden gezien als een permanent onderdeel van deze scooter en moet altijd bij de scooter
blijven, ook als deze later wordt verkocht.
Yamaha werkt voortdurend aan verbeteringen ten aanzien van productontwerp en kwaliteit. Om deze reden kan er
soms sprake zijn van kleine verschillen tussen uw scooter en de beschrijving ervan in deze handleiding, ook al
bevat de handleiding de meest recente productinformatie ten tijde van publicatie. Als u vragen heeft over deze
handleiding, neem dan contact op met uw Yamaha dealer.
DWA12410
s s
WAARSCHUWING
LEES DEZE HANDLEIDING AANDACHTIG HELEMAAL DOOR VOORDAT U DEZE SCOOTER GAAT GEBRUIKEN.
s s
WAARSCHUWINGWanneer de instructies vermeld in een WAARSCHUWING niet worden opgevolgd,
kan dit leiden tot ernstig of zelfs dodelijk letsel voor de bestuurder, omstanders of
degene die de scooter inspecteert of repareert.
Het Safety Alert symbool betekent ATTENTIE! LET OP! HET GAAT OM UW VEILIG-
HEID!t
5RW-F8199-D3.qxd 08/09/2005 18:11 Página 4
Page 5 of 56
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING
DAUS1171
CS50Z/CS50
HANDLEIDING
©2005 door YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
1e uitgave, September 2005
Alle rechten voorbehouden.
Elke vorm van herdruk of onbevoegd gebruik
zonder schriftelijke toestemming van
YAMAHA MOTOR ESPAÑA S.A.
is uitdrukkelijk verboden.
Gedrukt in Spanje.
5RW-F8199-D3.qxd 08/09/2005 18:11 Página 5
Page 6 of 56
5RW-F8199-D3.qxd 08/09/2005 18:11 Página 6
Page 7 of 56

VEILIGHEIDSINFORMATIE................1-1
BESCHRIJVING..................................2-1
Aanzicht linkerzijde ...........................2-1
Aanzicht rechterzijde ........................2-2
Bedieningen en instrumenten ...........2-3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN
BEDIENINGEN....................................3-1
Contactslot/stuurslot ........................3-1
Controlelampjes ................................3-1
Snelheidsmeterunit ...........................3-2
Brandstofniveaumeter ......................3-3
Klok ...................................................3-3
Stuurschakelaars ..............................3-3
Voorremhendel ..................................3-4
Achterremhendel ..............................3-4
Tankdop en dop van het oliereservoir
voor 2-takt injectiesmering............3-4
Brandstof ..........................................3-5
2-takt injectiesmering .......................3-5
Kickstarter.........................................3-6
Zadel .................................................3-6
Opbergcompatiment.........................3-6
CONTROLES VOOR HET STARTEN.4-1
Controlelijst voor gebruik..................4-2
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-
INFORMATIE.......................................5-1
Starten van een koude motor ...........5-1Wegrijden ..........................................5-1
Sneller en langzamer rijden ..............5-2
Remmen ...........................................5-2
Inrijperiode ........................................5-2
Parkeren............................................5-2
PERIODIEK ONDERHOUD EN
KLEINERE REPARATIES....................6-1
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema.......................6-2
Controleren van de bougie ...............6-5
Versnellingsbakolie ...........................6-6
Koelvloeistof (alleen voor
vloeistofgekoelde modellen)..........6-6
Reinigen van het luchtfilterelement ..6-8
Afstellen van de carburateur ............6-9
Speling van de gaskabel afstellen ....6-9
Banden .............................................6-9
Vrije slag van remhendel afstellen ..6-11
Vrije slag van achterremhendel
afstellen .......................................6-11
Controleren van voorremblokken
en achterremschoenen................6-12
Controleren van remvloeistofniveau
voorrem .......................................6-13
Verversen van remvloeistof.............6-13
Controleren en smeren van kabels .6-13
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabel .................6-14
Afstellen van de Autolube pomp ....6-14Smeren van voor- en
achterremhendels ........................6-14
Controleren en smeren van de
middenbok ..................................6-14
Voorvork controleren ......................6-15
Controle van stuursysteem .............6-15
Controleren van wiellagers .............6-15
Vervangen van de
koplampgloeilamp of gloeilamp
vande voorste richtingaanwijzer..6-16
Een richtingaanwijzergloeilamp of
de gloeilamp in remlicht/achterlicht
vervangen ....................................6-16
Gloeilamp in kentekenverlichting
vervangen ....................................6-17
Accu ................................................6-17
Zekering vervangen ........................6-18
Problemen oplossen .......................6-19
Storingzoekschema ........................6-20
VERZORGING EN STALLING VAN DE
SCOOTER............................................7-1
Verzorging .........................................7-1
Stalling ..............................................7-3
SPECIFICATIES...................................8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE...............9-1
Identificatienummers ............................9-1
INHOUDSOPGAVE
5RW-F8199-D3.qxd 08/09/2005 18:11 Página 7
Page 8 of 56

DAUT1010
SCOOTERS ZIJN TWEEWIELIGE
VOERTUIGEN. HUN VEILIG
GEBRUIK EN WERKING ZIJN
AFHANKELIJK VAN JUISTE RIJ-
TECHNIEKEN EN VAN DE DESKUN-
DIGHEID VAN DE BESTUURDER.
