Page 337 of 610

335
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
■Situaties waarin de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objec-
ten) mogelijk niet goed werkt
In bepaalde situaties, zoals de onderstaande,
werkt deze functie mogelijk niet goed.
●Weer
• Wanneer een sensor of de omgeving van een sensor zeer heet of koud is
• Wanneer het stevig waait
• Als een sensor is bedekt met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil (nadat de sensor is
schoongemaakt, zal het systeem weer nor-
maal werken)
• Bij zware regenval of als er veel water op een sensor terechtkomt
• Bij het rijden onder barre weersomstandig- heden, bijvoorbeeld bij mist, sneeuw of
een zandstorm
• Als de sensor bevror en is (zodra de sensor
ontdooit, zal het systeem weer normaal
werken)
●Omgeving van de auto
• Wanneer zich tussen de auto en een gesignaleerd obstakel een object bevindt
dat niet kan worden gesignaleerd
• Als een object zoals een auto, motorfiets, fiets of voetganger voor de auto langs
komt of plotseling van opzij opduikt.
• De auto nadert een hoge of gebogen stoeprand.
• De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind of op gras.
• Als het object zich te dicht bij de sensor bevindt.
●Andere bronnen van ultrasoongolven
• Wanneer in de omgeving van de auto ultra- soongolven worden geproduceerd door
claxons, voertuigdetectiesystemen, motor-
fietsmotoren, luchtremmen van vrachtwa-
gens, sonarsystemen van andere auto's of
andere bronnen.
• Als een sticker of een elektronisch onder- deel zoals een kentekenplaat met achter-
grondverlichting (met name
fluorescerende), een mistlamp, een spat-
bordantenne of een draadloze antenne in
de buurt van een van de sensoren is
geplaatst
●Wijzigingen in de stand van de auto ten
opzichte van de weg
• Als de auto sterk naar één kant helt
• Als de voorzijde van de auto omhoog of omlaag staat door de belading van de auto
• Als de stand van een sensor is gewijzigd door een aanrijding o.i.d.
• Als er uitrusting di e een sensor kan hinde-
ren, zoals een bumperbeschermer (een
extra beschermstrip, enz.), fietsendrager of
sneeuwploeg, is geplaatst
• Als de wielophanging is gewijzigd of als er een andere maat banden dan voorge-
schreven is gemonteerd
• Als er bijvoorbeeld lak of een sticker op een sensor is aangebracht.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 335 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 338 of 610

3364-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE
*: Indien aanwezig
Deze functie treedt in werking in situaties zoals hieronder aangegeven wanneer in
de rijrichting van de auto een auto wordt gesignaleerd.
■Bij het achteruitrijden nadert een auto en het rempedaal wordt niet of te laat
ingetrapt
Blz. 307
Parking Suppor t Brake-functie (voor voer tuigen die
achterlangs rijden)*
Als een radarsensor achter een auto signaleert die van rechts of links achter
nadert en het systeem bepaalt dat de kans op een aanrijding groot is, acti-
veert deze functie de remmen om de kans op een aanrijding met de nade-
rende auto te verkleinen.
Voorbeelden van het in werking treden van de functie
Soorten sensoren
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
met betrekking tot de radarsensoren ach-
ter ( Blz. 307) in acht. Het niet in acht
nemen van de voorschriften kan er toe lei-
den dat een sensor niet goed werkt, waar-
door een ongeval kan ontstaan.
●Wijzig, demonteer of spuit de sensoren
niet.
●Vervang een radarsensor achter uitslui-
tend door een originele sensor.
●Voorkom dat de radarsensoren achter
beschadigd raken en houd de radarsen-
soren en hun omgeving op de bumper
te allen tijde schoon.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 336 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 339 of 610

337
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
■Voorwaarden voor werking van de Par-
king Support Brake-functie (voor voer-
tuigen die achterlangs rijden)
De functie werkt als het controlelampje PKSB
OFF niet brandt of knippert ( Blz. 97, 98) en
aan alle onderstaande voorwaarden wordt
voldaan:
●Begrenzingsregeli ng hybridesysteem
• De Parking Support Brake is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is 15 km/h of lager.
• Voertuigen die de auto van rechts of links achter de auto naderen met een snelheid
van minder dan ongeveer 8 km/h
• De selectiehendel staat in stand R.
• De Parking Support Brake stelt vast dat er harder dan normaal moet worden geremd
om een aanrijding met een naderende auto
te voorkomen.
●Remregeling
• De begrenzingsregeling van het hybride- systeem is in werking.
• De Parking Support Brake stelt vast dat een noodstop noodzakelijk is om een aan-
rijding met een naderende auto te voorko-
men.
■Voorwaarden voor het stoppen van de
werking van de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die ach-
terlangs rijden)
De werking van de functie stopt als aan één
van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
●Begrenzingsregeli ng hybridesysteem
• De Parking Support Brake is uitgescha- keld.
• De aanrijding kan worden voorkomen met normaal remmen.
• Er nadert niet langer een auto van rechts of links achter de auto.
●Remregeling
• De Parking Support Brake is uitgescha- keld. • Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken
nadat de auto door de remregeling tot stil-
stand is gebracht.
• Het rempedaal wordt ingetrapt nadat de auto tot stilstand is gebracht door de rem-
regeling.
• Er nadert niet langer een auto van rechts of links achter de auto.
■Detectiegebied van de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die ach-
terlangs rijden)
Het detectiegebied van de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die achter-
langs rijden) verschilt van dat van de RCTA
( Blz. 338). Daardoor wordt de Parking Sup-
port Brake-functie (voor voertuigen die ach-
terlangs rijden) mogelijk niet geactiveerd, ook
al signaleert de RCTA een auto en wordt er
een waarschuwing gegeven.
■Omstandigheden waaronder de Par-
king Support Brake-functie (voor voer-
tuigen die achterlangs rijden) een auto
niet signaleert
De Parking Support Brake-functie (voor voer-
tuigen die achterlangs ri jden) is niet ontwor-
pen om de volgende typen voertuigen en/of
objecten te signaleren.
●Voertuigen die van direct achter de auto
naderen
●Voertuigen die achteruit inparkeren in een
parkeerruimte naast uw auto
●Voertuigen die niet kunnen worden gesig-
naleerd door de sensoren als gevolg van
obstakels
●Voertuigen vlak bij uw auto die plotseling
accelereren of decelereren
●Vangrails, muren, verkeersborden, gepar-
keerde auto's en vergelijkbare, stilstaande
objecten
●Kleine motorfietsen, fietsen, voetgangers,
enz.
●Voertuigen die van de auto af bewegen
WAARSCHUWING
■Voorkomen van storingen in de wer-
king van een radarsensor achter
Wanneer het gebied rondom een radar-
sensor achter wordt blootgesteld aan een
krachtige schok, werkt het systeem moge-
lijk niet goed meer doordat de sensor niet
goed meer werkt. Laat de auto nakijken
door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 337 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 340 of 610

3384-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE
●Voertuigen die naderen vanuit parkeer-
ruimtes naast uw auto
●Objecten die zich zeer dicht bij een radar-
sensor bevinden
●Voertuigen die de auto van rechts of links
achter de auto naderen met een snelheid
van minder dan ongeveer 8 km/h
●Voertuigen die de auto van rechts of links
achter de auto naderen met een snelheid
van meer dan ongeveer 24 km/h
■PKSB-zoemer
Als de Parking Support Brake is ingescha-
keld en de remregeling wordt uitgevoerd,
klinkt een zoemer om de bestuurder hierop te
attenderen.
■Omstandigheden waaronder het sys-
teem mogelijk werkt, zelfs als er geen
kans op een aanrijding is
Onder sommige omstandigheden, zoals de
onderstaande, werkt de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die achter-
langs rijden) mogelijk zelfs als er geen kans
op een aanrijding is.
●Wanneer de parkeerplaats uitkijkt op een
straat en er auto's over die straat rijden
●Wanneer een gesignaleerde naderende
auto een bocht maakt
●Wanneer een voertuig uw auto van opzij
passeert
●Wanneer de afstand tussen uw auto en
metalen objecten, zoals een vangrail,
muur, verkeersbord of geparkeerde auto,
die mogelijk elektrisc he golven richting de
achterzijde van de auto reflecteren, kort is
●Als er zich ronddraaiende objecten, zoals
de ventilatoren van een airco-unit, in de
buurt van de auto bevinden
●Als er water op de achterbumper spat of
gespoten wordt, bijvoorbeeld van een
sproeier
■Situaties waarin de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die ach-
terlangs rijden) mogelijk niet goed
werkt
In bepaalde situaties, zoals de onderstaande,
signaleren de radarsensoren een object
mogelijk niet en werkt deze functie mogelijk
niet goed
●Stilstaande objecten
●Wanneer een sensor of de omgeving van
een sensor zeer heet of koud is
●Als de achterbumper is bedekt met bijvoor-
beeld ijs, sneeuw of vuil
●Bij zware regenval of een andere oorzaak
waardoor er veel water op de auto terecht-
komt
●Als de auto sterk naar één kant helt
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 338 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 341 of 610

