Page 73 of 84

7-2
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
8Reinigen met de verkeerde midde-
len kan schade toebrengen aan
het windscherm, stroomlijnkap-
pen, panelen en andere plastic
onderdelen. Gebruik voor het rei-
nigen van plastic onderdelen uit-
sluitend een zachte schone doek
of spons met water en mild zeeps-
op.
8Gebruik voor het schoonmaken
van plastic nooit schuurmiddelen
of bijtende chemische middelen.
Gebruik ook nooit een doek of
spons die in aanraking is geweest
met bijtende schoonmaakmidde-
len, thinner en dergelijke oplos-
middelen, benzine (of andere
brandstoffen), roestwerende of -
verwijderingsmiddelen, remvloei-
stof, antivries of elektrolyt.8Spuit de motorfiets niet schoon
met een hogedrukstraal of een
stoomreiniger, want hierbij kan er
water binnendringen en schade
toebrengen aan de volgende
onderdelen: pakkingen (van de
wiellagers, zwaaiarmlagers, voor-
vork en remmen), elektrische
onderdelen (stekkers en aansluit-
bussen, instrumenten, schake-
laars en lampen), ontluchtingso-
peningen en -slangen.
8Voor motorfietsen met een wind-
scherm: Gebruik geen schuur-
spons of krachtige reinigingsmid-
delen, aangezien deze het
windscherm kunnen bekrassen of
vertroebelen. Ook sommige
schoonmaakmiddelen voor plastic
kunnen krassen achterlaten op het
windscherm. Mocht u een speciaal
schoonmaakmiddel willen gebrui-
ken, probeer dit dan eerst uit op
een klein deel waar u normaal niet
doorheen kijkt. Krassen op het
windscherm kunt u na het wassen
verwijderen met een plastic-poets-
middel van goede kwaliteit.Na het rijden in de regen, langs de zee-
kust of over wegen waar pekel gestrooid
is
Aangezien zilte zeelucht en ’s winters
strooizout in combinatie met water
extreem corrosief werken, dient u na een
rit in de regen, langs de zeekust of over
wegen met strooizout, altijd zo spoedig
mogelijk de volgende maatregelen te tref-
fen. (Niet alleen ’s winters, want strooi-
zout kan nog tot ruim in het voorjaar
langs de weg blijven liggen.)
1. Maak uw motorfiets grondig schoon
met water en zeep, nadat de motor
is afgekoeld.
DCA00012
<>
Gebruik geen warm water aangezien
dit de corrosieve werking van het zout
versterkt.
2. Spuit een roestwerend middel op
alle metalen oppervlakken (ook ver-
chroomde en vernikkelde onderde-
len) om roestvorming tegen te gaan.
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 71
Page 74 of 84

7-3
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Na het reinigen
1. Droog de motorfiets af met een
zemen lap of een goed absorberen-
de doek.
2. Droog ook de aandrijfketting onmid-
dellijk af en smeer deze zorgvuldig
om roesten te voorkomen.
3. Gebruik een chroompoetsmiddel om
alle roestvrij stalen, aluminium en
verchroomde onderdelen te poetsen,
inclusief de uitlaatpijpen. (Zelfs de
hitteverkleuring van roestvrij stalen
uitlaatpijpen is door goed poetsen
weg te krijgen.)
4. Om roestvorming tegen te gaan, is
het aanbevolen alle metalen opper-
vlakken (ook verchroomde en ver-
nikkelde onderdelen) te bespuiten
met een roestwerend middel.
5. Gebruik een spuitbus met olie als
universeelreiniger om de laatste vuil-
resten te verwijderen.
6. Repareer krassen en lakschade ver-
oorzaakt door steenslag e.d.
7. Zet alle gelakte onderdelen in de
was.8. Zorg dat de motorfiets geheel droog
is voordat u hem afdekt of stalt.
DWA00001
X@
Zorg dat er geen olie of was achter-
blijft op de remmen en de banden.
Indien nodig kunt u de remschijven en
voeringen reinigen met een gewone
remschijfreiniger of aceton, en de ban-
den kunt u wassen met warm water en
mild zeepsop. Controleer daarna zorg-
vuldig de remwerking en het wegge-
drag van de motorfiets in bochten.
DCA00013
<>
8Breng olie of was zo zuinig moge-
lijk aan en veeg de overtollige
hoeveelheid grondig af.
8Breng nooit olie of was aan op
rubber en plastic onderdelen,
maar reinig deze met speciale
onderhoudsmiddelen.
8Gebruik geen poetsmiddelen met
een schurende werking, want
deze zullen de laklaag aantasten.
OPMERKING:
Vraag uw Yamaha dealer om advies over
de juiste reinigingsmiddelen.
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 72
Page 75 of 84

