Page 553 of 610

551
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
COROLLA HV_TMMT_EE wiel) de wielmoeren verder tot het tapse
gedeelte aan ligt tegen de velg .
Draai bij het vervangen van een wiel met
lichtmetalen velg door een wiel met een
lichtmetalen velg de wielmoeren tot de sluit-
ringen contact maken met de velg .
3
Laat de auto zakken.
4 Draai iedere moer twee of drie keer
aan in de volgorde die in de afbeel-
ding is aangeven.
Aanhaalmoment:
103 Nm (10,5 kgm, 76 ft•lbf)
5Auto's met een volwaardig reserve-
wiel: Plaats de naafdop terug
(indien aanwezig).
Breng de uitsparing in de wieldop in lijn met
het ventieldopje zoals aangegeven in de
afbeelding.
6Berg het wiel met de lekke band, de
krik en het gereedschap op.
■Het volwaardige reservewiel
●Het volwaardige reservewiel heeft een
aanduiding “Temporary use only” (alleen
voor tijdelijk gebruik) op de buitenzijde van
het wiel. Gebruik het volwaardige reserve-
wiel alleen tijdelijk en alleen in noodgeval-
len.
●Controleer de bandenspanning van het
volwaardige reservewiel. ( Blz. 576)
■Het compacte reservewiel
●Op de band van het compacte reservewiel
staat aan de zijkant de aanduiding TEM-
PORARY USE ONLY (alleen voor tijdelijk
gebruik). Gebruik het compacte reserve-
wiel alleen tijdelijk en alleen in noodgeval-
len.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 551 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 554 of 610

5528-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
COROLLA HV_TMMT_EE
●Controleer de bandenspanning van het
compacte reservewiel. ( Blz. 576)
■Bij gebruik van het compacte reserve-
wiel
De auto ligt lager op de weg als het compacte
reservewiel is gemonteerd dan wanneer er
gereden wordt met de standaardbanden.
■Na het vervangen van het wiel
Het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem moet worden gereset. ( Blz. 487)
■Bij gebruik van het reservewiel
Het compacte reservewiel is niet voorzien
van een bandenspanningssensor en -zender,
waardoor een te lage bandenspanning hier-
van niet wordt aangegeven door het banden-
spanningswaarschuwingssysteem. Verder
zal, als u het reservewiel monteert nadat het
waarschuwingslampje voor een lage banden-
spanning is gaan branden, dit lampje blijven
branden.
■Als uw auto een lekke voorband krijgt
op een weg die bedekt is met sneeuw of
ijs
Vervang een van de achterwielen van de
auto door het compacte reservewiel. Voer
onderstaande stappen uit en monteer
sneeuwkettingen op de voorwielen:
1 Vervang het wiel links of rechts achter
door het compacte reservewiel.
2 Vervang het wiel met de lekke voorband
door het wiel dat van de achterzijde
afkomstig is.
3 Monteer sneeuwkettingen op de voorwie-
len.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 552 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 555 of 610
553
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
COROLLA HV_TMMT_EE
■Verklaring voor de krik
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book
Page 553 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 556 of 610

5548-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
COROLLA HV_TMMT_EE
WAARSCHUWING
■Bij gebruik van het normale reserve-
wiel
●Vervang het reservewiel zo snel moge-
lijk door een wiel met een standaard-
band.
●Vermijd plotseling accelereren, abrupte
stuuracties, plotseling remmen en scha-
kelhandelingen die een plotselinge
motorremwerking veroorzaken.
■Bij gebruik van het compacte reser-
vewiel
●Houd er rekening mee dat het reserve-
wiel speciaal ontworpen is voor gebruik
onder uw auto. Gebruik uw reservewiel
daarom niet onder een andere auto.
●Monteer niet gelijktijdig meer dan één
compact reservewiel onder uw auto.
●Vervang het reservewiel zo snel moge-
lijk door een wiel met een standaard-
band.
●Vermijd plotseling accelereren, abrupte
stuuracties, plotseling remmen en scha-
kelhandelingen die een plotselinge
motorremwerking veroorzaken.
■Bij gebruik van het compacte reser-
vewiel
Het kan voorkomen dat de rijsnelheid niet
goed wordt weergegeven en dat de vol-
gende systemen niet goed werken:
• ABS en Brake Assist
• VSC
•TRC
• Automatic High Beam-systeem (indien aanwezig)
• Cruise control (indien aanwezig)
• Dynamic Radar Cruise Control met vol- ledig snelheidsbereik (indien aanwezig)
• EPS
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem) (indien aanwezig)
• LTA (Lane Tracing Assist) (indien aan- wezig)
• Bandenspanningswaarschuwingssys- teem
• Toyota Parking Assist-sensor (indien aanwezig)
• PKSB (Parking Support Brake) (indien aanwezig)
• BSM (Blind Spot Monitor) (indien aan- wezig)
• Rear View Monitor-systeem (indien aan- wezig)
• S-IPA (Simple Intelligent Parking Assist-systeem) (indien aanwezig)
• Navigatiesysteem (indien aanwezig)
■Snelheidsbeperking bij gebruik van
het compacte reservewiel
Rijd niet harder dan 80 km/h als er een
compact reservewiel onder de auto is
gemonteerd.
Het compacte reservewiel is niet ontwor-
pen voor gebruik bij hoge snelheden. Het
niet opvolgen van deze voorzorgsmaatre-
gel kan leiden tot een ongeval en ernstig
letsel.
■Na gebruik van gereedschap en krik
Controleer voor het rijden of het gereed-
schap en de krik weer goed zijn opgebor-
gen en bevestigd. Dit om te voorkomen
dat een van deze voorwerpen bij een aan-
rijding of bij hard remmen letsel veroor-
zaakt.
OPMERKING
■Rijd voorzichtig over oneffenheden
in het wegdek heen als het compacte
reservewiel onder de auto gemon-
teerd is.
De auto ligt lager op de weg als het com-
pacte reservewiel is gemonteerd dan wan-
neer er gereden wordt met de
standaardbanden. Wees voorzichtig bij het
rijden over slechte wegen.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 554 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 557 of 610

