5166-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
■Afstellen van de richting van de
luchtstroom en openen/sluiten
van de uitstroomopeningen
Voor
1 Richt de luchtstroom naar links of
rechts, boven of beneden.
2 De uitstroomopening openen
*
3De uitstroomopening sluiten*
*: Indien aanwezig (alleen middelste uit-
stroomopeningen)
Achter
1 Richt de luchtstroom naar links of
rechts, boven of beneden
2 De uitstroomopening openen
3 De uitstroomopening sluiten
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de werking van de
voorruitontwaseming wordt gehin-
derd
Plaats geen voorwerpen op het dashboard
die de uitstroomopeningen kunnen bedek-
ken. Anders raakt de luchtstroom mogelijk
geblokkeerd, waardoor de voorruitverwar-
ming de voorruit niet kan ontwasemen.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 516 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
517
6
6-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
*: Indien aanwezig
Schakelaar automatische modus
Schakelaar temperatuurregeling links
Schakelaar temperatuurregeling rechts
DUAL-schakelaar
Schakelaar OFF
Schakelaar voorruitverwarming
Schakelaar achterruit- en buitenspiegelverwarming
Keuzeschakelaar aanjager
Schakelaar verlagen aanjagersnelheid
Schakelaar verhogen aanjagersnelheid
Schakelaar luchtcirculatieregeling
Schakelaar buitenlucht-/recirculatiemodus
Schakelaar S-FLOW-modus
Toets A/C
Automatische airconditioning*
De uitstroomopeningen waaruit de lucht komt en de aanjagersnelheid wor-
den automatisch geregeld op basis van de gekozen temperatuur.
Bedieningspaneel
airconditioning
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 517 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
5186-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
■Wijzigen van de ingestelde tempe-
ratuur
Draai de draaiknop voor de tempera-
tuurregeling aan bestuurderszijde
rechtsom om de temperatuur te verho-
gen en linksom om de temperatuur te
verlagen.
De functies van de toetsen van de airconditi-
oning wijzigen van gescheiden naar
gemeenschappelijke bediening en omge-
keerd als de DUAL-schakelaar wordt inge-
drukt.
Gemeenschappelijke bediening (het contro-
lelampje in de DUAL-schakelaar is uit):
De draaiknop voor de temperatuurregeling
aan de bestuurderszijde kan worden
gebruikt om de temperatuur aan de bestuur-
ders- en passagierszijde in te stellen. Bedien
de draaiknop voor de temperatuurregeling
aan de passagierszijde om de gescheiden
bediening te activeren.
Gescheiden bediening (het controlelampje in
de DUAL-schakelaar brandt):
De temperatuur aan de bestuurders- en pas-
sagierszijde kan afzonderlijk worden inge-
steld.
■Instellen van de aanjagersnelheid
Druk op de schakelaar voor het verho-
gen van de aanjagersnelheid om de
aanjagersnelheid te verhogen en de
schakelaar voor het verlagen van de
aanjagersnelheid om de aanjagersnel-
heid te verlagen.
Druk op de schakelaar OFF om de aanjager
uit te schakelen.
■Wijzigen van de luchtcirculatie-
modus
Druk op de toets voor de luchtcirculatie-
regeling.
De luchtcirculatiemodus verandert telkens
wanneer de schakelaar wordt ingedrukt als
volgt:
1 Bovenlichaam
2 Bovenlichaam en voeten
3 Voeten
4 Voeten en voorruitontwaseming
■Schakelen tussen buitenluchtmo-
dus en recirculatiemodus
Druk op de toets buitenlucht-/recircula-
tiemodus.
Iedere keer dat de schakelaar wordt
bediend, wijzigt de modus tussen buiten-
luchtmodus en recirculatiemodus.
Wanneer de recirculatiemodus is geselec-
teerd, brandt het controlelampje op de scha-
kelaar buitenlucht-/recirculatiemodus.
■In-/uitschakelen van de koel- en
ontvochtigingsfunctie
Druk op de aircoschakelaar.
Wanneer de functie is ingeschakeld, brandt
het controlelampje op de toets A/C.
■Ontwasemen van de voorruit
De ruitverwarming wordt gebruikt om
de voorruit en de zijruiten voor te ont-
wasemen.
Druk op de schakelaar voor de voorruit-
verwarming.