7-4
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Opslag
Korte tijd
Stal uw motorfiets altijd op een koele,
droge plaats en dek hem zonodig af met
een luchtdoorlatende hoes tegen stof e.d.
DCA00014
<>
8Bij opslag van de motorfiets in
een slecht geventileerde ruimte of
afdekken van de motorfiets terwijl
deze nog nat is, kan er water of
vocht in binnendringen en roest
veroorzaken.
8Om roestvorming te voorkomen,
dient u vochtige kelders of stallen
(waar ammoniadamp hangt) te
vermijden, evenals plaatsen waar
krachtige chemicaliën zijn opge-
slagen.
Lange tijd
Alvorens uw motorfiets enkele maanden
te stallen:
1. Volg alle aanwijzingen bij “ONDER-
HOUD” in dit hoofdstuk.
2. Leeg de vlotterkamers van de carbu-
rateur door de aftapbouten los te
draaien; dit voorkomt dat er brand-
stofresten aanslibben. Giet de afge-
tapte benzine terug in de brandstof-
tank.
3. Voor motorfietsen met een brand-
stofkraantje met “OFF” stand: Draai
het brandstofkraantje in de “OFF”
stand.
4. Vul de brandstoftank en voeg een
stabilisatiemiddel toe (indien voor-
handen) om roestvorming in de tank
en bederven van de brandstof te
voorkomen.
5. Volg de onderstaande aanwijzingen
om de cilinder, zuigerringen e.d.
tegen roest te beschermen.
a. Verwijder de bougiedop en de bou-
gie.b. Giet door de bougieopening een
theelepel motorolie in de cilinder.
c. Breng de bougiedop op de bougie
aan en plaats de bougie op de cilin-
derkop zodat de elektroden geaard
zijn. (Dit om het vonken van de bou-
gie tijdens de volgende stap te voor-
komen.)
d. Laat nu met de starter de motor
enkele slagen ronddraaien. (Dit om
de cilinderwanden te bedekken met
een laagje motorolie.)
e. Verwijder de bougiedop van de bou-
gie en breng eerst de bougie en dan
de bougiedop weer aan.
DWA00003
X@
Voor het laten draaien van de motor
dient u de elektroden van de bougies
te aarden, om ongelukken of schade
door het vonken van de bougies te
voorkomen.
6. Smeer alle bedieningskabels en de
scharnierpunten van alle hendels en
pedalen, evenals de
zijstandaard/middenstandaard.
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 73
Page 76 of 84

7-5
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
7. Controleer de bandenspanning en
breng de banden zonodig op de juis-
te spanning, en zet dan de motor-
fiets op blokken zodat beide wielen
van de grond komen. In plaats hier-
van kunt u de motorfiets laten staan,
maar dan zult u elke maand de wie-
len een klein stukje moeten draaien,
om te voorkomen dat de banden op
het onderste punt teveel slijten.
8. Breng een plastic zak aan over het
uiteinde van de uitlaatpijp, zodat er
geen vocht in kan komen.
9. Verwijder de accu en laad deze vol-
ledig op. Bewaar de accu in een
koele droge ruimte en laad de accu
eens per maand op. Bewaar de accu
niet op een extreem warme of koude
plaats (niet onder de 0 °C of boven
de 30 °C). Zie voor nadere bijzon-
derheden de aanwijzingen onder
“Opslag van de accu” in het hoofd-
stuk “PERIODIEK ONDERHOUD
EN EENVOUDIGE REPARATIES”.OPMERKING:
Zorg dat alle nodige reparaties worden
verricht vóór u de motorfiets stalt.
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 74
Page 77 of 84

8-1
DAU01038
TECHNISCHE GEGEVENS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Technische gegevens
Model TW125
Afmetingen
Grootste lengte 2.140 mm
Grootste breedte 810 mm
Grootste hoogte 1.120 mm
Zadelhoogte 805 mm
Wielbasis 1.330 mm
Minimale grondspeling 260 mm
Minimale draaicirkel 2.100 mm
Basisgewicht (Met olie en volle
benzinetank)125 kg
Motor
Type motor Luchtgekoeld, 4-takt
benzinemotor, SOHC
Cilinder-opstelling Enkele cilinder voorover
hellend
Verplaatsing 124 cm
3
Boring ´slag 57,0 ´48,8 mm
Kompressieverhouding 10:1
Startsysteem Elektrische starter
Smeersysteem Oliecarter-systeem (natte bak)Motorolie
Type
Aanbevolen klasse
motorolie API Service SE, SF, SG type
of hoger
<>
Gebruik uitsluitend een motorolie die geen anti-frictie
middelen bevat. Een motorolie bedoeld voor perso-
nenauto’s (vaak voorzien van het opschrift “Energy
Conserving”) bevat anti-frictie toevoegingen die slip-
pen van de koppeling en/of de startmotorkoppeling
kunnen veroorzaken, met een kortere levensduur van
de componenten en slechte motorprestaties tot
gevolg.
Capaciteit
Periodieke olieverversing 1,0 L
Met vervanging oliefilter 1,1 L
Totale hoeveelheid 1,3 L
LuchtfilterNatte type filterelement
–10° 0° 10° 20° 30°
40°
SAE 10W/30
SAE 10W/40
SAE 20W/40
SAE 20W/50
–20°
SAE 15W/40 50°C
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 75
Page 78 of 84

Brandstof
Type Gewone benzine zonder lood
Inhoud benzinetank 7,0 L
Hoeveelheid reservebrandstof1,0 L
Carburateur
Type/hoeveelheid Y24P/1
Merk TEIKEI
Bougies
Merk / Type NGK / DR8EA
Bougie-elektrodenafstand 0,6 ~ 0,7 mm
Type koppelingNatte, meervoudige
plaatkoppeling
Overbrenging
Primair redukie-systeem Schroeftandwiel
Primaire reduktie-verhouding 74/20 (3,700)
Secundair reduktie-systeem Ketting-aandrijving
Secundaire reduktie-verhouding 50/14 (3,571)
Type overbrenging Konstante aangrijping,
5 versnellingen
Bediening Versnellingspedaal, linkervoetOverbreng- 1-ste 2,250
verhoudingen
2-de 1,476
3-de 1,125
4-de 0,926
5-de 0,793
Chassis
Type frame Ruitvorming frame
Type frame Geperst en stalen buizen-frame
Casterhoek 26°
Spoorbreedte 95 mm
Banden
Type Buis
Voor
Bandenmaat 130/80-18 66P
Merk/ BRIDGESTONE / TW31
model
Achter
Bandenmaat 180/80-14M/C 78P
Merk/ BRIDGESTONE / TW34
model
Maximale belasting* 180 kg
Luchtdruk (koube band)
Belasting tot 80 kg*
TECHNISCHE GEGEVENS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
8-2
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 76
Page 79 of 84

8-3
TECHNISCHE GEGEVENS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Voor150 kPa (1,50 kg/cm2, 1,50 bar)
Achter150 kPa (1,50 kg/cm2, 1,50 bar)
80 kg ~ Maximale
belasting*
Voor
150 kPa (1,50 kg/cm2, 1,50 bar)
Achter175 kPa (1,75 kg/cm2, 1,75 bar)
Off-road riding
Voor
125 kPa (1,25 kg/cm2, 1,25 bar)
Achter125 kPa (1,25 kg/cm2, 1,25 bar)
*Belasting is het totale gewicht van bagage, bestuurder,
made-passagier en accessoires.
Wielen
Voor
Type Spaak
Bandenmaat 2,50 ´18
Achter
Type Spaak
Bandenmaat 14M/C ´MT4,50
Remmen
Voor
Type Enkelvoudige schijfrem
BedieningBediening met de rechterhand
Vloeistof DOT 3 of DOT 4Achter
Type Trommelrem
Bediening Bediening met de rechtevoet
Wielophanging
Voor
Type Teleskoopvork
Achter
Type Zwaaiarm
(Monocross)
Schokdempers
VoorLucht-spiraalveer/Oliegedempt
AchterLucht-spiraalveer-gas/
Oliegedempt
Veerweg
Voor 160 mm
Achter 150 mm
Elektrische installatie
Ontstekingssysteem C.D.I.
Laadsysteem
Type C.D.I. magneet
Standaard vermogen 12 V, 11 A @ 5.000 tpm
Accu
Type GM7CZ-3D
Gloeilampen, capaciteit 12 V, 7 AH
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 77
Page 80 of 84
Type koplampConventionele gloeilamp
Gloeilampen wattage ´aantal
Koplamp 12 V, 45 W/40 W ´1
Remlicht/achterlicht 12 V, 21 W/5 W ´1
Voorremrichtingaanwizerlamp 12 V, 21 W ´2
Achterremrichtingaawijzerlamp 12 V, 21 W ´2
Parkeerlicht 12 V, 4 W ´1
Meter-verlichting 12 V, 3,4 W ´1
Vristand-kontrolelampje 12 V, 3,4 W ´1
Grotlicht-kontrolelampje 12 V, 3,4 W ´1
Richtingsaanwilzer- 12 V, 3,4 W ´1
kontrolelampje
Zekering
Hoofdzekering 20 A
TECHNISCHE GEGEVENS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
8-4
5EK-9-D0 (TW125) 4/7/0 5:23 AM Page 78