555
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
COROLLA HV_TMMT_EE
Een van de onderstaande punten kan
het probleem veroorzaken:
De elektronische sleutel werkt
mogelijk niet goed. ( Blz. 557)
Er is mogelijk onvoldoende brand-
stof aanwezig in de tank. Vul de
brandstoftank.
Er kan een storing aanwezig zijn in
de startblokkering. (Blz. 83)
Er kan een storing aanwezig zijn in
het stuurslotsysteem.
Het hybridesysteem van de motor is
mogelijk defect als gevolg van een
elektrische storing, zoals een ontla-
den batterij van de elektronische
sleutel of een defecte zekering. Er
bestaat echter, afhankelijk van het
soort storing, een noodmaatregel om
het hybridesystee m te starten.
(Blz. 556)
Alleen ZWE213-uitvoeringen
*: De
temperatuur van het batterijpakket
(tractiebatterij) is mogelijk zeer laag
is (lager dan ongeveer -30°C).
(Blz. 79, 217)
OPMERKING
■Rijden met sneeuwkettingen en het
compacte reservewiel
Monteer geen sneeuwketting op het com-
pacte reservewiel. De sneeuwketting kan
de carrosserie beschadigen en het rijge-
drag in negatieve zin beïnvloeden.
■Bij het vervangen van banden
Neem voor het verwijderen en plaatsen
van wielen, banden of bandenspannings-
sensoren en -zenders contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgerus te deskundige, omdat
de bandenspanningssensoren en -zen-
ders beschadigd kunnen raken als er niet
voorzichtig mee wordt omgegaan.
■Voorkomen van schade aan de ban-
denspanningssensoren en -zenders
Als een band is gerepareerd met banden-
reparatievloeistof, werken de bandenspan-
ningssensor en -zender mogelijk niet
goed. Neem wanneer bandenreparatie-
vloeistof is gebruikt zo snel mogelijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Vervang bij het vervangen
van de band de bandenspanningssensor
en -zender. ( Blz. 486)
Als het hybridesysteem
niet kan worden gestar t
Het niet starten van het hybride-
systeem kan verschillende oorza-
ken hebben. Raadpleeg het
volgende overzicht en onderneem
de bijpassende acties:
Het hybridesysteem kan niet
worden gestart, ook al is de
startprocedure correct
uitgevoerd. ( Blz. 217)
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 555 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 558 of 610

5568-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
COROLLA HV_TMMT_EE
*: De modelcode staat vermeld op het type- plaatje. ( Blz. 570)
Een van de onderstaande punten kan
het probleem veroorzaken:
De 12V-accu is mogelijk te ver ontla-
den. ( Blz. 559)
De accuklemmen zitten mogelijk los
of zijn gecorrodeerd. ( Blz. 472)
Een van de onderstaande punten kan
het probleem veroorzaken:
De 12V-accu is mogelijk te ver ontla-
den. ( Blz. 559)
Een of beide klemmen van de
12V-accu kunnen loszitten.
(Blz. 472)
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige als het probleem niet
verholpen kan worden of als de reparatie-
procedure niet bekend is.
Wanneer het hybridesysteem niet start
maar de startknop normaal werkt, kan
het systeem aan de hand van de vol-
gende stappen voorlopig worden
gestart.
Gebruik deze startprocedure alleen in
noodgevallen.
1 Activeer de parkeerrem.
(Blz. 227)
2 Controleer of de selectiehendel in
stand P staat.
3 Zet het contact in stand ACC.
4 Houd de startknop gedurende 15
seconden ingedrukt terwijl het rem-
pedaal stevig wordt ingetrapt.
Ook als het hybridesysteem met behulp van
deze stappen kan worden gestart, kan er
een storing in het systeem aanwezig zijn.
Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
De interieurverlichting en de
koplampen gaan zwakker
branden of de claxon maakt
geen of weinig geluid.
De interieurverlichting en de
koplampen gaan niet branden
of de claxon maakt geen
geluid.
Noodstartfunctie
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 556 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 559 of 610

