1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
59
B350A01O-AXT Schakelaar voor achterruitwisser en -sproeier
1. : Als de schakelaar voor de
achterruitwisser in deze stand wordt gedrukt, wordt vloeistofop de ruit gespoten en treedt de ruitenwisser in werking.
2. OFF
3. INT : Voor de intervalwerking van de wisser moet de schakelaar voorde achterruitwisser in de "INT"stand worden geplaatst.
4. ON : Als de schakelaar in de stand
"ON" staat, werkt deachterruitwisser continu.
B350D01FC
SB240A1-FX De waarschuwingsknipperlichtinstalltie mag alleen worden gebruikt indien de auto zodanig geparkeerd staat dat ditgevaar op kan leveren. Zet in zo'n geval uw auto altijd zover mogelijk van de weg af. De alarmknipperlichten wordeningeschakeld door de alarmknop in te drukken. Hierdoor gaan alle richting- aanwijzers knipperen. De installatiewerkt ook als de sleutel niet in het contact steekt. Om de installatie uit te schakelen moet nogmaals de knopworden ingedrukt. HFC2078
WAARSCHUWINGSKNI- PPERLICHTINSTALLTIE
B350C01FC-GXT Regelbare Intervalschakeling Van De Ruitewissers
(Indien gemonteerd) Voor het gebruik van de intervalschakeling plaatst u deruitewisserschakelaar in de "INT" stand. Met de schakelaar in deze stand kan de intervaltijd worden ingesteld van 1 tot18 seconden. B350C01FC
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
75ONTGRENDELING KLEP TANKDOP VAN BINNENUIT
B560A03A-AXT De klep voor de tankdop kan worden geopend vanaf de bestuurdersplaats door het handel voor het ontgrendelen van de klep omhoog te trekken, dat zichlinks op de vloer bevindt. N.B.: Als het in verband met ijsvorming niet mogelijk is de klep te openen, tik dan voorzichtig op de klep of druk erop, zodat het ijs breekt en de klepvrijkomt. Ga hierbij voorzichtig te werk. Indien nodig kan de naad van de klepook met een ontdooiingsmiddel worden ingespoten (gebruikt geen antivries voor het koelsysteem) ofkan de auto op een warme plaats worden neergezet, zodat het ijs smelt. HFC2015
3. Ondersteun de motorkap met de
motorkapsteun.
Vóór het sluiten van de motorkap moet de motorkapsteun in de klem wordengedrukt, om rammelen te voorkomen. Laat de motorkap zakken tot ongeveer 30 cm boven het slot en laat hem danvallen. Zorg dat hij goed in het slot valt.
LET OP:
Zorg ervoor dat motorkapsteun is losgemaakt, voordat de motorkap wordt gesloten.
!
!WAARSCHUWING:
Let erop dat de motorkapsteun vrij is voordat de motorkap wordt gesloten.Controleer vóórdat u wegrijdt altijd of de motorkap goed gesloten is. Als dit niet het geval is kan de motorkaponder het rijden omhoogkomen, waardoor u het uitzicht verliest. Ongeval gevaar!Let er bij controles in de motorruimte op dat de motorkapsteun goed in het bevestigingspunt van de motorkap wordt aangebracht, zodat de motorkap niet kan vallen en u gewondkunt raken. Rijdt niet in de wagen met de motorkap omhoog, omdat het zichtwordt belemmerd en de motorkap omlaag kan vallen of beschadigd raken.
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
102
o Bewaar de cassettes op een koeleen droge plaats met de open zijde naar beneden gekeerd zodat wordt voorkomen dat stof binnendringt.
o Voorkom het herhaald snel
terugspoelen voor het opnieuwweergeven van een bepaald muziekgedeelte. Dit kan op den duurhet slecht opspoelen van de cas- sette tot gevolg hebben en ook van invloed zijn op de geluidsweergave.Soms kan dit worden gecorrigeerd door de tape enkele malen geheel op- en af te spoelen. Als dit niet hetgewenste resultaat oplevert, mag de cassette niet meer worden gebruikt.
o Na verloop van tijd zet zich op de weergavekop, de capstan en degeleidingen vuil af hetgeen van invloed is op de geluidskwaliteit.Hierdoor kan bijvoorbeeld een "zwevend" geluid ontstaan. Maak daarom éénmaal per maand gebruikvan een reinigingscassette of van speciaal daarvoor verkrijgbare produkten. Volg hierbij degebruiksaanwijzing van de fabrikant strikt op. De onderdelen van de cassettespeler mogen niet wordengesmeerd.
B880A02FC
Wij adviseren dringend het gebruik van C-60 cassettes (60 minuten speelduur).De C-120 of C-180 cassettetape is extreem dun waardoor deze in het mechanisme kan vastlopen.
o Het label op de cassette mag niet los
zitten, omdat dit het uitwerpen van de cassette bemoeilijkt.
o Raak de tape niet aan en let er tevens op dat de tape niet vochtigwordt.
o Houd alle magnetische voorwerpen zoals elektromotoren, luidsprekersof transformators uit de buurt van uw cassettetapes en cassettespeler.
ONDERHOUD VAN DE CASSETTETAPES
SR040B1-FX Een juiste behandeling van de cassettetapes verlengt de levensduur en verhoogt uw luisterplezier. Stel uwtapes niet bloot aan direct zonlicht, extreme koude of stoffige omstandigheden. Bewaar de cassettesaltijd in hun doosjes. Onder extreem hoge of lage temperaturen moet worden gewacht tothet interieur tot een normale waarde is opgewarmd resp. Afgekoeld voordat u een tape afspeelt. Neem de cassetteuit het toestel als hij niet wordt gebruikt. Dit voorkomt beschadigingen aan de cassettespeler en de cassettetape. B860A01L
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
103
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
103
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
103
N.B.: Controleer alvorens de cassette aan te brengen of de band strak op de
spoelen zit. Als dit niet zo is, trekhem dan strak door een van de spoelen met een potlood of een vinger te verdraaien. Breng de cas-sette niet aan als het label loszit, omdat het mogelijk is dat dit het aandrijfmechanisme blokkeert alswordt geprobeerd de cassette te verwijderen. Zorg ervoor dat cas- settes niet worden blootgesteld aanhoge temperaturen of een hoge vochtigheid, bijv. bovenop het dash- board of in het toestel.Wanneer een cassette erg koud of warm is, moet worden gewacht tot deze weer de normale temperatuurheeft bereikt alvorens hem in het toestel aan te brengen.ANTENNE
B870D01FC-GXT Dakantenne Uw auto heeft een dakantenne voor zowel de AM- als de FM-ontvangst. HFC220
HFC221
o Controleer altijd of de tape strak ligt
voordat hij in de cassettespeler wordt aangebracht. Is dit niet het geval steek dan een potlood in despoelopening en draai de cassettetape strak.
B860A03L
Head
Cotton applicator B860A02L
2
Alvorens de motor te starten ........................................ 2-3 Sleutelstanden.............................................................. 2-4
Het starten van de motor .............................................. 2-5
Handgeschakelde versnellingsbak ............................... 2-7Automatische transm issie ........................................... 2-10
Anti-blokkeersysteem (ABS) .......................................2-14
Aandrijfregelsysteem (TCS) ........ ................................2-15
Elektronische stabiliteitsregeling ( ESP) .......................2-16
Opmerkingen met betrekking tot De remmen ..............2-18
Economisch rijden ....................................................... 2-19
Rijden onder winterse omstandigheden .......................2-21
Rijden met aanhanger of slepen .................................. 2-24
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
2
2
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
3
!
START-/CONTACTSLOT MET STUUR-SLOTALVORENS DE MOTOR TE STARTEN
C020A02O-GXT Voer alvorens de motor te starten altijd de volgende controles uit:
1. Controleer de wagen op lekke banden,
olie- of koelvloeistoflekkage of andere tekenen van mogelijke problemen.
2. Controleer na het instappen of de
handrem is aangetrokken.
3. Controleer of alle ruiten en lampen schoon zijn.
4. Controleer de stand van de achteruitkijks-piegel en de buitenspiegels en controleer of ze schoon zijn.
5. Controleer of de stoel, rugleuning en hoofdsteun in de juiste stand staan.
6. Controleer of alle portieren gesloten zijn.
7. Gesp uw veiligheidsgordel om en
controleer of alle inzittenden deveiligheidsgordel hebben omgegespt.
8. Schakel verlichting en accessoires
uit die niet benodigd zijn.
9. Controleer met de contactsleutel in de stand "ON" of er de betreffendecontrolelampen branden en ofvoldoende brandstof in de tank aanwezig is. C030A02A-GXT De motor starten
o Zet bij de handgeschakelde
versnellingsbak de versnellingshandel in neutraal en druk het koppelingspedaal volledig in.
o Zet bij een automatische transmissie de keuzehandel in de stand "P"(parkeerstand).
o Draai de contactsleutel in de stand "START" en laat hem los zodra demotor aanslaat. Bedien de startmotor niet langer dan 15 secondenachtereen.
N.B.: Om veiligheidsredenen kan de mo- tor alleen worden gestart als de keuzehandel in de stand "P" of "N" staat (automatische transmissie).
WAARSCHUWING
(Alleen Dieselmotor):
Om zorg te dragen voor voldoende vacuûm voor de rembekrachtiging bij een koude start, is het noodzakelijkde motor na het starten even stationair te laten lopen.
!WAARSCHUWING
Zorg altijd voor degelijk schoeisel
tijdens het rijden met de auto. Het wordt afgeraden schoenen te dragen met hoge hakken ofschoenen met een groot loopoppervlak zoals "moon en "snowboots" om te voorkomen datde pendalen niet goed bediend kunnen worden.
2HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
6
!WAARSCHUWING:
Verzeker u ervan dat de koppeling volledig is ingetrapt als de motor bijeen handgeschakelde auto gestart wordt. Anders bestaat de mogelijkheid dater in of buiten de auto iemand schade oploopt ten gevolge van de voor-of achteruitbeweging van de auto alsde koppeling niet geheel is ingetrapt tijdens het starten.
5. Draai de contactsleutel in de stand "START" en laat de sleutel los zodra de motor aanslaat.
N.B.: De groene verlichting zal na een hepaalde tijd vanzelf doven. Het voorgloeien wordt dan beëindigd om de accu niet onnodig te belasten.Om de motor te kunnen starten wanneer de groene verlichting reeds is gedoofd, moet de sleutel eerstweer in de stand "LOCK" worden gedraaid en daarna opnieuw in de stand "ON" zodat de gloeibougiesop temperatuur worden gebracht. C050B01HP
Gele lamp "ON" Gele lamp "OFF"
C050B01S-GXT NORMALE STARTPROCEDURE
1. Breng de contactsleutel aan en gesp
de veiligheidsgordel om.
2. Zet de versnellingshandel in neutraal (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehandel in stand "P"(automatische transmissie).
3. Controleer of de controlelampen en
de instrumenten goed werken nadatde contactsleutel in de stand "ON" is gedraaid.
4. Draai, bij voertuigen met een controlelamp voor het voorgloeien,de contactsleutel in de stand "ON". Eerst zal de controlelamp oplichtenen daarna doven, hetgeen betekent dat het voorgloeien heeft plaatsgevonden en de motor kanworden gestart.
2HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
14ANTIBLOKKEERSYSTEEM (ABS)
!
C120A01FC-AXT (Indien gemonteerd)
Het antiblokkersysteem (ABS) is ontworpen om, tijdens plotselingremmen of bij gevaarlijke wegomstandigheden, het blokkeren van een wiel te voorkomen.Een regeleenheid registreert de snelheid van het wiel en controleert de druk naar iedere rem. Op deze wijze zal, in eennoodsituatie of bij een glad wegdek het antiblokkeersysteem de controle over het voertuig tijdens het remmenverbeteren. N.B.:
o Er kan een klik-geluid in de
motorruimte worden gehoord als de auto begint te bewegen, nadat de motor is gestart. Dit is normaal en geeft aan dat het antiblokkeersysteem(elektronische stabiliteitsregeling)op de juiste wijze werkt. WAARSCHUWING:
Het ABS(ESP) voorkomt geenongelukken als gevolg van onjuisten gevaarlijk rijgedrag. Zelfs al is de beheersing van de auto tijdens noodremmingen verbeterd, tochmoet altijd een veilige afstand worden aangehouden. Onder extreme wegomstandigheden moet desnelheid altijd worden verminderd. Onder de volgende omstandigheden kan de remweg voor auto's met ABSzelfs langer zijn dan voor auto's zonder ABS (ESP).
o Als de auto naast de weg raakt, moet niet scherp worden teruggestuurd, maar moet de snelheid worden verminderd voordat wordt geprobeerd om deauto weer op de weg terug te krijgen.
o Nooit de geldende snelheidslimiet overschrijden.
o Veel gas geven als de auto is vastgereden, bijv. in modder ofsneeuw, etc, kan ernstige schade aan de eindaandrijvingveroorzaken. Laat de auto zo nodig vrij trekken.
o Veel gas geven als de auto is vastgereden, bijv. in modder of sneeuw, etc, kan ernstige schade aan de eindaandrijving veroorzaken. Laat de auto zo nodigvrij trekken. o Indien het antiblokkeersysteem
in werking treedt, kan in hetrempedaal een lichte reactie gevoeld worden, tijdens het remmen. Ook is een klikkend geluid in het motorcompartiment onder het rijden waarneembaar. Dit zijnnormale verschijnselen ten teken dat uw antiblokkeersysteem goed functioneert.