339
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
●Als er uitrusting die een sensor kan hinde-
ren, zoals een sleepoog, bumperbescher-
mer (een extra beschermstrip, enz.),
fietsendrager of sneeuwploeg, is geplaatst
●Als de wielophanging is gewijzigd of als er
een andere maat banden dan voorge-
schreven is gemonteerd
●Als de voorzijde van de auto omhoog of
omlaag staat door de belading van de auto
●Als een elektronisch onderdeel zoals een
kentekenplaat met achtergrondverlichting
(met name fluorescerende), een mistlamp,
een spatbordantenne of een draadloze
antenne in de buurt van een radarsensor is
geplaatst
●Als de stand van een radarsensor is gewij-
zigd
●Wanneer meerdere auto's naderen met
slechts weinig ruimte tussen elke auto
●Als er een auto snel van achteren nadert
●Omstandigheden waaronder de radarsen-
sor een voertuig mogelijk niet signaleert
• Wanneer een voertuig van rechts of links achter de auto nadert terwijl u achteruitrij-
dend een bocht maakt
• Wanneer u achteruitrijdend een bocht maakt
• Bij het onder een kleine hoek achteruit uit- rijden van een parkeerplaats • Bij het achteruitrijden op een helling met
een grote verandering in het hellingsper-
centage
• Wanneer een voertuig een bocht maakt in het detectiegebied
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 339 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 342 of 610

3404-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE
*: Indien aanwezig
■Overzicht van functies
Het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem bedi ent automatisch
het stuurwiel voor ondersteuning bij het
achteruitrijden in een gebied naast een
beoogde parkeerplaats en bij het weg-
rijden van een parkeerplaats na het file-
parkeren. (De bediening van de
selectiehendel en het aanpassen van
de snelheid bij het voor- of achteruitrij-
den worden niet automatisch uitge-
voerd.)
Het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem parke ert de auto niet
automatisch. Het is een systeem dat
ondersteuning biedt bij het wegrijden
uit de parkeerplaats na het haaks
inparkeren of fileparkeren.
Het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem biedt ondersteuning
bij de bediening van het stuurwiel
om de auto in de richting van de
gewenste parkeerplaats te begelei-
den. De gewenste parkeerplaats kan
mogelijk niet altijd worden bereikt,
afhankelijk van de weg- en voertui-
gomstandigheden op het moment
dat u wilt parkeren en de afstand tot
de gewenste parkeerplaats.
■Koppeling met PKSB (Parking
Support Brake-systeem) (indien
aanwezig)
Als het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem in werking is en het sys-
teem een obstakel signaleert dat een
aanrijding kan veroorzaken, wordt er
een noodstop uitgevoerd, ongeacht of
de PKSB (Parking Support Brake) is in-
of uitgeschakeld. ( Blz. 341)S-IPA (Simple Intelligent
Parking Assist-systeem)*
Simple Intelligent Parking
Assist-systeem
WAARSCHUWING
■Bij gebruik van het Simple Intelligent
Parking Assist-systeem
●Controleer bij het acht eruit- of vooruitrij-
den of het gebied achter, voor en
rondom de auto veilig is en rijd lang-
zaam achteruit of vooruit terwijl u de rij-
snelheid regelt met het rempedaal.
●Als de kans bestaat dat de auto een
voetganger, een andere auto of een
ander obstakel zal raken, breng de auto
dan tot stilstand door het rempedaal in
te trappen en druk op de S-IPA-schake-
laar ( Blz. 342) om het systeem uit te
schakelen.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 340 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 343 of 610

