67
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
1-3.Noodoproep
*1: Indien aanwezig
*2: Werkt binnen het eCall-dekkingsge-
bied. De systeemnaam kan per land
verschillend zijn.
Type A
Toets SOS
*
Controlelampjes Microfoon
Luidspreker
*: Deze toets is bestemd voor communi-
catie met de eCall-medewerker.
Andere SOS-toetsen van overige syste-
men van een auto hebben geen betrek-
king op het apparaat en zijn niet
bestemd voor communicatie met de
eCall-medewerker.
Type B
Toets SOS
*
Controlelampjes
Microfoon
Luidspreker
*: Deze toets is bestemd voor communi- catie met de eCall-medewerker.
Andere SOS-toetsen van overige syste-
men van een auto hebben geen betrek-
king op het apparaat en zijn niet
bestemd voor communicatie met de
eCall-medewerker.
■Automatische noodoproepen
Als een airbag wordt geactiveerd,
belt het systeem automatisch het
eCall-controlecentrum.
* De mede-
werker van het controlecentrum ont-
eCall*1, 2
eCall is een telematicadienst die
gebruikmaakt van gegevens van
het Global Navigation Satellite
System (GNSS) en ingebouwde
cellulaire technologie, waardoor
de volgende noodoproepen
mogelijk zijn: automatische
noodoproepen (automatische
melding van een aanrijding) en
handmatige noodoproepen
(door het indrukke n van de toets
SOS). Deze dienst is door regel-
geving van de Europese Unie
verplicht gesteld.
Systeemonderdelen
A
B
1 R R G R S U R H S G L H Q V W H Q
C
D
A
B
C
D
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 67 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
69
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
■Vrije software en opensourcesoft-
ware
Dit product bevat vrije software/open-
sourcesoftware (FOSS).
Licentie-informatie en/of de broncode van
FOSS is beschikbaar op de volgende
URL:
https://www.denso.com/global/en/
opensource/dcm/toyota/
WAARSCHUWING
■Wanneer er geen noodoproep kan
worden geplaatst
●In de volgende situaties kunnen
mogelijk geen noodoproepen worden
gedaan. Neem in dergelijke gevallen
op een andere wijze contact op met
hulpdiensten (112, enz.).
• Zelfs als de auto zich in het dekkings- gebied van het mobiele-telefoonnet-
werk bevindt, kan het moeilijk zijn om
contact te leggen met het eCall-con-
trolecentrum als de ontvangst slecht is
of de lijn bezet is. In dergelijke geval-
len krijgt u mogelijk geen contact met
het eCall-controlecentrum en kunt u
dus geen noodoproepen doen en kun-
nen hulpdiensten niet worden inge-
schakeld, ook al probeert het systeem
verbinding te maken met het eCall-
controlecentrum.
• Wanneer de auto zich buiten het dek- kingsgebied van het mobiele-telefoon-
netwerk bevindt, kunnen er geen
noodoproepen worden verzonden.
• Wanneer er een storing aanwezig is in de bijbehorende apparatuur (zoals het
paneel van de toets SOS, de controle-
lampjes, microfoon, luidspreker, DCM,
antenne of op de apparatuur aange-
sloten bedrading) of deze beschadigd
of kapot is, kan er geen noodoproep
worden geplaatst.
• Tijdens een noodoproep doet het sys- teem herhaaldelijk een poging om
contact op te nemen met het eCall-
controlecentrum. Als er echter als
gevolg van een slechte ontvangst
geen contact kan worden gelegd met
het eCall-controlecentrum, kan het
systeem mogelijk geen contact maken
met het mobiele netwerk en wordt de
noodoproep beëindigd zonder dat er
verbinding is gemaakt. Het rode con-
trolelampje knippert gedurende onge-
veer 30 seconden om aan te geven
dat de verbinding is verbroken.
●Als de spanning van de 12V-accu
afneemt of als de accu is losgeno-
men, kan het systeem mogelijk geen
verbinding maken met het eCall-con-
trolecentrum.
■Als het noodoproepsysteem wordt
vervangen door een nieuw exem-
plaar
Het noodoproepsysteem moet worden
geregistreerd. Neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
■Voor uw veiligheid●Rijd voorzichtig.
De functie van dit systeem is om u te
helpen bij het plaatsen van een
noodoproep bij ongevallen, zoals een
verkeersongeval of een plotseling
medisch noodgeval. Het systeem
biedt de bestuurder en de passagiers
op geen enkele wijze bescherming.
Rijd voorzichtig en doe voor uw veilig-
heid altijd uw veiligheidsgordel om.
●Geef bij noodgevallen uw leven en de
levens van anderen topprioriteit.
●Wanneer u een branderige lucht of
anderszins een vreemde lucht ruikt,
verlaat dan de auto en zoek onmiddel-
lijk een veilige plek op.
●Als de airbags worden geactiveerd
terwijl het systeem normaal werkt,
verzendt het systeem een
noodoproep. Het systeem verzendt
ook een noodoproep als de auto van
achteren wordt aangereden of als de
auto over de kop slaat, zelfs als de
airbags niet worden geactiveerd.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 69 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
85
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
*1: Indien aanwezig
*2: Werkt binnen het ERA-GLO-
NASS/EVAK-dekkingsgebied.
De systeemnaam kan per land ver-
schillend zijn.
Microfoon
Toets SOS
*
Controlelampjes
*: Deze toets is bestemd voor communi- catie met de ERA-GLONASS/EVAK-
systeembeheerder.
Andere SOS-toetsen van overige syste-
men van een auto hebben geen betrek-
king op het apparaat en zijn niet
bestemd voor communicatie met de
ERA-GLONASS/EVAK-systeembe-
heerder.
■Automatische noodoproepen
Als een airbag wordt geactiveerd,
belt het systeem automatisch het
ERA-GLONASS/EVAK-controlecen-
trum.
* De medewerker van het con-
trolecentrum ontvangt de locatie van
auto, het tijdstip waarop het ongeval
plaatsvond en het VIN van de auto en
probeert de inzittenden van de auto
te spreken om de ernst van de situa-
ERA-GLONASS/EVAK*1, 2
Het noodoproepapparaat is een
apparaat dat in een auto is
geplaatst om (met behulp van
GLONASS-signalen [Global
Navigation Satellite System] en
GPS-signalen [Global Positio-
ning System]) de locatie en rij-
richting van de auto te bepalen
en om ervoor te zorgen dat er bij
verkeersongevallen en andere
incidenten op autowegen in de
Russische Federatie/Kazachstan
(niet-aanpasbare) informatie
over de auto wordt verzameld en
verzonden. Daarnaast zorgt het
apparaat via mobiele netwerken
(GSM) voor het verzenden en
ontvangen van gesproken com-
municatie tussen de auto en de
ERA-GLONASS/EVAK-systeem-
beheerder.
Er zijn automatische noodoproe-
pen (automatische melding van
een aanrijding) en handmatige
noodoproepen (door het indruk-
ken van de toets SOS) mogelijk
naar het ERA-GLONASS/EVAK-
controlecentrum.
Deze service is verplicht krach-
tens de technische voorschrif-
ten van de douane-unie.
Systeemonderdelen
Noodoproepdiensten
A
B
C
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 85 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
87
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
■Wanneer er geen noodoproep kan
worden geplaatst
●In de volgende situaties kunnen
mogelijk geen noodoproepen worden
gedaan. Neem in dergelijke gevallen
op een andere wijze contact op met
hulpdiensten (112, enz.).
• Zelfs als de auto zich in het ont- vangstgebied van de mobiele tele-
foon bevindt, kan het moeilijk zijn om
contact te leggen met het ERA-GLO-
NASS/EVAK-controlecentrum als de
ontvangst slecht is of de lijn bezet is.
In dergelijke gevallen krijgt u mogelijk
geen contact met het ERA-GLO-
NASS/EVAK-controlecentrum en kunt
u dus geen noodoproepen doen en
kunnen hulpdiensten niet worden
ingeschakeld, ook al probeert het sys-
teem verbinding te maken met het
ERA-GLONASS/EVAK-controlecen-
trum.
• Wanneer de auto zich buiten het dek- kingsgebied van het mobiele-tele-
foonnetwerk bevindt, kunnen er geen
noodoproepen worden verzonden.
• Wanneer er een storing aanwezig is in de bijbehorende apparatuur (zoals
het paneel van de toets SOS, de con-
trolelampjes, microfoon, luidspreker,
DCM, antenne of op de apparatuur
aangesloten bedrading) of deze
beschadigd of kapot is, kan er geen
noodoproep worden geplaatst.
• Tijdens een noodoproep doet het sys- teem herhaaldelijk een poging om
contact op te nemen met het ERA-
GLONASS/EVAK-controlecentrum.
Als er echter als gevolg van een
slechte ontvangst geen contact kan
worden gelegd met het ERA-GLO-
NASS/EVAK-controlecentrum, kan
het systeem mogelijk geen contact
maken met het mobiele netwerk en
wordt de noodoproep beëindigd zon-
der dat er verbinding is gemaakt. Het
rode controlelampje knippert gedu-
rende ongeveer 30 seconden om aan
te geven dat de verbinding is verbro-
ken.
• Het apparaat werkt mogelijk niet wan- neer er een kracht op wordt uitgeoe-
fend.
●Als de spanning van de 12V-accu
afneemt of als de accu is losgeno-
men, kan het systeem mogelijk geen
verbinding maken met het ERA-GLO-
NASS/EVAK-controlecentrum.
■Als het noodopro epsysteem wordt
vervangen door een nieuw exem-
plaar
Het noodoproepsyst eem moet worden
geregistreerd. Neem contact op met
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
■Voor uw veiligheid
●Rijd voorzichtig.
De functie van dit systeem is om u te
helpen bij het plaatsen van een
noodoproep bij ongevallen, zoals een
verkeersongeval of een plotseling
medisch noodgeval. Het systeem
biedt de bestuurder en de passagiers
op geen enkele wijze bescherming.
Rijd voorzichtig en doe voor uw veilig-
heid altijd uw veiligheidsgordel om.
●Geef bij noodgevallen uw leven en de
levens van anderen topprioriteit.
●Wanneer u een branderige lucht of
anderszins een vreemde lucht ruikt,
verlaat dan de auto en zoek onmid-
dellijk een veilige plek op.
●Het systeem signaleert schokken,
waardoor de automatische meldingen
mogelijk niet altijd overeenkomen met
de werking van het airbagsysteem.
(Als de auto van achteren wordt aan-
gereden, enz.)
●Plaats om veiligheidsredenen geen
noodoproep tijdens het rijden.
Wanneer u tijdens het rijden belt, kan
het zijn dat u het stuurwiel niet goed
kunt bedienen, waardoor er een
ongeval kan ontstaan.
Breng de auto tot stilstand en contro-
leer of de omgeving veilig is alvorens
een noodoproep te plaatsen.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 87 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
4064-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■ECB (elektronisch geregeld
remsysteem)
Het elektronisch geregelde remsys-
teem genereert remkracht overeen-
komstig de bediening van de
remmen.
■ABS (antiblokkeersysteem)
Helpt het blokkeren van de wielen te
voorkomen bij plotseling remmen of
remmen op een glad wegdek
■Brake Assist
Zorgt voor een grotere remkracht
nadat het rempedaal is ingetrapt als
het systeem oordeelt dat er sprake is
van een noodstop
■VSC (Vehicle Stability Control)
Helpt de bestuurder de auto onder
controle te houden bij uitwijkmanoeu-
vres en het nemen van bochten op
een glad wegdek.
■VSC+ (Vehicle Stability Con-
trol+)
Coördineert de werking van ABS-,
TRC-, VSC- en EPS-systemen.
Zorgt ervoor dat de voertuigstabiliteit
behouden blijft bij uitwijkmanoeuvres
op een glad wegdek door de stuur-
commando's aan te passen.
■Trailer Sway Control (indien
aanwezig)
Helpt de bestuurder om de aanhang-
wagen weer onder controle te krijgen
door op afzonderlijke wielen remdruk
uit te oefenen en het aandrijfkoppel te
verminderen wanneer wordt gesigna-
leerd dat de aanhangwagen slingert.
■Secondary Collision Brake
(indien aanwezig)
Als de airbagsensor een aanrijding
signaleert, worden de remmen en
remlichten automatisch geregeld om
de rijsnelheid te verlagen en te hel-
pen de kans op verdere schade ten
gevolge van een tweede aanrijding te
verkleinen.
■TRC (Traction Control)
Zorgt ervoor dat de aandrijfkracht
behouden blijft en voorkomt dat de
aandrijvende wielen gaan doorslip-
pen bij het wegrijden met de auto of
bij het accelereren op gladde wegen
■Active Cornering Assist (ACA)
Helpt te voorkomen dat de auto naar
de buitenkant van de bocht uitwijkt
door remregeling uit te oefenen op de
wielen aan de binnenzijde wanneer
tijdens het rijden in een bocht wordt
geprobeerd te accelereren
Ondersteunende
systemen
Om de veiligheid en de presta-
ties tijdens het rijden te verbete-
ren is uw auto uitgerust met de
volgende systemen die automa-
tisch in werking treden als de
omstandigheden daar om vra-
gen. Houd er ech ter rekening
mee dat dit aanvullende syste-
men zijn en vertrouw niet in al te
sterke mate op deze systemen
als u de auto bedient.
Overzicht van de
ondersteunende systemen
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 406 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
409
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Geluiden en trillingen tijdens de wer-
king van de Active Cornering Assist
Tijdens de werking van de Active Corne-
ring Assist kunnen geluiden en trillingen
vanuit het remsysteem worden waargeno-
men, maar deze duiden niet op een sto-
ring.
■Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan
het geluid van een elektromotor (zoemend
geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en
duidt niet op een storing.
