Page 16 of 122

3-1
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
Smart- sleutel sys teem
DAU77201
Smart-s leutelsysteem
Dankzij het Smart-sleutelsysteem kan de
machine worden bediend zonder gebruik
van een mechanische sleutel.
WAARSCHUWING
DWA14704
Houd geïmplanteerde pacemaker s
of hartdefibrillator s, al smede ande-
re elektri sche medis che apparaten
uit de buurt van de op het voertui g
g emonteerde antenne (zie afbeel-
ding ).
Door de antenne uit gezonden radio-
g olven kunnen de werking van der-
g elijke apparaten beïnvloeden
indien deze in de nabijheid zijn.
Al s u dra ger bent van een elektri sch
medis ch apparaat, raadplee g dan
een art s of de fabrikant van het ap-
paraat voordat u dit voertui g g aat
gebruiken.
Naast een antenne op de machine bestaat
het Smart-sleutelsysteem uit de Smart-
sleutel, het controlelampje van het Smart-
sleutelsysteem, de schakelaar “ON/ ”, de
schakelaar “OFF/LOCK” en de schakelaar
“/”.
1. Antenne op de machine
1
1. Smart-sleutel
1. Controlelampje Smart-sleutelsysteem “ ”
1. Schakelaar “ON/ ”
1
1
1
BV1-9-D1.book 1 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 17 of 122

Smart-sleutelsys teem
3-2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
LET OP
DCA15764
Het Smart- sleutel systeem gebruikt
zwakke radio golven. Het Smart- sleutel-
s ysteem werkt in de vol gende situatie s
mo gelijk niet.
De Smart- sleutel i s g eplaat st in een
locatie die i s bloot ges teld aan s ter-
ke radio golven of andere elektro-
ma gneti sche rui s
Er bevinden zich faciliteiten in de
buurt die s terke radio golven uitzen-
den (televi sie- of radiotorens , ener-
g iecentrale s, uitzend station s,
luchthaven s, etc.)
U draa gt of g ebruikt communicatie-
apparaten zoals radio’s of mobiele
telefoons dicht bij uw Smart- sleutel
De Smart- sleutel maakt contact met
of wordt bedekt door een metalen
voorwerp
Andere voertui gen die zijn uit geru st
met een Smart- sleutel sys teem be-
vinden zich in de nabijheid
Verplaat s de Smart-s leutel in zulke situ-
atie s naar een andere locatie en voer de
bewerking opnieuw uit. Al s dit het pro-
bleem niet oplo st, gebruikt u de mecha-
nis che sleutel om de bewerkin g in de
noodmodus uit te voeren. (Zie pa gina
8-36.)
DAU77213
Bereik van het Smart-
sleutel systeem
Het bereik van het Smart-sleutelsysteem
bedraagt ongeveer 80 cm (31.5 in) vanaf
het midden van het stuur.
OPMERKING
Aangezien het Smart-sleutelsysteem
gebruikmaakt van zwakke radiogol-
ven, kan het ontvangstbereik ervan
worden beïnvloed door de omgeving.
Als de batterij van de Smart-sleutel
ontladen raakt, werkt de Smart-sleutel
mogelijk niet of kan het bereik ervan
zeer klein worden.
Als de Smart-sleutel is uitgeschakeld,
zal de machine de Smart-sleutel niet
herkennen, ook niet als deze zich bin-
nen het ontvangstbereik bevindt.
Als de schakelaar “ON/ ”, de scha-
kelaar “OFF/LOCK” of de schakelaar
“ / ” herhaaldelijk wordt ingedrukt
terwijl de Smart-sleutel buiten bereik is
of niet met de machine kan communi-
ceren, worden alle schakelaars tijdelijk
1. “ / ”-schakelaar
2. Schakelaar “OFF/LOCK”
12
BV1-9-D1.book 2 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 24 of 122

Smart-sleutel sys teem
3-9
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
machine uit te schakelen.
OPMERKING
Zonder de Smart-sleutel kan de machine-
voeding worden uitgeschakeld door nog-
maals op de schakelaar “OFF/LOCK” te
drukken terwijl het controlelampje van het
Smart-sleutelsysteem knippert.
Automati sche ver grendelin g
Nadat de motor is afgezet met de schake-
laar “OFF/LOCK” (of wanneer de machine-
voeding wordt uitgeschakeld), worden de
sloten van alle opbergcompartimenten (in-
dien aanwezig) en het tankdopdeksel tijde-
lijk ontgrendeld en kunnen deze
compartimenten worden geopend. Na 60
seconden worden alle compartimenten au-
tomatisch vergrendeld.
Wanneer u de sloten van compartimenten
ontgrendelt met de schakelaar “ / ”, wor-
den de compartimenten na 10 seconden
automatisch vergrendeld.
DAU8 0000
Het stuurslot ver grendelen
Parkeer de machine op een veilige plaats
en schakel de machinevoeding uit. Draai
het stuur geheel naar li nks en druk dan kort
op de schakelaar “OFF/LOCK”.
OPMERKING
Als het stuurslot correct vergrendelt,
klinkt de zoemer één keer.
Als het stuurslot niet correct vergren-
delt, klinkt de zoemer gedurende drie
seconden en knippert het controle-
lampje van het Smart-sleutelsysteem.
Draai het stuur nogmaals geheel naar
links en houd de schakelaar
“OFF/LOCK” weer één seconde inge-
drukt.
WAARSCHUWING
DWA14742
Bedien het stuur slot niet terwijl het voer-
tui g bewee gt.
BV1-9-D1.book 9 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 101 of 122

Periodiek onderhoud en afstellin g
8-30
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
(XP530D-A)
3. Schakel de machinevoeding in enschakel het betreffende elektrische cir-
cuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
1. Zekering remlicht
2. Cruise control zekering
3. Reservezekering
3
1
2
Voor
geschreven zekering en:
Hoofdzekering:
40.0 A
Koplampzekering: 7.5 A
Zekering achterlichtcircuit: 7.5 A
Remlicht zekering:
1.0 A (XP530D-A)
Zekering signaleringssysteem: 7.5 A
Zekering ontstekingssysteem: 7.5 A
Zekering kuipruitmotor:
20.0 A (XP530D-A)
Zekering radiatorkoelvin: 15.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem: 7.5 A
Zekering ABS-regeleenheid:
7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïdeklep:
15.0 A
Zekering cruise control: 1.0 A (XP530D-A)
Backup-zekering: 15.0 A
Zekering elektronische smoorklep:
7.5 A
Circuitzekering aans luitcontact voor
accessoires:
2.0 A
Seat lock fuse: 7.5 A (XP530-A, XP530E-A)
BV1-9-D1.book 30 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 107 of 122

Periodiek onderhoud en afstellin g
8-36
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU77372
Noodmodus
Als de Smart-sleutel verloren of beschadigd
is geraakt of de batterij leeg is, kunt u nog
steeds de machine inschakelen en de mo-
tor starten. U hebt hiervoor een mechani-
sche sleutel en het identificatienummer van
het Smart-sleutelsyst eem nodig. Volg de
onderstaande stappen om de machine te
gebruiken in de noodmodus.
OPMERKING
Het gebruik in de noodmodus wordt gean-
nuleerd wanneer de achtereenvolgende
stappen niet worden uitgevoerd binnen de
vereiste tijd voor elke stap of wanneer de
schakelaar “OFF/LOCK” wordt ingedrukt.
1. Parkeer de machine op een veilige plaats.
2. Ontgrendel het zadel door de mecha- nische sleutel in het slot aan de rech-
terzijde te steken en linksom te
draaien.
3. Open het zadel en controleer of de verlichting van de bagageruimte gaat
branden.
4. Druk eenmaal op de schakelaar “ON/ ”.
5. Beweeg het zadel binnen 10 secon-
den drie keer omhoog en omlaag zon-
der het volledig te sluiten.
OPMERKING
Gebruik de verlichting van het achterste op-
bergcompartiment als indicatie bij het om-
hoog- en omlaagbewegen van het zadel. Het controlelampje van het Smart-
sleutelsysteem op de snelheidsmeter
gaat gedurende drie seconden bran-
den om de overgang naar de noodmo-
dus aan te geven.
6. Gebruik nadat het controlelampje van het Smart-sleutelsysteem is gedoofd
de schakelaar “ / ” om het identifi-
catienummer in te voeren.
7. Het invoeren van het identificatienum- mer vindt plaats door het aantal knip-
persignalen van het controlelampje
van het Smart-sleutelsysteem te tel-
len.
In het volgende voorbeeld is het iden-
tificatienummer 123456:
Houd de schakelaar “ / ” ingedrukt.
Het controlelampje van het Smart-
sleutelsysteem zal gaan knipperen.
1. Controlelampje Smart-sleutelsysteem “ ”
1. Identificatienummer
1
12345 6
1
BV1-9-D1.book 36 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分