341
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
■PKSB (Parking Support Brake) terwijl
het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem in werking is
Als het Simple Intelligent Parking Assist-sys-
teem in werking is en het systeem een obsta-
kel signaleert dat een aanrijding kan
veroorzaken, treden de begrenzingsregeling
van het hybridesysteem en de remregeling
van de PKSB (Parking Support Brake) in
werking, ongeacht of de PKSB (Parking Sup-
port Brake) is in- of uitgeschakeld.
( Blz. 324)
●Nadat de PKSB (Parking Support Brake) in
werking is getreden, wordt de werking van
het Simple Intelligent Parking Assist-sys-
teem tijdelijk gestopt en wordt de werking
van de PKSB (Parking Support Brake) op
het multi-informatiedisplay weergegeven.
( Blz. 325)
●Wanneer de werking van het Simple Intelli-
gent Parking Assist-systeem 3 keer is
gestopt als gevolg van de werking van de PKSB (Parking Support Brake), wordt het
Simple Intelligent Parking Assist-systeem
uitgeschakeld.
●Zodra het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem beschikbaar is nadat de
PKSB (Parking Support Brake) in werking
is getreden, wordt er een melding op het
multi-informatiedisplay weergegeven die u
laat weten dat u moet schakelen. De wer-
king van het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem kan worden hervat door te
schakelen overeenkomstig de aanwijzing
op het multi-informatiedisplay en door de
S-IPA-schakelaar (
Blz. 342) nogmaals in
te drukken.
■Schakelen terwijl het Simple Intelligent
Parking Assist-systeem in werking is
Als het systeem vaststelt dat de bestuurder
van plan is om vooruit of achteruit te rijden,
blijft de ondersteuning werken, ook al heeft
de bestuurder geschakeld voordat dit door
het systeem werd aangegeven. Doordat de
bediening door de bestuurder verschilt van
Tabel met ondersteuningsmodi en functies van het Simple Intelligent
Parking Assist-systeem
OndersteuningsmodusWijze van parkerenOverzicht van functiesZie bladzijde
Modus automatisch
fileparkerenFileparkeren
Begeleiding wordt geboden om de
beoogde parkeerplaats te signaleren
en een positie te bereiken van waaruit
achteruit kan worden gereden. Onder-
steuning wordt geboden vanaf het punt
waar de auto achteruit begint te rijden
tot het moment dat hij de beoogde par-
keerplaats bereikt.
Blz. 344
Modus parkeerplaats
fileparkeren verlatenParkeerplaats
fileparkeren
verlaten
De ondersteuning begint na het filepar-
keren van de auto. Ondersteuning
wordt geboden om de auto vanuit de
parkeerplaats te begeleiden naar een
positie van waaruit hij kan wegrijden.
Blz. 348
Modus automatisch
achteruit inparkeren
(met functie voor
begeleiding bij vooruit
rijden)
Achteruit
inparkeren
De ondersteuning begint nadat de auto
voor de beoogde parkeerplaats tot stil-
stand is gebracht en helpt bij het ach-
teruit de parkeerplaats inrijden,
inclusief begeleiding om een positie te
bereiken van waaruit achteruit kan
worden gereden.
Blz. 352
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 341 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 344 of 610

3424-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE de door het systeem geboden ondersteuning,
neemt het aantal keermanoeuvres mogelijk
toe.
■Wijzigen met de S-IPA-schakelaar
Druk op de schakelaar.
Hiermee kunt u schakelen tussen de
functies en de ondersteuningsmodi uit-
of inschakelen.
Telkens wanneer de S-IPA-schakelaar
wordt ingedrukt terwijl het contact AAN
staat en de rijsnelheid ongeveer 30
km/h of lager is, wijzigt de functie als
volgt.
De geselecteerde functie wordt weer-
gegeven op het bedieningsdisplay op
het multi-informatiedisplay ( Blz. 342).
Elke keer dat de S-IPA-schakelaar
ingedrukt wordt terwijl de selectie-
hendel niet in stand P staat, wijzigt
de modus als volgt: Modus automatisch fileparke-
ren
Modus automatisch achteruit
inparkeren
*Uit
Elke keer dat de S-IPA-schakelaar
ingedrukt wordt terwijl de selectie-
hendel in stand P staat, wijzigt de
modus als volgt:
Modus parkeerplaats fileparkeren
verlaten Uit
*: De modus automatisch achteruit inparke-
ren kan worden ingeschakeld wanneer
aan de desbetreffende werkingsvoorwaar-
den wordt voldaan ( Blz. 347). Wanneer
er niet aan de werkingsvoorwaarden
wordt voldaan, wordt hij uitgeschakeld.
Het begeleidingsscherm wordt weerge-
geven op het multi-informatiedisplay.
Weergave bediening
Geeft de bedrijfsconditie van het Simple
Intelligent Parking Assist-systeem weer.
Stopweergave
Trap wanneer dit brandt het rempedaal in en
breng de auto direct tot stilstand.
Indicator mate van assistentie
Geeft een statusbalk weer waarop wordt
aangegeven hoe ver de auto is verwijderd
van zijn stoppositie/wat de positie is waarbij
de ondersteuningsregeling eindigt.
Wijzigen van de
ondersteuningsmodus
Begeleidingsscherm
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 342 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM