SEAT S.A. is voortdurend bezig alle uitvoeringen en modellen verder te o\�ntwikkelen. Wij vragen u dan ook begrip voor het feit dat er
zich op ieder moment wijzigingen in de geleverde wagen kunnen voordoen \�voor wat betreft vorm, uitrusting en techniek. Er zijn op
basis van de gegevens, illustraties of beschrijvingen in deze handleidin\�g geen rechten te ontlenen.
De teksten, afbeeldingen en voorschriften in deze handleiding zijn gebas\�eerd op de stand van de informatie op het moment van het
ter perse gaan. Fouten of weglatingen uitgezonderd, is de informatie in \�deze handleiding geldig op de datum van het ter perse gaan
van deze uitgave.
Herdruk, weergave of vertaling, hetzij gedeeltelijk of in zijn geheel, i\�s niet toegestaan tenzij SEAT hiervoor uitdrukkelijk schriftelijk
haar toestemming heeft gegeven.
SEAT behoudt zich alle rechten voor volgens de Wet omtrent het “Copyr\�ight”.
❀Dit papier is vervaardigd met celstof die zonder chloor gebleekt is.
© SEAT S.A. - Herdruk: 15.05.16
Over dit boekje
Dit instructieboekje beschrijft de uitrusting
van de wagen op het moment van het ter per-
se gaan. Sommige uitrustingsdelen die hier -
na worden beschreven, zullen later worden
geïntroduceerd of zijn slechts beschikbaar op
bepaalde afzetmarkten.
Dit is een algemeen instructieboekje het
gamma
ATECA. Daarom maken sommige van
de hier beschreven uitrustingen of functies
geen deel uit van alle types of varianten van
dit model. Deze kunnen verschillen of gewij -
zigd worden, al naargelang de technische
vereisten of marktomstandigheden. Deze
verschillen kunnen onder geen beding be-
schouwd worden als misleidende reclame.
De afbeeldingen zijn een standaardweergave
en kunnen enigszins afwijken ten opzichte
van uw wagen.
De richtingaanduidingen (links, rechts, voor,
achter) die in dit instructieboekje genoemd
worden, zijn gerelateerd aan de rijrichting van
de wagen, tenzij anders aangegeven.
Het audiovisuele materiaal heeft enkel tot
doel de gebruikers te helpen om een aantal
functies van de wagen beter te begrijpen. Het
dient niet ter vervanging van de handleiding.
Raadpleeg de handleiding voor complete in -
formatie en waarschuwingen.
De met een asterisk gemarkeerde uit -
rustingen worden alleen in bepaalde
uitvoeringen van het model standaard
ingebouwd, worden alleen voor som -
mige uitvoeringen als optie geleverd,
of worden alleen in bepaalde landen
aangeboden.
® De registreerde handelsmerken zijn
aangegeven met ®. Wordt dit symbool
niet aangegeven, dan houdt dit niet in
dat het geen geregistreerd merk betreft.
>> Geeft aan dat het onderwerp op de vol-
gende bladzijde doorgaat.
Belangrijke aanwijzingen op de aange-
geven pagina
Meer gedetailleerde inhoud op de aan -
gegeven pagina
Algemene informatie op de aangege-
ven pagina
Noodinformatie op de aangegeven pa-
gina
Audiovisuele materiaal op de aangege-
ven pagina
ATTENTIE
Teksten met dit symbool bevatten informatie
over uw veiligheid en wijzen op gevaarlijke
situaties die kunnen leiden tot ongevallen of
verwondingen.
VOORZICHTIG
Teksten met dit symbool attenderen u op mo-
gelijke schade aan uw wagen.
Milieu-aanwijzing
In teksten met dit symbool staan aanwijzingen
over milieubescherming.
Let op
In teksten met dit symbool staat extra infor -
matie.
Dit boek is onderverdeeld in de volgende zes
grote delen:
1. De essentie
2. Veiligheid
3. Noodgevallen
4. Besturing
5. Tips
6. Technische gegevens
Aan het eind van de handleiding vindt u een
alfabetische inhoudsopgave waarmee u snel
de gewenste informatie kunt vinden.
De essentie
Bestuurdersinformatiesysteem In l
eidin g Bij ingeschakeld contact is het mogelijk de
vers
c
hillende functies van het display te
raadplegen door te navigeren door de me-
nu's.
Bij wagens met multifunctiestuurwiel kan de
multifunctie-indicatie uitsluitend worden be-
diend via de knoppen aan dat stuurwiel.
Het aantal menu's dat weergegeven wordt op
het display van het instrumentenpaneel vari-
eert naargelang de elektronica en uitvoering
van de wagen.
Bij een gespecialiseerde dealer kunnen func-
ties geprogrammeerd of gewijzigd worden
volgens de uitvoering van de wagen. Geadvi-
seerd wordt om naar de werkplaats van een
officiële SEAT dealer te gaan.
Een aantal opties van het menu kan enkel ge-
raadpleegd worden wanneer het voertuig stil-
staat.
Zolang een waarschuwing met hoogste prio-
riteit 1 weergegeven wordt op het scherm,
kunnen de menu's niet getoond worden. Be-
paalde waarschuwingen kunnen worden be-
vestigd via de ruitenwisserhendel of de knop
op het multifunctiestuurwiel; deze verdwij-
nen dan. Het informatiesysteem biedt ook de volgende
informatie en aan
w
ijzingen (volgens de uit-
rusting van de wagen):
Ritgegevens ››› pag. 34
■ Staat van de wagen
■ Multifunctie-indicatie vanaf het vertrek
■ Multifunctie-indicatie vanaf het tanken
■ Multifunctie-indicatie berekening totaal
Assistenten ››› Tab. op pag. 31
■ Lane Assist activeren/deactiveren
■ Achteruitversnelling*
Navigatie ››› brochure Navigatiesysteem
Audio ››› brochure Radio of ››› brochure Navi-
gatiesysteem
Telefoon ››› brochure Radio of ››› brochure Na-
vigatiesysteem
Wagen ››› Tab. op pag. 31 ATTENTIE
Iedere afleiding kan tot een ongeval leiden
met het d aar
aan verbonden risico van ver-
wondingen.
● De knoppen e.d. van het instrumentenpa-
neel niet tijdens
het rijden bedienen. De menu's in het instrumentenpaneel
g
e
bruik en Afb. 42
Ruitenwisserhendel: controletoetsen. Afb. 43
Rechterdeel van het multifunctiestuur-
w iel: c
ontro
letoetsen. Het informatiesysteem voor de bestuurder
w
or
dt bediend met
de knoppen van het mul-
tifunctiestuurwiel ››› afb. 43 of met de ruiten-
wisserhendel ››› afb. 42 (indien de wagen
niet is uitgerust met multifunctiestuurwiel). 30
De essentieMenuFunctie
Audio
informatie over de radiozender,
naam van de track op de cd
of naam van de track in Media-stand
››› brochure Radio of ››› brochure Naviga-
tiesysteem
Telefoon
informatie en configuratiemogelijkheden
van de mobiele-telefoonvoorbereiding
››› brochure Radio of ››› brochure Naviga-
tiesysteem.
Staat
van de
wagenWeergave van de actuele waarschuwingen
of informatie en andere onderdelen van
het systeem afhankelijk van het uitrus-
tingsniveau ››› pag. 113. Indicator buitentemperatuur
Wanneer de buitentemperatuur lager is dan
+4°C
(+39°F), w
ordt
naast deze temperatuur
het symbool "ijskristal" weergegeven (waar-
schuwing risico op ijzel). Aanvankelijk knip-
pert dit symbool en dan blijft het continu
branden tot de buitentemperatuur hoger is
+6°C (+43°F) ››› in Aanwijzingen op het
di s
p l
ay op pag. 110.
Wanneer de wagen stilstaat of bij het rijden
met zeer lage snelheid, is het mogelijk dat de
aangegeven temperatuur iets hoger is dan de
werkelijke buitentemperatuur, vanwege de
warmte die de motor afgeeft. Het meetbereik van de temperatuur gaat van
-40°C tot +50°C
(-40°F tot +122°F).
Indicatie van de versnellingen Afb. 45
Instrumentenpaneel: indicatie van de
v er
snel
lingen (schakelbak). Als de gekozen versnelling voor een zuinige
rij
s
tijl niet
optimaal is, wordt er advies over
de te kiezen versnelling gegeven. Wordt er
geen schakeladvies gegeven, dan rijdt u al in
de geschikte versnelling.
Wagens met versnellingsbak
De symbolen op het scherm ››› afb. 45 bete-
kenen:
● Opschakelen: de weergave verschijnt
r ec
hts van de ingeschakelde versnelling zo-
dra een hogere versnelling wordt aanbevo-
len. ●
Terugs c
hakelen: de weergave verschijnt
links van de ingeschakelde versnelling zodra
een lagere versnelling wordt aanbevolen.
Bij de aanbeveling is het mogelijk dat een
versnelling wordt overgeslagen (2e 4e).
Wagens met automatische versnellingsbak*
Deze indicatie is uitsluitend zichtbaar in tip-
tronic-stand ›››
pag. 190.
De symbolen op het display betekenen:
● Opschakelen
● T
erugschakelen VOORZICHTIG
De indicatie van de versnellingen helpt u bij
het bes p
aren van brandstof, maar is niet ge-
schikt om in alle rijsituaties de juiste versnel-
ling aan te bevelen. Voor rijsituaties zoals bij-
voorbeeld inhalen, bij bergritten of bij het rij-
den met aanhangwagen kan alleen de be-
stuurder de juiste versnelling kiezen. Let op
De indicatie verdwijnt van het instrumenten-
paneel z
olang het koppelingspedaal is inge-
trapt. 32
Bedienen
Communicatie en multimedia
B edienin
gsel
ementen op het stuurwiel*
Bediening van het systeem audio + telefoon met spraakbediening Afb. 118
Bedieningselementen aan het stuurwiel. Het stuurwiel bevat multifunctiemodulen van
w
aaruit
fu
ncties van audio, telefoonuitrus-
ting en radionavigatie van de wagen gecon- troleerd kunnen worden zonder de aandacht
van de best
uring af te leiden. ●
om de beschik bare audiofuncties (radio,
audio-cd, mp3-cd, iPod ®1)
, USB 1)
, SD 1)
) en
het Bluetooth-systeem vanaf het stuur te be-
dienen. 1)
Afhankelijk van de wagenuitrusting.
114
Communicatie en multimediaKnopRadioMedia (behalve AUX)AUXTelefoon
a)Navigatiesysteem a)
ADraaien: Volume omhoog / om-
laag brengen
Indrukken: StilteDraaien: Volume omhoog / om- laag brengen
Indrukken: StilteDraaien: Volume omhoog / om- laag brengen
Indrukken: StilteDraaien: Volume omhoog / om- laag brengen
Indrukken: StilteDraaien: Volume omhoog / om- laag brengen
Indrukken: Stilte
B
Kort indrukken: toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer herha- lena)Kort indrukken:
toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer her- halena)Kort indrukken:
toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer her- halena)Kort indrukken:
beantwoorden /
ophangen actieve gesprek / te- lefoonmenu openen.
Lang indrukken: binnenkomen- de oproep afwijzen / privémo-
dus inschakelen / nummer her- halenKort indrukken: toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer herha- lena)
CZoekopdracht vorige zenderKort indrukken:
terug naar vori-
ge track
Lang indrukken: snel achteruitGeen functieGeen functie b)Functie Radio / Media (behalve
AUX)
DVolgende zender zoekenKort indrukken: naar volgende
track
Lang indrukken: snel vooruitGeen functieGeen functie b)Functie Radio / Media (behalve
AUX)
E, FVeranderen van menu in het in-
strumentenpaneel a)Veranderen van menu in het in-
strumentenpaneel a)Veranderen van menu in het in-
strumentenpaneel a)Veranderen van menu in het in-
strumentenpaneel a)Veranderen van menu in het in-
strumentenpaneel a)
GSpraakbediening in- / uitscha-
kelena)Spraakbediening in- / uitscha-
kelena)Spraakbediening in- / uitscha-
kelena)Geen functie b)Spraakbediening in- / uitscha-
kelen
H
Draaien: Volgende / vorigevoorselectie c)
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: Volgende / vorige trackc)
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: Werkt op het menu
van het instrumentenpaneel af- hankelijk van dat waarin u zich bevindt
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: Werkt op het menu
van het instrumentenpaneel af- hankelijk van dat waarin u zich bevindt
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: Werkt op het menu vanhet instrumentenpaneel afhan-kelijk van dat waarin u zich be- vindt
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optie
a)Afhankelijk van de uitrusting van de wagen.
