DODEHOEKBEWAKING(voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . . . . .88
REAR CROSS PATH (voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . . .90
BEDRIJFSMODI . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .91
UCONNECT™ PHONE (voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . . . . .93
COMPATIBELE TELEFOONS . . . . . . . . . . . . . . .94
BEDIENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .94
FUNCTIES TELEFOONGESPREKKEN . . . . . . . .99
FUNCTIES VAN UCONNECT™ PHONE. . . . . . .101
GEAVANCEERDE TELEFOONVERBINDINGEN . . . . . . . . . . . . . .105
Wat u moet weten over uw Uconnect™ Phone. .106
SPRAAKBEDIENING (voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . . . .114
WERKING VAN HET SPRAAKBEDIENINGSSYSTEEM . . . . . . . . . . .114
OPDRACHTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .115
STEMTRAINING. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .117
STOELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .117
ELEKTRISCH VERSTELBARE STOELEN(voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . .117
ELEKTRISCHE LENDENSTEUN (voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . .119
STOELVERWARMING (voor bepaalde uitvoeringen/landen) . . . . . . . .119
78
UCONNECT™ PHONE
(voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
OPMERKING: Raadpleeg het ge-
deelte over Uconnect™ Phone in
de gebruikershandleiding van het
navigatiesysteem of de multime-
diaradio (afzonderlijk boekje)
voor meer informatie over
Uconnect™ Phone met navigatie of
multimediaradio.Uconnect™ Phone is een via spraak te
activeren, handsfree communicatiesys-
teem voor in de auto. Met Uconnect™
Phone kunt u een nummer kiezen op
uw mobiele telefoon* met behulp van
eenvoudige gesproken opdrachten (zo-
als "Bel"…"Jan"…"Werk" of
"Kies"…"012 34 56 78"). Het geluid
van de mobiele telefoon wordt doorge-
geven via het audiosysteem van de auto
en het systeem dempt automatisch de
radio wanneer Uconnect™ Phone
wordt gebruikt.Met Uconnect™ Phone kunt u tijdens
het in- of uitstappen gesprekken
doorschakelen tussen Uconnect™Phone en uw mobiele telefoon, terwijl
u ook de microfoon van het
Uconnect™ systeem kunt uitschake-
len wanneer u een privégesprek wilt
voeren.
Uconnect™ Phone wordt aange-
stuurd via het Bluetooth® Handsfree-
profiel van uw mobiele telefoon.
Uconnect™ Phone is voorzien van
Bluetooth® technologie, de wereld-
wijde standaard waarmee verschil-
lende elektronische apparaten zonder
draden of docking station aan elkaar
kunnen worden gekoppeld.
Uconnect™ Phone werkt dan ook on-
geacht de plaats waar uw mobiele te-
lefoon zich bevindt (handtas, zak of
aktetas), op voorwaarde dat uw tele-
foon is ingeschakeld en aan
Uconnect™ Phone van de auto is ge-
koppeld. Met Uconnect™ Phone kun-
nen maximaal zeven mobiele tele-
foons op het systeem worden
aangesloten. Met Uconnect™ Phone
kan slechts één aangesloten (of ge-
koppelde) mobiele telefoon tegelijk
worden gebruikt. Uconnect™ Phone
is verkrijgbaar in de talen Engels, Ne-
derlands, Frans, Duits, Italiaans of
Spaans (zoals aanwezig).
WAARSCHUWING!
Elk spraakgestuurd systeem mag
alleen worden gebruikt als de
rijomstandigheden dit toelaten en
het gebruik in overeenstemming is
met de verkeersregels, incl. wetge-
ving betreffende het gebruik van
telefoons. Blijf altijd op de weg let-
ten. Anders bestaat er een risico op
een ongeluk en ernstig of zelfs do-
delijk letsel.
Toets voor Uconnect™ Phone De bedieningselementen op
de radio of op het stuurwiel
bestaan uit twee bedie-
ningstoetsen (de toets
Uconnect™ Phone
en de toets
Voice Command) voor toegang
tot het systeem. Wanneer u op de toets
drukt, hoort u het woord Uconnect™
en vervolgens een pieptoon. De piep-
toon is het teken dat u een opdracht
kunt geven.
93
Voice Command-toetsDe plaats van de toets kan
afhankelijk van de radio
verschillen. De afzonder-
lijke toetsen worden be-
schreven in het hoofdstuk "Bedie-
ning".
Uconnect™ Phone kan worden ge-
bruikt in combinatie met mobiele te-
lefoons met Bluetooth® Handsfree-
profiel. Het is mogelijk dat sommige
telefoons niet alle functies van
Uconnect™ Phone ondersteunen.
Raadpleeg de leverancier van uw mo-
biele telefoon of de telefoonfabrikant
voor nadere bijzonderheden.
Uconnect™ Phone is volledig geïnte
greerd in het audiosysteem van de
auto. De geluidssterkte van
Uconnect™ Phone kan worden inge-
steld met de volumeregelaar van de
radio of, indien aanwezig, via de ra-
diotoetsen op het stuurwiel.
Het radioscherm wordt gebruikt voor
visuele meldingen van Uconnect™
Phone, zoals "CELL" (GSM) of
beller-ID bij bepaalde radio's. COMPATIBELE
TELEFOONS
* Voor het gebruik van Uconnect™
Phone is een mobiele telefoon met
Bluetooth® Handsfree-profiel,
versie 1.0 of hoger vereist.
Navigeer door de volgende menu's om
de lijst met compatibele telefoons op
te vragen:
Selecteer het bouwjaar van uw auto
Selecteer het voertuigtype
Selecteer compatibele telefoons on-
der de tab Beginnen.
BEDIENING
U kunt gesproken opdrachten gebrui-
ken om Uconnect™ Phone te bedie-
nen en door de menu's van
Uconnect™ Phone te navigeren. Na
de meeste prompts van Uconnect™
Phone zijn gesproken opdrachten no-
dig. U wordt gevraagd een specifieke
opdracht uit te spreken, waarnu u
door de beschikbare opties wordt ge-
leid. Voordat u een gesproken opdracht
geeft, moet u wachten op de piep-
toon, die volgt op de prompt
"Ready" (Gereed) of op een andere
prompt.
Voor bepaalde bewerkingen kun- nen samengestelde opdrachten
worden gebruikt. U kunt bijvoor-
beeld in plaats van "Setup" (Instel-
len) en daarna "Phone Pairing"
(Telefoonkoppeling) ook de vol-
gende samengestelde opdracht ge-
ven: "Setup Phone Pairing" (Instel-
len telefoonkoppeling).
In de beschrijvingen van de functies in dit hoofdstuk wordt alleen de
samengestelde vorm van de gespro-
ken opdracht vermeld. U kunt de
opdrachten ook in delen splitsen en
elk onderdeel van de opdracht af-
zonderlijk zeggen, indien dat wordt
gevraagd. U kunt bijvoorbeeld de
samengestelde opdracht "Phone-
book New Entry" (Telefoonboek
nieuwe invoer) geven, maar u kunt
deze opdracht ook opsplitsen in de
twee gesproken opdrachten "Pho-
nebook" (Telefoonboek) en "New94
Entry" (Nieuwe invoer). Denk er-
aan dat Uconnect™ Phone het
beste werkt wanneer u op een nor-
male toon spreekt, alsof u tegen
iemand praat die enkele meters van
u vandaan zit.
Structuur gesproken opdrachten
Raadpleeg "Structuur gesproken op-
drachten" in dit hoofdstuk.
Opdracht Help
Als u hulp nodig hebt bij een prompt
of als u wilt weten wat de mogelijkhe-
den zijn bij een bepaalde prompt, zegt
u na de pieptoon "Help". Uconnect™
Phone geeft alle opties voor de prompt
weer wanneer u om hulp vraagt.
Als u Uconnect™ Phone na uitscha-
keling opnieuw wilt activeren, drukt u
op de toets
en volgt u de gesproken
aanwijzingen. Alle sessies met
Uconnect™ Phone beginnen met het
drukken op de toets
, die zich bij
de bedieningselementen op de radio
bevindt. Opdracht "Cancel" (annuleer)
Bij elke prompt kunt u na de pieptoon
"Cancel" (annuleer) zeggen, waarna
u terugkeert naar het hoofdmenu. In
een sommige gevallen brengt het sys-
teem u echter terug naar het vorige
menu.
Uconnect™ Phone koppelen aan
(aansluiten op) een mobiele
telefoon
Voordat u Uconnect™ Phone kunt ge-
bruiken, dient u een koppeling tot
stand te brengen met uw compatibele,
met Bluetooth® uitgeruste mobiele
telefoon (raadpleeg de paragraaf
"Compatibele telefoons" voor infor-
matie over het type telefoon).
