Page 9 of 84

1-1
DAU00021
QVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Een motorfiets is een fascinerend vervoermiddel, dat je als geen ander een gevoel van vrijheid kan geven. Er zijn
echter wel bepaalde spelregels en beperkingen, waar je niet omheen kunt; ook de beste motorfiets kan niet méér
dan de natuurwetten toestaan.
Goede verzorging en regelmatig onderhoud zijn de eerste vereisten om te zorgen dat de motorfiets in goede
staat blijft en zijn waarde behoudt. En dat geldt evenzeer voor de berijder: om goed en veilig te rijden moet je zelf
ook in goede conditie zijn. Rijden onder de invloed van medicijnen, alcohol of drugs is natuurlijk gekkenwerk. De
berijder van een motorfiets moet voortdurend meer dan een automobilist fysiek en mentaal in topvorm zijn. Ook
de geringste hoeveelheid alcohol geeft ongemerkt een zekere overmoed, die bijzonder gevaarlijk kan zijn.
Beschermende kleding is voor de motorrijder net zo belangrijk als veiligheidsgordels voor de inzittenden van een
auto. Je weet nooit wat er kan gebeuren. Draag daarom altijd een integraal motorpak (naar keuze van leer of van
scheurbestendig synthetisch materiaal, met knie- en elleboogbeschermers), stevige laarzen, motorhandschoe-
nen en een goed passende helm. Denk echter niet, dat een veilige uitrusting je de kans biedt wat agressiever te
rijden. Ook met de beste bescherming blijf je als motorrijder bijzonder kwetsbaar. Vooral bij nat weer zit een
ongeluk in een klein hoekje. Ken je eigen grenzen, rijd niet harder dan verstandig is en neem geen onnodige risi-
co’s. Een verstandig motorrijder rijdt defensief, met voorspelbaar weggedrag. Ook al weet je zelf precies wat je
doet, verrassing bij je medeweggebruikers is gevaarlijk. Houd rekening met de mogelijkheid dat andere wegge-
bruikers fouten kunnen maken; veiligheid is samenwerking.
Veel plezier onderweg!
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 7
Page 10 of 84
2-1
DAU00026
BESCHRIJVING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
1. Benzinetank (blz. 3-5)
2. Benzinekraan (blz. 3-7)
3. Helmhouder (blz. 3-9)
4. Snelbinderhaken (blz. 3-10)5. Versnellingspedaal (blz. 3-4)
6. Luchtfilter (blz. 6-12)
7. Ketting-stelplaatje (blz. 6-24)
12 3 4
5
67Linker aanzicht
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 8
Page 11 of 84
2-2
BESCHRIJVING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
8. Achterste opbergvak (blz. 3-10)
9. Accu (blz. 6-30)
10. Zekering (blz. 6-31)11. Gereedschapsset (blz. 6-1)
12. Achterrempedaal (blz. 3-5, 6-20)
13. Oliepeil-kijkglas (blz. 6-9)
89
10
1112 13Rechter aanzicht
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 9
Page 12 of 84
2-3
BESCHRIJVING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
14. Koppelingshendel (blz. 3-4, 6-19)
15. Linker stuurschakelaars (blz. 3-2)
16. Snelheidsmeter (blz. 3-2)
17. Chokehendel (choke) (blz. 3-8)
18. Kontaktslot-schakelaar (blz. 3-1)
19. Kontrolelampjes (blz. 3-1)20. Rechter stuurschakelaars (blz. 3-3)
21. Voorremhendel (blz. 3-4, 6-19)
22. Gashendel (blz. 6-15, 6-26)
23. Tankdop (blz. 3-5)
14 15 16 17 18 19 20 21
22
23
Bedieningselementen/instrumenten
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 10
Page 13 of 84

3-1
DAU00027
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00028
Kontaktslot-schakelaar
De kontaktslot-schakelaar (hoofdschake-
laar) dient voor het in- en uitschakelen
van de ontsteking en van de verlichting.
Hieronder volgt de beschrijving van de
bediening.
DAU00036
ON
De elektrische circuits worden ingescha-
keld en de motor kan nu gestart worden.
Als de kontaktslot-schakelaar in deze
stand staat, kan de sleutel niet verwijderd
worden.
DAU00038
OFF
Alle elektrische circuits zijn uitgeschakeld.
Als de kontaktslot-schakelaar
in deze stand staat, kan de sleutel verwij-
derd worden.
DAU00056
Kontrolelampjes
DAU00057
Richtingsaanwijzer-kontrolelampje
“5”
Dit kontrolelampje knippert als de rich-
tingaanwijzer naar links of naar rechts
wordt gezet.
DAU00063
Grootlicht-kontrolelampje “&”
Dit kontrolelampje licht op als het groot-
licht wordt ingeschakeld.
1. Richtingsaanwijzer-kontrolelampje
“5”
2. Grootlicht-kontrolelampje “&”
3. Vrijstand-kontrolelampje “N”
DAU00061
Vrijstand-kontrolelampje “N”
Dit kontrolelampje licht op als de versnel-
ling in zijn vrij staat.
OFFON
312
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 11
Page 14 of 84

