Page 329 of 610
327
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
Afbeelding 2: Wanneer de begrenzingsre geling voor het hybridesysteem in wer-
king is
Vermogen hybridesysteem
Remkracht
Tijd
Begrenzingsregeling hybride systeem treedt in werking
Systeem bepaalt dat de kans op een aanrijding met een gesignaleerd object
groot is
Vermogen hybridesysteem gereduceerd
Voorbeeld: multi-informatiedisp lay: “Brake!” (Remmen!)
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 327 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 330 of 610
3284-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE
Afbeelding 3: Wanneer de remregeling in werking is
Vermogen hybridesysteem
Remkracht
Tijd
Begrenzingsregeling hybride systeem treedt in werking
Systeem bepaalt dat de kans op een aanrijding met een gesignaleerd object
groot is
Vermogen hybridesysteem gereduceerd
Systeem bepaalt dat de kans op een aanrijding met een gesignaleerd object
zeer groot is
Remregeling treedt in werking
Kracht remregeling vergroot
Voorbeeld: multi-informatiedisp lay: “Brake!” (Remmen!)
Voorbeeld: multi-informatiedi splay: “Switch to Brake” (Trap het rempedaal in)
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 328 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 331 of 610

329
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
■Als de Parking Support Brake in wer-
king is getreden
Als de auto is stilgezet door de werking van
de Parking Support Brake, wordt de Parking
Support Brake uitgeschakeld en gaat het
controlelampje PKSB OFF branden. Als de
Parking Support Brake onnodig in werking
treedt, kan de remregeling worden geannu-
leerd door het rempedaal in te trappen of
door ongeveer 2 seconden te wachten totdat
deze automatisch wordt geannuleerd. Vervol-
gens kunt u verder rijden door het gaspedaal
in te trappen.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake
Wanneer de Parking Support Brake is uitge-
schakeld door de werking ervan, kunt u zelf
het systeem weer inschakelen ( Blz. 324) of
het contact UIT en vervolgens weer AAN zet-
ten. Het systeem wordt automatisch weer
ingeschakeld als het obstakel zich niet langer
in de rijrichting van de auto bevindt of als de
auto van rijrichting verandert (bijvoorbeeld
achteruit in plaats van vooruit of andersom).
■Wanneer “Parking Support Brake
Unavailable” (Parking Support Brake
niet beschikbaar) op het multi-informa-
tiedisplay wordt weergegeven en het
controlelampje PKSB OFF knippert
Als de auto is stilgezet door de werking van
de Parking Support Brake, wordt de Parking
Support Brake uitgeschakeld en gaat het
controlelampje PKSB OFF branden.
●Mogelijk is een van de sensoren bedekt
met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil. Verwij-
der dit van de sensor om te zorgen dat het
systeem weer normaal werkt.
Ook wordt er bij lage temperaturen moge-
lijk een waarschuwingsmelding weergege-
ven doordat zich ijs vormt op een sensor
en een sensor daardoor mogelijk geen
obstakels signaleert. Zodra het ijs smelt,
zal het systeem weer normaal werken.
●Wanneer deze melding wordt weergege-
ven is een sensor op de voor- of achter-
bumper mogelijk vuil. Reinig de sensoren
en het omliggende gebied op de bumpers.
●Als deze melding na het schoonmaken van
de sensor nog steeds wordt weergegeven
of wordt weergegeven ondanks dat de
sensor schoon is, laat uw auto dan contro-
leren door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Mogelijk is het systeem na het losnemen
en weer aansluiten van een accuklem niet
geïnitialiseerd. Initialiseer het systeem.
( Blz. 329)
Als deze melding na de initialisatie nog
steeds wordt weergegeven, laat de auto
dan controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Als een accuklem is losgenomen en
weer is aangesloten
Het systeem moet worden geïnitialiseerd.
Rijd om het systeem te initialiseren gedu-
rende ten minste 5 seconden recht vooruit
met een snelheid van ongeveer 35 km/h of
hoger. Draai daarnaast, bij auto's met Par-
king Support Brake-functi e, als de auto stil-
staat, het stuurwiel geheel naar links en
vervolgens geheel naar rechts.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 329 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 332 of 610

3304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE
*: Indien aanwezig
Deze functie werkt in situaties zoals hi eronder aangegeven wanneer in de rijrichting
van de auto een object wordt gesignaleerd.
■Er wordt langzaam gereden en het rempedaal wordt niet of te laat ingetrapt
Parking Suppor t Brake-functie (voor stilstaande objecten)*
Als de sensoren een stilstaand object, zoals een muur, signaleren in de rij-
richting van de auto en het systeem oordeelt dat zich een aanrijding voor
kan doen doordat de auto plotseling naar voren beweegt doordat het gaspe-
daal per ongeluk wordt ingetrapt, wanneer de auto de verkeerde kant op rijdt
doordat de verkeerde schakelstand wordt geselecteerd of tijdens het parke-
ren of het rijden met een lage snelheid, werkt het systeem om de gevolgen
van een aanrijding met het gesignaleerde stilstaande object zo veel mogelijk
te beperken.
Voorbeelden van het in werking treden van de functie
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 330 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 333 of 610
331
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
■Wanneer het gaspedaal diep wordt ingetrapt
■Wanneer de auto de verkeerde kant op rijdt doordat de verkeerde scha-
kelstand is geselecteerd
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book
Page 331 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 334 of 610

3324-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE
Blz. 311
Soorten sensoren
WAARSCHUWING
■Om ervoor te zorgen dat de Parking
Support Brake goed werkt
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
met betrekking tot de sensoren in acht
( Blz. 311). Het niet in acht nemen van
de voorschriften kan er toe leiden dat een
sensor niet goed werkt, waardoor een
ongeval kan ontstaan.
●Wijzig, demonteer of spuit de sensoren
niet.
●Vervang een defecte sensor uitsluitend
door een originele sensor.
●Stel een sensor en zijn omgeving niet
bloot aan krachtige schokken.
●Beschadig de sensoren niet en houd ze
altijd schoon.
●Wanneer het gebied rondom een radar-
sensor wordt blootgesteld aan een
krachtige schok, werkt het systeem
mogelijk niet goed meer doordat de sen-
sor niet goed meer werkt. Laat de auto
nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Omgaan met de wielophanging
Breng geen wijzigingen aan de wielop-
hanging aan, aangezien veranderingen in
de wagenhoogte of de hellingshoek van
de auto ervoor kunnen zorgen dat de sen-
soren objecten niet juist signaleren, dat
het systeem niet werkt of dat het systeem
onnodig werkt.
■Als de Parking Support Brake-functie
(voor stilstaande objecten) onnodig
wordt geactiveerd, bijvoorbeeld op
een spoorwegovergang
Als de Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten) onnodig in werking
treedt op een spoorwegovergang e.d.,
wordt de remregeling na ongeveer 2
seconden uitgeschakeld, zodat u verder
kunt rijden en de plek kunt verlaten. De
remregeling kan ook worden geannuleerd
door het rempedaal in te trappen. Wan-
neer u het gaspedaal intrapt nadat de rem-
regeling is geannuleerd, kunt u weer
verder rijden en de plek verlaten.
■Opmerkingen bij het wassen van de
auto
Stel de omgeving van de sensoren niet
bloot aan sterke waterstralen of stoom.
Anders kan de sensor defect raken.
●Spuit bij het wassen van de auto met
een hogedrukreiniger niet rechtstreeks
op de sensoren, omdat dit er toe kan lei-
den dat een sensor niet meer goed
werkt.
●Richt bij het wassen van de auto met
stoom de stoom niet rechtstreeks op de
sensoren, omdat dit er toe kan leiden
dat een sensor niet meer goed werkt.
■Wanneer moet de Parking Support
Brake uitgeschakeld worden
Schakel in de onderstaande situaties de
Parking Support Brake uit, omdat het sys-
teem anders mogelijk zelfs werkt als er
geen kans op een aanrijding is.
●Bij een controle van de auto op een rol-
lenbank o.i.d.
●Wanneer de auto op een schip, vracht-
wagen of ander transportmiddel wordt
geladen
●Als de wielophanging is gewijzigd of als
er een andere maat banden dan voor-
geschreven is gemonteerd
●Als de voorzijde van de auto omhoog of
omlaag staat door de belading van de
auto
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 332 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 335 of 610

