Page 17 of 112

Smart-sleutelsysteem
3-2
3
De Smart-sleutel maakt contact
met of wor dt bed ekt door een me-
talen voorwerp
Andere voertui gen die zijn uit gerust
met een Smart-sleutelsysteem be-
vin den zich in de nab ijheid
Verplaats de Smart-sleutel in zulke situ-
aties naar een an dere locatie en voer de
b ewerkin g opnieuw uit. Als het no g
stee ds niet werkt, bed ien de machine
d an in de noo dmo dus. (Zie pa gina 8-40.)OPMERKINGOm het ontladen van de voertuigaccu te
voorkomen, wordt het Smart-sleutelsy-
steem ongeveer 9 dagen na het laatste ge-
bruik van de machine uitgeschakeld (de
begroetingsfunctie wordt gedeactiveerd).
Om het Smart-sleutelsysteem weer in te
schakelen, hoeft u slechts op de knop van
het contactslot te drukken.
DAU76453
Bereik van het Smart-sleutelsy-
steemHieronder wordt het bereik van het Smart-
sleutelsysteem bij benadering getoond.
Als de Smart-sleutel is uitgeschakeld, zal
de machine de Smart-sleutel niet herken-
nen, ook niet als deze zich binnen het ont-
vangstbereik bevindt. Als de batterij van de Smart-sleutel ontladen raakt, werkt het
Smart-sleutelsysteem mogelijk niet of kan
het bereik ervan zeer klein worden.
OPMERKING
Plaats de Smart-sleutel niet in een op-
bergcompartiment.
Neem de Smart-sleutel altijd met u
mee.
Schakel de Smart-sleutel uit als u de
machine achterlaat.
UBEDD0D0.book Page 2 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 18 of 112

Smart-sleutelsysteem
3-3
3
DAU78624
De Smart-sleutel en mechani-
sche sleutels geb ruiken
WAARSCHUWING
DWA17952
U dient de Smart Key b ij u te dra-
g en. Bewaar d eze niet in het voer-
tuig .
Wees erop alert dat wanneer d e
Smart Key zich binnen het wer-
kin gsb ereik bevin dt, an dere perso-
nen die de Smart Key niet dra gen
d e motor kunnen starten en het
voertui g kunnen bed ienen.De machine wordt geleverd met één
Smart-sleutel, twee mechanische sleutels
en een kaart met het identificatienummer.
Als de voertuigaccu ontladen is, kunt u met
de mechanische sleutel het zadel openen.
Draa g naast de Smart-sleutel stee ds
één mechanische sleutel bij u.
Als de Smart-sleutel verloren is of de batte-
rij ervan ontladen is, kan het identificatie-
nummer worden gebruikt om de machine in
de noodmodus te bedienen. (Zie pagina
8-40.) Noteer het i dentificatienummer
voor noodgevallen.
Als de Smart-sleutel verloren is en het iden-
tificatienummer van het Smart-sleutelsy-
steem onbekend is, moet het Smart-
sleutelsysteem in zijn geheel worden ver- vangen. Dit brengt aanzienlijke kosten met
zich mee.
Bewaar de kaart met het i den-
tificatienummer op een veili ge plaats.
LET OP
DCA21573
De Smart-sleutel bevat elektronische
precisieon der delen. Neem d e volgen de
voorzor gsmaatre gelen om storin gen of
scha de te voorkomen.
Plaats of bewaar de Smart-sleutel
niet in een op ber gcompartiment.
De Smart-sleutel kan bescha digd
raken door rijtrillin gen of overmati-
g e hitte.
Laat de Smart-sleutel niet vallen,
b ui g deze niet en stel d eze niet
b loot aan har de schokken.
Dompel de Smart-sleutel niet on der
in water of an dere vloeistoffen.
Plaats geen zware voorwerpen op
d e Smart-sleutel en stel deze niet
b loot aan overmati ge druk.
Plaats de Smart-sleutel niet in een
om gevin g met direct zonlicht, ho ge
temperaturen of een ho ge v ochti
g-
he
i d sg raa d.
Pro beer niet om de Smart-sleutel te
slijpen of te wijzi gen.
1. Smart-sleutel
2. Mechanische sleutel
1. Identificatienummerkaart
2. Identificatienummer
1
2
868588
1
2
UBEDD0D0.book Page 3 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 19 of 112

Smart-sleutelsysteem
3-4
3
Hou d d e Smart-sleutel uit de buurt
van sterke ma gnetische vel den en
ma gnetische voorwerpen zoals
sleutelhou ders, televisies en com-
puters.
Hou d d e Smart-sleutel uit de buurt
van elektrische me dische appara-
tuur.
Laat de Smart-sleutel niet in con-
tact komen met olie, polijstmi ddel
of a gressieve chemische stoffen.
Hier door kan d e behuizin g van d e
Smart-sleutel verkleuren of bar-
sten.OPMERKING De levensduur van de batterij van de
Smart-sleutel is ongeveer twee jaar,
maar dit kan variëren naargelang de
gebruiksomstandigheden.
Vervang de batterij van de Smart-
sleutel als het controlelampje van het
Smart-sleutelsysteem na het inscha-
kelen van het contact ongeveer 20 se-
conden blijft knipperen of wanneer het
controlelampje van het Smart-sleutel-
systeem na het indrukken van de knop
op de Smart-sleutel niet gaat bran-
den. (Zie pagina 3-6.) Als het Smart-
sleutelsysteem na het vervangen van
de batterij van de Smart-sleutel nog steeds niet werkt, controleer dan de
voertuigaccu en laat het voertuig con-
troleren door een Yamaha dealer.
Als de Smart-sleutel doorlopend ra-
diogolven ontvangt, zal de batterij van
de Smart-sleutel snel ontladen raken.
(Bijvoorbeeld als de Smart-sleutel in
de omgeving van elektrische appara-
ten zoals televisies, radio’s of compu-
ters wordt bewaard.)
U kunt maximaal zes Smart-sleutels
registreren voor dezelfde machine.
Neem voor extra Smart-sleutels con-
tact op met uw Yamaha dealer.
Als u een Smart-sleutel kwijtraakt,
neem dan onmiddellijk contact op met
een Yamaha dealer om diefstal van de
machine te voorkomen.
DAU89111
Smart-sleutel
WAARSCHUWING
DWA17952
U dient de Smart Key bij u te d ra-
g en. Bewaar deze niet in het voer-
tui g.
Wees erop alert dat wanneer d e
Smart Key zich b innen het wer-
kin gsb ereik bevin dt, an dere perso-
nen die de Smart Key niet dra gen
d e motor kunnen starten en het
voertui g kunnen bed ienen.De Smart-sleutel in- en uitschakelen
Houd de knop op de Smart-sleutel onge-
veer 1 seconde ingedrukt om de Smart-
sleutel in of uit te schakelen. Als de Smart-1. Controlelampje Smart-sleutel
2. Smart-sleuteltoets
1
2
UBEDD0D0.book Page 4 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 20 of 112

Smart-sleutelsysteem
3-5
3
sleutel is uitgeschakeld, is gebruik van de
machine niet mogelijk, zelfs niet als de
Smart-sleutel zich binnen het ontvangstbe-
reik van het Smart-sleutelsysteem bevindt.
Schakel de Smart-sleutel in en breng deze
binnen het ontvangstbereik om de machine
te kunnen gebruiken.
Controleren of Smart-sleutel is in- of uit-
geschakel d
Druk op de knop op de Smart-sleutel om
de huidige bedieningsstatus van de Smart-
sleutel te bepalen.
Als het controlelampje van de Smart-sleutel
gaat branden: Licht snel op gedurende 0.1 seconde:
De Smart-sleutel is ingeschakeld.
Licht langzaam op gedurende 0.5 se-
conden: De Smart-sleutel is uitge-
schakeld.
Be groetin gsfunctie op afstan d
Druk op de knop op de Smart-sleutel om
de begroetingsfunctie op afstand te active-
ren. Er klinken twee piepsignalen en alle
richtingaanwijzers knipperen twee keer.
Deze functie is handig om uw machine te-
rug te vinden, bijvoorbeeld op een parkeer-
plaats. Bereik van
de beg roetin gsfunctie op af-
stan d
Het bereik van de begroetingsfunctie op af-
stand is ongeveer zoals getoond.
Aangezien het Smart-sleutelsysteem ge-
bruikmaakt van zwakke radiogolven, kan
het ontvangstbereik ervan worden beïn-
vloed door de omgeving.
Piepsi gnaal beg roetin gsfunctie in- of
uitschakelen
Het piepsignaal dat klinkt bij activeren van
de begroetingsfunctie kan worden in- of
uitgeschakeld met behulp van de volgende
procedure. 1. Schakel de Smart-sleutel in en breng deze binnen het ontvangstbereik van
het Smart-sleutelsysteem.
2. Zet het contactslot op “OFF” en druk vervolgens één keer op de knop van
het contactslot. 3. Druk terwijl het controlelampje van het
Smart-sleutelsysteem brandt opnieuw
op de knop en houd deze 5 seconden
vast.
4. Als het piepsignaal klinkt, is het instel-
len voltooid.
Als het piepsignaal: Twee keer klinkt: Het piepsignaal
is uitgeschakeld.
Eén keer klinkt: Het piepsignaal
is ingeschakeld.
~20m
UBEDD0D0.book Page 5 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 21 of 112

Smart-sleutelsysteem
3-6
3
DAU76483
De batterij van de Smart-sleutel
vervan genVervang de batterij in de volgende situaties.
Als het controlelampje van het Smart-
sleutelsysteem ongeveer 20 secon-
den knippert nadat het contact wordt
ingeschakeld.
Als de begroetingsfunctie niet werkt
wanneer de knop op de Smart-sleutel
wordt ingedrukt.
WAARSCHUWING
DWA20630
De Smart-sleutel bevat een knoopcel ba-
tterij. Hou d nieuwe en g eb ruikte batterij-
en uit de buurt van kin deren.
Als het b atterijvak niet goe d sluit,
stop dan met het g eb ruik van de
Smart-sleutel en hou d d eze uit d e
b uurt van kin deren.
Explosie gevaar - voorkom verkeer d g e-
b ruik van d e batterij.
Onjuiste vervan gin g kan resulteren
in bran d of explosie.
Vervan g d e batterij uitsluiten d d oor
een exemplaar van hetzelf de of een
g elijkwaar dig type.
Stel de Smart-sleutel niet b loot aan
overma t
i g e hitte, zoals van de zon
of vuur.
Gevaar voor chemische bran dwon den -
slik de batterij niet in.
Als de batterij wor dt in geslikt kan
d eze binnen slechts 2 uur ernstig e
inwen dig e bran dwon den veroorza-
ken, mo gelijk met de dood tot g e-
vol g.
Raa dplee g onmi ddellijk een arts als
u vermoe dt dat een batterij is in ge-
slikt of in eni g d eel van het lichaam
is terecht gekomen.
LET OP
DCA15785
Gebruik een d oek wanneer u de be-
huizing van de Smart-sleutel opent
met een schroeven draaier. Bij
rechtstreeks contact met har de
voorwerpen kan de Smart-sleutel
b escha digd of bekrast raken.
Voorkom dat de water dichte af-
d ichtin g bescha digd of vervuil d
raakt.
Raak de interne circuits en aanslui-
tin gen niet aan. Hier door kunnen
storin gen ontstaan.
Oefen geen overmati ge kracht uit
op de Smart-sleutel bij het vervan-
g en van d e batterij.
Zor g ervoor d at de batterij correct
wor dt g eplaatst. Controleer de rich-
tin g van de pos itieve “+” kant van
d e bat
terij.
De batterij van d e Smart-sleutel vervan-
g en
1. Open de behuizing van de Smart-
sleutel zoals getoond.
1. Controlelampje Smart-sleutelsysteem “ ”1
UBEDD0D0.book Page 6 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 22 of 112
Smart-sleutelsysteem
3-7
3
2. Verwijder de batterij.OPMERKINGVoer de verwijderde batterij af volgens de
lokaal geldende voorschriften.3. Plaats een nieuwe batterij zoals ge-toond. Let op de polariteit van de bat-
terij. 4. Klik de behuizing van de Smart-sleutel
voorzichtig dicht.
DAU89011
ContactslotHet contactslot wordt gebruikt om de ma-
chinevoeding in en uit te schakelen, het
stuur te vergrendelen en ontgrendelen en
om het zadel en het tankdopdeksel te ope-
1. Accu
1
Ve re i s t e batterij:
CR20321. Accu
1
1. Contactslot
2. Knop contactslot
1. Controlelampje Smart-
sleutelsysteem “ ”
12
1
UBEDD0D0.book Page 7 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 23 of 112

Smart-sleutelsysteem
3-8
3
nen. Nadat de knop van het contactslot is
ingedrukt en de aanwezigheid van de
Smart-sleutel is bevestigd, kan het con-
tactslot worden gedraaid terwijl het contro-
lelampje van het Smart-sleutelsysteem
brandt (ongeveer 4 seconden).
WAARSCHUWING
DWA18720
Draai nooit het contactslot naar
“OFF”, “ ” of “OPEN” terwijl de machi-
ne rij dt. Hier door wor den de elektrische
systemen uit geschakel d, wat mo gelijk
kan lei den tot verlies van d e controle of
een on geval.OPMERKINGDruk niet herhaaldelijk op de knop van het
contactslot en draai het contactslot niet va-
ker dan nodig is voor normaal gebruik. Als
u dit doet, wordt het Smart-sleutelsysteem
tijdelijk uitgeschakeld en gaat het controle-
lampje knipperen om schade aan het con-
tactslot te voorkomen. Wacht als dit
gebeurt tot het controlelampje stopt met
knipperen alvorens het contactslot weer te
bedienen.Hieronder worden de standen van het con-
tactslot beschreven.
DAU76502
ON
Alle elektrische circuits worden voorzien
van stroom en de motor kan worden ge-
start.
Het contact inschakelen1. Schakel de Smart-sleutel in en breng
deze binnen het ontvangstbereik van
het Smart-sleutelsysteem.
2. Druk op de knop van het contactslot: het controlelampje van de Smart-sleu-
tel gaat ongeveer 4 seconden bran-
den.
3. Zet terwijl het controlelampje van het Smart-sleutelsysteem brandt het con-
tactslot op“ON”. Alle richtingaanwij-
zers knipperen twee keer en de
machinevoeding wordt ingeschakeld.
OPMERKINGAls de spanning van de voertuigaccu
laag is, knipperen de richtingaanwij-
zers niet.
Zie “Noodmodus” op pagina 8-40
voor informatie over het inschakelen
van de machinevoeding zonder de
Smart-sleutel.
DAU76511
OFF
Alle elektrische systemen zijn uitgescha-
keld.
Het contact uitschakelen1. Zet het contactslot op “OFF” terwijl de
Smart-sleutel is ingeschakeld en zich
binnen het ontvangstbereik van het
Smart-sleutelsysteem bevindt.
1. Drukken.
2. Draaien.1 2
1. Draaien.
1
UBEDD0D0.book Page 8 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 24 of 112

Smart-sleutelsysteem
3-9
3
2. De richtingaanwijzers knipperen éénkeer en het contact wordt uitgescha-
keld.OPMERKING
aanwezigheid van de Smart-sleutel niet kan
worden bevestigd (omdat de Smart-sleutel
zich buiten het ontvangstbereik bevindt of
is uitgeschakeld), klinkt er gedurende 3 se-
conden een piepsignaal en gaat het contro-
lelampje van het Smart-sleutelsysteem 30
seconden knipperen. Tijdens deze 30 seconden kan het
contactslot gewoon worden bediend.
Na 30 seconden wordt het contact au-
tomatisch uitgeschakeld.
Wanneer u het contact onmiddellijk
wilt uitschakelen, druk dan binnen 2
seconden vier keer op de knop van
het contactslot.
DAU89022
OPEN
Het contactslot wordt van stroom voorzien.
Het zadel en het tankdopdeksel kunnen
worden geopend. Om het zadel en het tankdopdeksel te ope-
nen1. Druk op de knop van het contactslot
terwijl de Smart-sleutel is ingescha-
keld en zich binnen het ontvangstbe-
reik van het Smart-sleutelsysteem
bevindt.
2. Draai terwijl het controlelampje van
het Smart-sleutelsysteem brandt het
contactslot op “OPEN”.
3. Druk om het zadel te openen op de
knop “SEAT” en til dan het zadel aan
de achterzijde op. 4. Druk op de knop “FUEL” om het tank-
dopdeksel te openen.1. Drukken.
2. Draaien.1 2
1.
1
UBEDD0D0.book Page 9 Monday, October 12, 2020 8:10 AM