Page 257 of 339
Verzorging van de auto255aan en draai de kunststof beves‐tigingsmoeren vanuit de binnen‐
kant van de achterklep vast.
Afdekking sluiten.
Extra achterlichten in
achterklepframe
1. Open de achterklep.
2. Maak de kap in het zijbekledings‐ paneel los en verwijder deze.
3. Duw de lamphuis van binnen uitde zijbekledingspaneel.
4. Draai de kunststof moer linksomen verwijder deze van de lamp‐
houder.
5. Gloeilamp iets in lamphouder duwen, linksom draaien, verwijde‐
ren en nieuwe gloeilamp plaat‐
sen. Steek de kunststof moer in
de lamphouder door deze
rechtsom te draaien.
Achterlicht ( 1)
Richtingaanwijzer ( 2)
6. Steek de lamphouder in het achterklepframe. Sluit de kap in
het zijbekledingspaneel.
Zijrichtingaanwijzers Demonteer voor het vervangen van
de gloeilamp de lampbehuizing:
Page 258 of 339
256Verzorging van de auto1.Schuif de lamp naar de linkerkant
ervan en haal deze aan de rech‐
terkant ervan los.
2. Draai de lamphouder linksom uit de behuizing.
3. Trek de lamp uit de lamphouderen vervang deze.
4. Breng de lamphouder aan en draai deze rechtsom.
5. Steek de linkerkant van de lamp erin, schuif deze naar links en
steek de rechterkant erin.
Kentekenverlichting
1. Schroevendraaier in lamphuis steken, opzij duwen en veer
ontgrendelen.
2. Lamp naar beneden toe verwijde‐
ren, hierbij niet aan de kabel trek‐ ken.
3. Draai de lamphouder linksom uit de lampbehuizing.
Page 259 of 339

Verzorging van de auto2574. Trek de lamp uit de lamphouderen vervang deze.
5. Steek de lamphouder in de lamp‐ behuizing en draai deze
rechtsom.
6. Steek de lamp in de bumper en laat deze vastklikken.
Binnenverlichting
Interieurverlichting, leeslampjes
Gloeilampen door een werkplaats
laten vervangen.
Bagageruimteverlichting1. Lampelement met schroeven‐ draaier loswerken.
2. Gloeilamp voorzichtig in de rich‐ting van de veerklem drukken en
verwijderen.
3. Nieuwe gloeilamp plaatsen.
4. Lampelement aanbrengen.
Instrumentenverlichting Gloeilampen door een werkplaats
laten vervangen.
Elektrisch systeem
Zekeringen Controleren of het opschrift op de
vervangende zekering overeenkomt
met dat op de defecte zekering.
Er kunnen zich wel drie zekeringhou‐ ders in de auto bevinden:
● linksvoor in de motorruimte
● aan de linkerzijde van het instru‐ mentenpaneel
● achter een deksel aan de linker‐ kant van de bagageruimte
Afhankelijk van de uitrusting van de
auto zijn de zekeringen in de zeke‐
ringhouders anders geplaatst, aange‐
geven door type A en type B in de
tabellen.
Type A betekent alle varianten 5-
deurs hatchback en 4-deurs sedan en
ook Sports Tourer of Country Tourer
met elektrisch bediende achterklep of
trekhaak of elektrische aansluitingen
achter.
Page 260 of 339
258Verzorging van de autoType B betekent Sports Tourer of
Country Tourer zonder elektrisch
bediende achterklep, zonder
trekhaak en zonder elektrische
aansluitingen achter.
Alvorens een zekering te vervangen,
de desbetreffende schakelaar en de
ontsteking uitschakelen.
Er zitten verschillende soorten zeke‐
ringen in de auto.
Afhankelijk van het type zekering is
een doorgebrande zekering herken‐
baar aan de gesmolten draad. Zeke‐
ring pas vervangen wanneer de
oorzaak van de storing verholpen is.
Sommige functies worden door meer‐ dere zekeringen beveiligd.
Er kunnen zekeringen aanwezig zijn
die geen functie hebben.
Zekeringtrekker
In de zekeringenkast in de motor‐
ruimte zit mogelijk een zekeringtrek‐
ker.
Zekeringtrekker van bovenaf of van
opzij op zekering steken en zekering
lostrekken.
Page 261 of 339
Verzorging van de auto259Zekeringenkast inmotorruimte
De zekeringenkast zit linksvoor in de
motorruimte.
Maak het deksel los, til het op en
verwijder het.
Nr.Stroomkring1Transmissieregelmodule2Motorregelmodule3–4–5Ontsteking/transmissieregelmo‐
dule/motorregelmodule6Voorruitwissers7–8Brandstofinspuiting/ontste‐
kingssysteem9Brandstofinspuiting/ontste‐
kingssysteem10Motorregelmodule11Lambdasonde12Startmotor13Sensor gasklepverwarming14Verlichting15Achterruitwisser16Vacuümpomp/luchtmassa‐
meter/water-in-brandstof‐
sensor/gelijkstroomomvormer
Page 262 of 339

260Verzorging van de autoNr.Stroomkring17Extra achterlichten (type B)18Adaptief rijlicht (AFL)19Adaptief rijlicht (AFL)20Brandstofpomp21Elektrische ruitbediening
achterin22ABS23Variabele stuurbekrachtiging24Elektrische ruitbediening voorin25Elektrische aansluitingen
(type A)
Extra achterlichten (type B)26ABS27Elektrische handrem28Verwarmbare achterruit29Elektr. stoelverstelling links30Elektr. stoelverstelling rechts31Airconditioning32Carrosserieregelmodule33Verwarmde voorstoelenNr.Stroomkring34Zonnedak (type A)
Achterklepvergrendeling
(type B)35Infotainmentsysteem (type A)
Achterklepvergrendeling
(type B)36–37Grootlicht rechts38Grootlicht links39–40–41Vacuümpomp42Koelventilator43Accu/gelijkstroomomvormer
(alleen bij auto's met een Stop/
Start-systeem)44Koplampsproeiers45Koelventilator46Klem 87/hoofdrelais47Lambdasonde48MistlampenNr.Stroomkring49Dimlicht rechts50Dimlicht links51Claxon52Ontsteking53Ontsteking/geventileerde voor‐
stoelen54Ontsteking55Elektrisch bediende ruiten/
inklapbare spiegels56Voorruitsproeiers57–58–59Dieselverwarming/emissiere‐
gelsysteem60Spiegelverwarming61Spiegelverwarming62Verwarmd stuurwiel (alleen
auto's zonder zekeringhouder in
bagageruimte)63Achterruitsensor64Adaptief rijlicht (AFL)
Page 263 of 339
Verzorging van de auto261Nr.Stroomkring65Extra pomp (alleen bij auto's met
Stop/Start-systeem)66Achterruitsproeier67Regelmodule brandstofsysteem68–69Accusensor70Regensensor71Accusensor
Sluit de klep van de zekeringhouder
na het vervangen van doorgebrande
zekeringen en klik deze dicht.
Wanneer u de klep van de zekering‐
houder niet goed sluit, kunnen er
storingen optreden.
Zekeringenkast
instrumentenpaneel
Bij auto's met het stuurwiel links zit
het zekeringenkastje achter het
opbergvak in het instrumentenbord.
Open het opbergvak, druk de borglip‐
pen in, klap het opbergvak omlaag en
verwijder het.
Bij rechtsgestuurde auto's zit de
zekeringenkast achter een deksel in
het handschoenenkastje. Open het
handschoenenkastje en verwijder het deksel.
Page 264 of 339
262Verzorging van de autoNr.Stroomkring1Infotainmentsysteem/infodis‐
play/diefstalalarmsysteem2Carrosserieregelmodule3Carrosserieregelmodule4Infotainmentsysteem/Info-
display5Infotainmentsysteem/infodis‐
play/grootlichtassistentie6Aansteker7Stekkerdoos8Carrosserieregelmodule9Carrosserieregelmodule10Carrosserieregelmodule11Aanjager12–13–14Diagnosestekker15Airbag16Centrale vergrendeling/achter‐
klep17AirconditioningNr.Stroomkring18Transportzekering19Geheugen20–21Instrumentengroep22Contact/centrale vergrendeling/
elektronisch sleutelsysteem23Carrosserieregelmodule24Carrosserieregelmodule25Stuurwielknop26Stekkerdoos bagageruimte
De nummers 12 en 13 van de elek‐
trisch verstelbare stoelen zijn bevei‐
ligd tegen overbelasting. Na afkoelen wordt het circuit weer gesloten.
Zekeringenkast in
bagageruimte
De zekeringenkast zit links in de
bagageruimte achter een deksel.
Verwijder het deksel.