2. Indicatielampjes kanaalkiezer – Als er een knopwordt ingedrukt, wordt het huidige kanaal of de
huidige kanaalknop kortstondig verlicht.
3. Licht – De verlichting van de afstandsbediening in- of uitschakelen. De verlichting van de afstandsbedie-
ning gaat na vijf seconden automatisch uit.
4. Keuzeschakelaar kanaal/scherm - geeft aan welk kanaal wordt geregeld met de afstandsbediening. Als
de keuzeschakelaar op kanaal 1 staat, regelt de
afstandsbediening de functies van kanaal 1 van de
hoofdtelefoon (rechterkant van het scherm). Als de
keuzeschakelaar op kanaal 2 staat, regelt de af-
standsbediening de functies van kanaal 2 van de
hoofdtelefoon (linkerkant van het scherm). 5.
▸▸ – In radiomodus: druk hierop om de volgende
zender te zoeken. In diskmodi: druk hierop en houd
de toets ingedrukt om snel vooruit te spoelen door
het huidige audionummer of videohoofdstuk. In
menumodi: gebruik deze toets voor menunavigatie.
6. ▾/ Prev – In radiomodus: druk hierop om de vorige
zender te selecteren. In diskmodi: druk hierop om
terug te gaan naar het begin van het huidige of vorige
audionummer of videohoofdstuk. In menumodi: ge-
bruik deze toets voor menunavigatie.
7. MENU – Druk hierop om terug te keren naar het hoofdmenu van de dvd-disk, om een audio- of vi-
deosatellietzender uit de lijst zenders te kiezen of
de afspeelfuncties (RANDOM (scannen of willekeu-
rig afspelen) van een cd) te kiezen.
8. ▸/||
(Afspelen/Pauzeren) – afspelen van disk starten/
hervatten of pauzeren.
9. ▪(Stop) – Stoppen met afspelen van de disk
10. PROG Up/Down – Bij het luisteren naar de radio wordt de volgende of vorige voorkeurzender op
de radio geselecteerd als u op PROG Up resp.
PROG Down drukt. Bij het beluisteren van gecom-
primeerde audio op een gegevensdisk kiest u met
PROG Up de volgende map en met PROG Down
de vorige map. Bij het beluisteren van een cd op(afb. 107) Afstandsbediening
167
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
een radio met cd-wisselaar, kiest u met PROG Up
de volgende cd en met PROG Down de vorige cd.
11. MUTE – Druk hierop om het geluid van het gese- lecteerde kanaal naar de hoofdtelefoon te dempen.
12. SLOW – Druk hierop om een dvd langzaam af te spelen. Druk op afspelen (▸) om het afspelen met
de normale snelheid te hervatten.
13. STATUS – Druk hierop om de huidige status te tonen.
14. MODE – Druk hierop om de modus van het geselecteerde kanaal te veranderen. Zie het hoofd-
stuk "Moduskeuze" van deze handleiding voor
meer informatie over het wijzigen van modi.
15. SETUP – Druk terwijl een videomodus actief is op de toets SETUP om toegang te krijgen tot de
scherminstellingen te gaan (zie hoofdstuk over de
scherminstellingen) en vervolgens het menu voor
dvd-instellingen te openen door op de menutoets
op de radio te drukken. Wanneer een disk in de
dvd-speler (voor bepaalde uitvoeringen/landen)
zit, de modus VES™ is gekozen en de disk is
gestopt, druk dan op de toets SETUP om het menu
met dvd-instellingen te openen. (zie Menu voor
dvd-instellingen in deze handleiding.)
16. BACK – Druk bij menunavigatie op deze toets om terug te gaan naar het vorige scherm. Bij het navigeren door een dvd-menu is de werking afhan-
kelijk van de inhoud van de disk.
17. ◂◂– In radiomodi: druk hierop om de vorige
zender te zoeken. In diskmodi: druk hierop en
houd de toets ingedrukt om snel terug te spoelen
door het huidige audionummer of videohoofdstuk.
In menumodi: gebruik deze toets voor menunavi-
gatie.
18. ENTER – Druk op deze knop om de gemarkeerde optie in een menu te selecteren.
19. ▴/ NEXT – In radiomodus: druk hierop om de
volgende zender te selecteren. In diskmodi: druk
hierop om naar het volgende nummer of video-
hoofdstuk te gaan. In menumodi: gebruik deze
toets voor menunavigatie.
Opbergen van afstandsbediening
De beeldschermen worden geleverd met een inge-
bouwd opbergvakje voor de afstandsbediening. Dit
vakje is toegankelijk als het scherm is geopend. Om de
afstandsbediening te verwijderen, gebruikt u uw wijs-
vinger om de afstandsbediening naar u toe te trekken
en te draaien. Probeer de afstandsbediening niet recht
naar beneden te trekken, want op die manier is het
moeilijk om hem te verwijderen. Om de afstandsbedie-
ning terug in het opbergvakje te plaatsen brengt u eerst
de lange kant van de afstandsbediening aan in twee
168
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
klemmetjes en draait u de afstandsbediening vervol-
gens weer omhoog op zijn plaats in de twee andere
klemmetjes.(afb. 108)
De afstandsbediening vergrendelen
Alle functies van de afstandsbediening kunnen uitge-
schakeld als kinderslot.
Om de afstandsbediening uit te schakelen zodat hiermee geen wijzigingen kunnen worden aange-
bracht, drukt u op de toets voor het videoslot en
volgt u de instructies van de radio (menu selecteren,
VES achterin, vergrendelen). Als de auto niet is uit-
gerust met een dvd-speler, volgt dan de aanwijzingen
van de radio om het videoslot in te schakelen. De radio en de beeldschermen geven aan of het video-
slot actief is.
Als de toets voor het videoslot nogmaals wordt ingedrukt of de motor wordt uitgezet, wordt het
videoslot uitgeschakeld en is bediening van het
VES™ met de afstandsbediening weer mogelijk.
Batterijen van de afstandsbediening vervangen
De afstandsbediening werkt op twee batterijen van het
type AAA. Vervangen van de batterijen:
Schuif het klepje van het batterijvak aan de achter- kant van de afstandsbediening omlaag.
Vervang de batterijen en breng ze aan in de richting die staat aangegeven aan de binnenkant van het vak.
Breng het klepje van het batterijvak weer aan.
Gebruik van hoofdtelefoons
De hoofdtelefoons ontvangen twee aparte audiokana-
len via een infraroodzender van het beeldscherm.
Als u geen geluid hoort nadat het volume is verhoogd,
controleer dan of het scherm is ingeschakeld en omlaag
is gezet. Controleer ook of het kanaal niet gedempt is
en de keuzeschakelaar voor het kanaal van de hoofdte-
lefoon op het gewenste kanaal staat. Indien u nog
steeds niets hoort, controleer dan of de batterijen in
de hoofdtelefoons niet leeg zijn. (afb. 109)(afb. 108)
De afstandsbediening opbergen
169
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Bedieningselementen
Het voedingslampje en de bedieningselementen van de
hoofdtelefoon bevinden zich op de rechter oorschelp.
OPMERKING:Het videosysteem achterin moet
zijn ingeschakeld om geluid te kunnen horen via de
hoofdtelefoons. Om de batterijstroom te besparen
worden de hoofdtelefoons automatisch uitgeschakeld
na ongeveer drie minuten nadat het videosysteem
achterin is uitgeschakeld.
De audiomodus veranderen voor de hoofdtele-
foons 1. Controleer of de keuzeschakelaar voor kanaal/
scherm van de afstandsbediening in dezelfde stand
staat als de keuzeschakelaar van de hoofdtelefoon.
OPMERKING:
Als beide schakelaars op kanaal 1 staan, regelt de afstandsbediening kanaal 1 en worden de hoofdtele-
foons op het geluid van kanaal 1 van het VES™
afgestemd.
Als beide schakelaars op kanaal 2 staan, regelt de afstandsbediening kanaal 2 en worden de hoofdtele-
foons op het geluid van kanaal 2 van het VES™
afgestemd.
2. Druk op de toets MODE van de afstandsbediening.
3. Als het videoscherm een video toont (bijvoorbeeld een dvd-video), verschijnt de status in een balk
onderaan in het scherm wanneer u op STATUS
drukt. Als u nogmaals op de toets MODE drukt,
wordt de volgende modus geactiveerd. Als een
modus actief is met alleen een audiobron (bijvoor-
beeld FM), verschijnt het menu Mode Selection
(Modus kiezen) op het scherm.
4. Wanneer het menu Mode Selection (Modus kiezen) op het scherm verschijnt, kunt u met de cursortoet-
sen op de afstandsbediening naar de beschikbare
modi navigeren en drukt u op de toets ENTER om
de nieuwe modus te selecteren.(afb. 109)1. Volumeregeling
2. Aan/uit-toets
3. Kanaalkeuzeschakelaar
4. Voedingslampje
170
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
5. Om het menu Mode Selection (Modus kiezen) tesluiten drukt u op de toets BACK van de afstands-
bediening.
Batterijen van de hoofdtelefoon vervangen
Elke hoofdtelefoon werkt op twee batterijen van het
type AAA. Vervangen van de batterijen:
Schuif het klepje van het batterijvak op de linker oorschelp van de hoofdtelefoon omlaag.
Vervang de batterijen en breng ze aan in de richting die staat aangegeven aan de binnenkant van het vak.
Breng het klepje van het batterijvak weer aan.
Levenslange standaardgarantie Unwired
®
stereohoofdtelefoon
Voor wie geldt deze garantie? Deze garantie geldt
voor de eerste gebruiker of koper van deze specifieke
hoofdtelefoon ("product") met met Unwired Techno-
logy LLC ("Unwired"). De garantie is niet overdraag-
baar.
Hoe lang geldt de garantie? Deze garantie duurt
zolang het product in uw bezit is.
Wat wordt door deze garantie gedekt? Met uit-
zondering van de hieronder beschreven gevallen, dekt
deze garantie ieder product dat bij normaal gebruik een
tekortkoming wat betreft fabricage of materiaal ver-
toont. Wat wordt niet door deze garantie gedekt?
Deze garantie dekt geen schade of defect als gevolg van
verkeerd gebruik, misbruik, of wijziging van het pro-
duct door anderen dan Unwired. Oorstukken gemaakt
van schuim, die in de loop van de tijd slijten bij normaal
gebruik, zijn specifiek niet gedekt (vervangende
schuimstukken zijn verkrijgbaar voor een klein bedrag).
UNWIRED TECHNOLOGY IS NIET AANSPRAKE-
LIJK VOOR LETSEL OF SCHADE ALS GEVOLG VAN
HET GEBRUIK OF EEN STORING OF DEFECT VAN
HET PRODUCT, NOCH IS UNWIRED AANSPRAKE-
LIJK VOOR ENIGE ALGEMENE, BIJZONDERE, DI-
RECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, VOORTVLOEI-
ENDE, MORELE, STRAFRECHTELIJKE SCHADE OF
SCHADE VAN ENIGE ANDERE SOORT OF AARD.
In bepaalde landen en jurisdicties is uitsluiting van
aansprakelijkheid voor incidentele of gevolgschade mo-
gelijk niet toegestaan, waardoor de bovenstaande be-
perking mogelijk niet op u van toepassing is. Deze
garantie geeft u specifieke wettelijke rechten. Mogelijk
heeft u ook andere rechten, die per jurisdictie kunnen
verschillen.
Wat doet Unwired
®?
Unwired
®
zal, naar keuze,
ieder product met gebreken repareren of vervangen.
Unwired
®behoudt zich het recht voor elk niet meer
leverbaar product te vervangen door een vergelijkbaar
model. DEZE GARANTIE IS DE ENIGE GARANTIE
171
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
VOOR DIT PRODUCT, BESCHRIJFT UW EXCLU-
SIEVE REMEDIE MET BETREKKING TOT DEFECTE
PRODUCTEN EN VERVANGT ALLE ANDERE GA-
RANTIES (UITDRUKKELIJK OF STILZWIJGEND),
INCLUSIEF IEDERE GARANTIE OF WAARBORG
TEN AANZIEN VAN DEUGDELIJKHEID OF GE-
SCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
Bediening beeldscherm
Videoweergave
Het videoscherm heeft twee verschillende werkings-
modi: een videomodus (voor videoweergave, zoals
dvd-video, Aux-video, enz.) en een informatiemodus.
Omdat het VES™ een tweekanaals-schermsysteem is,
wordt de informatiemodus getoond in een gedeeld
scherm-formaat. In Informatiemodus, wordt de linker-
kant van het scherm Kanaal 1 genoemd, en de rechter-
kant van het scherm Kanaal 2.
Alleen Kanaal 1 toont de videobeelden. In de videomo-
dus wordt het beeld op het volledige scherm getoond,
maar de functionaliteit van kanaal 2 is nog steeds
beschikbaar. Een banner aan de onderkant van het
scherm wordt kort over het videobeeld getoond. Als
het systeem zich in videomodus bevindt en kanaal 2 op
de afstandsbedieningsschakelaar wordt gekozen, acti-
veert de eerste druk op de regeltoets van de afstands-
bediening de balk die de status van kanaal 2 aangeeft.
Als de banner nog zichtbaar is, zal elke volgende drukop de toets van de afstandsbediening voor kanaal 2 het
gevraagde afstandsbedieningscommando beginnen.
(afb. 110)
In een systeem met twee schermen wordt de video
voor kanaal 1 getoond op het scherm van de eerste
stoel achterin en de video voor kanaal 2 wordt getoond
op het scherm van de tweede stoel achterin. De Infor-
matiemodus wordt op een gedeeld scherm getoond,
de linkerkant van het scherm (kanaal 1) toont de
status/modus van het scherm van de eerste stoel ach-
terin en de rechterkant van het scherm (kanaal 2)
toont de status/modus van het scherm van de tweede
stoel achterin.
Als kanaal 1 zich in een videomodus bevindt, wordt het
beeld getoond op het scherm van de eerste stoel
achterin als een beeld op het hele scherm. Een balk
(afb. 110)
Banner
172
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
wordt kort aan de onderkant van het scherm getoond
over het videobeeld heen en het toont elke verande-
ring in de status van kanaal 2.
Als kanaal 2 zich in een videomodus bevindt, wordt het
beeld getoond op het scherm van de tweede stoel
achterin als een beeld op het hele scherm. Een balk
wordt kort over het videobeeld heen aan de onderkant
van het scherm getoond en het toont elke verandering
in de status van kanaal 1.
Een cd of dvd afspelen op het VES™
Het volgende gebeurt automatisch als een disk in de
radio wordt gestoken bij een systeem met één scherm
en in de dvd-speler met afstandsbediening bij een
systeem met twee schermen:
Als het beeldscherm open staat (het LCD-scherm iszichtbaar), worden het scherm en de zender van de
draadloze hoofdtelefoon ingeschakeld. Als het video-
scherm gesloten is, moet de zender voor de draad-
loze hoofdtelefoon ingeschakeld worden door mid-
del van de aan/uit-knop op de afstandsbediening
(hoofdtelefoons ontvangen alleen audiosignalen als
de stroom naar de hoofdtelefoon is ingeschakeld).
Nadat de disk is geplaatst, wordt de inhoud ervan afgespeeld door de autoluidsprekers, de draadloze
hoofdtelefoons en de beeldschermen achterin. Gedeelde modi
Het VES™ en de radio kunnen met elkaar communi-
ceren. Daardoor kan het VES™ de radio ontvangen via
de hoofdtelefoons en kan de radio de audio van het
VES™ ontvangen via de autoluidsprekers. Als de radio
en het VES™ in dezelfde (gedeelde) modus staan, is
een VES™ pictogram zichtbaar op het weergaveven-
ster van de radio en zal het pictogram voor gedeelde
modus te zien zijn op het VES™ scherm. In de gedeelde
modus is dezelfde audiobron tegelijkertijd te horen in
de hoofdtelefoon en de autoluidsprekers.
Als de radiofuncties (FM, AM of SAT) zich in de ge-
deelde modus met VES™ bevinden, kan alleen de radio
de radiofuncties regelen. In dat geval kan VES™ de
radiomodus delen, maar niet van zender veranderen
totdat de radiomodus veranderd is in een modus die
anders is dan de in VES™ gekozen radiomodus. Bij
deling heeft de radio voorrang boven VES™ of alle
radiomodi (FM, AM en SAT). Het VES™ kan de tuner
(AM/FM/MW/LW), SEEK, TUNE (zoeken, afstemmen)
omschakelen en vooraf ingestelde radiomodi terugroe-
pen zolang het systeem niet in de gedeelde modus
staat.
173
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Wanneer de videomodus zich in gedeelde disk of
satellietvideomodus bevindt, hebben zowel de radio en
het VES™ controle over de videofuncties. VES™ kan
de volgende videomodi regelen:
1. CD: mogelijkheid vooruit te spoelen, terug te spoe-len en volgende/vorige nummer.
2. Cd-wisselaar (in radio): mogelijkheid disk verder/ terug en programmeren van alle vermelde cd-
bedieningsmogelijkheden (snel vooruit spoelen, te-
rugspoelen, nummer verder/terug).
VES™ kan zelfs de radio- of videomodi regelen wan-
neer de radio is uitgeschakeld. VES™ heeft toegang tot
de radio- of diskmodi door naar die modi te navigeren
op VES™ en een radio- of diskmodus te activeren.
Scherm Informatiemodus
(afb. 111)
Als de informatiemodus actief is, wordt de huidige
modusinstelling voor beide geluidskanalen weergege-
ven. Behalve de met een getal aangegeven punten geeft
de resterende informatie de huidige status van de bron
aan (bijv. frequentie, naam, nummer voorinstelling of
muzieknummer, muziektitel, naam artiest, albumtitel
enz.).
1. Modus kanaal 1 – Geeft de huidige bron voor kanaal 1 weer. 2. Kanaal 1 Alleen audio/Geluid uit — Audio: Het
pictogram "Alleen audio" wordt niet gebruikt op
kanaal 1 in een systeem met slechts één scherm.
Mute (geluid uit): als het pictogram "Mute" ver-
schijnt, is het geluid voor kanaal 1 gedempt met
behulp van de MUTE-toets op de afstandsbediening.
3. Kanaal 2 Alleen audio/Geluid uit — Audio: Alleen in een systeem met slechts één scherm: Het picto-
gram "Alleen audio" wordt getoond op kanaal 2
wanneer kanaal 1 in de videomodus staat. Mute
(geluid uit): als het pictogram "Mute" verschijnt, is
het geluid voor kanaal 2 gedempt met behulp van de
MUTE-toets op de afstandsbediening.
(afb. 111)Weergave van de informatiemodus op het beeldscherm
174
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD