Page 25 of 116

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-10
3
DAU00143
Startknop “ ”
Druk deze knop in om de motor door middel
van de startmotor te starten.
DC000005
LET OP:@ Zie pagina 5-1 voor startinstructies
voordat u de motor start. @
DAU00152
Koppelingshendel De koppelingshendel bevindt zich aan de
linkerstuurgreep. Trek de hendel naar het
stuur toe om de koppeling te ontkoppelen.
Laat de hendel los om de koppeling te laten
aangrijpen. Voor een soepele werking van
de koppeling moet de hendel snel ingetrok-
ken worden en langzaam worden losgela-
ten.
De koppelingshendel is voorzien van een
sperschakelaar die deel uitmaakt van het
startspersysteem. (Zie pagina 3-23 voor uit-
leg over het startspersysteem.)
DAU00157
Schakelpedaal Het schakelpedaal bevindt zich aan de lin-
kerzijde van de motor en wordt in combina-
tie met de koppelingshendel gebruikt bij het
schakelen van de versnellingen van de
6-traps constant-mesh versnellingsbak op
deze motorfiets.
1. Koppelingshendel
1. Schakelpedaal
D_5jj.book Page 10 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 26 of 116

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-11
3
DAU00161
Remhendel De remhendel bevindt zich aan de rechter-
stuurgreep. Trek de hendel naar het stuur
toe om de voorrem te bekrachtigen.
De remhendel is voorzien van een stelwiel
voor afstelpositie. Om de afstand tussen de
remhendel en de stuurgreep af te stellen,
wordt het stelwiel gedraaid terwijl de hendel
van het stuur vandaan wordt gehouden.
Controleer of het correcte instelpunt op het
stelwiel tegenover het pijlteken staat op de
koppelingshendel.
DAU00162
Rempedaal Het rempedaal bevindt zich aan de rechter-
zijde van de motorfiets. Trap op het rempe-
daal om de achterrem te bekrachtigen.
DAU02935
Vuldop brandstoftank Openen van de tankdop
Open het slotplaatje op de tankdop, steek
de sleutel in het slot en draai hem dan een
kwartslag rechtsom. Het slot wordt ontgren-
deld en de tankdop kan worden verwijderd.
Sluiten van de tankdop
1. Druk de tankdop in positie met de
sleutel in het slot.
1. Remhendel
2. Stelwiel voor afstelpositie remhendel
3. Pijlteken
a. Afstand tussen remhendel en stuurgreep
1. Rempedaal
1. Sluitplaatje tankdopslot
2. Ontgrendelen.
D_5jj.book Page 11 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 27 of 116

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-12
3
2. Draai de sleutel linksom naar de oor-
spronkelijke positie, neem hem uit en
sluit dan het slotplaatje.OPMERKING:@ De tankdop kan alleen worden gesloten
met de sleutel in het slot. Bovendien kan de
sleutel niet worden uitgenomen als de
tankdop niet correct gesloten en vergren-
deld is. @
DWA00025
WAARSCHUWING
@ Controleer of de tankdop stevig is aan-
gebracht alvorens te gaan rijden. @
DAU01183
Brandstof Controleer of voldoende brandstof in de
brandstoftank aanwezig is. Vul de brand-
stoftank tot onderaan de vulpijp, zoals ge-
toond in de afbeelding.
DW000130
WAARSCHUWING
@ l
Overvul de brandstoftank niet, an-
ders zal benzine uitstromen zodra
deze warm wordt en uitzet.
l
Mors geen brandstof op een heet
motorblok.
@
DAU00185
LET OP:@ Veeg gemorste brandstof direct af met
een schone, droge en zachte doek, de
brandstof kan immers schade toebren-
gen aan de lak of aan kunststof onderde-
len. @
DAU00191
OPMERKING:@ Als de motor gaat detoneren (pingelen), ge-
bruik dan brandstof van een ander merk of
met een hoger octaangetal. @
1. Vulpijp brandstoftank
2. Brandstofniveau
Aanbevolen brandstof:
Normale loodvrije brandstof met een
octaangetal (RON) van minstens 91
Inhoud brandstoftank:
Totale hoeveelheid:
18 L
Reservehoeveelheid:
3,8 L
D_5jj.book Page 12 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 28 of 116
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-13
3
DAU02955
Tankbeluchtingsslang Alvorens de motorfiets te gebruiken:l
Controleer de aansluiting van de tank-
beluchtingsslang.
l
Controleer de tankbeluchtingsslang
op scheuren of beschadiging en ver-
vang zo nodig.
l
Controleer of het uiteinde van de tank-
beluchtingsslang niet verstopt is en
reinig die zo nodig.
DAU02976
Chokehendel Voor het starten van een koude motor is
een rijker lucht/brandstof mengsel nodig;
via de choke wordt dit mengsel geleverd.
Beweeg de hendel in de richting
a om de
choke aan te zetten.
Beweeg de hendel in de richting
b om de
choke uit te zetten.
1. Tankbeluchtingsslang
1. Chokehendel
D_5jj.book Page 13 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 29 of 116
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-14
3
DAU01890
Zadels Motorrijderzadel
Verwijderen van het motorrijderzadel Licht het motorrijderzadel op aan de achter-
ste hoeken zoals afgebeeld, verwijder de
bouten en neem het zadel los.Aanbrengen van het motorrijderzadel
Steek het uitsteeksel aan de voorzijde van
het motorrijderzadel in de zadelbevestiging
zoals afgebeeld, plaats het zadel in de oor-
spronkelijke positie en breng dan de bouten
aan.Duozadel
Verwijderen van het duozadel
1. Steek de sleutel in het zadelslot en
draai linksom.
2. Houd de sleutel in deze stand vast,
trek het duozadel aan de voorzijde
omhoog en trek dan het zadel naar vo-
ren.
1. Bout (´ 2)
1. Uitsteeksel
2. Zadelbevestiging
1. Duozadelslot
2. Ontgrendelen.
D_5jj.book Page 14 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 30 of 116

