Page 185 of 259

Verzorging van de auto183Accu vervangenLet op
Elke afwijking van de in deze para‐
graaf gegeven instructies kan leiden
tot een tijdelijke uitschakeling van
het stop-startsysteem.
Let er bij het vervangen van de accu
op dat er bij de pluspool geen lucht‐
roosters open zijn. Als er in dit gebied een ventilatieopening open is, moet
deze met een afdekkap worden afge‐ sloten en moet de ventilatie bij de
minpool worden geopend.
Uitsluitend accu's gebruiken waarbij
de zekeringenkast boven de accu kan
worden gemonteerd.
Vervang bij auto's met een AGM-accu
(Absorptive Glass Mat) de accu door
een andere AGM-accu.
U kunt een AGM-accu herkennen aan
het label op de accu. Wij bevelen het
gebruik aan van een originele Opel-
accu.
Let op
Als u een andere AGM-accu ge‐
bruikt dan de originele Opel accu,
kunnen slechtere prestaties het ge‐
volg zijn.
9 Waarschuwing
Bij het aanbrengen van een accu
met een andere lengte dan het
oorspronkelijke exemplaar moet
het bufferelement altijd goed pas‐
sen.
Het wordt geadviseerd de accu door
een werkplaats te laten vervangen.
Stop/Start-systeem 3 145.
Page 186 of 259

184Verzorging van de autoAccu opladen9Waarschuwing
Bij auto's met een stop-startsys‐
teem moet u ervoor zorgen dat het oplaadvermogen geen 14,6 volt
overschrijdt wanneer u een accu-
oplader gebruikt. Anders kan de
accu beschadigd raken.
Starthulp gebruiken 3 219.
Waarschuwingslabel
Betekenis van symbolen: ● Geen vonken of open vlammen en niet roken.
● Bescherm de ogen altijd. Explo‐ sieve gassen kunnen blindheid of
letsel veroorzaken.
● Houd de accu buiten het bereik van kinderen.
● De accu bevat zwavelzuur dat aanleiding kan geven tot blind‐
heid of ernstige brandwonden.
● Zie de Gebruikershandleiding voor meer informatie.
● Explosief gas kan in de buurt van
de accu aanwezig zijn.
Dieselbrandstofsysteem
ontluchten
Na het leegrijden van de tank moet
het dieselbrandstofsysteem worden
ontlucht. De ontsteking driemaal
15 seconden per keer inschakelen.
Motor vervolgens maximaal
40 seconden starten. Deze procedure na minstens 5 seconden herhalen.
Slaat de motor niet aan, dan de hulp van een werkplaats inroepen.Wisserblad vervangen
Wisserbladen voorruit
Til de ruitenwisser op, druk op de
knop om het wisserblad los te maken en verwijder dit.
Maak het ruitenwisserblad in een
lichte hoek aan de ruitenwisserarm
vast en druk tot het vastklikt.
Laat de ruitenwisserarm voorzichtig
zakken.
Page 187 of 259
Verzorging van de auto185Wisserblad achterruit
Til de ruitenwisser op. Maak het wis‐
serblad los zoals getoond in de illu‐
stratie en verwijder het.
Maak het ruitenwisserblad in een
lichte hoek aan de ruitenwisserarm vast en druk tot het vastklikt.
Laat de ruitenwisserarm voorzichtig
zakken.
Gloeilamp vervangen
Ontsteking uitschakelen en desbe‐
treffende schakelaar uitschakelen of
portieren sluiten.
Nieuwe gloeilamp alleen aan fitting vastpakken. Het glas van de gloei‐
lamp niet met blote handen aanraken.
Bij vervangen altijd hetzelfde type
gloeilamp gebruiken.
Vervang de gloeilampen van de kop‐
lampen vanuit de motorruimte.
HalogeenkoplampenDe koplampen hebben afzonderlijke
systemen voor dimlicht 1 (buitenste
gloeilampen) en grootlicht 2 (binnen‐
ste gloeilampen).
Dimlicht
1. Draai de kap 1 naar links en ver‐
wijder deze.
Page 188 of 259
186Verzorging van de auto
2. Druk de lamphouder omhoog enhaal de lamphouder uit de reflec‐
tor.
3. Maak de gloeilamp los van de lamphouder en vervang de lamp.
4. Plaats de lamphouder in de re‐flector.
5. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Grootlicht
1. Draai de kap 2 naar links en ver‐
wijder deze.
2. Koppel de stekker los van de lamp.
3. Klik de veerklem los en zwenkdeze naar achteren.
4. Verwijder de gloeilamp en ver‐vang deze.
Page 189 of 259
Verzorging van de auto1875.Zwenk de veerklem naar voren en
klik deze vast.
6. Sluit de stekker aan op de lamp. 7. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht
1. Lamphouder linksom eruit draaien.
2. Haal de lamp uit de lamphouderen vervang deze.
3. Draai de lamphouder rechtsom in de reflector vast.
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht met
LED's
Op een andere versie bestaan het zij‐ markeringslicht/dagrijlicht uit LED's.
Laat de LED's bij een eventueel de‐
fect vervangen door een werkplaats.
Adaptief rijlicht (AFL)
De koplampen hebben afzonderlijke
systemen voor dimlicht en grootlicht
1 (buitenste gloeilampen) en bocht‐
verlichting 2 (binnenste gloeilampen).
Page 190 of 259
188Verzorging van de autoDimlicht/grootlicht
1. Draai de kap 1 naar links en ver‐
wijder deze.
2. Lamphouder rechtsom los‐ draaien. Lamphouder met gloei‐
lamp uit het reflectorhuis nemen.
3. Klik de lamphouder los van de stekker door op de borgnok te
drukken.
4. Vervang de lamp en klik de lamp‐
fitting vast aan de stekker.
5. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen vanhet reflectorhuis vallen. Linksom
vastdraaien.
6. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Bochtlicht
1. Afdekking 2 linksom draaien en
verwijderen.
Page 191 of 259
Verzorging van de auto1892. De lamphouder naar links los‐draaien. Lamphouder met gloei‐
lamp uit het reflectorhuis nemen.
3. Klik de lamphouder los van de stekker door op de borgnokken te
drukken.
4. Vervang de lamp en klik de lamp‐
fitting vast aan de stekker.
5. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen van
het reflectorhuis vallen. Rechtsom
vastdraaien.
6. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht
Het zijmarkeringslicht/dagrijlicht be‐
staan uit LED's. Laat de LED's bij een
eventuele storing vervangen door
een werkplaats.
Mistlampen
U kunt de lampen bereiken langs de
onderkant van de auto.
1. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze uit de reflector.
2. Klik de lamphouder los van destekker door op de borgnok te
drukken.
Page 192 of 259
190Verzorging van de auto3. Verwijder en vervang de lamp‐houder met de gloeilamp.
4. Sluit de stekker aan.
5. Plaats de lamphouder in de re‐ flector.
6. Draai de lamphouder rechtsom en
klik deze vast.
Richtingaanwijzers vooraan
1. Lamphouder linksom eruit draaien.
2. Draai de lamp linksom uit de lamphouder.
3. Vervang de lamp.
4. Draai de lamphouder rechtsom in de reflector vast.
Achterlichten
1. Maak het deksel los en verwijder het.