557
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
COROLLA HV_TMMT_EE
■Als de elektronische sleutel niet goed
werkt
●Controleer of het Smart entry-systeem met
startknop niet is uit
geschakeld via de per-
soonlijke voorkeursins tellingen. Is de func-
tie uitgeschakeld, schakel hem dan in.
(Systemen met mogelijkheden voor per-
soonlijke voork eursinstellingen:
Blz. 581)
●Controleer of de energiebespaarmodus is
ingeschakeld. Is de functie ingeschakeld,
schakel hem dan uit. ( Blz. 141)
Als u uw sleutels verliest
Een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige kan een
nieuwe originele mechanische
sleutel maken met behulp van de
andere originele mechanische
sleutel en het sleutelnummer op
uw plaatje met sleutelnummer.
Bewaar het plaatj e met het sleutel-
nummer op een veilige plaats bui-
ten de auto, bijvoorbeeld in uw
portemonnee.
OPMERKING
■Wanneer u een elektronische sleutel
verliest
Als de elektronische sl eutel zoek blijft,
wordt het risico aanzienlijk groter dat de
auto wordt gestolen. Ga onmiddellijk met
alle overgebleven el ektronische sleutels
die bij uw auto zijn geleverd naar een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
Als de elektronische
sleutel niet goed werkt
Als de communicatie tussen de
elektronische sleutel en de auto is
verbroken ( Blz. 141) of de elek-
tronische sleutel niet kan worden
gebruikt omdat de batterij leeg is,
werken het Smart entry-systeem
met startknop en de afstandsbe-
diening niet. In dergelijke gevallen
kunnen de portieren en de achter-
klep worden geopend of kan het
hybridesysteem worden gestart
volgens onderstaande procedure.
OPMERKING
■In geval van storingen in het Smart
entry-systeem met startknop of
andere problemen met de sleutel
Breng uw auto, inclusief alle elektronische
sleutels die bij uw auto zijn geleverd, naar
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 557 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 560 of 610

5588-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
COROLLA HV_TMMT_EE
Gebruik de mechanische sleutel
(Blz. 132) om de volgende handelin-
gen uit te voeren:
1 Vergrendelen van alle portieren
2 Ontgrendelen van alle portieren
■Aan de sleutel gekoppelde functies
1 Sluiten van de ruiten en het schuifdak
*1
(draaien en vasthouden)*2
2 Openen van de ruiten en het schuifdak*1
(draaien en vasthouden)*2
*1
: Indien aanwezig
*2: Deze instellingen moeten aan de per- soonlijke voorkeur worden aangepast
door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
1 Zorg ervoor dat de selectiehendel in
stand P staat en trap het rempedaal
in.
2 Houd de zijde van de elektronische
sleutel met het Toyota-logo tegen
de startknop.
Wanneer de elektronische sleutel wordt
gesignaleerd, klinkt er een zoemer en wordt
het contact AAN gezet.
Wanneer het Smart entry-systeem met start-
knop is uitgeschakeld via de persoonlijke
voorkeursinstellingen, wordt het contact in
stand ACC gezet.
3 Trap het rempedaal stevig in en
controleer of op het
multi-informatiedisp lay wordt weer-
gegeven.
Vergrendelen en ontgrendelen
van de portierenWAARSCHUWING
■Bij het gebruik van de mechanische
sleutel en het bedienen van de elek-
trisch bedienbare ruiten of het
schuifdak (indien aanwezig)
Bedien de elektrisch bedienbare ruit of het
schuifdak nadat u hebt gecontroleerd of er
geen risico is dat een passagier met een
lichaamsdeel bekneld ka n raken tussen de
ruit of het schuifdak.
Laat tevens de mechanische sleutel niet
bedienen door kinderen. Het kan gebeu-
ren dat een lichaamsdeel van een kind of
een andere passagier klem komt te zitten
tussen de elektrisch bedienbare ruit of het
schuifdak.
Starten van het
hybridesysteem
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 558 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM