100
Rijden
Deze stand verlaagt het verbruik van elektrische
energie door de tractiebatterij nog meer door het
motorkoppel te beperken.
Sport
In deze stand is een meer dynamische rijstijl mogelijk
door aanpassing van de stuurbekrachtiging en Active
Suspension Control, de respons op het gaspedaal,
het schakelen (bij een auto met een automatische
transmissie) en de mogelijkheid om de dynamische
instellingen van de auto op het instrumentenpaneel
weer te geven.
Handmatig
Stand permanent Handmatig bij een auto met een
automatische transmissie.
Wordt gebruikt om handmatig te schakelen met de
schakelflippers aan de stuurkolom.
Vrijloop-standAfhankelijk van de uitvoering of motor kan
bij een auto met een EAT8-transmissie in stand
D (behalve in stand Sport) de vrijloop worden
geactiveerd door het gaspedaal geleidelijk volledig
los te laten. Hierdoor kan brandstof worden
bespaard.
Het is normaal dat het motortoerental daalt
(toerenteller geeft het stationaire toerental aan,
minder geluid van de motor).
Hill Start Assist
Dit systeem houdt de auto bij het wegrijden op een
helling kort (ongeveer 2 seconden) op zijn plaats. In
weerstandspunt te passeren of één keer naar voren tot
voorbij het weerstandspunt:
–
In het eerste geval gaat de hendel van
P naar N en
vervolgens van N naar R.
–
In het tweede geval gaat de hendel meteen van
P
naar R.
Regeneratief remmen
Met de Brake-functie en bij gas loslaten.
De Brake-functie bootst het afremmen op de motor na
en laat de auto afremmen zonder dat de bestuurder het
rempedaal hoeft in te trappen. De auto remt sneller af
als de bestuurder het gaspedaal loslaat.
De energie die wordt teruggewonnen wanneer het
gaspedaal wordt losgelaten, wordt dan gebruikt om
de tractiebatterij gedeeltelijk op te laden, waardoor de
actieradius van de auto toeneemt.
De auto remt af, maar de remlichten gaan niet
branden.
►
Beweeg de hendel vanuit stand
D/B naar achteren
om de functie in of uit te schakelen.
De D op het instrumentenpaneel wordt vervangen door
een B.
De systeemstatus wordt niet opgeslagen bij het
afzetten van het contact.
In bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld bij volledig opgeladen tractiebatterij of extreme
temperaturen) kan de mate van regeneratief
remmen tijdelijk worden beperkt waardoor de auto
minder sterk afremt.
De bestuurder moet goed op het verkeer letten
en indien nodig altijd onmiddellijk het rempedaal
kunnen intrappen.
Met het rempedaal
Wanneer het rempedaal wordt ingetrapt, wint het
intelligente remsysteem automatisch een deel van de
energie terug, die vervolgens wordt gebruikt om de
tractiebatterij op te laden.
Deze energieterugwinning zorgt ook dat de remblokken
minder worden gebruikt en dus de slijtage wordt
beperkt.
Het intrappen van het rempedaal kan anders aanvoelen dan bij een auto zonder
regeneratief remsysteem.
Rijstanden
Welke rijstanden beschikbaar zijn is afhankelijk van de
motor en uitvoering van de auto.
De rijstanden kunnen met de volgende schakelaar
worden geselecteerd:
► Druk op de schakelaar om de standen op het
instrumentenpaneel weer te geven en, afhankelijk van
de uitvoering, op het scherm bij uitvoeringen met de
PEUGEOT Connect Nav.
Bij een auto met elektromotor kunt u geen stand
selecteren als het lampje READY uit is.
Wanneer de melding verdwijnt, is de geselecteerde
stand geactiveerd en wordt deze op het
instrumentenpaneel weergegeven (behalve in de stand
Normaal).
Wanneer het contact wordt aangezet, wordt standaard
de rijstand Normaal geselecteerd.
Normaal
Hiermee worden de standaardinstellingen hersteld.
Eco
Deze stand vermindert het energieverbruik door de
prestaties van de verwarming en de airconditioning te
verlagen zonder deze uit te schakelen.
101
Rijden
6Deze stand verlaagt het verbruik van elektrische
energie door de tractiebatterij nog meer door het
motorkoppel te beperken.
Sport
In deze stand is een meer dynamische rijstijl mogelijk
door aanpassing van de stuurbekrachtiging en Active
Suspension Control, de respons op het gaspedaal,
het schakelen (bij een auto met een automatische
transmissie) en de mogelijkheid om de dynamische
instellingen van de auto op het instrumentenpaneel
weer te geven.
Handmatig
Stand permanent Handmatig bij een auto met een
automatische transmissie.
W
ordt gebruikt om handmatig te schakelen met de
schakelflippers aan de stuurkolom.
Vrijloop-stand Afhankelijk van de uitvoering of motor kan
bij een auto met een EAT8-transmissie in stand
D (behalve in stand Sport) de vrijloop worden
geactiveerd door het gaspedaal geleidelijk volledig
los te laten. Hierdoor kan brandstof worden
bespaard.
Het is normaal dat het motortoerental daalt
(toerenteller geeft het stationaire toerental aan,
minder geluid van de motor).
Hill Start Assist
Dit systeem houdt de auto bij het wegrijden op een
helling kort (ongeveer 2 seconden) op zijn plaats. In
die tijd kunt u uw voet van het rempedaal naar het
gaspedaal verplaatsen.
Het systeem is alleen actief onder de volgende
voorwaarden:
–
De auto staat volledig stil met het rempedaal
ingedrukt.
–
Er is aan bepaalde hellingcondities voldaan.
–
Het bestuurdersportier is gesloten.
Verlaat de auto niet in de korte periode dat de Hill Start Assist in werking is.
Als iemand uit de auto moet stappen terwijl de
motor draait, trek dan de parkeerrem handmatig
aan. Controleer vervolgens of het controlelampje
van de parkeerrem en het controlelampje
P in de
hendel van de elektrische parkeerrem permanent
branden.
De Hill Start Assist kan niet worden uitgeschakeld. Maar als de parkeerrem wordt
aangetrokken om de auto op zijn plaats te houden,
wordt de werking van de functie onderbroken.
Werking
Als de auto bergopwaarts stilstaat, wordt deze even
op zijn plaats gehouden wanneer de bestuurder het
rempedaal loslaat:
–
Als de eerste versnelling of de neutraalstand is
geselecteerd bij een handgeschakelde versnellingsbak.
–
Als stand
D of M is geselecteerd bij een
automatische transmissie.
–
Als stand
D of B is geselecteerd met de
keuzeschakelaar van de transmissie (elektrische auto).
Als de auto bergafwaarts stilstaat en de
achteruitversnelling ingeschakeld is, wordt de auto