333
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
COROLLA HV_TMMT_EE
■Voorwaarden voor werking van de Par-
king Support Brake-functie (voor stil-
staande objecten)
De functie werkt als het controlelampje PKSB
OFF niet brandt of knippert ( Blz. 97, 98) en
aan alle onderstaande voorwaarden wordt
voldaan:
●Begrenzingsregeli ng hybridesysteem
• De Parking Support Brake is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is 15 km/h of lager.
• Er bevindt zich een stilstaand object in de rijrichting van de auto, op een afstand van
2 tot 4 m.
• De Parking Support Brake stelt vast dat er harder dan normaal moet worden geremd
om een aanrijding te voorkomen.
●Remregeling
• De begrenzingsregeling van het hybride- systeem is in werking.
• De Parking Support Brake stelt vast dat er onmiddellijk moet worden geremd om een
aanrijding te voorkomen.
■Voorwaarden voor het stoppen van de
werking van de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objec-
ten)
De werking van de functie stopt als aan één
van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
●Begrenzingsregeli ng hybridesysteem
• De Parking Support Brake is uitgescha- keld.
• Het systeem stelt vast dat de aanrijding voorkomen kan worden met normaal rem-
men.
• Het statische object bevindt zich niet lan- ger op een afstand van 2 tot 4 m van de
auto in de rijrichting van de auto.
●Remregeling
• De Parking Support Brake is uitgescha- keld.
• Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat de auto door de remregeling tot stil-
stand is gebracht. • Het rempedaal wordt ingetrapt nadat de
auto tot stilstand is gebracht door de rem-
regeling.
• Het statische object bevindt zich niet lan- ger op een afstand van 2 tot 4 m van de
auto in de rijrichting van de auto.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake-functie (voor stilstaande
objecten)
Blz. 329
■Detectiebereik van de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objec-
ten)
Het detectiebereik van de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objecten) ver-
schilt van dat van de Toyota Parking
Assist-sensor. ( Blz. 315) Daardoor wordt
de Parking Support Brake-functie (voor stil-
staande objecten) mogelijk niet geactiveerd,
ook al signaleert de Toyota Parking
Assist-sensor een obstakel en wordt er een
waarschuwing gegeven.
■Objecten die mogelijk niet door de Par-
king Support Brake-functie (voor stil-
staande objecten) worden gesignaleerd
Het kan voorkomen dat de sensoren
bepaalde objecten niet signaleren, zoals de
volgende:
●Voetganger
●Katoen, sneeuw of andere materialen die
ultrasoongolven slecht weerkaatsen.
●Objecten die niet loodrecht op de grond
staan, objecten die niet in een rechte hoek
ten opzichte van de rijrichting van de auto
staan en ongelijkmatige of golvende objec-
ten
●Lage objecten
●Dunne objecten zoals draden, hekken, tou-
wen en palen van verkeersborden
●Objecten die zich extreem dicht bij de
bumper bevinden
●Zeer hoekige objecten
●Hoge obstakels waarbij het bovenste deel
uitsteekt in de richting van uw auto
WAARSCHUWING
●Als er uitrusting die een sensor kan hin-
deren, zoals een sleepoog, bumperbe-
schermer (een extra beschermstrip,
enz.), fietsendrager of sneeuwploeg, is
geplaatst
●Bij het wassen van de auto in een was-
straat
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 333 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM
Page 336 of 610

3344-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
COROLLA HV_TMMT_EE
■Zoemer Toyota Parking Assist-sensor
Als, ongeacht of de zoemer van de Toyota
Parking Assist-sensor is ingeschakeld of niet
( Blz. 312), de Parking Support Brake-func-
tie (voor stilstaande objecten) is ingeschakeld
( Blz. 324) en de sensoren voor en achter
een obstakel signaleren en de remregeling
wordt uitgevoerd, klinkt de zoemer van het
Toyota Parking Assist Sensor-systeem om de
geschatte afstand tot het obstakel aan te
geven.
■Omstandigheden waaronder de Par-
king Support Brake-functie (voor stil-
staande objecten) mogelijk werkt, zelfs
als er geen kans op een aanrijding is
Onder sommige omstandigheden, zoals de
onderstaande, werkt de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objecten)
mogelijk zelfs als er geen kans op een aanrij-
ding is.
●Omgeving van de auto
• Wanneer op een smalle weg wordt gere- den
• Wanneer op een grindweg of in een omge- ving met hoog gras wordt gereden
• Wanneer richting een spandoek of vlag, een laaghangende tak of een slagboom
(zoals wordt gebruikt bij spoorwegovergan-
gen, tolpoortjes en parkeerplaatsen) wordt
gereden
• Bij het rijden op een smalle rijbaan omringd door een constructie, zoals een
tunnel of een stalen brug
• Bij fileparkeren
• Bij een groef of gat in het wegdek • Wanneer de auto over een metalen afdek-
king (rooster) rijdt, zoals gebruikt boven
afvoergoten
• Bij het rijden op een steile helling
• Als een sensor wordt geraakt door een grote hoeveelheid water, zoals bij het rij-
den op een overstroomde weg
●Weer
• Als een sensor is bedekt met bijvoorbeeld
ijs, sneeuw of vuil (nadat de sensor is
schoongemaakt, zal het systeem weer nor-
maal werken)
• Bij zware regenval of als er veel water op een sensor terechtkomt
• Bij het rijden onder barre weersomstandig- heden, bijvoorbeeld bij mist, sneeuw of
een zandstorm
• Wanneer het stevig waait
●Andere bronnen van ultrasoongolven
• Wanneer in de omgeving van de auto ultra- soongolven worden geproduceerd door
claxons, voertuigdetectiesystemen, motor-
fietsmotoren, luchtremmen van vrachtwa-
gens, sonarsystemen van andere auto's of
andere bronnen.
• Als een sticker of een elektronisch onder- deel zoals een kentekenplaat met achter-
grondverlichting (met name
fluorescerende), een mistlamp, een spat-
bordantenne of een draadloze antenne in
de buurt van een van de sensoren is
geplaatst
●Wijzigingen in de stand van de auto ten
opzichte van de weg
• Als de auto sterk naar één kant helt
• Als de voorzijde van de auto omhoog of omlaag staat door de belading van de auto
• Als de stand van een sensor is gewijzigd door een aanrijding o.i.d.
• Als er bijvoorbeeld lak of een sticker op een sensor is aangebracht.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12P19E.book Page 334 Tuesday, August 25, 2020 9:11 AM