
223
Reizen naar het buitenland
Sommige brandstoffen kunnen de motor van uw
auto beschadigen.
In bepaalde landen kan het nodig zijn een
specifieke brandstofsoor t te gebruiken
(specifiek octaangetal, specifieke commerciële
benaming enz.) om de goede werking van de
motor te garanderen.
Neem voor meer informatie contact op met uw
verkooppunt.
Trekhaak
Lastverdeling
F V erdeel het gewicht in de caravan/aanhanger
gelijkmatig, plaats zware voor werpen zo dicht
mogelijk bij de as en probeer de maximaal
toegestane kogeldruk zo dicht mogelijk te
benaderen zonder deze te overschrijden.
Door een geringere luchtdichtheid nemen de
prestaties van de motor af als men op grotere
hoogte boven de zeespiegel komt. Trek daarbij
voor elke 1000
m hoogte 10% van het maximale
aanhangergewicht af. Maak gebruik van trekhaken en de
desbetreffende bedrading, goedgekeurd door
PEUGEOT. Wij adviseren de installatie te laten
uitvoeren door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Als de trekhaak wordt gemonteerd door een
bedrijf dat niet tot het PEUGEOT-netwerk
behoort, moet de montage altijd volgens
de voorschriften van de fabrikant worden
uitgevoerd.
Belangrijk: voor uitvoeringen uitgerust met
een elektrisch bedienbare achterklep met de
Handsfree toegang-functie, wanneer er geen
originele PEUGEOT trekhaak is geïnstalleerd,
is het van essentieel belang het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats
te bezoeken om het herkenningssysteem
opnieuw te kalibreren: risico op een defect van
een Handsfree toegang-functie.
Sommige rijhulp- of besturingshulpfuncties
worden automatisch uitgeschakeld wanneer
een goedgekeurde trekhaak wordt gebruikt.
Houd u
aan het maximale aanhangergewicht
dat is vermeld op het kentekenbewijs van uw
auto, op het constructeursplaatje en in de
rubriek Technische gegevens van dit boekje.
Om te voldoen aan de maximaal toelaatbare
kogeldruk moet ook rekening worden
gehouden met het gebruik van accessoires
(fietsendragers, trekhaakboxen, enz.).
Houd u aan de ter plaatse geldende
regelgeving.
Auto met elektrisch bedienbare achterklep
met de functie " Handsfree toegang "
Om te voorkomen dat de achterklep ongewenst
opengaat bij het trekken van een aanhanger:
-
s
chakel vooraf de Handsfree toegang-
functie uit via het configuratiemenu van de
auto,
-
o
f ver wijder de elektronische sleutel uit de
detectiezone als de achterklep gesloten is.
7
Praktische informatie

227
Onderhoud
De correcte werking van het systeem is alleen
gegarandeerd als de kogel en de steun schoon
blijven.
Voordat de auto met een hogedrukreiniger wordt
schoongemaakt moet de kogel zijn ver wijderd en
moet de beschermdop zijn aangebracht.Breng het bijgevoegde label op een goed
zichtbare plaats aan, in de buurt van de steun
of in de bagageruimte.
Neem contact op met het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats voor
werkzaamheden aan het trekhaaksysteem.
Spaarfase
De spaar fase stuurt de elektrische functies van
de auto aan om het ontladen van de accu te
voorkomen.
Tijdens het rijden kunnen in verband met de
laadtoestand van de accu enkele functies
(airconditioning, achterruitverwarming,…) tijdelijk
worden uitgeschakeld.
Deze functies worden automatisch ingeschakeld
zodra de laadtoestand van de accu dit toelaat.
F
V
erwijder de kogel via de onderzijde van de
bevestigingssteun 1 .
F
L
aat de draaiknop los; deze wordt automatisch
geblokkeerd in de ontgrendelde stand (stand B ).
F
M
onteer de beschermdop 2
op de steun 1 .
F
B
erg de kogel zorgvuldig op in de hoes, zodat
de kogel geen schokken kan oplopen en niet vuil
kan worden.
Eco-mode
De eco-mode bepaalt de maximale gebruiksduur
van een aantal functies om te voorkomen dat de
accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u
een aantal
elektrische functies zoals het audio- en
telematicasysteem, de ruitenwissers, dimlichten,
interieurverlichting, enz. gecombineerd maximaal
veertig minuten gebruiken.
Inschakelen van deze modus
Een melding op het display van het
instrumentenpaneel geeft aan dat de eco-mode is
ingeschakeld en de actieve functies worden in de
ruststand gezet.
Als u
op het moment dat de eco-mode wordt
ingeschakeld aan het telefoneren bent, kan het
gesprek nog gedurende ongeveer 10
minuten
worden voortgezet via het Bluetooth-systeem
van het audiosysteem in uw auto.
Eco-mode afsluiten
De door de eco-mode uitgeschakelde functies
worden automatisch weer ingeschakeld als de motor
gestart wordt.
Start om de functies direct weer te kunnen gebruiken
de motor en laat deze draaien:
-
m
inder dan tien minuten om de functies
ongeveer vijf minuten te kunnen gebruiken,
7
Praktische informatie

