Page 49 of 255

Stoelen, veiligheidssystemen47
Horizontale verstelling
Trek het kussen van de hoofdsteun
langzaam naar voren. Hij klikt vast in
verschillende posities.
U zet deze weer helemaal naar ach‐
teren door deze geheel naar voren te
trekken en los te laten.
Hoofdsteunen van achterbank
Hoogteverstelling
Trek de hoofdsteun omhoog en laat
deze vastklikken. Omlaag zetten:
druk op de pal om de hoofdsteun los
te zetten en omlaag te drukken.
Hoofdsteun achter wegnemen
Bijv. bij gebruik van een kinderveilig‐
heidssysteem 3 64.
Druk beide pallen in, trek de hoofd‐
steun omhoog en verwijder deze.
Leg de hoofdsteun in een nettas en
bevestig de onderkant van de tas met
de klittenbandbevestigingen aan de
vloer van de bagageruimte. Een ge‐
schikte nettas is verkrijgbaar bij uw
werkplaats.
Actieve hoofdsteunen
Bij een aanrijding van achteren be‐
wegen de voorste gedeelten van de actieve hoofdsteunen iets naar voren. Op deze wijze wordt het hoofd dus‐
danig gesteund dat het risico van een
whiplash afneemt.
Page 50 of 255

48Stoelen, veiligheidssystemen
Let op
Goedgekeurde accessoires mogen
alleen bevestigd worden als de stoel
niet wordt gebruikt.Voorstoelen
Stoelpositie9 Waarschuwing
Alleen met een correct ingestelde
stoel rijden.
■ Met zitvlak zo ver mogelijk tegen de
rugleuning zitten. De afstand tot de
pedalen zo instellen dat de benen
bij het bedienen van de pedalen
licht gebogen zijn. De passagiers‐
stoel zo ver mogelijk naar achteren schuiven.
■ Met schouders zo ver mogelijk te‐ gen de rugleuning zitten. Stel de
hoek van de rugleuning zo in dat u
het stuurwiel gemakkelijk met licht
gebogen armen kunt vastpakken.
Bij het verdraaien van het stuurwiel, contact blijven houden tussen
schouders en rugleuning. De rug‐
leuning mag niet te ver achterover‐ hellen. De aanbevolen hellings‐
hoek bedraagt maximaal ca. 25°.
■ Stuurwiel instellen 3 79.
■ Zithoogte zo instellen, dat u rondom een goed zicht hebt en alle
instrumenten goed kunt aflezen.
Tussen hoofd en dakframe moet
minstens een handbreed tussen‐
ruimte zitten. Uw dijen dienen licht op de zitting rusten, zonder druk uit
te oefenen.
■ Hoofdsteun instellen 3 46.
■ De instelbare dijbeensteun zo in‐ stellen dat de afstand tussen de
rand van de zitting en de knieholte
ca. twee vingers breed is.
■ Lendensteun zo instellen dat deze de natuurlijke vorm van de wervel‐
kolom ondersteunt.
Page 51 of 255
Stoelen, veiligheidssystemen49Stoelverstelling9Gevaar
Altijd op minstens 25 cm afstand
van het stuurwiel zitten zodat de
airbag veilig in werking kan treden.
9 Waarschuwing
Stoelen nooit tijdens het rijden ver‐
stellen, omdat ze ongecontroleerd kunnen bewegen.
Zorg bij het rijden dat de stoelen en
rugleuningen altijd vastgeklikt zijn.
Lengteverstelling stoel
Aan handgreep trekken, stoel ver‐
schuiven, handgreep loslaten.
Rugleuning
Hendel naar achteren draaien, zitting‐ hoek instellen en hendel loslaten.Laat de rugleuning hoorbaar vastklik‐
ken.
Page 52 of 255
50Stoelen, veiligheidssystemen
Zithoogte
Pompbeweging van de hendel
omhoog=stoel omhoogomlaag=stoel omlaagZithoek
Pompbeweging van de hendel
omhoog=voorkant omhoogomlaag=voorkant omlaagLendensteun
Stel de lendensteun naar uw per‐
soonlijke wens af met de vierweg‐
schakelaar.
Lendensteun omhoog en omlaag:
duw de schakelaar omhoog of om‐
laag.
Meer of minder ondersteuning: duw
de schakelaar naar voren of ach‐
teren.
Page 53 of 255
Stoelen, veiligheidssystemen51
Verstelbare dijbeensteun
Trek aan de hendel en verschuif de
dijbeensteun.
Rugleuning neerklappen
9 Waarschuwing
Passagiers op de achterbank
moeten voorkomen dat ze bij het terugkeren van de zitting naar de
uitgangsstand in het verstelme‐
chanisme bekneld raken.
Voorzichtig
Druk de hoofdsteunen met de
stoel in de hoogste stand omlaag
en til de zonnekleppen op voordat u de rugleuning naar voren klapt.
Rugleuning neerklappen op
handbediende stoelen
Til de ontgrendelingshefboom op en
klap de rugleuning naar voren en
schuif de stoel geheel naar voren.
Terugzetten door de stoel geheel
naar achteren te schuiven. Rugleu‐
ning zonder hefboom te bedienen
rechtop zetten. Laat de rugleuning
vastklikken.
Na het vastklikken staat de stoel weer
in de uitgangspositie.
De hendel voor het afstellen van rug‐
leuning niet bedienen terwijl de rug‐
leuning naar voren is geklapt.
Rugleuning neerklappen op
elektrisch verstelbare stoelen
Page 54 of 255

52Stoelen, veiligheidssystemen
Ontgrendelingshendel optillen en
rugleuning naar voren klappen. De
stoel schuift automatisch naar voren tot de aanslag.
Om de stoel terug te zetten, de rug‐ leuning rechtop brengen en vergren‐
delen. De stoel schuift automatisch
naar achteren tot de oorspronkelijke
stand.
Als de hoofdsteun van de neerge‐
klapte rugleuning wordt geblokkeerd
door de voorruitsponning boven, zet
dan de stoel iets naar achteren of om‐
laag 3 52, of zet de hoofdsteun in
de laagste stand 3 46.
Beveiligingsfunctie
Als de elektrisch verstelbare stoel
weerstand ondervindt tijdens het naar
voren of achteren schuiven, wordt
deze onmiddellijk gestopt en in de te‐ gengestelde richting geschoven.
Let op
Gaat niet op een bewegende zitting
zitten.Elektrische bediening uitschakelen
Als de stoel met geopend portier ge‐
durende meer dan 10 minuten in de
voorste stand blijft staan, wordt de
elektrische bediening uitgeschakeld.
U schakelt de elektrische bediening in
dat geval weer in door het portier te sluiten en te openen of het contact in
te schakelen.
Overbelasting
Wordt de neerklapfunctie elektrisch
overbelast, dan wordt de stroomvoor‐
ziening automatisch enige tijd onder‐
broken.
Elektrische stoelverstelling9 Waarschuwing
Wees voorzichtig met de elektri‐
sche stoelverstelling. Er bestaat
gevaar voor letsel, vooral voor kin‐ deren. Er kunnen voorwerpen be‐
kneld raken.
Houd de stoelen tijdens het ver‐
stellen goed in de gaten. Inzitten‐
den dienen hierover ingelicht te
worden.
Lengteverstelling stoel
Duw de schakelaar naar voren/ach‐
teren.
Page 55 of 255
Stoelen, veiligheidssystemen53
Zithoogte
Duw de schakelaar omhoog/omlaag.
Zithoek
Voorste gedeelte van schakelaar om‐
hoog/omlaag zetten.
Rugleuning voorstoelen
Draai de schakelaar naar voren/ach‐
teren.
Lendensteun
Stel de lendensteun naar uw per‐
soonlijke wens af met de vierweg‐
schakelaar.
Lendensteun omhoog en omlaag:
duw de schakelaar omhoog of om‐
laag.
Meer of minder ondersteuning: duw
de schakelaar naar voren of ach‐
teren.
Let op
Als de stoelinstelling elektrisch over‐
belast is, wordt de voeding automa‐
tisch gedurende korte tijd onderbro‐
ken.
Page 56 of 255
54Stoelen, veiligheidssystemen
Verstelbare dijbeensteun
Trek aan de hendel en verschuif de
dijbeensteun.
Armsteun
De armsteun kan 10 cm naar voren worden geschoven. Onder de arm‐
steun zit een opbergruimte.
Opbergruimte armsteun 3 72.
Verwarming
Stel de verwarming af in de gewenste
stand door toets ß van de desbetref‐
fende stoel een of meerdere malen in te drukken. De verlichting-LED's in de toets geven de instelling aan.
Langdurig gebruik van de hoogste in‐
stelling wordt afgeraden voor perso‐ nen met een gevoelige huid.
De stoelverwarming werkt bij een
draaiende motor en tijdens een Auto‐ stop.
Stop-startsysteem 3 137.