Om de koppeling tot stand te brengen,
dient u de gebruikershandleiding van
uw mobiele telefoon te raadplegen. De
Uconnect™ website biedt mogelijk
ook gedetailleerde aanwijzingen voor
het koppelen van uw telefoon.
Hieronder volgen algemene aanwij-
zingen voor het koppelen van een te-
lefoon aan Uconnect™ Phone: Druk op de toets
om te begin-
nen.
Na de prompt "Ready" (Gereed) en de daaropvolgende pieptoon zegt u
"Setup Phone Pairing" (Telefoon-
koppeling instellen).
Na de prompt en de pieptoon zegt u: "Pair a Phone"(Een telefoon
koppelen) en volgt u de gesproken
aanwijzingen.
Er wordt u gevraagd een pincode van vier cijfers in te spreken, die u
later nodig zult hebben voor toe-
gang tot uw mobiele telefoon. U
kunt een willekeurige pincode van
vier cijfers invoeren. U hoeft deze
pincode niet te onthouden na de
eerste koppeling.
Om identificatie mogelijk te ma- ken, wordt u gevraagd op
Uconnect™ Phone een naam voor
uw mobiele telefoon in te voeren.
Voer voor elke gekoppelde mobiele
telefoon een unieke telefoonnaam
in.
95
Vervolgens wordt u gevraagd uwmobiele telefoon een prioriteits-
nummer tussen 1 en 7 te geven,
waarbij 1 de hoogste prioriteit is. U
kunt maximaal zeven mobiele tele-
foons aan Uconnect™ Phone kop-
pelen. Er kan echter slechts één
aangesloten mobiele telefoon tege-
lijk worden gebruikt met het
Uconnect™ systeem. Het priori-
teitssysteem laat Uconnect™
Phone weten welke mobiele tele-
foon moet worden gebruikt als er
meerdere mobiele telefoons in de
auto aanwezig zijn. Als er bijvoor-
beeld twee telefoons, één met prio-
riteit 3 en één met prioriteit 5, in de
auto aanwezig zijn, gebruikt
Uconnect™ Phone de mobiele tele-
foon met prioriteit 3 om te bellen. U
kunt op elk gewenst ogenblik een
mobiele telefoon met een lagere pri-
oriteit gebruiken (raadpleeg "Ge-
avanceerde telefoonverbindin-
gen"). Kiezen door het nummer uit te
spreken
Druk op de toets
om te begin-
nen.
Na de prompt "Ready" en de daar- opvolgende pieptoon zegt u "Dial"
(kies).
Het systeem vraagt u vervolgens het gewenste nummer in te
spreken.
U kunt bijvoorbeeld zeggen: "012 34 56 78".
Uconnect™ Phone zal dan het tele- foonnummer bevestigen en vervol-
gens het nummer kiezen. Het num-
mer verschijnt bij bepaalde radio's
in het display.
Bellen door een naam uit te
spreken
Druk op de toetsom te begin-
nen.
Na de prompt "Ready" (Gereed) en de daaropvolgende pieptoon zegt u
"Call" (bel). Het systeem vraagt u vervolgens de
naam van de persoon in te spreken
die u wilt bellen.
Na de prompt "Ready" (Gereed) en de daaropvolgende pieptoon zegt u
de naam van de persoon die u wilt
bellen. U kunt bijvoorbeeld "Jan
Jansen" zeggen, waarbij Jan Jansen
een eerder opgeslagen naam is in
Uconnect™ telefoonboek of in het
gedownloade telefoonboek. Raad-
pleeg "Namen toevoegen aan uw
Uconnect™ telefoonboek" om te le-
ren hoe u een naam opslaat in het
telefoonboek.
Uconnect™ Phone bevestigt de naam en kiest vervolgens het bijbe-
horende telefoonnummer, dat bij
sommige radio's mogelijk ook op
het display wordt weergegeven.
Namen toevoegen aan uw
Uconnect™ telefoonboek
OPMERKING: Het wordt afgera-
den namen aan het Uconnect™ te-
lefoonboek toe te voegen tijdens
het rijden.
96
Druk op de toets
om te begin-
nen.
Na de prompt "Ready" (Gereed) en de daaropvolgende pieptoon zegt u
"Phonebook New Entry" (Tele-
foonboek nieuwe invoer).