229
Uitsluitend de voor wielen mogen van
sneeuwkettingen worden voorzien. Een
noodreser vewiel mag niet worden voorzien van
een sneeuwketting.
Houd u altijd aan de ter plekke geldende
regelgeving over het gebruik van
sneeuwkettingen en de maximaal toegestane
snelheid.
Gebruik uitsluitend kettingen die geschikt zijn voor
het type velg van uw auto:Montagetips
F Als u onder weg sneeuwkettingen moet
monteren, zet de auto dan langs de kant van de
weg stil op een vlakke ondergrond.
F
T
rek de parkeerrem aan en plaats eventueel
wielblokken voor of achter de wielen om te
voorkomen dat de auto wegglijdt.
F
M
onteer de sneeuwkettingen, volg daarbij de
aanwijzingen van de fabrikant.
F
R
ijd voorzichtig weg en rij even met een snelheid
van maximaal 50
km/h.
F
Z
et de auto stil en controleer of de kettingen
correct gespannen zijn.
Het is bijzonder raadzaam voor vertrek het
monteren van de sneeuwkettingen te oefenen;
doe dit op een vlakke en droge ondergrond.
Rijd niet met sneeuwkettingen op een
sneeuwvrij gemaakte weg om schade aan de
banden en het wegdek te voorkomen. Als uw
auto is voorzien van lichtmetalen aluminium
velgen, controleer dan of de ketting en de
bevestigingen de velg niet raken.
Allesdragers monteren
Uit veiligheidsoverwegingen en om te
voorkomen dat het dak van uw auto beschadigd
raakt, is het raadzaam uitsluitend voor uw auto
goedgekeurde allesdragers te gebruiken.
Houd u aan de montagevoorschriften en
de gebruiksvoor waarden die zijn vermeld
in de handleiding die met de allesdragers is
meegeleverd.
Bevestigen op de dakrails
Maat van de af fabriek gemonteerde banden Maximale afmeting
van de schakels
215/65
R17 9
mm
225/55
R18 9
mm
205/55
R19 9
mm
235/50
R19
Gebruik van sneeuwkettingen niet mogelijk
Neem voor meer informatie over sneeuwkettingen
contact op met het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats. U moet de allesdragers bevestigen ter hoogte van de
merktekens op de dakrails.
7
Praktische informatie

232
Benzinemotor(en)
Dieselmotor(en)Niveaus controleren
Controleer deze niveaus regelmatig en
respecteer de voor waarden zoals vermeld in het
onderhoudsschema van de fabrikant. Vul indien
nodig bij, tenzij anders aangegeven.
Laat in het geval van een sterk gedaald niveau
het desbetreffende circuit controleren door het
PEUGEOT-netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.Gebruik de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof voor uw auto en motoruitvoering.
Let bij werkzaamheden onder de motorkap
goed op, want bepaalde delen van de motor
kunnen zeer heet zijn (kans op brandwonden)
en de koelventilator kan ieder moment
aanslaan (zelfs bij afgezet contact).
Afgewerkte producten
Vermijd langdurig huidcontact met afgewerkte
olie en andere vloeistoffen.
De meeste van deze vloeistoffen zijn bijtend en
schadelijk voor de gezondheid.
Praktische informatie

