Page 57 of 88
3
55
Starten – Rijden – Parkeren
Inrijden
Nieuwe remblokken inrijden
d Waarschuwing:
Nieuwe remblokken moeten
„inlopen” en leveren dan ook
tijdens de eerste 500 km nog
niet de optimale remvertra-
ging.
De iets lagere remvertraging
kan door het krachtiger
indrukken/aantrekken van de
remgreep/het rempedaal
worden gecompenseerd.
Vermijd dan ook tijdens de
eerste 500 km onnodig
bruusk remmen!
Nieuwe banden inrijden
d Waarschuwing:
Nieuwe banden hebben een
glad oppervlak. Zij moeten
dan ook met een beheerste
rijstijl door het inrijden met
wisselende overhellingshoe-
ken worden ingereden!
Pas na het inrijden wordt de
volle grip van het loopvlak
verkregen!
10R13bkn4.book Seite 55 Montag, 22. September 2003 3:54 15
Page 58 of 88
3
56
Starten – Rijden – Parkeren
1
Contact inschakelen– Noodstopschakelaar1 in
bedrijfsstand
U
Start-/contactslot in stand ON (
b9)
Wachten tot de waarschu- wingslamp koelvloeistoftem-
peratuur (
b7) niet meer
knippert
Alleen in geval van nood:
Noodstopschakelaar 1 in
stand
V plaatsen
– De stroomcircuits van moto- relektronica, benzinepomp en
startmotor zijn onderbroken
Zijstandaard geheel
inklappen
L Opmerking:
Bij een uitgeklapte zijstandaard
en een ingeschakelde versnel-
ling kan de motorfiets niet wor-
den gestart.
Zet de versnellingsbak in
neutraal
– Neutraalcontrolelamp groen
k brandt (b7)
L Opmerking:
Motor start niet:
– De versnellingsbak in stand
k
schakelen of de koppe-
lingshendel intrekken
Motor slaat bij het inschakelen
van de eerste versnelling af:
– Druk de zijstandaard volledig
terug, zo nodig storingstabel
(
b onderhoudshandleiding,
hoofdstuk 1) aanhouden
Startvoorbereidingen
10R13bkn4.book Seite 56 Montag, 22. September 2003 3:54 15
Page 59 of 88
3
57
Starten – Rijden – Parkeren
Starten Startschakelaar2 bedienen
(max. 5 seconden) en pas los-
laten als de motor goed loopt
Bij het starten de gashendel
niet verdraaien.
L Opmerking:
Wacht ten minste 5 seconden
na de startonderbreking tot
het nogmaals bedienen van
de startschakelaar.
Wacht tussen het uit- en het
inschakelen van het contact
3 seconden.
e Attentie:
Starten bij een lege accu leidt
tot het hoorbaar klapperen van
het startrelais. Verder starten
beschadigt het startrelais en de
startmotor.
Voordat er opnieuw wordt
gestart: Laad de accu op.
L Opmerking:
Bij een omgevingstemperatuur
beneden 0 °C bij het starten
de koppeling aantrekken.
e Attentie:
Laat de motor niet onnodig of
langdurig bij stilstand draaien –
gevaar voor oververhitting/
brand! Rijd na het starten direct
weg.
Vermijd na een koude start
hoge toerentallen.
Starten
2
10R13bkn4.book Seite 57 Montag, 22. September 2003 3:54 15
Page 60 of 88
3
58
Starten – Rijden – Parkeren
ABS-waarschuwingslamp– ABS-waarschuwingslamp 1
(
b 64-69)
KoelvloeistoftemperatuurWaarschuwingslamp 2 j (rood)
knippert na het inschakelen van
het contact gedurende circa 3
seconden.
In deze tijd kan het motormana-
gement zich initialiseren.
e Attentie:
Bij het gaan branden van de
koelvloeistofwaarschuwings-
lamp
j de motor afzetten en
laten afkoelen.
Koelvloeistofpeil in expansiere-
servoir controleren (
b43).
Bij volle expansietank en bran-
dende waarschuwingslamp of
overmatig koelvloeistofverbruik
een vakgarage, bij voorkeur
een BMW motorfietsdealer,
raadplegen.
Waarschuwingslampen
12
10R13bkn4.book Seite 58 Montag, 22. September 2003 3:54 15
Page 61 of 88
3
59
Starten – Rijden – Parkeren
MotoroliedrukWaarschuwingslamp3 p (rood)
dooft vanaf stationair toerental.
e Attentie:
Handel, rekening houdend met
de verkeerssituatie, onmiddel-
lijk als volgt als waarschuwings-
lamp 3 onder het rijden gaat
branden:
Koppelingsgreep intrekken
Schakel de noodstopschake- laar in (
b56)
Motorfiets veilig tot stilstand brengen
Controleer het motoroliepeil
(b24)
e Attentie:
Als controlelamp 3 brandt tij-
dens het rijden en het oliepeil is
in orde, beslist een specialist,
bij voorkeur een BMW motor-
fietsdealer, raadplegen!
Benzinetankinhoud
Als waarschuwingslamp 4
m
(geel) gaat branden, bevindt
zich nog circa 4 liter benzine in
de tank.
Waarschuwingslampen
4
3
10R13bkn4.book Seite 59 Montag, 22. September 2003 3:54 15
Page 62 of 88
3
60
Starten – Rijden – Parkeren
Rijden en schakelen
MotortoerentalKies het motortoerental afhan-
kelijk van de koelvloeistoftem-
peratuur, laat de motor alleen
als hij op bedrijfstemperatuur is
met het max.-toerental draaien.
Als de naald van de toerenteller
in het rode vlak staat wordt ter
bescherming van de motor de
benzinetoevoer onderbroken.
L Opmerking:
De toerentalbegrenzer begint
bij 7.400 min
-1 te werken.
Overgang tussen gas los-
laten en gasgeven
d Waarschuwing:
Geef niet abrupt gas of draai
de gashendel niet plotseling
dicht, vooral niet op een nat of
glad wegdek.
Schakelen
L Opmerking:
Laat bij het schakelen de kop-
peling niet slippen. Regel de
snelheid uitsluitend via het mo-
tortoerental.
Wij adviseren u, het schakel-
punt niet hoger te leggen dan
7.000 min
-1 .
10R13bkn4.book Seite 60 Montag, 22. September 2003 3:54 15
Page 63 of 88
3
61
Starten – Rijden – ParkerenWegrijden/overschakelen Trek de koppelingsgreep in
Druk de schakelhefboom naar beneden (eerste versnelling)
en laat hem weer los
Laat de koppelingsgreep voorzichtig opkomen
Verhoog hierbij het motortoe- rental iets
Geef pas gas als de koppeling
in aangrijping is
Het overschakelen naar de
2e, 3,e, 4e en 5e versnelling
verloopt op dezelfde wijze als
hierboven is beschreven
Terugschakelen Draai de gashendel dicht
Trek de koppelingsgreep in
Terugschakelen naar de eerstvolgende lagere versnel-
ling: tegen de richting van de
pijl in
Laat de koppelingsgreep
voorzichtig opkomen
Rijden en schakelen
10R13bkn4.book Seite 61 Montag, 22. September 2003 3:54 15
Page 64 of 88
3
62
Starten – Rijden – Parkeren
Remmen
Natte remmenNa het wassen van de motor-
fiets, na het rijden door plassen
of bij het rijden in de regen kun-
nen de remmen door vocht,
resp. in de winter door ijsvor-
ming op de remschijven en de
remblokken later aangrijpen.
d Waarschuwing:
De remschijven moeten wor-
den drooggeremd!
Wegenzoutaanslag op de
remschijven/remblokken
Bij het rijden op wegen waarop
wegenzout is gestrooid kunnen
de remmen later aangrijpen als
gedurende langere tijd niet
wordt geremd.
d Waarschuwing:
Het dunne zoutlaagje op de
remschijven en de remblok-
ken moet bij het remmen
eerst worden weggeschuurd.
10R13bkn4.book Seite 62 Montag, 22. September 2003 3:54 15