ELKE BESTUURDER MOET BEKEND
ZIJN MET DE VOLGENDE VEREIS-
TEN ALVORENS MET DEZE SCOO-
TER TE GAAN RIJDEN.
HIJ OF ZIJ MOET:
DOOR EEN COMPETENTE
INFORMATIEBRON GRONDIG
ZIJN INGELICHT OVER ALLE
ASPECTEN VAN SCOOTERRIJ-
DEN.
ZICH HOUDEN AAN DE WAARS-
CHUWINGEN EN ONDERHOUD-
SEISEN VERMELD IN HET INS-
TRUCTIEBOEKJE VOOR DE
EIGENAAR.
GRONDIG GETRAIND ZIJN IN
VEILIGE EN CORRECTE RIJ-
TECHNIEKEN.
GEBRUIK MAKEN VAN PROFES-
SIONELE TECHNISCHE SERVI-
CE, ZOALS AANGEGEVEN IN
HET INSTRUCTIEBOEKJE EN/OFWANNEER DE MECHANISCHE
CONDITIES DIT VEREISEN.
Veilig rijden
Controleer de machine altijd voor
u gaat rijden. Een zorgvuldige
controle kan een ongeval helpen
voorkomen.
Deze scooter is gebouwd voor
het vervoer van de bestuurder
plus een passagier.
OPMERKING:
Hoewel deze scooter is gebouwd voor
het vervoeren van de bestuurder en
een passagier, dient u altijd de lokale
wet- en regelgeving na te leven.
Het niet opmerken en herkennen
van scooters door andere weg-
gebruikers vormt de belangrijkste
oorzaak van auto/scooter onge-
vallen. Vaak worden ongevallen
veroorzaakt doordat een auto-
bestuurder de scooter niet heeft
gezien. Zorg dat u opvalt, dat
blijkt het meest effectief om het
risico op een dergelijk type onge-
val te verminderen.Dus:
• Draag een jack in felle kleuren.
• Wees extra voorzichtig bij het
naderen en passeren van krui-
singen, daar doen ongelukken
met scooters zich namelijk het
meest voor.
• Ga daar rijden waar andere
weggebruikers u kunnen zien.
Ga niet rijden in de dode zicht-
hoek van een andere wegge-
bruiker.
Bij veel ongevallen zijn onervaren
bestuurders betrokken. Vaak
waren bij een ongeval betrokken
bestuurders zelfs niet in het bezit
van een geldig rijbewijs.
• Zorg dat u bekwaam bent om te
rijden en leen uw machine alleen
uit aan ervaren scooterrijders.
• Weet wat u wel en niet aan-
kunt. Door rekening te houden
met uw beperkingen helpt u
ongelukken voorkomen.
• We raden aan om het scoote-
rrijden te oefenen op plekken
waar geen verkeer is, totdat u
grondig bekend bent met de
scooter en zijn bediening.
1
tVEILIGHEIDSINFORMATIE
1-1
5RW-F8199-D3.qxd 08/09/2005 18:11 Página 8