Na de prompt zegt u de naam van de nieuwe invoer. Het is raadzaam
lange, niet-afgekorte namen te ge-
bruiken, omdat hierdoor de
spraakherkenning wordt verge-
makkelijkt. Zeg bijvoorbeeld "Ro-
bert Smit" of "Robert" in plaats
van "Rob".
Na de prompt voert u de aandui- ding van het nummer in (bijvoor-
beeld "Home" (Thuis), "Work"
(Werk), "Mobile" (Mobiel) of
"Other" (Overig)). Op die manier
kunt u naar wens verschillende
nummers voor een persoon in het
telefoonboek opslaan.
Na de prompt spreekt u het tele- foonnummer in dat u aan het tele-
foonboek wilt toevoegen.
Nadat u een naam of nummer aan het
telefoonboek heeft toegevoegd, heeft u de mogelijkheid om hier nog meer
telefoonnummers aan toe te voegen of
naar het hoofdmenu terug te keren.
Uconnect™ Phone biedt u de moge-
lijkheid maximaal 32 namen aan het
telefoonboek toe te voegen, waarbij
aan iedere naam maximaal vier tele-
foonnummers en aanduidingen kun-
nen worden gekoppeld. Elke taal be-
vat een apart telefoonboek met 32
namen dat alleen in die taal toeganke-
lijk is. Voor bepaalde uitvoeringen/
landen en indien ondersteund door
uw telefoon, downloadt Uconnect™
Phone bovendien automatisch het te-
lefoonboek van uw mobiele telefoon.
Telefoonboek downloaden —
telefoonboek van mobiele
telefoon automatisch overbrengen
Voor bepaalde uitvoeringen/landen
en indien ondersteund door uw tele-
foon, downloadt Uconnect™ Phone
automatisch de namen (in tekstvorm)
en telefoonnummers uit het telefoon-
boek van uw mobiele telefoon. Deze
functie is mogelijk met bepaalde mo-
biele telefoons met Bluetooth®, die
PBAP (Phone Book Access Profile)ondersteunen. Raadpleeg de
Uconnect™ website voor een over-
zicht van de compatibele telefoons.
Als u een naam uit het gedownloade
telefoonboek (of uit het Uconnect™
telefoonboek) wilt bellen, volgt u de
procedure in het gedeelte "Bellen
door een naam uit te spreken".
Indien ondersteund, wordt het au- tomatisch downloaden en bijwer-
ken gestart zodra de draadloze
Bluetooth® koppeling tussen de
mobiele telefoon en Uconnect™
Phone tot stand is gebracht. Bij-
voorbeeld direct nadat u de auto
hebt gestart.
Elke keer wanneer een telefoon wordt verbonden met Uconnect™
Phone, worden er maximaal 1000
items per telefoon gedownload en
bijgewerkt.
Afhankelijk van het maximum aantal gedownloade gegevens, kan
er een korte vertraging optreden
voordat de laatste gedownloade na-
men kunnen worden gebruikt. Tot
97
dat moment is het eerder gedown-
loade telefoonboek, indien aanwe-
zig, voor gebruik beschikbaar.
Alleen het telefoonboek van de op dat moment gekoppelde mobiele
telefoon is toegankelijk.
Alleen het telefoonboek van de mo- biele telefoon wordt gedownload.
Het telefoonboek op de SIM-kaart
maakt geen deel uit van het tele-
foonboek van de mobiele telefoon.
Dit gedownloade telefoonboek kan niet worden gewijzigd of verwijderd
op Uconnect™ Phone. Dit telefoon-
boek kan uitsluitend worden gewij-
zigd op de mobiele telefoon. De
eerstvolgende keer dat de mobiele
telefoon wordt gekoppeld, worden
de wijzigingen overgebracht en de
gegevens op Uconnect™ Phone bij-
gewerkt.
Uconnect™
telefoonboekvermeldingen
wijzigen
Het wordt afgeraden namen in het
telefoonboek te wijzigen tijdens het
rijden. De automatisch gedownloade tele-
foonboekvermeldingen kunnen niet
worden verwijderd of gewijzigd.
Druk op de toets
om te begin-
nen.
Na de prompt "Ready" (Gereed) en de daaropvolgende pieptoon zegt u
"Phonebook Edit" (Telefoonboek
bewerken).
Vervolgens wordt u gevraagd om de naam van de telefoonboekvermel-
ding die u wilt bewerken.
Vervolgens kiest u de aanduiding (thuis, werk, mobiel of overig) van
het nummer dat u wilt bewerken.
Na de prompt spreekt u het nieuwe telefoonnummer in de te bewerken
telefoonboekvermelding.
Nadat u klaar bent met de bewerking
van een telefoonboekvermelding,
heeft u de mogelijkheid om een an-
dere vermelding in het telefoonboek
te wijzigen, het zojuist gewijzigde
nummer te bellen of terug te keren
naar het hoofdmenu. "Phonebook Edit" (Telefoonboek be-
werken) kan worden gebruikt om een
telefoonnummer aan een reeds be-
staande naam in het telefoonboek toe
te voegen. Bij de naam Jan Jansen is
bijvoorbeeld al een mobiel nummer
en een thuisnummer ingevoerd, maar
u kunt het werknummer van Jan Jan-
sen later toevoegen door middel van
de functie "Phonebook Edit" (Tele-
foonboek bewerken).
OPMERKING: Het wordt afgera-
den vermeldingen in het telefoon-
boek te wijzigen tijdens het rijden.
Uconnect™
telefoonboekvermelding wissen
Druk op de toets
om te begin-
nen.
Na de prompt "Ready" (Gereed) en de daaropvolgende pieptoon zegt u
"Phonebook Delete" (Telefoonboek
wissen).
Als het menu Telefoonboek wissen is geopend, wordt u gevraagd om de
naam van de vermelding die u wilt
verwijderen. U kunt of de naam van
de telefoonboekvermelding die u
98
wilt wissen uitspreken of u kunt
"List Names" (Namen weergeven)
zeggen om een lijst van namen in
het telefoonboek te horen, waaruit
u vervolgens kunt kiezen. Als u een
vermelding in de lijst wilt selecte-
ren, drukt u op de toets
wan-
neer Uconnect™ Phone de ge-
wenste naam uitspreekt en zegt u
"Delete" (Verwijderen).
Nadat u de naam hebt ingevoerd, vraagt Uconnect™ Phone welke
aanduiding u wilt verwijderen:
thuis, werk, mobiel, overig of alle.
Spreek de aanduiding uit die u
wenst te verwijderen.
Bedenk dat alleen de vermelding in het telefoonboek van de huidige
taal wordt verwijderd.
De automatisch gedownloade tele- foonboekvermeldingen kunnen
niet worden verwijderd of gewij-
zigd.
"Alle" vermeldingen uit het
Uconnect™ telefoonboek wissen
Druk op de toets
om te begin-
nen. Na de prompt "Ready" (Gereed) en
de daaropvolgende pieptoon zegt u
"Phonebook Erase All" (Telefoon-
boek alles wissen).
Uconnect™ Phone vraagt u te be- vestigen dat u alle vermeldingen uit
het telefoonboek wilt verwijderen.
Na die bevestiging worden alle ver- meldingen uit het telefoonboek
verwijderd.
Bedenk dat alleen de vermeldingen in het telefoonboek van de huidige
taal wordt verwijderd.
De automatisch gedownloade tele- foonboekvermeldingen kunnen
niet worden verwijderd of gewij-
zigd.
Alle namen uit het Uconnect™
telefoonboek weergeven
Druk op de toets
om te begin-
nen.
Na de prompt "Ready" (Gereed) en de daaropvolgende pieptoon zegt u
"Phonebook List Names" (Tele-
foonboek namen weergeven). Uconnect™ Phone geeft alle namen
uit het telefoonboek weer, inclusief
de gedownloade telefoonboekver-
meldingen, indien aanwezig.
Als u een van de namen in de lijst wilt bellen, drukt u op de toets
wanneer de gewenste naam
wordt uitgesproken en zegt u "Call"
(bellen).
OPMERKING: U kunt op dit mo-
ment ook de functies "Edit" (Be-
werken) of "Delete" (Verwijderen)
uitvoeren.
Uconnect™ Phone vraagt u vervol- gens naar de aanduiding van het
nummer dat u wilt bellen.
Het geselecteerde nummer wordt gekozen.
FUNCTIES
TELEFOONGESPREKKEN
De volgende functies zijn toegankelijk
via Uconnect™ Phone, indien deze
functies worden ondersteund door uw
mobiele telefoon. Als via uw mobiele
telefoon bijvoorbeeld driewegge-
sprekken mogelijk zijn, is deze functie
99