2003 YAMAHA XVS1100A Instructieboekje (in Dutch)

Page 57 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-8
6
3. Wacht een paar minuten tot de olie tot
rust is gekomen en controleer dan het
olieniveau via het kijkglas linksonder
in het carter.OPMERKING:_ De mot

Page 58 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-9
6
DCA00133
LET OP:_ 
Om het slippen van de koppeling te
voorkomen (de motorolie smeert
immers ook de koppeling) mogen
geen chemische additieven worden
t

Page 59 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-10
6
Controleren van het olieniveau in het
cardanhuis
1. Plaats de motorfiets op een vlakke on-
dergrond en houd hem verticaal.OPMERKING:_ 
Het olieniveau

Page 60 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-11
6
DAU03195*
Reinigen van het 
luchtfilterelement Het luchtfilterelement moet als volgt worden
gereinigd volgens de intervalperioden ver-
meld in het per

Page 61 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-12
6
DAU00630
Afstellen van de carburateurs De carburateurs vormen een belangrijk on-
derdeel van de motor en moeten zeer pre-
cies worden afgesteld. Laat

Page 62 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-13
6
DAU00635
Afstellen van de vrije slag van de 
gaskabel De vrije slag van de gaskabel dient 4–6mm
te bedragen bij de gasgreep. Controleer de
vrije sla

Page 63 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-14
6
CE-21D
CE-07D
CE-DWA00012
WAARSCHUWING
_ De aanwezigheid van bagage is van gro-
te invloed op het weggedrag, de rem- en
rij-eigenschappen en de veilig

Page 64 of 102

YAMAHA XVS1100A 2003  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-15
6
Inspectie van banden
Voor elk rit moeten de banden worden ge-
controleerd. Als de bandprofieldiepte op het
midden van de band de vermelde limiet
heeft