3-2
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU01087
Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de snelheid van
de motorfiets aan. Deze snelheidsmeter
is tevens uitgerust met een kilometerteller
en een dagteller. De dagteller kan op nul
teruggezet worden met de nulstelknop.
Gebruik deze dagteller om te kijken hoe-
veel kilometer u met één volle tank kunt
afleggen, zonder op reserve te hoeven
overgaan. Als u dit enkele malen doet,
zult u in de toekomst beter kunnen plan-
nen waar en wanneer u moet stoppen om
te tanken.
1. Nulstelknop
2. Snelheidsmeter
3. Kilometerteller
4. Dagteller
DAU00118
StuurschakelaarsDAU00121
Grootlicht/dimlicht-schakelaar
Draai de schakelaar naar “&” voor
grootlicht en naar “%” voor dimlicht.
1. Lichtschakelaar
2. Grootlicht/dimlicht-schakelaar
3. Richtingaanwijzer-schakelaar
4. Klaxon-schakelaar “*”
OPMERKING:
(alleen voor het Duitse model met snel-
heidsbegrenzer)
Deze motorfiets is voorzien van een snel-
heidsbegrenzer die zorgt dat de maxi-
mumsnelheid van 80 km/uur niet over-
schreden kan worden.
1
2
3
4
4
1
2
3
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 12
Page 15 of 84

3-3
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00127
Richtingaanwijzer-schakelaar
Om de rechter-richtingaanwijzer in te
schakelen, duwt u de schakelaar naar
“6”. Om de linker-richtingaanwijzer in te
schakelen, duwt u de schakelaar naar
“4”. Als u de schakelaar loslaat, keert
deze terug naar de middenpositie. Om de
richtingaanwijzer weer uit te zetten, drukt
u de schakelaar in, terwijl deze in de mid-
denpositie staat.
DAU00129
Klaxon-schakelaar “*”
Druk de schakelaar in om te klaxoneren.
DAU00134
Lichtschakelaar
Door de lichtschakelaar naar “
'” te
draaien zal het dimlicht, de meterverlich-
ting en de achterverlichting ingeschakeld
worden. Door de lichtschakelaar naar
“:” te draaien zal de koplamp ook inge-
schakeld worden.
DAU00143
Startschakelaar “,”
Als u de startschakelaar indrukt zal de
startmotor de motor doen ronddraaien.
DC000005
<>
Zie, alvorens de motor te starten, de
paragraaf met aanwijzingen over het
starten.
1
2
DAU00138
Motorstop-schakelaar
De motorstop-schakelaar is een veilig-
heids-schakelaar voor gebruik onder
noodomstandigheden, zoals wanneer de
motorfiets is omgevallen of bij problemen
met de gasklep. Draai de schakelaar naar
“#” als u de motor wilt starten. In nood-
gevallen draait u de schakelaar naar “$”.
1. Motorstop-schakelaar
2. Startschakelaar “,”
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 13
Page 16 of 84

3-4
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00157
Versnellingspedaal
Deze motorfiets is uitgerust met een 5-
versnellingsbak met konstante aangrij-
ping.
Het versnellingspedaal bevindt zich links
van het motorblok. Schakel nooit op of
terug, zonder de koppeling te gebruiken.
1. Versnellingspedaal
N. Vrijstand
DAU00152
Koppelingshendel
De koppelingshendel is bevestigd aan het
linkerhandvat van het stuur, en het ont-
stekingsblokkeersysteem is ingebouwd in
het koppelingshendel-handvat. Om te
ontkoppelen, trekt u de koppelingshendel
in. Om de koppeling weer te laten opko-
men laat u de koppelingshendel weer
langzaam van het stuur weg gaan. Voor
een soepele bediening is het het beste
om de koppelingshendel snel in te trek-
ken en langzaam te laten opkomen. (Zie
de paragraaf met de aanwijzingen over
het starten, voor een beschrijving van het
circuit van het ontstekingsblokkeersys-
teem).
1. Koppelingshendel
DAU00158
Voorremhendel
De voorremhendel is bevestigd aan het
rechterhandvat van het stuur. Trek de
hendel in om te remmen.
1. Voorremhendel
11
1
N5
4
3
2
1
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 14