234
Olie ver versen
Gebruik om een verminderde betrouwbaarheid van
de motor en de emissieregeling te voorkomen, nooit
additieven in de motorolie.
Remvloeistofniveau
Het remvloeistofniveau dient zich zo
dicht mogelijk bij het merkteken "MA X"
te bevinden. Controleer indien dit niet
het geval is of de remblokken van uw
auto zijn versleten.
Verversen van de vloeistof
Raadpleeg het onderhoudsschema van de fabrikant
voor het verversingsinterval voor uw auto.
Type vloeistof
Gebruik de door de fabrikant voorgeschreven
vloeistof.
Koelvloeistofniveau
Controleer het koelvloeistofniveau
regelmatig.
Het is normaal dat tussen twee
onderhoudsbeurten door koelvloeistof
moet worden bijgevuld.De motor van uw auto kan door een te laag
koelvloeistofniveau zwaar beschadigd raken.
Het koelvloeistofniveau dient zich zo dicht mogelijk
bij het merkteken "MA X" te bevinden, maar mag
beslist niet hoger zijn.
Als het niveau zich dicht bij of onder het merkteken
"MINI" bevindt, moet u
koelvloeistof bijvullen.
Als de motor warm is, wordt de temperatuur van de
koelvloeistof geregeld door de koelventilator.
Bovendien staat het koelsysteem onder druk. Wacht
na het afzetten van de motor daarom ten minste één
uur alvorens werkzaamheden aan het koelsysteem
uit te voeren.
Wanneer u met spoed werkzaamheden moet
uitvoeren, neem dan, om brandwonden te
voorkomen, een doek en draai de dop twee
omwentelingen los om de druk te laten dalen.
Ver wijder, als de druk eenmaal gedaald is, de dop
en vul koelvloeistof bij.
De koelventilator kan ook gaan draaien
nadat de motor is afgezet: houd daarom
voor werpen en kleding uit de buur t van de
ventilator.Type koelvloeistof
Gebruik de door de fabrikant voorgeschreven
koelvloeistof.
Niveau ruitensproeiervloeistof
De motor moet koud zijn als u het niveau controleert
e n koelvloeistof bijvult. Vul het reser voir bij wanneer dit nodig is.
Inhoud van het reservoir:
-
5
,3 liter bij uitvoeringen voor landen met zeer
lage temperaturen.
-
2
,2
liter bij andere uitvoeringen.
Type vloeistof
Maak voor de ruitensproeiers uitsluitend gebruik van
kant-en-klare ruitensproeiervloeistof.
's Winters (bij temperaturen beneden het vriespunt)
moet voor de omstandigheden geschikte
ruitensproeiervloeistof met antivries worden gebruikt
om de onderdelen van het systeem (pomp, reser voir,
leidingen enz.) te beschermen.
Vul het reser voir nooit bij met kraanwater (kans op
bevriezing, kalkafzetting enz.).
Brandstofadditiefniveau
(dieseluitvoering met roetfilter)
Het minimumniveau van het additief
wordt aangegeven door het permanent
branden van dit lampje in combinatie
met een geluidssignaal en een
melding met betrekking tot een te laag
additiefniveau van het roetfilter.
Praktische informatie

237
Het gebruik van andere dan de gespecificeerde velg-
en bandmaten kan effect hebben op de levensduur
van de banden, het draaien van de wielen, de
bodemvrijheid en de snelheidsmeteraanduiding, en
kan tevens een negatieve invloed hebben op het
weggedrag van de auto.
Het aanbrengen van andere banden op de voor- en
op de achteras kan leiden tot een onjuiste timing van
het elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP).Gebruik uitsluitend door PEUGEOT
aanbevolen producten of gelijkwaardige
kwaliteitsproducten.
Om de werking van belangrijke onderdelen als
het remsysteem te optimaliseren, selecteert en
biedt PEUGEOT specifieke producten aan.
Na het wassen kan er zich een laagje vocht of
onder winterse omstandigheden ijs vormen op
de remschijven en remblokken: de remwerking
kan daardoor afnemen. Rem een paar keer
lichtjes om de remmen vocht- en ijsvrij te
maken.AdBlue® (BlueHDi-motoren)
Om het milieu zo min mogelijk te belasten en om aan
de nieuwe Euro 6 -norm te voldoen, heeft PEUGEOT
er voor gekozen zijn auto's met dieselmotor te
voorzien van een systeem waarbij het roetfilter
(FAP) wordt gecombineerd met een SCR-systeem
(Selective Catalytic Reduction) voor de behandeling
van de uitlaatgassen zonder dat de prestaties
veranderen of het brandstofverbruik toeneemt.
SCR-systeem
Met behulp van een vloeistof die AdBlue® wordt
genoemd en ureum bevat, kan een katalysator tot
85% stikstofoxide (NOx) omzetten in stikstof en
water (deze zijn niet schadelijk voor de gezondheid
en het milieu).
De AdBlue
® bevindt zich in een
specifiek reservoir van ongeveer
17
l i t e r.
Wanneer u
met de resterende hoeveelheid nog
maximaal ongeveer 2400
km kunt rijden tot het
reservoir helemaal leeg is, wordt automatisch een
waarschuwingssysteem geactiveerd. Als het AdBlue
®-reser voir leeg is, zorgt een
wettelijk verplicht systeem er voor dat de motor
niet opnieuw kan worden gestart.
Als het SCR-systeem niet goed werkt, stoot uw
auto te veel schadelijke stoffen uit, waardoor hij
niet meer aan de Euro 6 -emissienorm voldoet.
Neem bij een storing in het SCR-systeem zo
snel mogelijk contact op met het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats: na
1100
km wordt een systeem geactiveerd dat
het opnieuw starten van de motor blokkeert.
In beide gevallen geeft een actieradiusindicator
aan hoever u
nog kunt rijden voordat de motor
niet meer gestart kan worden.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de verklikkerlampjes en
de bijbehorende waarschuwingsmeldingen.
Bevriezing van AdBlue
®
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan
ongeveer -11°C.
Het SCR-systeem is voorzien van een
voorverwarmingssysteem voor het AdBlue
®-
reser voir waardoor u
ook in zeer koude
omstandigheden kunt blijven rijden.
7
Praktische informatie

245
F Zet het contact aan.Als na ongeveer 7 minuten de druk niet
2
bar is, is de band niet te repareren; neem
contact op met het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u
verder te
helpen. F
V erwijder de set.
F V er wijder de flacon met afdichtmiddel en berg
deze op.
Let op: het afdichtmiddel is schadelijk bij
inname en irriterend voor de ogen.
Houd het middel buiten het bereik van
kinderen.
De uiterste gebruiksdatum van het middel is op
de flacon vermeld.
Gooi de flacon na gebruik niet weg, maar
lever deze in bij het PEUGEOT-netwerk of een
officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om bij het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats een nieuwe
flacon met afdichtmiddel te kopen. Rijd na het repareren van een band met de
bandenreparatieset niet sneller dan 80
km/h.
Controleren/aanpassen
bandenspanning
U kunt de compressor, zonder inspuiting
van het afdichtmiddel, ook gebruiken om de
bandenspanning te controleren of de banden
op spanning te brengen.
F
V
er wijder het dopje van het ventiel van de band
en bewaar het op een schone plaats.
F
R
ol de slang uit die onder de compressor is
opgeborgen.
F
A
ctiveer de compressor door de schakelaar in
de stand " l" te zetten tot de bandenspanning
2,0
bar bedraagt. Het afdichtmiddel wordt onder
druk in de band gespoten; maak de slang niet los
van het ventiel tijdens deze handeling (kans op
terugslag).
F
Z
et de schakelaar in de stand " O".
F
O
ntkoppel de stekker van de compressor van de
12V-aansluiting in de auto.
F
V
er vang de dop op het ventiel. F
G
a onmiddellijk ongeveer vijf kilometer bij lage
snelheid (tussen 20
en 60
km/h) rijden, zodat het
afdichtmiddel het lek kan dichten.
F
Z
et de auto stil, controleer de reparatie en meet
de bandenspanning met de set. F
S
luit de slang aan op het ventiel en zet deze
stevig vast.
8
In geval van pech

1
PEUGEOT Connect Nav
GPS-navigatie – Applicaties –
Multimedia-audio – Bluetooth®-
telefoon
Inhoud
De eerste stappen
2
St
uurkolomschakelaars
3
M
enu's
3
G
esproken commando's
5
N
avigatie
1
1
Online navigatie
1
3
Applicaties
1
6
Radio
21
D
AB-radio (Digital Audio Broadcasting)
2
2
Media
23
T
elefoon
2
5
Instellingen
2
9
Veelgestelde vragen
3
2De beschreven functies en instellingen kunnen
afwijken van die van het systeem in uw auto.
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder
handelingen die de volle aandacht vragen,
zoals het koppelen van een Bluetooth-telefoon
aan het Bluetooth-handsfree systeem van
het audiosysteem, uitsluitend uitvoeren bij
stilstaande auto
en aangezet contact.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het
uitsluitend in uw auto functioneert.
De overgang naar de waakfase wordt
aangekondigd door de melding Eco-mode .
Hieronder vindt u de link naar de OSS (Open
Source Software) -broncodes voor het systeem.
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
.
PEUGEOT Connect Nav