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-15
3
Aanbrengen van het duozadel1. Steek het uitsteeksel aan de achterzij-
de van het duozadel in de zadelbeves-
tiging zoals afgebeeld en druk dan de
voorzijde van het zadel omlaag om te
vergrendelen.
2. Neem de sleutel uit.OPMERKING:@ Controleer of de zadels stevig zijn vergren-
deld alvorens te gaan rijden. @
DAU03159
Helmbevestigingen De helmbevestigingen bevinden zich aan
de onderzijde van het duozadel.
Om een helm aan een helmbevestiging
te bevestigen
1. Verwijder het duozadel. (Zie
pagina 3-14 voor instructies over ver-
wijderen en aanbrengen.)
2. Maak de helm vast aan een helmbe-
vestiging en breng dan het duozadel
stevig aan.
DWA00015
WAARSCHUWING
@ Rijd nooit met een helm bevestigd aan
de helmbevestiging, de helm kan zo
voorwerpen raken waardoor de machine
mogelijk onbestuurbaar wordt en een
ongeval niet uitgesloten is. @Om de helm los te maken van een helm-
bevestiging
Verwijder het duozadel, neem de helm los
van de helmbevestiging en breng het zadel
weer aan.
1. Uitsteeksel
2. Zadelbevestiging
1. Helmbevestiging (´ 2)
D_5jj.book Page 15 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 31 of 116

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-16
3
DAU01242
Opbergcompartiment Het opbergcompartiment bevindt zich on-
der het duozadel. (Zie pagina 3-14 voor
openen en sluiten van het duozadel.)
DWA00005
WAARSCHUWING
@ l
Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 3 kg voor de bagagedra-
ger niet.
l
Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 201 kg voor de machine
niet.
@
DAU01862
Afstellen van de voorvork Deze voorvork is voorzien van stelbouten
voor instellen van de veervoorspanning,
stelschroeven voor instellen van de uitveer-
demping en stelschroeven voor instellen
van de inveerdemping.
DW000035
WAARSCHUWING
@ Geef beide vorkpoten steeds dezelfde
afstelling, anders kan slecht weggedrag
en verminderde rijstabiliteit het gevolg
zijn. @
Veervoorspanning
Draai om de veervoorspanning te verhogen
en zo de vering stugger te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting
a.
Draai om de veervoorspanning te verlagen
en zo de vering zachter te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting
b.
1. Opbergcompartiment
1. Stelbout veervoorspanning
D_5jj.book Page 16 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 32 of 116

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-17
3
OPMERKING:@ Breng de gewenste groef op het stelmecha-
nisme in lijn met het bovenvlak van de vork-
plug. @CI-01D
Uitveerdemping
Draai om de uitveerdemping te verhogen
en zo de vering stugger te maken de stel-
schroef op beide vorkpoten richting
a.
Draai om de uitveerdemping te verlagen en
zo de vering zachter te maken de stel-
schroef op beide vorkpoten richting
b.CI-02D
Inveerdemping
Draai om de inveerdemping te verhogen en
zo de vering stugger te maken de stel-
schroef op beide vorkpoten richting
a.
Draai om de inveerdemping te verlagen en
zo de vering zachter te maken de stel-
schroef op beide vorkpoten richting
b.CI-02D
1. Huidige instelling
2. Voorvorkplugbout
Minimum
(zacht)Stan-
daardMaximum (stug)
Stand
afsteller87 6 5432 1
1. Stelschroef voor uitveerdempingMinimum (zacht) 11 klikstanden ingedraaid b
*
Standaard 5 klikstanden ingedraaid b
*
Maximum (stug) 1 klikstand ingedraaid b
*
* Met de stelschroef volledig in de richting a
gedraaid
1. Stelschroef voor inveerdempingMinimum (zacht) 9 klikstanden ingedraaid b
*
Standaard 5 klikstanden ingedraaid b
*
Maximum (stug) 1 klikstand ingedraaid b
*
* Met de stelschroef volledig in de richting a
gedraaid
D_5jj.book Page 17 Friday, September 8, 2000 3:29 PM