b) Bij actief telefoongesprek, zo niet functie van Radio/Media (behalve AUX).
c) Uitsluitend indien het instrumentenpaneel zich in het menu Audio bevindt.
115
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Vastzetten
Bedienen
Multimedia In g
an g USB/A
UX-INAfb. 119
Middenconsole: USB/AUX-IN-in-
g an
g. Afhankelijk van de uitrusting en het land kan
de w
ag
en be s
chikken over verschillende
soorten USB/AUX-IN-aansluiting.
De USB/AUX-IN-ingang bevindt zich aan het
opbergvak van de voorste middenconsole
››› afb. 119.
De bedieningsinstructies bevinden zich in de
respectieve instructieboekjes van de audio of
het navigatiesysteem. Connectivity Box*
Afb. 120
Middenconsole: Connectivity Box Afhankelijk van de uitrusting en het land kan
de w
ag
en be s
chikken over Connectivity Box.
Met de Connectivity Box kunt u uw mobiele
apparaat draadloos opladen met behulp van
Qi-technologie 1)
, de straling in de wagen be-
perken en uw ontvangst verbeteren.
De Connectivity Box bevindt zich aan het op-
bergvak van de voorste middenconsole
››› afb. 120.
De bedieningsinstructies bevinden zich in de
respectieve instructieboekjes van de audio of
het navigatiesysteem. Let op
Voor de juiste werking moet uw mobiele ap-
paraat c
ompatibel zijn met de Qi-interfaces-
tandaard voor draadloos opladen via induc-
tie. 1)
Dankzij de Qi-technologie kunt u uw mobiele tele-
foon draa dloo
s opladen.
116
Bedienen
Automatische activering on
– activ eer de optie
Automatische
activering ›
›› pag. 256.
off – deactiveer de optie Automati-
sche activering ››› pag. 256
Volume voor*
Het volume voorin en aan de zijkant.
Instellingen/scherpte van de klank voorin*
Toonregeling (frequentie) voor het voorste
gedeelte.
Volume achter*
Volume achterin.
Instellingen/scherpte van de klank achterin*
Toonregeling (frequentie) voor het achterste
gedeelte.
Volume verlagen
Als de parkeerhulp is ingeschakeld, wordt
het volume van actieve audio/video-bron ver-
laagd; de mate waarin dit gebeurt, verschilt
per gekozen optie.
Foutmeldingen Indien met geactiveerde parkeerhulp of bij
het
in
sc
hakelen ervan op het instrumenten- paneel een bericht verschijnt dat er een fout
is in de park
eerhulp, is er een storing in het
systeem.
Als deze storing niet is verdwenen voordat
het contact wordt uitgeschakeld, wordt ze
niet aangegeven de volgende keer dat de
parkeerhulp wordt geactiveerd bij het scha-
kelen van de achteruitversnelling.
Als er een storing is in de parkeerhulp, ver-
schijnt er een overeenkomstig bericht op het
instrumentenpaneel en gaat de led van de
toets knipperen.
Als een sensor defect is, verschijnt op het
display van het Easy Connect-systeem het
symbool voor/achter de wagen. In geval
van een defect aan een sensor achter, wor-
den uitsluitend obstakels getoond in de zo-
nes A en
B
› ›
› afb . 206. In geval van een
def
ect aan een sensor voor, worden uitslui-
tend obstakels getoond in de zones C en
D .
W ac
ht niet
te lang met naar een gespeciali-
seerde werkplaats te gaan om de klacht te la-
ten verhelpen. Rijden met aanhangwagen
Afb. 210
Weergave van Park Pilot op het
s c
herm met aan
gekoppelde aanhangwagen. Wanneer in wagens met in de fabriek gemon-
t
eer
de tr ek
haak de aanhangwagen op elektri-
sche wijze aangesloten is, worden de senso-
ren achteraan voor de parkeerhulp niet geac-
tiveerd bij het schakelen van de achteruitver-
snelling, wanneer de keuzehendel in stand R
wordt gezet of wordt gedrukt op de toets .
De afstand tot mogelijke obstakels aan de
achterzijde en zijkanten van de auto wordt
niet weergegeven op het scherm en wordt
ook niet aangegeven met geluidssignalen.
Op het display van het Easy Connect-systeem
worden enkel de objecten getoond die wor-
den gedetecteerd aan de voorzijde, terwijl de
weergave van het traject wordt verborgen.
258
Bedienen
Volume achter*
V o
lume ac ht
erin.
Instellingen/scherpte van de klank achterin*
Toonregeling (frequentie) voor het achterste
gedeelte.
Volume verlagen
Als de parkeerhulp is ingeschakeld, wordt
het volume van actieve audio/video-bron ver-
laagd; de mate waarin dit gebeurt, verschilt
per gekozen optie.
Foutmeldingen Indien met geactiveerde parkeerhulp of bij
het
in
sc
hakelen ervan op het instrumenten-
paneel een bericht verschijnt dat er een fout
is in de parkeerhulp, is er een storing in het
systeem.
Als deze storing niet is verdwenen voordat
het contact wordt uitgeschakeld, wordt ze
niet aangegeven de volgende keer dat de
parkeerhulp wordt geactiveerd bij het scha-
kelen van de achteruitversnelling.
Als een sensor defect is, verschijnt op het
display van het Easy Connect-systeem het
symbool . Wacht niet te lang met naar een gespeciali-
seerde werkpl
aats te gaan om de klacht te la-
ten verhelpen.
Trekhaak Wanneer in wagens met in de fabriek gemon-
teerde tr
ek
haak de aanhangwagen op elektri-
sche wijze aangesloten is, worden de senso-
ren achteraan voor de parkeerhulp niet geac-
tiveerd bij het schakelen van de achteruitver-
snelling (schakelbak) of wanneer de keuze-
hendel in stand R wordt gezet (automatische
versnellingsbak).
Systeem voor perifeer gezichts-
veld (Ar e
a View)*
Inleiding tot thema
››› T
ab. op pag. 2
Met behulp van 4 camera's genereert het
systeem een voorstelling die op het scherm
van het infotainmentsysteem wordt getoond.
De camera's zitten in de grille, in de buiten-
spiegels en in de achterklep.
De functies en voorstellingen van het sys-
teem voor perifeer gezichtsveld kunnen varië-
ren naargelang of de wagen ParkPilot heeft
of niet. ATTENTIE
Met het beeld van de camera's kan de af-
stand w aar
op de obstakels (personen, voer-
tuigen enz.) zich bevinden niet nauwkeurig
berekend worden, het onachtzaam gebruik
van dit systeem kan dus ongevallen en ernsti-
ge letsels veroorzaken.
● De cameralenzen vergroten en vervormen
het gezic
htsveld en de voorwerpen zien er op
het scherm anders en minder nauwkeurig uit.
● Sommige voorwerpen kunnen niet of
slecht
s vaag getoond worden, bijvoorbeeld
smalle palen of hekken, wegens de resolutie
van het scherm of indien de lichtomstandig-
heden onvoldoende zijn.
● De camera's hebben dode hoeken waarin
personen en obj
ecten niet kunnen worden
waargenomen.
● De lens van de camera's moet schoon ge-
houden worden, z
onder sneeuw of ijs, en mag
niet worden afgedekt. ATTENTIE
De intelligente technologie in het systeem
voor perifeer g ez
ichtsveld (Area View) kan de
limieten opgelegd door de natuurkundige
wetten niet overwinnen en werkt enkel bin-
nen de eigen grenzen van het systeem. Het
grotere comfort dat het systeem voor perifeer
gezichtsveld biedt mag nooit aanleiding zijn
tot het nemen van grotere risico's. Indien het
systeem nalatig of onbedoeld gebruikt wordt, 262