■Gereduceerde bekrachtiging door het
EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het EPS-
systeem wordt gereduceerd om het sys-
teem tegen oververhitting te beschermen
als er gedurende langere tijd veel stuurbe-
wegingen worden uitgevoerd. Hierdoor
kan de besturing zwaar aanvoelen. Pro-
beer als dat het geval is minder frequent te
sturen of breng de auto tot stilstand en
schakel het hybridesysteem UIT. Het EPS-
systeem moet binnen 10 minuten weer
normaal werken.
■Werkingsvoorwaarden Secondary
Collision Brake
De rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of
hoger en de airbagsensor signaleert een
aanrijding. (De Secondary Collision Brake
werkt niet wanneer de rijsnelheid lager is
dan ongeveer 10 km/h.)
■Automatisch uitschakelen Secon-
dary Collision Brake
De Secondary Collision Brake wordt in de
volgende situaties automatisch uitgescha-
keld:
●De rijsnelheid wordt lager dan ongeveer
10 km/h
●Er verstrijkt een bepaalde tijd tijdens de
werking
●Het gaspedaal wordt flink ingetrapt.
■Werkingsvoorwaarden van de Active
Cornering Assist
Het systeem werkt onder de volgende
omstandigheden:
●Werking van de TRC/VSC
●Het systeem signaleert dat de auto naar
de buitenkant van de bocht uitwijkt wan- neer tijdens het nemen van de bocht
wordt geprobeerd te accelereren
●Het rempedaal wordt losgelaten
■Voorwaarden voor werking nood-
stopsignaal
Als aan de volgende voorwaarden wordt
voldaan, werkt het noodstopsignaal:
●De alarmknipperlichten zijn uit.
●De werkelijke rijsnelheid is hoger dan 55
km/h.
●Het systeem oordeelt op basis van de
deceleratie van de auto dat het om een
noodstop gaat.
■Automatisch uitschakelen van nood-
stopsignaal
Het noodstopsignaal wordt in de volgende
situaties uitgeschakeld:
●De alarmknipperlichten worden inge-
schakeld.
●Het systeem oordeelt op basis van de
deceleratie van de auto dat het niet om
een noodstop gaat.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 409 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
4325-2. Gebruik van de interieurverlichting
■Interieurverlichting voor
Schakelt de verlichting in/uit
1 Schakelt de stand DOOR in
Wanneer een portier wordt geopend ter-
wijl de stand DOOR is ingeschakeld, gaan
de lampjes branden.
2Schakelt de verlichting uit
■Interieurverlichting achter
1 Schakelt de verlichting uit
2 Schakelt de stand DOOR in
Wanneer een portier wordt geopend ter-
wijl de stand DOOR is ingeschakeld, gaat
de verlichting branden.
3Schakelt de verlichting in
Schakelt de verlichting in/uit
■Instapverlichting
De verlichting wordt automatisch in- en uit-
geschakeld, afhankelijk van de stand van
het contact, de aanwezigheid van de elek-
tronische sleutel, het vergrendeld/ontgren-
deld zijn van de portieren en het
geopend/gesloten zijn van de portieren.
■Voorkomen dat de 12V-accu te ver
ontladen raakt
Als de interieurverlichting blijft branden
nadat het contact UIT is gezet, gaat de
verlichting na 20 minuten automatisch uit.
■Als de SRS-airbags worden geacti-
veerd
Als een van de airbags wordt geactiveerd
of bij een harde aanrijding van achteren
wordt de interieurverlichting automatisch
ingeschakeld.
De interieurverlichting wordt na ongeveer
20 minuten automatisch uitgeschakeld.
De interieurverlichting kan handmatig wor-
den uitgeschakeld. Om verdere aanrijdin-
gen te voorkomen verdient het echter
aanbeveling de verlichting te laten bran-
den totdat de veiligheid gegarandeerd is.
(De interieurverlichting worden mogelijk
niet automatisch ingeschakeld, afhankelijk
van de kracht en de omstandigheden van
de aanrijding.)
Bedienen van de
interieurverlichting
Bedienen van de
leeslampjes
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 432 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
451
5
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
Voorzieningen in het interieur
De handgrepen achter zijn voorzien
van kledinghaakjes.
OPMERKING
■Voorkomen van beschadiging van
de handgreep
Hang geen zware voorwerpen aan de
handgreep en belast de greep niet over-
matig.
Kledinghaakjes
WAARSCHUWING
■Zaken die niet aan het kleding-
haakje mogen worden gehangen
Hang geen kleerhangers, harde voor-
werpen of voorwerpen met scherpe
punten aan het kledinghaakje. Als de
curtain airbags geactiveerd worden,
kunnen deze voorwerpen projectielen
worden en ernstig letsel veroorzaken.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 451 Friday, March 22, 2019 11:40 AM