112233
44
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 518 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
519
6
6-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
Zet, als de recirculatiemodus is ingescha-
keld, de toets voor de buitenlucht-/recircula-
tiemodus in de buitenl
uchtmodus. (Mogelijk
gaat dit automatisch.)
Verhoog de aanjagersnelheid en de tempe-
ratuur om de voorruit en zijruiten snel te ont-
wasemen.
Druk wanneer de voorruit is ontwasemd
nogmaals op de schakelaar voor de voorruit-
verwarming om terug te keren naar de
vorige modus.
Als de voorruitverwarmi ng is ingeschakeld,
brandt het controlelampje op de schakelaar
voorruitontwaseming.
■Ontwasemen van de achterruit en
buitenspiegels
De achterruit- en buitenspiegelverwar-
ming worden gebruikt om de achterruit
te ontwasemen en om regendruppels,
dauw en ijs van de buitenspiegels te
verwijderen.
Druk op de schakelaar achterruit- en
buitenspiegelverwarming.
De achterruit- en bui tenspiegelverwarming
wordt na ongeveer 60 minuten automatisch
uitgeschakeld.
De achterruit- en bui tenspiegelverwarming
wordt na ongeveer 15 minuten echter auto-
matisch uitgeschakeld afhankelijk van condi-
ties zoals de buitentemperatuur en de status
van het laadsysteem.
Als de achterruit- en buitenspiegelverwar-
ming is ingeschakeld, brandt het controle-
lampje op de schakelaar achterruit- en
buitenspiegelverwarming.
■Persoonlijke voorkeursinstellin-
gen aanjager
Als de automatische stand geselec-
teerd is, kan alleen de aanjagersnel-
heid volgens uw voorkeur worden
ingesteld. 1
Druk op de schakelaar voor de
automatische modus.
2 Druk op de keuzeschakelaar voor
de aanjager.
3 Elke keer als de keuzeschakelaar
voor de aanjager wordt ingedrukt,
verandert de aanjagersnelheid als
volgt.
MEDIUM (gemiddeld) → SOFT (laag) →
FAST (snel)
■Beslaan van de ruiten
●Wanneer de luchtvochtigheid in de auto
hoog is, zullen de ruiten gemakkelijk
beslaan. Als u de aircoschakelaar inscha-
kelt, wordt de lucht die via de uitstroom-
openingen stroomt, ontvochtigd en wordt
de voorruit efficiënt ontwasemd.
●Als u de aircoschakel aar uitschakelt, zullen
de ruiten mogelijk sneller beslaan.
●De ruiten zullen mogelijk beslaan als de
recirculatiemodus is ingeschakeld.
■Bij het rijden op stoffige wegen
Sluit alle ruiten. Als er na het sluiten van de
ruiten nog altijd stof wordt aangezogen, zet
dan de luchttoevoerregeling in de buiten-
luchtmodus en schakel de aanjager in.
■Buitenlucht-/recirculatiemodus
●Het wordt aangeraden om de recirculatie-
modus tijdelijk in te schakelen om te voor-
komen dat er vuile lucht wordt aangevoerd
en om de auto te helpen koelen wanneer
het buiten warm is.
●Mogelijk wordt de buitenluchtmodus/recir-
culatiemodus automat isch ingeschakeld
afhankelijk van de inges telde temperatuur
of de temperatuur in de auto.
■Werking van de airconditioning in de
ECO-rijmodus
●In de ECO-rijmodus wordt de airconditio-
ning als volgt bediend voor een laag
brandstofverbruik:
• Het motortoerental en de werking van de compressor worden geregeld om de ver-
warm-/koelcapaciteit te beperken
• Wanneer de automatische modus is geko- zen, wordt de aanjagersnelheid beperkt
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 519 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
5206-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
●Doe het volgende om de prestaties van de
airconditioning te verbeteren:
• Wijzig de aanjagersnelheid
• Schakel de ECO-rijmodus uit ( →Blz. 436)
■Wanneer de buitentemperatuur tot bijna
0°C daalt
De ontvochtigingsfuncti e werkt mogelijk niet,
zelfs niet wanneer de toets A/C wordt inge-
drukt.
■Geuren ventilatie en airconditioning
●Zet de airconditioning in de buitenluchtmo-
dus om frisse lucht binnen te laten.
●Tijdens het gebruik kunnen verschillende
geuren van binnen en buiten de auto in het
airconditioningsysteem terechtkomen. Dit
kan tot gevolg hebben dat de lucht die uit
de uitstroomopeningen komt niet lekker
ruikt.
●Het voorkomen van mogelijke geuren:
• We raden u aan het airconditioningsys- teem in de buitenluchtmodus te zetten
voordat u de motor uitschakelt.
• Mogelijk wordt het inschakelen van de aanjager direct nadat de airconditioning in
de automatische modus wordt ingescha-
keld even vertraagd.
●Bij het parkeren schakelt het systeem
automatisch de buitenluchtmodus in voor
een betere luchtcirculatie in de auto, wat
helpt om geuren bij het starten van de auto
te verminderen.
■De airconditioning blijft in werking als
de motor is uitgezet door het Stop &
Start-systeem (auto's met Stop & Start-
systeem)
Als de motor wordt afgezet doordat het Stop
& Start-systeem in werking is, worden de
koel-, verwarmings- en ontvochtigingsfunc-
ties uitgeschakeld en blaast het systeem
alleen lucht die op kamertemperatuur is. Druk
op de uitschakeltoets van het Stop & Start-
systeem om te voorkomen dat de airconditio-
ning wordt uitgeschakeld en gebruik het Stop
& Start-systeem niet.
■Als de voorruit beslagen is en de motor
is uitgezet door het Stop & Start-sys-
teem (auto's met Stop & Start-systeem)
Druk op de schakelaar voorruitontwaseming
om de motor opnieuw te starten en de voor-
ruit te ontwasemen.
Druk als de voorruit blijft beslaan op de uit-
schakeltoets van het Stop & Start-systeem
en gebruik het Stop & Start-systeem niet.
■Wanneer er een geur vrijkomt uit de air-
conditioning als de motor is uitgezet
door het Stop & Start-systeem (auto's
met Stop & Start-systeem)
Druk op de uitschakeltoets van het Stop &
Start-systeem om de motor weer te starten.
■Interieurfilter
→ Blz. 585
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. de werking van de toets
AUTO van de airconditioning) kunnen wor-
den gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoon-
lijke voorkeur sinstellingen: →Blz. 694)
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de voorruit beslaat
Gebruik de schakelaar voor de voorruitont-
waseming niet in combinatie met koele
lucht bij zeer vochtig weer.
Het verschil tussen de buitentemperatuur
en de temperatuur van de voorruit zorgt
ervoor dat de buitenkant van de voorruit
beslaat, waardoor het zicht wordt belem-
merd.
■Als de buitenspiegelverwarming
ingeschakeld is (indien aanwezig)
Raak het spiegeloppervlak van de buiten-
spiegels niet aan wanneer de buitenspie-
gelverwarming is ingeschakeld.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
accu
Laat de airconditioning niet langer inge-
schakeld dan noodzakelijk is als de motor
niet draait.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 520 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
521
6
6-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
1
Druk op de schakelaar AUTO.
De ontvochtigingsfunctie wordt ingescha-
keld. De uitstroomopeningen waaruit de
lucht komt en de aanjagersnelheid worden
automatisch geregeld op basis van de geko-
zen temperatuur en de luchtvochtigheid.
2Wijzig de ingestelde temperatuur.
3 Druk op de schakelaar OFF om de
procedure te beëindigen.
Als de instelling van de aanjagersnel-
heid of de luchtcirculatiemodi worden
bediend, dooft het controlelampje van
de automatische modus. De automati-
sche modus blijft echter ingeschakeld
voor de andere functies dan die worden
bediend.
■Gebruik van de automatische modus
De aanjagersnelheid wordt automatisch
geregeld op basis van de gekozen tempera-
tuur en de omgevingscondities.
Daarom kan direct na het indrukken van de
schakelaar AUTO de aanjager even worden
uitgeschakeld tot er voldoende warme of
koude lucht voorhanden is.
Dit systeem wordt gebruikt om ijsvor-
ming op de voorruit en de ruitenwissers
te voorkomen.
Gebruik deze toets om het systeem in
en uit te schakelen.
Het controlelampje gaat branden als het sys-
teem is ingeschakeld.
Auto's met voorruitverwarming: De voorruit-
verwarming wordt na een tijdje automatisch
uitgeschakeld.
Auto's met voorruitontwaseming:
De ontwaseming van de verwarmde
voorruit wordt na 4 minuten automa-
tisch uitgeschakeld.
De ontwaseming van de verwarmde
voorruit werkt niet als de buitentem-
peratuur 5°C of hoger is.
Schakelaar voorruitverwarming
Schakelaar voorruitontwaseming
Gebruik van de
automatische modusVoorruitverwarming (indien
aanwezig)/ontwaseming
verwarmde voorruit
(indien aanwezig)
A
B
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 521 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
5226-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Deze functie regelt automatisch de
luchtcirculatie van de airconditioning,
zodat prioriteit wordt gegeven aan de
voorstoelen. Wanneer de voorpassa-
giersstoel niet bezet is, stroomt er
mogelijk alleen lucht naar de bestuur-
dersstoel. Onnodig gebruik van de air-
conditioning wordt onderdrukt, wat
zorgt voor een lager brandstofverbruik.
De geconcentreerde luchtcirculatiemo-
dus voor de voorstoel werkt in de vol-
gende situaties:
Er worden geen passagiers gesigna-
leerd op de achterstoelen
De voorruitverwarming is niet in wer-
king
Wanneer de modus in werking is,
brandt .
■Geconcentreerde luchtcirculatie-
modus voorstoel handmatig in-/
uitschakelen
Wanneer de geconcentreerde luchtcir-
culatiemodus voor de voorstoel is inge-
schakeld, kan met de schakelaar worden ingesteld of de lucht alleen
naar de voorstoelen
moet stromen of
naar alle stoelen. Wanneer de modus
handmatig wordt bediend, stopt de
automatische regeling van de luchtcir-
culatie.
Druk op op het bedieningspaneel
van de airco om de luchtcirculatie in te
stellen.
Controlelampje brandt: Luchtstroom
alleen naar de voorstoelen
Controlelampje uit: Luchtstroom
naar alle stoelen
■Werking van de automatische luchtcir-
culatie
●Voor het behoud van een comfortabel inte-
rieur kan de luchtstroom, direct nadat de
motor is gestart en op andere momenten,
afhankelijk van de buitentemperatuur, naar
stoelen zonder passagiers worden geleid.
●Als, nadat de motor is gestart, passagiers
in de auto van plaats veranderen of in- of
uit de auto stappen, kan het systeem de
aanwezigheid van passagiers niet goed
bepalen en werkt de automatische regeling
van de luchtcirculatie niet.
■Handmatige regeling van de luchtcircu-
latie
Zelfs wanneer de functie handmatig wordt
ingesteld om de luchtstroom alleen naar de
voorstoelen te leiden, wordt mogelijk automa-
tisch lucht naar alle stoelen geleid wanneer
een achterstoel bezet is.
■Terugkeren naar automatische luchtcir-
culatie
1 Zet het contact UIT terwijl het controle-
lampje uit is.
2 Wacht ten minste 60 minuten en zet het
contact AAN.
WAARSCHUWING
■Voorkomen van brandwonden
●Auto's met voorruitverwarming: Raak
het onderste deel van de voorruit en de
gedeeltes bij de voorstijlen niet aan
wanneer de voorruitverwarming is inge-
schakeld.
●Auto's met voorruitontwaseming: Raak
de voorruit (met name het onderste
deel) niet aan, omdat het oppervlak heet
kan worden wanneer de voorruitontwas-
eming is ingeschakeld.
Geconcentreerde
luchtcirculatiemodus
voorstoel (S-FLOW-modus)
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 522 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
523
6
6-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
■Plaats van uitstroomopeningen
De uitstroomopeningen en luchthoe-
veelheid veranderen overeenkomstig
de geselecteerde luchtcirculatiemodus.
■Afstellen van de richting van de
luchtstroom en openen/sluiten
van de uitstroomopeningen
Voor
1 Richt de luchtstroom naar links of
rechts, boven of beneden
2 De uitstroomopening openen
*
3De uitstroomopening sluiten*
*: Indien aanwezig (alleen middelste uit-
stroomopeningen)
Achter
1 Richt de luchtstroom naar links of
rechts, boven of beneden
2 De uitstroomopening openen
3 De uitstroomopening sluitenOverzicht en bediening
uitstroomopeningen
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de werking van de
voorruitontwaseming wordt gehin-
derd
Plaats geen voorwerpen op het dashboard
die de uitstroomopeningen kunnen bedek-
ken. Anders raakt de luchtstroom mogelijk
geblokkeerd, waardoor de voorruitverwar-
ming de voorruit niet kan ontwasemen.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 523 Friday, August 7, 2020 1:15 PM